LEIDSCH
DAGBLAD.
N°. 7246.
Maandag 1 October.
A0. 1883.
Derde Blad.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franc per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER AD VERTESTIEN:
Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17$.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incassee-
ren bniten de stad wordt 0.10 berekend.
Oflloiëele KenniHgeringen.
Oproeping In wcrkclijken dienst.
De BURGEMEESTER der gemeente LEIDEN,
Gezien de Circulaire van den heer Commissaris des
Konings in de provincie Zuid-Holland, van den 17den
Augustus 11., A n°. 1916 ("2de afdProcinciaalblad n°. 54,
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de lotelingen,
die in dit jaar zijn ingelijfd bij de bereden corpsen en,
overeenkomstig de 2de zinsnede van art. 57 van het Ko
ninklijk besluit van den Ssten Mei 1862 (Staatsblad n°. 46),
na hunne inlijving tot nadere oproeping met verlof zijn
gezonden, op Dinsdag den 2den October aanstaande
in v/erkelijken dienst zullen worden gesteld, ten einde te
worden gekleed en geoefend
dat zij zich allen rechtstreeks naar hunne garnizoens
plaatsen behooren te begeven;
en dat mitsdien bedoelde lotelingen bij deze onder de
wapenen worden geroepen, met last om te zorgen, dat zij
op gemelden dag vóór vier uren des namiddags bij hunne
corpsen zijn aangekomen.
Ten einde niemand hieromtrent onwetendheid zoude
kunnen voorwenden, geschiedt hiervan openbare kennis
geving.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
20 September 1882. DE KANTER.
LBIBEN, 29 September.
Bg den gemeenteraad is ingekomen een ver
zoek van den heer C. F. A. Hoefftcke, wonende
op de Breestraat, tot bekoming in eigendom van
een stukje grond, uitkomende in de Stadhuispoort,
ter grootte van 5 centiaren. B. en "Ws. stellen voor
dit verzoek in te willigen, mits adressant daarvoor
betaalt f 25, den grond behoorlyk afsluit door een
steenen muur ter hoogte van 2.25 M. en een kolk
legt met uitloozing naar het nabijgelegen riool.
Tevens is een adres ingekomen van den heer
J. L. A. Desertine, om in zijne tegenwoordige be
trekking van atadsheelkundigo te worden geconti
nueerd. Het dagelijksch bestuur stelt voor gunstig op
dit verzoek te beschikken en adressant weer voor den
tijd van driejaar als stadsgeneeskundigetebenoemen.
Daar by Raadsbesluit van 2 October/2 December
1880, regelende do heffing van een belasting onder
den naam van bruggelden in de geraeeote Leiden,
is bepaald dat dit besluit slechts van kracht blijft
tot nlt. December 1883, moet van dien datum of op
nieuw in de heffing van bruggeld worden voorzien.
Vermits de tegenwoordige heffing nooit tot klachten
heeft aanleiding gegeven en de wijze waarop thans
de bediening der bruggen plaats heeft uitnemend
werkt, geven B. en Ws. in overweging op dezelfde
wijze voort te blijven gaan.
Ook wordt in goedkeurenden zin geadviseerd op
het verzoek van den heer A. J. Koole, om, ten
dienste van eeDe aan de Looierstraat te stichten
meelfabriek, een deel van de Zijlsingelgracht in te
nemeD, ten einde diepgaande schepen te kunnen
doen aanleggen. Echter zal adressant voor elke
centiare - het geheel is 132 c. A. groot - vijftig
cents moeten betalen, benevens de kosten van over
dracht, een behoorlyke loodrechte schoeiing laten
maken onder toezicht van den gemeente-architect,
en haar op zyne kosten moeten onderhonden.
Ook zien zij geen bezwaar in het verzoek van
de firma J. Parmentier en Zonen, om van af den
besbaanden filter aan de Mare een aanvoerbuis met
put naar het ketelhuis harer fabriek te leggen en
een afvoerbuis uit den stoomketel naar de Mare,
echter onder door de commissie van fabricage vast
gestelde voorwaarden.
