LEIDSCH
DAGBLAD.
N°. 7427.
Maandag 5 Mei.
A0. 1884.
Eerste Blad.
PEIJS DEZER COURANT:
Véor Leiden per S maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers.0.05.
Deie Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
FBIJS DER ADVERTENTIES
Van 1—6 regeli 1.06. Iedere regel moer 0.17A
Groolere letters naar plaatsruimte. Voor het incassee-
ren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
Dit nommer bestaat uit DRIE BLADEN.
OfQciëel© HennSasreringeBu
De Burgemeester van Leiden;
Gelet op art. 21 der wet van 4 December 1872 (Stbl.
No. 134);
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat in de afge-
loopen week 4 personen aan mazelen zijn overleden.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
3 Mei 1884. DE KANTER.
Schande?
Dezer dagen werd in den Amsterdamseben Ge
meenteraad door een der leden de aandacht van
den Raad gevestigd op eene zaak, waarbij alle
gemeenten, vooral de grootere, die er dikwijls nogal
vrij uitvoerige strafverordeningen op nahouden, be
trokken zijn, ofschoon zij toch eigenlijk veeleer
eene zaak van algemeen belang is en dan ook bij
de behandeling der laatste begrooting van Justitie
in de Tweede Kamer uitvoerig wörd besproken. Bij
die gelegenheid word nl. met nadruk gewezen op
het schadelijke van een strafstelsel, dat de subsidiaire
hechtenis bevordert, zoodat de gewoonte om eene
boete „af te zitten" meer en meer veld wint en
het „zitten" hoe langer hoe minder als eene schande
wordt beschouwd. Tegen dat euvel, zoo werd er
bijgevoegd, kunnen de wetgever, ook de gemeente-
wetgever, en de rechter wel niet alles, maar toch
iets doen.
Gedachtig aan dat „ook de gemeentewetgever",
deed bedoeld lid van den Amsterdamschen Raad
het vooi'Btel om bij de strafverordeningen, door den
Raad uitgevaardigd, zooveel mogelijk het maximum
der boete te verlagen en de naast de boete be
dreigde gevangenisstraf weg te laten. Op die wijze
wordt de gewoonte bevorderd om door vrijwillige
voldoening van het hoogste bedrag de vervolging
af te koopen en wordt bij veroordeeling de kans
dat men gaat „zitten" verminderd.
Heel fraai geredeneerd, had men daarbij slechts
één zaak niet vergeten, nl. dat men hier te doen
heeft met een volksvooroordeel, neen, jnister gezegd,
eene volksmeening, die des te moeilijker valt uit te
roeieD, omdat er maar al te veel grond voor bestaat.
De volksklasse over het algemeen aebt het „zitten"
tot het delgen van eene zoogenaamde poÜtiestraf
geen schande, on op haar standpunt niet geheel ten
onrechte. Het hangt er maar van af, wat men door
schande gelieft te verstaan.
Voor de vraag: Is het „zitten" voor eene politie-
overtreding eene schande? komt voor velen deze
andere in de plaats: Is het gemis van de noodige
penningen om de op zulk eene overtreding gestelde
boete te voldoen eene schande? Die vraag nu
is voor menig gezin, dat ternauwernood in de onmis
baarste levensbehoeften kan voorzien, al heel moeilijk
bevestigend te beantwoorden. Evenmin als rijkdom
op zich zelf altijd als eene eer is te beschouwen,
kan armoede als eene schande gelden.
Nu is daarmee volstrekt nog niet gezegd dat
niet menigeen gaat „zitten", voor wien het betalen
der boete geen onmogelijkheid zou zijn, en voor
hem is het zeker allerminst eene eer dat hij zich
zonder noodzaak voor één- of tweemaal vier en
twintig uren van zijne vrijheid Iaat berooven, maar
die schande drukt niet op hem persoonlijk, hij
verschuilt zich achter die groote schare standge-
nooten in de maatschappij, die werkelijk niet be
talen kunnen.
