LEIDSCH
DAGBLAD.
iV. 7248.
Woensdag 3 October.
A0. 1883.
Avond-editie.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franc* per post1.40.
AfzonJïflijke Nommers0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
TRIJS DER ADVERTENTIES:
Tan 16 regels 1.06. Iedere regel meer 0.17}.
Grootere letters nanr plaatsruimte. Voor het iocassec-
ren batten de stad wordt 0.10 berekend.
Officieele Kennisgeringen.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
Gezien art. 8, 1ste alinea, der wet van 2 Juni 1875,
(Staatsblad No. 95), tot regeling van het toezicht bij het
oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder
kunnen veroorzaken;
Brengen bij deze ter algemeene kennis dat door hen op
heden vergunning is verleend aan H. MEYERAAN en
rechtverkrijgenden, tot het oprichten van eene koffie
branderij in het perceel in de Nieuwstraat No. 57.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
1 Oct. 1883. E. KIST. Secretaris.
De Burgemeester van Leiden brengt ter algemeene
kennis dat het Bureau Tan den Burgerlijken Stand
op aanstaanden Woensdag den 3den October des namid
dags te één uur gesloten zal zijn.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
2 Oct. 1883. DE KaNTER.
LEIUEK, 2 October.
Op uitnoodiging van het bestuur der ver-
eeniging „Nut en Genoegen" kwamen gisteravond
in het lokaal dier vereeniging, in de Schoolsteeg,
afgevaardigden van zestien werklieden-corporatiën
bijeen, ten einde de noodige samenwerking te ver
krijgen om den 26sten Mei 1884, den dag waarop
ter herinnering aan Leidens beleg en ontzet het
Monument zal onthuld worden, naar waarde te vieren.
Een bepaald besluit kon echter nog Diet worden
genomen. "Wèl waren de afgevaardigden zeiven het
beginsel toegedaan, doch eer6t moeten zij elk met
de overige leden hunner vereeniging eene verga
dering honden, om van hunne medewerking - waar
aan trouwens niet te twijfelen valt - verzekerd te zijn.
De ondersteuning, welke de vereenigde werklieden-
corporatiën met den historisch-allegorischen optocht
bij het heuglijke feest van 3 October 1874 van
Leidens gemeentebestuur en van de meergegoedo
inwoners mochten ondervinden, zal huD, zoo ver
trouwen zij, intusschen ook nu niet ontbreken.
De omstreeks 500 kinderen, die morgenmiddag
om ééa uur op de Ruïne eerige vaderlandsche lie
deren zullen zingen, zullen zich daartoe in de Stads-
zaal vereonigen en alsdan in optocht door de kapel
der schutterij naar het bij den muziekkiosk voor
hen afgeschoten terrein worden geleid. Na de uit
voering zullen ze opnieuw een ommegang langs
enkele hoofdstraten doen en in de Stadszaal op
versnaperingen worden onthaald.
Den lOden October a. s. zal het 25 jaren
geleden zijn dat dr. J. G. R. Aequoy, hoogleeraar
aan de universiteit alhier, zijn intrede als predikant
bij de Hervormde gemeente te Eerbeek deed.
Tot onderwijzeressen aan de nieuw opge
richte meisjesschool te Amersfoort zijn o. a. be
noemd mej. A. J. J. Van Loghem en H. M. Bos,
te Leiden.
De heer F. C. X. Mosmans, sedert 1872 ka
pelaan aan de kerk O. L. V. Hemelvaart alhier,
benoemd tot pastoor te Burg op Tessel.
De collecte voor de noodlijdenden in Neer-
laDdsch-Indië heeft teLeiderdorp opgebracht f 133.94.
De heer B. J. "Wéruméus Bnning zal aan
staanden Zondag 7 October, des voormiddags te
balfden, als predikant bevestigd worden te Hoog-
made door den consalent ds. W. Klercq, predikaot
te Koudekerk, en des namiddags te twee uren zijne
Intreerede houden.
Naar aanleiding van Genesis 32 vers 10a
herdacht ds. T. Lion Cachet te Rotterdam Zon
dag-morgen in de godsdienstoefening zijn zilveren
huwelijksfeest en tevens den dag, waarop hij vóór
d4 jaren, van den Israëlietischen tot den Protestant-
schen godsdienst overgegaan zijnde, in de Noor-
derkerk te Amsterdam werd gedoopt. De gemeente
Z0Dg a$o het einde der godsdienstoefening den
feestvierenden leeraar het,Dat 's Heeren ".egen
*P o daaP toe.
