LEIDSCH DAGBLAD. ft9. 7521. Maandag 25 Augustus. LOOPING Eerste Blad. aan den Borg dag 13 Sep- terdag 20 PRIJS DEZER COURANT I ▼•or Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Akooderlijfce Nommers.0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTESTtEK: Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.174- Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasse»- ren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend. Dit nommer bestaat uit TWEE BLADEN. Voor de Inteekenaren daarop behooren bij dit nummer van het Leidsch Dagblad de Nos. 119 tot 128 der Ingekomen Stukken van den Gemeenteraad. Eene inrichting, die ons ontbreekt. Een van de onaangenaamheden, die hot gevolg zjjn van de verschijning bier of daar van eene be smettelijke ziekte, is de uitbreiding van de litera tuur over dat onderwerp. De couranten doen plot seling de politieke gebeurtenissen naar den achter grond wijken en wijden aan knnst en literatuur nog minder aandacht dan gewoonlijk, - maar be schouwingen over of naar aanleiding van de „ziekte1' en de middelen om haar het hoofd te bieden doen opgeld en komen dagelijks onze aandacht vragen. We zullen er niets tegen zeggen, - 't is misschien noodig: en nu we over den eersten schrik heen zijn, kan het geen kwaad meer ook. Laat ons ook dankbaar erkennen dat men het uit den aard der zaak weinig vermakelijk onderwerp zooveel mogelijk heeft trachten op te sieren met de arabesken van den humor om het lot des courantenlezers een weinig te verlichten. Hebben we niet aan deze lofwaardige poging do mini8teriëole aanschrijvingen over de desinfectie van „vuil linnengoed" te danken, en de meer dan kluchtige berichten over de manier waarop men die voorschriften aan de grenzen heeft toegepast? Wij zullen ditmaal eens niet over de cholera schrijven. Maar toch wel over eene quae3tie, die met haar in eenig verband staat. Immers, terwijl voorzichtige gemeentebesturen intijds zorgen of reeds gezorgd hebben om, mocht de ziekte hierheen doordringen, een plaats beschikbaar te hebben voor verpleging en afzondering van de eerst aangetasten, en ook bij ons daartoe het noodige wordt gedaan, rijst onwil lekeurig de vraag: Hoe staat het toch onder ge wone omstandigheden met de ziekenverpleging? Do vreemdeling, die na van het station tot aan het standbeeld van Boerhaave te zijn gewandeld, een blik slaat op het prachtig gebouw daarachter, en verneemt dat daar het „Ziekenhuis" is, zal ons ongetwijfold benijden om de ruime en heerlijke ge legenheid tot verpleging van kranken, die orn de eene of andere reden in hun eigen woning niet kannen hebben wat zij tot herstel hunner gezond heid behoeven. Do noodzakelijkheid van het bestaan eeaer der gelijke inrichting ligt zoo voor de hand, dat een groot aantal gemeenten daarin hebben voorzien, en onaer deze zelfs plaatsen van betrekkelijk kleine volkrijkheid en beperkte fiaantiëele krachten. Voor eerst geldt die behoefte voor de armen, voor wie het in de meeste gevallen wenschelijk is dat zij, bij ernstige ziekte, aan huu dagelijksche omgeving worden onttrokken en in het genot gesteld van een rationeele verpleging met geregelde, door de weten schap afgepaste voeding. Doch ook voor anderen, die zelf gedeeltelijk of geheel in d9 kosten kunnen voorzien, is opneming in een ziekenhuis dikwijls hoogst wenschelijk. Stelt u voor het hoofd van een druk gezin, die, krank geworden, boven alles stilte on rust noodig heeft, - hoe kan hij dat in zijn eigen niet al te ruime woning vinden? Ea dan het groot aantal jongelieden, die bij anderen inwonen, 'op kamers of in den huiselijken kring, - is niet voor hen de kans op herstel veel grooter, wanneer zij huQ intrek nemen in een wei-ingericht ziekenhuis, dan als zij blijven overgelaten aan de - somtijds trouwe maar ook niet zelden onvoldoende verzorging van niot-deskundige vreemden? Laat ons echter niet zoeken naar argumenten om daarmee te bewijzen wat volstrekt geen bewijs noodig heeft, maar waarvan ieder ten volle overtuigd is. Zooals gezegd is, in de meeste steden treft men tegenwoordig een ziekenhuis aan, waar de behoef- tigen gratis, anderen tegen betaling volgens hun klasse worden verpleegd. "Wenden wij ons liever tot onzen vreemdeling, dien we daar neergcplant hebben vlak vóór Boerhaave's beeld, en die nog altijd niet van zijne bewondering is bekomeD. „Mooi, nietwaar!" Maar - o vreemdeling! geef u de moeite niet ons om het bezit dezer prachtige inrichting te benijden. Want door haar zijn eigenlijk Leidons burgers in slechter conditie dan de inge zetenen van andere gemeenten. Wel worden hier. vooral met het oog op do studie der aanstaande medici, armen opgenomen, - doch als voor ons, niet-armen, tegen betaling plaatsing wordt gevraagd, dan wijst men ons op deze Rijks-inrichting af. Yoor de min- of meergogoeden is hier geen gelegenheid om buiten hun woning te worden verpleegd. We zouden onzen troost elders moeton zoeken. Als de onderzoeklievende vreemdeling ons vraagt of het niet mogelijk zou zijn, met het Rijk tot eene schikking te gerakon omtrent verploegkosten, dan moeten we onze incompetentie belijden. Vroeger Bchoen dit wèl te kunnen. Sedert eenigen tijd houdt men ons de deur voor don neus dicht. We twijfelen ook geenszins, of het gemeentebestuur zal wel alles gedaan hebben wat hot kon om eeno aannemelijke overeenkomst te verkrijgen, maar wie vermag iets tegen de logica van een plotseling gerezen berg van onoverkomelijke bezwaren Dus, vreemdeling! benijd ons niet, beklaag ons veeleer. In de hospitaal-quaestie vervullen wij de do Tantalus-rol. We aanschouwen, maar mogen ons niet lavon. Ons oog rust op het schoone landschap, doch onze voet mag het niet betreden. IntusBchen gelooven we dat het hier eene zaak geldt waaraan in onze gemeente Leidens ingezetenen ook wel eens hun aandacht mogen wijden. Er bestaat op dit oogonblik een leemte, die vervuld behoort to worden. Blijfc de opneming in het Academisch Ziekenhuis den niet-behoeftigon ontzegd, dan zal het noodig worden eene andere inrichting in hot leven te roepen voor ziekenverpleging, en voorzeker zullen we hem hoogst dankbaar zijn die voor eene openbare gedachtenwissoling over dat onderwerp het initiatief neomt. Indien de burgerij Laar belaDgen in deze op gepaste wijze behartigt en met eenigen aandrang vraagt om voorziening in doze behoefte, dan zal voorzeker het bestuur onzer gemeente haar medewerking aan de oplossing van dit vraagstuk niet onthouden. fjBISMESltf, 23 Augustus. Ongeveer half September a. s. zullen onze stadgenoote mej. A. Do Graaf en de heeren W. en V. E. Van Thienen uit Delft eon concert geven in de Luthersche kerk alhier, waarbij de heer Wetrens zijne welwillende medewerking heeft toegezegd. Wij meenen het publiek geen ondienst te doen met de mededeeling van eonige bijzonderheden omtrent do hier ter stede nog weinig bekende ge broeders Van Thienen, waardoor ongetwijfeld bij vele kunstvrienden het verlangen zal opgewekt worden hun schoon orgelspel te gaan hooren. Beide kunstenaars toch zijn blind. Het gemis van een zoo gewichtig orgaan als het gezichtsvermogen oefent blijkbaar een zeer gunstigen invloed uit op hun spel. Daar zij door niets hoegenaamd worden afgeleid wanneer zij voor het klavier zitten, houdt hun geest zich uitsluitend bezig met de vertolking dier kunstwerken, waarvan alleen ware kunstenaars het