DAGBLAD. ft". 7204. A0. 1883. Eerste Blad Maandag 13 Augustus. •v* PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franoe per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven- PBIJS DEK ADVERTENTIE If: Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J.' Groeterc lettert naar plaatsruimte. Voor het iat ren bniten de stad wordt/0.10 berekend. Dit- t ommer bestaat uit TWEE BLADEN. Oiïloiëole Konwiss:ö^riïJffen' Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden; Brem en ter algemeene kennis dat de verkiezing van één lid van den Gemeenteraad, ten gevolge van het niet aannero ?n der benoeming door den heer \V. F. VAN WIJK Sr., zal plaats hebben op Dinsdag den listen Aug. a. s., van des voormiddags negen tot des namiddags vijf uren. Burgemeester en Wethouders voornoemd Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 7 Aug. 1883. HARTEVELT, Wethr., lo. Secretaris. HOSiTELCDOZS INSOTIKC. Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden bren gen ter kennis van belanghebbenden, dat gelegenheid bestaat tot kostelooze vaccinatie en rcvaccinatie, voor onvermogenden, in het lokaal der Stadswaag en wel op de volgende dagen, als: Maandag 13 Augustus, Dinsdag 21 Augustus, Woensdag 29 Augustus, Donderdag G Sep tember Zaterdag 15 September, Maandag 24 Sept., Dins dag 2 October, Woensdag 10 Oct., Donderdag 18 Oct., Zaterdag '27 OctMaandag 5 November, Dinsdag 13 Nov Woensdag 21 Nov., en zoo vervolgens met eene tusschen- ruimte van acht, of als die dag op een Zondag of Vrijdag valt, van negen dagen, telkens des namiddags te één uur. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE FJREMERY, Weth., lo. Burgemeester. 11 Aug. 1883. E. KIST, Secretaris. T r a ïi s y a a 1 - m i j m e r i n g. Onze broeders in Zuid-Afrika hebben tot dusver over ons niet te klagon. Hun strijd tegen vreemde overhcsrsching sloegen wij gado met een opgo- wektk -id, des te hooger te waardceren omdat we niet gewoon zijn bij do eersto de beste gelegenheid in gef -tdrift op te stuivenor was voor die worsteling een sympathie als gold zo onze eigen nationale onafhankelijkheid. Zelfs waren enkele enthousiasten binnen onze grenzen op het punt van te vergeten dat o k de vriendschap met de overburen, aan gene zijde vau de Noordzee, zekere cischen van gema tigdheid stelt. Ea later, toen het pleit, voorloopig althans, ton voordele der vrijheidsmannen was beslist, - toen we de herboren Republiek haar krachten zageu insparuen ten einde den inwendigen toestand des lauds te reorganiseeren, hebben wo ons ovonrain onbetuigd gelaten. Wat er hier al gedaan is, het bepaalde zich niet tot adressen vau vriendschap: door daden is getoond dat het volk, hetwelk een taal spreekt aan de onze bijna gelijk, en welks voorouders met de onze aan dcnzelfden disch waren neergezeten, ons niet onverschillig is. En nog kan en zal er veel worden gedaan: de Transvaal- Republiek, om op maatschappelijk teirein eene waar dige plaats in te nemen onder de beschaafde staten, heeft behoefte aan uitbreiding van handelsbetrek kingen, van verkeerswegen., - misschien ook aan bekwame kolonisten öio helpen zullen eensdeels ora de natuurlijke hulpbronnen dos lands to benuttigen, anderdeels om het Holïandseh element te verster ken tégen mogelijke overvleugeling door het Angel saksische. De. zending van den heer Jonkman heeft voornamelijk ten doel - en het wordt door do Trans- valers niet ontkend - om zich te vergewissen op welke wijze uit Nederland het best hulp kan wor den verleenden het is te voorzien dat bij de finar.ciëele regelingen, die getroffen moeten worden, hot Noderlandsch kapitaal zich niet achteraf zal houden. Do betuiging moc-t ons echter vau hot hart, dat onze broeders in Transvaal nu cn dan dingen doen, die de