LEIDSCH DAGBLAD. Woensdag S October. A0. 1884. Y° it o J PRIJS DEZER COURANT: T*or Leiden per 8 maanden1.10. Franco per post1.40. Afronderlijke Nommers0.05. Dese Coaiant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIE!: Tan 1—6 regels 1.05. Iedsre regel meer O.ITL Grooiere letters naar plaatarnimte. Voor het incasmr ren buiten de stad vrordt ƒ0.10 berekend. Officieele Kennisgevingen. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden Gezien art. 8, 1ste alinea, der xvet van 2 Juni 1875, (Staatsblad No. 95), tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken; Brengen bij deze ter algemeene kennis dat door hen op heden vergunning is verleend aan W. H. MARKS en rechtverkrijgenden tot het oprichten van eene smederij in het perceel aan de Hoogewoerd N°. 112. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 6 Oct. 1884. E. KIST, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien het adres van G. W. HOUWAART. houdende verzoek om varkens ie mogen houden e>t te mesten op het erf bij het perceel in de Haverzaklaan N°. 10; Gelet op art. 152 der Algemeene Politieverordening van 6 November 1879; Doen te weten, dat tot het hooren der eigenaars en be woners van de naastbijgelegene en belendende panden, ten opzichte der information de commodo et incommode, door Burgemeester en Wethouders zal worden gevaceerd op het Raadhuis dezer gemeente, op Maandag den 13den October aanst., 'svoormiddags te elf uren; zullende de belangheb benden verplicht zijn hunne bezwaren tegen dat verzoek op dien tijd in te brengen, terwijl, bij verzuim daar van, zij gehouden zullen worden zich tegen de inwilliging niet te hebben verzet. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 7 Oct. 1884. E. KIST, Secretaris. LEIDEN, 7 October. De commissie van fioauciën heeft geene be denkingen tegen den suppletoiren staat van be grooting van het H. G. of Arme Wee3- en Kinder- hois, dienst 1884, ter overbrenging van bet batig Baldo van het afgeloopen dienstjaar 1S83. Zij geeft mitsdien in overweging dien staat goed te keuren, in ontvangst en uitgaaf ad f 135.47'/,. Omtrent het in eene zaal ten huize van den heer Wjtenburg, banketbakker op de Steenschuur, gehonden diner, dat niet voor de vertegenwoordigers der pers toegankelijk was, wordt nader vernomen dat 70 a 80 gasten aan den dièch zaten. Het menu was ditmaal geheel in de Nederlandsche taal gesteld eD fraai op ond-Hollandsch papier gedrukt, terwijl ter linkerzijde eene afbeelding van het standbeeld van Yan der Werf werd gevonden. Yan den eersten feestdronk, door den burge meester gewijd aan den Koning, werd per telegram aan Zijne Majesteit kennis gegeven. Na de reeds vermelde toosten stelde de burgemeester ook een heildronk in op den feestredenaar van den dag, den hoogleeraar dr. M. De Yries; baron Yan Wassenaer Yan Catwjck, lid van de Tweede Kamer, een op den voorspoed van Leidens uni versiteit, welke hij een sieraad van Nederland noemde. De rector magnificus, de hoogleeraar dr. Huet, antwoordde daarop en bracht hulde aan de volharding der commissie voor hot standbeeld van Yan der Werf; de burgemeester deed ditzelfde aan de vervaardigers van dat monument, de aan den disck aanwezige heeren KcelmAn en Vogel. De heer W. J. Hofdijk wijdde eenige dichtregelen aan het pas onthulde beeld, en de heer Donner, lid van de Tweede Kamer en den gemeenteraad, eerde de nagedachtenis van den grooten Johan Van der Does. Daarna voerden nog andere heeren het woord, doch ten einde niet te uitgebreid te worden, kan hiermede zeker wel worden volstaan'. Het menu zelf luidde als volgt: schildpadsoep, groentesoep, koningspasteitjes, zwezerikkoekjes, ton gen met wittewijnsaus, hutspot en ossenhaas, kalfs kop in schildpadsau8, gemeste kuikens in korst gebakkeD, doperwteD, rjstpodding, abrikozensaus, selderij mot ossenmerg, gebraden patrijs, compote, Russische zalmsalade, haring met wittebrood, vruch tengelei, geklopte room met aardbeien, Van-der- Werfgebab, ijs, vruchten en nagerecht. Als predikant dsr Ned.