Aanstaanden Zondag-avond zal de nieuw be
noemde bisschop van Haarlem in de kathedrale
kerk aldaar zijne plechtige intrede honden.
De bisschop heeft, naar aanleiding van een rond
gaand schrijven van den Paus, eene herderlijke op
wekking ter afkondiging aan alle diocesen van het
bisdom doen toekomen, tot buitengewoon plechtige
viering van het feest van O. L. V. van den Rozen
krans op 7 October a. s.
De vergadering van de Vereeniging van Christe
lijke onderwijzers en onderwijzeressen in de pro
vincie Zuid-Holland zal dit jaar den 6den October
a. s. to Rotterdam gehouden worden.
De Staatscourant van heden verbetert eene
cijferfout in hare laatste opgave der Rijks-Post
spaarbank (over de maand Augustus.) Het bedrag
der inlagen moet zijn f 249,387.49.
Volgens de „Figaro had de koning van
Spanje ook gaarne een bezoek gebracht aan Am
sterdam. Hij gaf dan ook, in Daitschlanö zijnde,
zeer duidelijk zijn wensch aan den Nederlandschen
gezant te kennen, mot de stille hoop dat deze hem
namens zijne Regeering zon uitnoodigen. Maar
hierin bedroog hij zich, volgens het blad. De koning
van Spanje reist officiëel en de koning van Holland
houdt niet van officiëele bezoeken; daarom zou de
uitnoodiging achterwege zijn gebleven.
Blijkens telegram van den waarnemenden
agent en consul-generaal der Nederlanden te Alexan-
drië is door hem van de Indische regeering het
telegraphisch bericht ontvangen dat de cholera,
sedert 26 Sept. jl., epidemisch hrerscht te Groot-
Atjeh. Dientengevolge zal, volgens besluit van den
Egyptischen gezondheidsraad, het cholera-reglement
worden toegepast op de van daar komende schepen.
De minister van financiën maakt bekend dat
het saldo van 's Rijks schatkist op 29 Sept. bedroeg
bij de Nederlandsche Bank f 6,039,844.54'/, en
bij de betaalmeesters f 3,957,864 53'/,, te zamen
f 9,997,709.08.
De gewone audiëntie van den minister van
marine zal Vrijdag a. s. niet plaats hebben.
Z. M. heeft benoemd tot notaris binnen het
arrondissement Assen, standplaats Dwingeloo, mr.
J. Beckeringh Van Loenen, thans notaris te Beilen-
tot burg. van Nijeveen, J. A. R. Kijmmell; van
Aalsmeer, J. M. De Kempenaervan Denreen c. a.
P. A. Van der Putten; en van Koudekerke W. A.
graaf Van Lynden.
Uit het Algemeen Verlag over de
Gemeentcbegrootlng.
Onderhoud van straten. - Enkele leden achtten
eene uitgave van f 10,000 voor vernieuwing, met
het oog op den tegenwoordigen financiëelen toestand,
niet raadzaam en eenig uitstel ten deze alleszins
gerechtvaardigd. Anderen hadden daarentegen met
genoegen dezen post wederom op de begrootiDg
ontwaard. Algemeen toch was in den laatsten tijd
de klacht dat voor openbare werken wel wat weinig
werd uitgegeven in vergelijking met andere takken
van den dienst, en ontegenzeglijk vorderden nog vele
straten dringend vernieuwing.
Naar aanleiding van de mededeeling in de memorie
van toelichting dat het voornemen bestond de straat
van de Garenmarkt te vernieuwen, werd door een
lid de opmerking gemaakt dat het voorste gedeelte
dier straat aan de zijde van de Groenebrng in vol
doenden toestand verkeerde, doch dat alleen het
achtergedeelte noodwendig herstelling vereischte.