broederliefde ons verbiedt onbesproken to laten. Zegt men daar ginds, dat we ons daar niot mede te bemoeien hebben, - dan zullen we er niets tegen inbrengenwerkelijk voegt het niemand zich ongevraagd te mengen in de huiselijke aangelegen heden van zijn buurman of vriend. Maar zoolang dit ons niet is toegevoegd, mogen we hot er voor houden dat hot als een blijk van goede gezindheid geldt, als wo er onze gedachten over uitspreken. Wo hebben hier op het oog het klakkeloos en summier ontslag van den heer Jorissen, die hier te lande èn om zijn karakter, voor zooverre we dit kunnen becordeelon, èn om zijn werkzaamheid, vele vrionden telt. De Volksraad te Pretoria had wel kunnen weten dat gezegd ontslag ons niet onver schillig zou laten. Da reden, dat Jorissen geen graad bezit door eenigo juridische faculteit verleend, is geen reden. Doza heeft altijd bestaan en belette hem Diet zijn fanctiën als Staats-procureur tot heil van zijn aan genomen vaderland te vervallen. Al had de Volks raad het noodig geoordeeld, een besluit te nemen dat den graad van Meester in de Rechten voor die hooge waardigheid verplichtend stolde, dan eischto in elk geval een eerlijke politiek den heer Jorissen zoo niot voor onbepaalden tijd, dan toch voorshands te doen blijven op zijn post. Hij is zeker niet naar Earopa gegaan zonder verlof te hebben bekomen het is ongehoord iemand van zijn rang en ver dienste als het ware weg te jagen zonder dat hij in de mogelijkheid is do motieven tot die han del iDg te vernomen en zich op eventueele aan klachten te verdedigen. Wat in een brief uit Pretoria, godagteekend 7 Juni ea opgenomen in het N. v. d. D. van Vrjjdag 1.1., door een „Oud-Republikein" wordt medegedeeld, is zoo duister, ten minste heldert het naar odzo meening de zaak zoo weinig cp, dat dit schrijven gerust in de pen had kunnen blijven. Hcoft de heer Jorissen zich minder correcte handelingen veroor loofd, - dit schijnt in bedoelden brief te worden aangeduid, - men stelle hom openlijk in staat van beschuldiging en bchandele zijn proces met open deuren, in het aangezicht van geheel de wereld. De manier waarop men nu is (e werk gegaan is vrijen manr.en, burgers eenor zelfstandige republiek, onwaardig en werpt op de vonken onzer sympathie een koudwaterstraal. Uit Transvaal hebben we nu en dan wel betui gingen gehoord dat men mot onze toeschietelijkheid zeer is ingenomen. Wo gelooven hot gaarne. Maar geen enkele daad leverde nog het bewijs dat men voor het behoud van goodo betrekkingen iets over heeft. Onwillekeurig krijgen we ten aanzien van kolonisatie plan ren den indruk, alsof de lui in Transvaal zeggen: „We hebben erg graag dat do neven on nichten komen, maar nog veel liever dat zij wegblijven." Is deze opvatting van de gezindheid der Transvalere onjuist, welnu, dat men hor niet slechts zegge, maar het door daden bewijze. Ia het schrijven van „den Oud-Republikein" trokken nog deze woorden onze aandacht: „Die kreet van verontwaardiging" (uitgelokt door het ontslag van Jorissen) „luidt min of meer alsof de bevolking der Zuid-Afrikaansche Republiek iederen Nederlander haatte cn wantrouwde; doch zulks kan men niet zeggenwant velen zijn er, die zeer ge acht en hoogst vertrouwbaar door d© Republikeinen gerekend worden; en uat er weieens met minachting van de Nedorlanders gesproken en gedacht wordt, daarvan zijn sommige personen schuld, die of wer kelijk tegen do belangen der Republiek gehandeld hebben, of wellicht door hen" (door wie?) „niet werden begrepen." Dat is eenvoudig leuterpraat. Zijn er in de Trans vaal Nederlanders over wie men zich terecht be klaagt, men zegge het cfficiëel, en met opgave van feiten. Een insinuatie als we daar aanhaalden, be duidt niets. Natuurlijk zullen wo den mannen daar ginds odzo toegenegenheid niet opdringen. Onze waardig heid heeft cok haar eiseheu. Met de vriendschap is het precies gestold als mot de liefde: wanneer zij vau één kant moet komen,... dan gaat het niet! BjBIISïISISï, 11 Augustus* Er bo3taat gelegenheid tot verzending der cor respondentie naar Ned.