-Herv. gemeente te Aarlanderveen is beroepen de heer C, Bouthoorn, eandidaat. Beroepen is te Oosterwierum de heer E. J. J. HomaD, eandidaat, die bedankt heeft voor Water landkerkje. De nieuwbenoemde luitenant-kolonel E. J. L. Meuter blijft in zijn nieuwen rang het commando voeren over het 2de bataljon van het 2de regiment infanterie te Maastricht, terwijl aan den nieuwbe- noemden majoor S. A. Lntz het bevel wordt op gedragen over het lste bataljon van het 4do regi ment te Delft. De schrijver der Haagsche kroniek in de „N. Gron. Crt." zegt, de onrustbarende mededee- lingen te kunnen tegenspreken, die dezer dagen over 's Konings gezondheidstoestand zijn gedaaD. Wel verre van ernstig ziek of opnieuw ingestort, is de Koniog in de laatste weken vrij gezond en in kracht toegenomen. De reis naar Luxemburg is niet ondernomen zonder voorafgaande raadpleging met 's Konings lijfarts dr. Vinkhuyzen Sr., die, voor enkele maanden in do grootste bezorgdheid over Zr. Ma. toestand, er thans geen bezwaar hoege naamd in gezien heeft, dat hij zich op reis begaf. Men leide daaruit niet af dat 's Konings kwaal ge heel is geweken: dat is helaas het geval niet; de kiem van de nieraandoening is niet overwonnen en al verkeert Z. M. dus ook in een bevredigenden tosstand, er blijft op den duur gevaar bestaan voor eene herhaling der ziekteverschijnselen. Het „Vad." verneemt dat de luitenant-generaal K. Van der Heyden door den Franschen minister van openbaar onderwijs benoemd is tot „officier de l'Instruction Publique." Deze benoeming is het gevolg van het rapport, dat door den markies Brau de St.-Pol Lias over zijne zending naar Atjeh is uitgebracht. De hulp, hem op zijne wetenschappelijke reis door den generaal verleend, wordt in dit rapport met de hoogste waardeering in herinnering gebracht en heeft den betrokken minister doen besluiten de onder scheiding toe te kennen en den heer St.-Pol Lias op te dragen de insignes namens hem persoonlijk aan den generaal te overhandigen. De leden der Algemeene Synode zijn opge roepen tot eene buitengewone vergadering op 15 dezer, ter benoeming van een hoogleeraar vanwege de Ned.-Herv. Kerk. Door de jury, samengesteld uit de commissie van toezicht, voorgelicht door de heeren hoogl.- directeur Aug. Allebé, Ch. Rochussen en ScholteD, directeur van het Rijks-Museum, is gisteren uit spraak gedaan omtrent den aan de Rijks-academie van Beeldende Kunsten gehouden wedstrijd, in de schilderkunst. De heeren Jac. Yan Looy en Jan Dunselman hebben beiden eene schilderij geleverd van zoo groote verdienste, dat hun gelijkertijd aan spraak op de medaille is gegeven en de commissie beloofd heeft hare beste pogingen te zullen aan wenden om, ondanks het beperkend reglement, de regeeriug te bewegen de beide mededingers deze onderscheiding te doen toekennen met het daaraan verbonden uitzicht eener vierjaarl jksche subsudie, tot voortzetting hunner studiën iu het buitenland. De regeering heeft bericht ontvangen dat in Mei 1885 te LoDdeD, onder het patronaat van de koningin van Engeland en het voorzitterschap van den prins van Wales, eene internationale tentoon stelling zal gehouden worden van uitvindingen, gedaan sedert 1862. Tot het verkrijgen van miichtingeii' worden be langhebbenden verwezen naar cb onderstaande adressen, aan welke de