Dat niet kunnen heeft men hier trouwens wel
wat al te veel over het hoofd gezien. Zou het ver
schijnsel dat men tegenwoordig veel meer dan
vroeger eene boete gaat „afzitten" niet voor een
deel ook een gevolg zijn van de schaarschte aan
werk, waaronder zooyelen uit de volksklasse in
den laatsten tijd gebukt giDgen? Is het zoo te
verwonderen dat de man, die toch geen werk heeft
te verzuimen, maar liever gaat „zitten", om de
boete uit te halen of, zooals de eigenaardige uit
drukking luidt, te „verdienen?" En wanneer de
boete eene vrouw betreft - en dat gebeurt nogal
eens wegens tal van geringe overtredingen door
kleeden kloppen, straat schoonmaken enz. - is er
natuurlijk in het geheel geen sprake van verzuim
van loongevenden arbeid.
Daarbij komt in de laatste jaren de breede schare
van hen en, helaas! ook wel van haar, die wegens
openbare dronkenschap worden veroordeeld, soms
voor do ja, wie weet, hoeveelste maalBij hen behoeft
men zeker op geen betaling van boete te rekenen.
Maar - om nog even op het begrip „schande"
terug te komen - er moet hier nog rekening worden
gehouden met een belangrijken factor, nl. het ver
schil van opvatting bij verschillende standen. Alle
burgers zijn gelijk voor de wet, zegt men. Theo
retisch ja, practisch volstrekt niet. "Wie is kiezer?
Hij, die een zekeren census betaalt, met andere woor
den: een zeker vermogen bezit of althans een zeker
inkomen heeft. Wie koopt zijn zoon vrij van den
militairen dienst. Hij, die daartoe de noodige mid
delen heeft? Wie voorkomt het ondergaan eener
politiestraf door het betalen der hoogste boete?
Hij, voor wien het betalen van zulk een bedrag
geen bezwaar oplevert. Is nu hij, die geen kiezer
is, bij, die zijn zoon soldaat laat worden, bij, die
eene boete gaat „afzitten", een voorwerp van schande?
De eerste zeker nietde tw ;ede ook niet, althans
niemand zal dit rondweg durven verklaren, en
toch - onder zekere standen rekent men het sol-
daatechap alles behalve tot eene eer eu haast men
zich don zoon, die in de loting valt, een plaats
vervanger te verschaffen ondanks alle fraaie rede
neeringen over de eer om de wapens voor het
vaderland te dragen. Zou dan hij, die eene boete
gaat „afzitten", zich daardoor schande op den hals
halen? Waar is hier de grenslijn? Zij is al heel
moeilijk aan te gevenimmers al de drie quaestiën
zijn, de eene even goed als de andere, quaestiën
van geld, die eigenljk, wanneer men de zaken
goed beschouwt, alle maatschappelijke toestanden
beheerschen.
Welnu, dan kan men ook niet absoluut zeggen
dat het „afzitten" eener boete eene schande is voor
iemand uit do volksklasse, die grootgebracht is in
het bewastzijn dat zij verstoken is van tal van
voorrechten, die voor de hoogere standen zijn weg
gelegd. Op dien grond heeft niemand uit die hoogere
staüden het recht het eene schande te noemen,
wanneer iemand uit de lagere standen gebruik
maakt van een recht, dat de wet hem toekent. De
fout zit naar onze meening in het tweeslachtige
der straffen, op sommige overtredingen gesteld. Een
vergrijp, zwaar genoeg om gevangenisstraf na zich
te sleepen, moest niet voor geld af koopbaar zijD
en evenmin eene overtreding, licht genoeg om door
eene boete te worden gekweten, gevangenisstraf na
zich kunnen sleepen. Aldus zou men bij eene ge
zonde opvatting komen tot de afschaffing van alle
subsidiaire straffen. De wetgever zou dan hebben
uit te maken, op welke wijze de onwilligen, welke
laatsten anders vrij talrijk zouden worden, tot het
betalen der boete zouden kannen worden gedwongen.
En de middelen daartoe bestaanof worden zij niet
toegepast op hen, die nalatig zijn in het betalen
van verschuldigde belastingpenningen?
LEIDEN, 3 Mei.