In eene sectie werd opgemerkt dat ten vorigen
jare eene gewijzigde regeling van het herstellen
en vernieuwen der bestrating was ingevoerd, ook
in verband met de aanstelling van een vierden op
zichter, ten gevolge waarvan de post Werklieden
met f 2000 was verhoogd, welke regeling bedoeld
bod Mer werk te doen verrichten toot minder koe
ten. Nu dezelfde regeling ook voor het volgend jaar
werd gehandhaafd en de post "Werklieden wederom
op hetzelfde ten vorigen jare verhoogd bedrag was
uitgetrokken, deed zich de vraag voor of althans
wel de aangevraagde 6om van f 10,000 voor ver
nieuwing van eenige straten noodig was en of alzoo
niet kon worden volstaan met de herstellingen en
vernieuwingen op de wijze als in de vorige Memorie
van Toelichting omschreven.
Hiertegen werd aangevoerd dat het aantal straat-
makers te gering was om alle noodige vernieuwin
gen uit te voeren en zij al meer dan voldoende
werk hadden met de dagelijks voorkomende her
stellingen.
De buitengewone vernieuwingen, waarvoor thans
wederom f 10,000 werd aangevraagd, zouden ge
schieden bij aanbesteding en alzoo door ander werk
volk dan de gewone straatmakers in dienst der
gemeente. Stelde men er prijs op de bestrating
langzamerhand in voldoenden toestand te brengen,
dan zou nog gedurende eenige jaren op den in 1881
ingeslagen weg moeten worden voortgegaan.
Nog werd door een lid twijfel geopperd of de
bestratingen wel steeds deugdelijk werden uitgevoerd.
Sommige straten toch, als Aalmarkt en Boommarkt,
nog kortelings vernieuwd, verkeerden thans reeds
in gobrekkigen toestand. Yandaar werd in overwo
ging gegeven, bij aannemingen, den aannemer ge
durende eenigen tijd na oplevering aansprakelijk te
stollen voor de deugdelijkheid van het werk.
Het leggen van trottoirs in het Noordeinde werd
door vele leden óf minder noodig geacht öf wel
geheel afgekeurd, terwijl bovendien daardoor het
uiterlijk aanzien der straat niet zou worden verfraaid.
Door anderen werd dit werk evenwel noodza
kelijk geacht, op grond van de drukke passage in
deze straat vooral van wagens en rijtuigen, waar
door de klinkerstraat steeds werd stuk gereden en
menigwerf door vuilheid onbegaanbaar was. Door
het leggen van trottoirs zou aan deze bezwaren
worden te gemoet gekomen.
Onderhoud van wegen en voetpaden. - Aangezien
in verband met de bebouwing van het Plantsoen
thaus een rijweg aldaar was aangelegd, werd de
aandacht gevestigd op het gevaar bij den ingang
van het Plantsoen, op de hoogte van den molen
„de Oranjeboom", voor voetgangers en vooral voor
kinderwagens. Het voetpad toch is aldaar te smal,
zoodat het wenschelijk werd geacht door middel
van aanplemping tot verbreeding over te gaan.
Ook werd gewezen op den vuilen toestand, waarin
de Zijdgracht aan de andere zijde van het Plantsoen
verkeerde, ten gevolge van het gebrek aan door
spoeling, zoodat het wenschelijk was dat daarin
verbetering werd aangebracht. Hieromtrent werd
aangevoerd dat op dit punt geen doorspoeling moge
lijk was, maar dat alleen het drijvend vuil kon
worden weggeruimd.
Onderhoud van bruggen. - Het voorstel tot het
verlagen van de brug over het Levendaal bij de
Kraaier8traat gaf tot eenige besprekingen aanleiding.
Enkele leden zagen de noodzakelijkheid van dat
werk niet in en zouden dien post gaarne van de
begrooting zien verdwijnen. Dat de brug in haren
tegenwoordigen toestand gevaarlijk zou wezen werd
ten sterkste betwijfeld, daar toch andere bruggen,
als de Groenebrng tusschen de Garenmarkt en het
Steenschuur, die veel hooger is dan de brug van de
Kraaierstraat, nooit tot ongelukken hadden aan
leiding gegeven. De voorstanders van de verlaging
beriepen zich op de omstandigheid dat de Kraaier
straat thans de toegang was tot een groot gedeelte
van de nieuwe woningen in het Plantsoen en dat
de hoogte bijzonder hinderlijk was voor de tegen
woordige drukke passage, terwijl de verlaging voor
de scheepvaart in geenerlei opzicht hinderlijk zou