De Kamer van Koophandel te Katwijk heeft
zich gewend tot die van 's-Hage, wijzende op den
algemeenen achteruitgang van de schrobnetvisschery
(tong, schol, tarbot enz.). Zeer veel van die gevangen
visch, klein van stuk, heeft voor de opkoopers geen
waarde. Ten bewijze hiervan voeren zjj slechts aan dat
bij den publieken afslag aldaar voor een mand kleine
schol (keu genaamd), inhoudende (n. b.) 600 stuks,
ftloohts wordt betaald 0.20 a f 0.50. Iadion van
regeering8wege bepaald werd dat de grootte der
mazen of scholen van den zoogeDaamden kuil werd
vastgesteld en die mazen eeDe niet te geringe af
meting hadden, vermeent zy dat hierdoor veel
goeds zon verkregen worden.
Morgeo, Zondag, des voormiddags te halftien,
zal voor de Hervormde gemeente te Lisse optreden
prof. N. Beets, van Utrecht.
De collecte te Zwammerdam voor de nood
lijdenden op Java heeft opgebracht f 120.40.
Heden ging eene commissie, bestaande uit
den luitenant-kolonel der genie J. F. H. Boonacker
te Utrecht, den kapitein der genie H. P. L. C.
De Knuijff, van het departement van oorlog te
's-Hage, en den kapitein-intendant, E. G. Winckel,
toegevoegd aan den hoofdintendant bij het leger
te 's-Hage, een groote reis maken door Pruisen en
Saksen. Het dool is om een onderzoek in te stellen
naar de vele verbeteringen, die in de brood- en be
schuitbakkerijen en in de graanzuivering hebben
plaats gehad. Vooral op de vervanging der steenen
door stalen walsen en het gebruik van militaire
graanstoommolen8, moet de commissie hare aandacht
vestigen, terwyl ze eindelijk ook groote inrichtingen
als kazernen enz. heeft na te gaan.
Het Utrechtsche studentencorps is voornemens
den Koning een eerewacht aan te bieden, die hare
functiën zal verrichten bij gelegenheid van de
plechtige onthulling van het standbeeld ter eere
van graaf Jan van Nassau op 15 October a. 8.
Ten einde een orgaan te bezitten dat ten ge
rieve van alle Nederlanders, waar zij ook zijn ge
vestigd, steeds de titels opgeeft van de nieuwste,
in ons land verschenen werken, heeft de vereeni-
ging van boekhandelaren in Nederland, gesteund
door Indische vakgenooten, besloten het bestaande
„Letternieuws" voor Indië in te richten en op groote
schaal te verspreiden. Behalve de dorre lijst van
boeken, zal het nieuwe „Letternieuws", onder redac
tie van den heer J. F. Van Someren, ook mede-
deelingen bevatten van letterkundigen aard en por
tretten geven van beroemde Nederlandsche letter
kundigen. Dit maandblad wordt onder Nederlanders
buiten Europa kosteloos verspreid.
De minister van waterstaat brengt ter alge-
meene kennis dat gedurende de maand Augustus
1883 zyn ingelegd en terugbetaald de volgende
bedragen: Bedrag der inlagen f 249,387.49, bedrag
der terugbetalingen f 145,463.90, alzoo meer inge
legd dan terngbetaald f 103,923.59. Aan het einde
der maand Juli was ten name der verschillende
inleggers ingeschreven een bedrag van ƒ2,738,223.805,
zoodat de som der inlagen op 31 Augustus 1883
bedroeg 2,842,147.39s.
In den loop der maand zyn 2206 nieuwe boekjes
uitgegeven; 500 boekjes zyn geheel af betaald, zoo
dat aan het einde der maand 61,822 spaarbank
boekjes in omloop waren.
De heer Gamèl te Kopenhagen heeft het
Noordpool-expeditie-rapport, den lsten Augustus jl.
door den luitenant Andr. Hovgaard, commandant
van de „Dymphna", afgezonden, openbaar gemaakt.
Het behelst meerendeels byzonderheden die reeds
bekend zyn door de berichten van dr. Snellen. Ook
luitenant Hovgaard bericht dat reeds tegen het einde
van October de druk van het ijs in de Karazee
dermate toenam dat alle voorbereidselen werden
getroffen om in geval eener onverhoopte vernieti
ging der schepen, te trachten met sleden het land
te bereiken.
Eerst tegen het einde van December bezweek de
„Varna", zonder dat van de lading veel geborgen
kon worden; hierby kwam nog dat de ijsschol waarop
het magazijn was opgeslagen in twee stukken werd
verdeeld en het niet dan met groote moeite gelukte
den voorraad te redden.