geheim der voordracht bezitten. Eene fogavan Bach of een orgelconcert van Hiiadel wordt ge speeld met eene toewijding en eene voordracht, zóó bezielend, dat zelfs de meesteischende criticus voldaan kan zijn. Als leerlingen van den voor de kunst te vroeg ontslapen toonkunstenaar J. A. Klerk, doen zij diens nagedachtenis groote eere aan; zelfs is do heer W. Van Thienen hem als organist in de Oude Kerk te Delft opgevolgd. Het behoeft geen betoog dat, waar zulke talent volle mannen zich doen hooren, het succes van hun optreden niet twijfelachtig kan zijn. Denkt men verder aan de afwisseling, die het programma zal aanbieden, aan het hernieuwde optreden van de in het buitenland met roem bekende en hier zeer ge waardeerde soliste mej. Anna De Graaf, dan waohfc ons voorzeker een groot kunstgenot. Naar wij ver nemen, zullen eerstdaags lijsten circuleeren, die het kunstlievend publiek ter teekening zullen worden De heer Koopmans Van Boekeren, wiens gavo als redenaar zooveel bijdraagt om zijne humoris tische voordrachten te doen genieteD, heeft een zevental van deze - mot nog eene achtste schets - in het licht gegeven. Zij vormen het 150ste deeltje der Guldens-Editie, thans bij den heer Charles Ewings te 's-Hage verschijnende. Al verliezen die opstellen iets van het aantrekkelijke dat hun de voordracht van don schrijver zei ven geeft, zij amu- seeren door den gezonden geest en den hamor die er uit spreekt, terwijl zij door vloeienden stijl uitmunten. Gedurende deze week zijn dagelijks in het Werkhuis alhier opgenomen van 3963 volwassen personen en van 411 kinderen. De inzamelingen voor de scholen met den bijbel hebben dit jaar opgebrachtte Leiden ƒ203.77, te Oestgeest 647.35, te Katwijk aan Zee ƒ28.75, te Noordwijk aan Zee 64, te Koudekerk 52.02 en te Hazerswoude 277.63. Maandag a. s. zal het veertig jaar geleden zijn dat de zeoreerw. heer F. H. Mensiog, R.-C. priester en pastoor te Oestgeest, zijne H. priester wijding ontving. Dat het den jubilaris vergund moge zijn bet gouden jubelfeest te viereD, is voorzeker de wensch van al zijne parochianen. Den 9den September a. s. zal door de aldaar gevestigde afdeoling der Hollandsche Maatschappij van Landbouw eene tentoonstelling van paarden, vee, landbouwvoortbreng8elen enz. gehouden worden. Bij het examen in hot Duitsch, te Utrecht, zijn toegelaten de heeren A. Hola te Aalsmeer en K. Klamer te Alfen aan don Rijn. Van de classicale vergadering van Bommel was bij de Synode een verzoek ingekomen om pogingen aan te wenden tot wijziging van het Kon. besluit van 1 Aug. 1816, No. 65, en een ander verzoek, tot verkrijging van vrijstelling van krijgsdienst voor jongelieden, die in de twee hoogste klassen der gymnasia zich tot de theologische studiën voorbereiden (dit zijn namelijk dezelfde jongelieden, die onder de vroegere wet reeds studenten waren). De commissie ad hoe stelt voor die belan gen in de handen der Synodale commissie te stellen. Belangrijke feiten werden dienaangaande aan hot lioht gebracht en met algemeene stemmen is over eenkomstig de conclusie der commissie besloten. De kerkeraad van Bruinisse heeft zich eerst tot het classicaal bestuur van Zieriksee, dan tot het Pro v. bestuur van Zeeland en nu eindelijk tot de Synode gewend om inlichting over den doop, omdat voel menschen in die plaats tot de Nederl.-Her vormde gemeente wonschen over te gaan, nadat zij tot eeno sekte behoord hebben, en er twijfel bestaat of zij niet herdoopt behooren te worden. Maar de Synode heeft geoordeeld dat de kerkeraad van Bruinisse in die aanvraag niet ontvankelijk was» Ook de classicale vergadering ?an Franeker

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 1