bescheiden omtrent de ten toonstelling zijn toegezonden: Het Koninklijk Instituut van ingenieurs te's Gra- j venhage; de Maatschappij tot bevordering der Bouwkunst, te Amsterdam het hoofdbestuur der Yereeniging tot bevordering van fabrieks- en handwerksnijverheid in Nederland, te 's-Gravenhage; het bewind der Yereeniging van en voor Neder landsche industriëelen het hoofdbestuur der Nederlandsche Maatschappij tot bevordering van Nijverheid te Haarlem; het hoofdbestuur der Hollandsche Maatschappij van Landbouw; het hoofdbestuur der Friesche Maatschappij van Landbouw en Yeeteelt te Leeuwarden. Op verzoek is eervol ontslag verleend aan den heer L. Yan der Wurff als prosector bij de ontleedkundige lessen aan de universiteit te Utrecht. Gedurende een ruim veertigjarigen werkkring was genoemde heer bij het onderwijs behulpzaam en werd hij door hoogleeraren en studenten hoog gewaardeerd. Blijkens eene part. correspondentie aan het „Hbl." dd. 2 Sept. uit Kotta-Radja zit de vijand nog altijd links en rechts en verstrekt hij zich in het gezicht van onze bentings. Behalve enkele kleine voorvallen die met den eigenlijken oorlog niet te maken hebben, schijnen ook de Atjehers eene afwach tende houding aan te nemen. In de XXVI Moekims worden door ons drie ben tings opgericht. Van 25 op 26 Augustus werden de loodsen der steenbakkerij voorbij Kotta-Alam, door eenige Atje hers in brand gestoken, vermoedelijk met het doel om de Chineezen naar buiten te lokken en onder handen te nemen. Men denkt hierbij aan eene wraak oefening, daar eenige dagen te voren een Atjeher, die tegen donker zich nog in de mier baadde, door de Chineezen, die dachten kwaad volk te zien, moet zijn doodgeschoten. Yan uit Kotta-Alam en Oleh-Karang rukten pa trouilles uit, doch zagen geen Atjehers meer. Enkele dagen te voren werd bij Lamjong een Chineesch tokotjo in brand gestoken, wat gevaarlijk had kunnen worden voor de gebouwen en de ben- ting; het gelukte echter den commandant deze te behouden. In den nacht van 26 op 27 Aug. werden nabij Pontoh Perak eenige Chineezen, die buiten de ver sterking bij hunne groententuinen wonen, door Atjehers geattakeerdzij hadden het echter bij tijds gemerkt, waardoor het allen op een na gelukte te ontkomeü; deze werd afgemaakt. Den 2Ssten Augustus werd het vonnis uitgespro ken over den deserteur Cohen, alias Toekoe Ali. Wat dit vonnis behelst zullen we later vernemen, na approbatie van het hoog militair gerechtshof Den volgenden dag meldde zich een deserteur (Ambonees) bij de hoofdwacht te Kotta-Radja; - volgen8 zijn verhaal was hij met tien Atjehers uit gezonden om te marandeeren, doch was het hem gelukt nabij Kotta Alara te ontkomen en de rivier over te zwemmen. Nauwelijks zijn de geruchten omtrent eene verplaatsing van graaf Herbert Von Bismarck als gezant naar Londen gelogenstraft, of thans melden de Duilsche bladen dat de zoon van den Duitschen Rijkskanselier bestemd is tot het vervullen van een gewichtigen post aan het ministerie van bniten- landsche zaken, te Berlijn. Intnsschen is het zeker, dat de minister van het Duitsche keizerrijk te 's-Gra- venhage vermoedelijk vóór of op 8 October op zijn post wordt, terngverwacht ten einde zich voor goed in het huis zijns voorgangers, aan de Prinsesse- gracht, te installeeren. Bij beschikking van den minister van binnen- lindsche zaken is voor hst tijdvak tot en met 31 Dec. 18S5 benoemd tot adsistent in het zieken huis te Groningen dr. G. W. S. Lingbeek aldaar. De gewone audiëntie van den minister van oorlog zal Donderdag en die van den minister van marine Vrijdag a. s. niet plaats hebben.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 1