Met het aanbreken van het voorjaar werd alles
aan boord der „Dymphna" teruggebracht en ook de
bemanning der „Varna" daar opgenomen. De ge
zondheidstoestand bleef uitstekend, niettegenstaande
de opeenhooping van menschen aan boord; alleen
bezweek de bootsman van de „Varna" den 2den
Pinksterdag aan eene longontsteking.
Van het einde van Februari tot den 11 den Juli
bleef het ijs rustig; toen eerst begon het rondom
de schepen te breken, waarna do „Varna" den 24sten
Juli in de diepte verdween.
Het werd toen echter, met het oog op het afne
men van den mondvoorraad, raadzaam maatregelen
te nemen, om niet weder door het ijs ingesloten
te worden. Luitenant Hovgaard kwam met dr. Snel
len overeen om, indion de „Dymphna" zich den lsten
Augustus nabij de kusten van Jalmals bevond, de
Hollandsche expeditie aan wal te zetten, opdat deze
waarnemingen zou kunnen doeD. Na een kruistocht
naar het noorden, zon de „Dymphna" haar tegen
1 September komen opnemen ten einde naar Noor
wegen terug te keeren. Indien de „Dymphna" echter
niet uit het ijs loskwam, zouden de Hollanders en
de Denen den 15den Aug. gezamenlijk het schip
verlaten, voorzien van levensmiddelen voor twee
maanden. Op 1 Aug. besloot dr. Snellen echter te
vertrekken, daar de tijd die hem overbleef veel te
kort was om waarnemingen van eenig belang te doen.
De commandant der „Dymphna" was nu van
plan om, indien zijn schip tegen alle verwachting
in dit jaar niet loskwam, 10 a 12 man van de equi
page, onder commando van luit. Olsen, naar Dene
marken terug te zenden en met de rest nog een
winter in de Karazeo door te brengen, ten einde
het volgend jaar met zijn schip terug te keeren.
Raakte de „Dymphna" echter op een geschikt
tijdstip los, zoo wilde hij zyn eerste voornemen, zy
het ook met de grootste omzichtigheid, ten uitvoer
brengeD, en indien de toestand van het ijs gunstig
was, den kruistocht naar het noorden niet te ver
uitstrekken, maar van de gelegenheid gebruik
maken om de kaart der Karazee te voltooien. De
„Dymphna" had betrekkelijk weinig schade geleden,
er waren geene zieken en de kolenvoorraad werd
voldoende geacht.
Onder de resultaten van dezen Deenschen pool
tocht verdient vermelding eene belangrijke verza
meling op zoölogisch en botanisch gebied, door den
heer Holm bijeengebracht.
Men leest in de Deventer Courant: „De firma
J. L. Nering Bögel en Co. alhier, die op de ten
toonstelling te Amsterdam slechts met een bronzen
medaille (onder een anderen naam werd bekroond,
heeft namens Z. M. den Koning een brief ontvan
gen, waarin Z. M. zyn groot leedwezen en teleur
stelling uitdrukt, dat geen waardiger onderscheiding
aan haar is te beurt gevallen. „Als protest hier
tegen" - zoo eindigt Zr. Ms. schrijven - „en zoowel
voor uwe inzending ter tentoonstelling, als voor de
onderscheidene stoomwerktuigen, die Z. M. vroeger
van uwe firma bezichtigde, heeft Hoogstdezelve als
beschermheer der genoemde tentoonstelling goed
gevonden aan uwe firma te verleenen de Grcoto
Gouden Eeremedaille met door Z. M. eigenhandig
onderteekend Eere-diploma. Medaille en diploma
zullen u zoo spoedig mogelijk worden toegezonden."
De laitenants ter zee der lste kl. F. J. Stok-
huyzen en F. Böhtlingk, uit Oost-Indië in Neder
land teruggekeerd, zyn op non-activiteit gesteld.
Z. M. heeft met ingang van 1 October a. s.
benoemd: tot telegrafist der tweede klasse, G. J.
Hofker, J. Raemaekers, J. Bos, H. Meppen, E.
Harmsen, P. Böckling, J. Lohmann, A. Stoorvogel,
P. Le Grand, J. A. De Haas, F. De Pronw, A. H.
Pans, B. H. Cuypers, F. A. Yan Vloten, J. B.
Van Voorts, D. Heimens, H. Van Wigcheren, me
juffrouw V. Kraay, allen thans leerlingen-telegrafist,
en F, J, Gentis, thans telegrafist der derde klasse*