-Indië en Padang door middel van hot stoomschip „Zuid-Holland", waarvan de laat ste bn9lichting aan het postkantoor te Rotterdam is bepaald op Zaterdag den 18den Aug. a. 8., des morgens te 9 uren. Ton postkantore alhier moeten de brieven enz. dus uiterlijk Vrij dag-nacht om twaalf uren bezorgd zijn. We maken ouders en voogden opmerkzaam op eeno advertentie in deze courant, waarin wordt bekend gemaakt dat met 15 September a. s. aan de Practischo Ambachtsschool alhier nog 6 leer lingen in het smeden kunnen geplaatst worden. Tijd en plaats om zich daarvoor aan te melden, worden er inedo in aangegeven. Zij die zich in het timmeren willen bekwamen, zullen echter tot 1 April geduld moeten hebben, daar allo plaatsen bezet zijn. Op dien datnm hoopt men ook een aanvang te maken met het onderwijs in het verven. De heer C. J. Leendertz, benoemd tot leeraar in de aardrijkskunde aan de hoogere burgerschool alhier, was niet leeraar te Arnhem, maar gepen sioneerd O.-I. officier, in het bezit der akte aardrijks kunde Middelbaar Onderwijs. Op de 7de tijdelijke bloemententoonstelling te Amsterdam werd ook nog een onzer jeugdige stadgoncoten bekroond, nl. J. O. Ballego, wonende op de Hooglandsche Kerkgracht alhier, voor twaalf gloxioria'e. Eene bronzen medaille viel hem hier voor ten deel. Eene Ilongaarscho Zigonner-Kapel in natio naal kostuum, die in het Crystal Paleis te Londen, in Folies Bergère te Parijs, in het Eden-Theater te Brussel, op de Tentoonstelling te Bordeaux, onder directie van haren kapelmeester Joseph Barcza met buitengewoon succes optrad, deed onlangs hare intrede in ons land. Zo Het zich o. a. reeds in Arnhem, Nijmegen, Rotterdam en thans nog in Am sterdam hooren. Ook Leiden zal in die eer deelen. Yóór dien tijd was een HoDgaarsch muziekcorps, voor zoover men weet, nog nooit in Holland geweest. Wij zullen derhalve in de gelegenheid worden gesteld, deze zeldzaamheid en oorspronkelijkheid, die overal zulk eene geweldige aantrekkingskracht uitoefent, to kunnen bewonderen. Iedereen, zoowel leek als kunstenaar, wordt met levendige bewondering vervuld, als hij deze won dervolle tonen, deze eigenaardige melodieën en rythmen en iu het bijzonder de, in wilde gevoels uitdrukking aan de instrumenten ontlokte, Hongaar- sche dansen (Czardo's) hoort voordragen. Onwille keurig wordt men medegesleept en men komt tot do overtuiging dat alleen een Zigeuner muziekcorps zoo iots kan voortbrengen. Het opmerkelijkste is, dat geen der leden dezer kapel de noten kent, en dat alleen de kapelmees ter eene muzikale opleiding aan een conservatoire heeft genoten. Het repertoire bestaat deels uit nationale melodieën en danswijzen, alsmede klas sieke stukken. Dez9 laatsten doet do kapelmeester hen mechanisch instudeeroD, waarna zij de stukken op meesterlijke wijze uitvoeren. Hiertoe behooren de ouverturesPreciosa, Oberon, Figaro's Ilochzeit, Zauberflëte, Traviata, alsmede do Tannhausor-ouverture en Walzers van Strauss* De instrumenten die zij bespolen bestaan uit violen, violoncel, bas, fluit, clarinet en cymbool. Het orkqpt bestaat uit 12 personen. Het spreekwoord dat de Hongaar bij zijne ge boorte eene viool meo ter wereld brengt, schijnt bij deze kapel bevestigd te worden, daar zij door hare buitengewone kunstvaardigheid op dit instru ment ieders bewondering wekt. Aanstaanden Woensdag zal die Kapel hier in da Stadszaal optreden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1883 | | pagina 1