In het heden verschenen nummer van „Sem-
pervirens" worden nadere mededeelingen gedaan
aangaande de voorgenomen wetenschappelijke reis
van de heoren Suringar en Martin naar West-Indië,
en wel naar aanleiding van eene korte voordracht,
daarover door eerstgenoemde in de Koninklijke
Academie van Wetenschappen te Amsterdam ge
houden. Daaruit blijkt o. a. dat, behalve van de zijde
der Regeering, die de noodige toostemming verleende,
en van het Aardrijkskundig Genootsohap, in ver
band waarmede de reis in de eerste plaats wordt
ondernomen, een bewijs van belangstelling ontvangen
werd van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land
en Volkenkunde van N.-I., dat eveneens een krediet
ten behoeve van het onderzoek heeft aangeboden.
Blijkens de nu gesloten lijsten bedraagt het
getal kiezers in deze gemeente: voor de Tweede
Kamer der Staten-Generaal 1298, voor de Provin
ciale Staten 1296 en voor den Gemeenteraad 1816.
De benoeming van den lsten luit. J. P. A.
De Kleyn, van het 4de reg. inf., tot commandant
van de 3de compagnie hospitaal-soldaten, is ten
gevolge van het door hem daartoe gedaan verzoek,
ingetrokken.
De opbrengst van het personenvervoer tusschen
Leidon en Haarlem per Noord-Zuid-Hollandsche
Stoomtramweg-Maatschappij bedroeg in de maand
April ƒ5008.25 en van het goederenvervoer ƒ302.82,
zijnde over het totaal 6.32^ per dagkilometer.
Gedurende deze week zijn dagelijks in het
Werkhuis alhier opgenomen van 4357 volwassen
personen en van 24 kinderen.
Door den commissaris des Konings in Noord-
Holland is bepaald dat de eind-examens van de
Hoogere Burgerscholen in die provincie dit jaar te
Amsterdam zullen plaats hebben en zijn benoemd
tot voorzitter dier commissie, dr. D. Van Lankeren
Matthes. directeur der Hoogere Burgerschool met
Öjarigen cursus te Amsterdam tot ledeD, de heeren
C. W. De Sauvage Nolting en Th. H. De Beer,
leeraren aan genoemde schoolmr. F. A. De Graaff,
W. M. Logeman en A. Van der Voort, leeraren
aan de Hoogere Burgerschool met Öjarigen cursus
te Haarlem; A. Pelt, directeur, en dr. G. Doijer
Van Cleeff, leeraar aan de Hoogere Burgerschool
te Zaandam; A. Labberton en R. Van Duinen,
leeraren aan de Hoogere Burgerschool te Hoorn
W. Van Ravenhorst, leeraar aan de Rijks Hoogore
Burgerschool te Alkmaar; dr. H. J. Cal koen, leeraar
aan de Hoogere Burgerschool te Enkhuizen, en
W. P. Wolters en dr. A. W. Kroon, leeraren aan
de Hoogere Burgerschool te Leiden.
De Senaat dor Universiteit van Amsterdam
heeft de volgende prijsvragen uitgeschreven, te be
antwoorden vóór 1 Mei 1885 door studeerenden
aan eene Nederlandsche instelling van universitair
onderwijs:
Faculteit der letteren. - De faculteit verlangt eene
nauwkeurige beschrijving van de uitkomsten der
onderzoekingen, welke Europeesche reizigers na het
verschijnen van Ritter's „Asien" (Band VIH), aan
gaande de gesteldheid van Arabië's bodem hebben
ingesteld.
Faculteit der godgeleerdheid. - De faculteit vraagt
een onderzoek naar de eenheid der Apocalypse van
Joannes.
Faculteit der wis- en natuurkunde. - De faculteit
verlangt een stelselmatig onderzoek naar de eigen
schappen en gedaanten der krommen van de derde
klasBe. Zij wenscht die eigenschappen niet met behulp
van het reciprociteitsbeginsel uit die van de krom
men van den derden graad afgeleid, maar zelfstandig
ontwikkeld te zien.
De vragen moeten worden beantwoord in de taal
waarin zij zijn gesteld.
Op den derdon Dinsdag van de maand September
1885 wordt het oordeel der faculteiten over de in
gekomen verhandelingen in het openbaar medege
deeld, en aan de Rchrijvers der meestvoldoende ant
woorden, die door de faculteiten de eer der be
kroning zijn waardig gekeurd, de gouden eerepen
ning uitgereikt.