LEIDSOÏÏ DAGBLAD.
Eerste Blad.
N°. 7189. Donderdag 26 Juli. A°. 1883.
PRIJS DEZER COURANT:
▼oor Leiden per 8 maandenf 1.10.
Franco per post.1.40.
Afwroderltjbe Nommers.B 0.05.
Dit Xommer bestaat r.it TWEE BLADEN.
Officieel© Kenniafferingen.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden bren
gen ter algemeene kennis dat, ingevolge de laatste alinea
van art. elf der wet van 29 Juni 1851 (Staatsblad No. 85),
de herstemming ter verkiezing van drie leden Tan den
Gemeenteraad zal plaats hebben op Dinsdag den 31sten
Juli a. s., van des voormiddags negen tot des namiddags
vijf uren.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
20 Juli 4883. HAKTEVELT, Wethrlo. Secretaris.
TJit den vreemde.
De dagen van mijn verblijf in Nassau zijn geteld.
Het gevoel dat zich van iedereen meestor maakt,
bij een naderend afscheid, heeft ook mij aangegre
pen en wordt alleen getemperd door het verlangen
om de mijnen weer te zien. In drie weken tijds heb
ik rozen en leliën zien verbloeien. De Catalpa, die
bij ons zoo zelden, de Aylanthus, die bij ons nooit
bloeit, en de Oleander, wiens heerlijke bloemtrossen
bij ons met zooveel zorg en moeite verkregen moeten
worden, heb ik hier in volle glorie gezien, open en
vrij, evenals den Cactus, die in menig venster,
van April af in de open lacht gelaten, met tallooze
bloemen prijkt. Dat doet het klimaat van Nassau,
dat droog en warm, de exotische gewassen tot
wasdom brengt, evenals het dea moeden en uit-
geputten lijder frischheid en levenskracht geeft.
Het is dan ook Diet de oude burg der Nassau's,
de „gemeinscbaftlicha nassauische Stamrabnrg", die
zooveel Hollanders en Hollandsche familiën naar
Nassau trekt, al is de eerste tocht gewoonlijk ge
richt naar den grijzen burchttoreD, die op de stad
Dederziet. Het zija de kalmte, de rast, de heerlijke
omstrekoD, de bergen met bun loof- en- naaldboomeD,
de dalen met de kabbelende beken, de eenvoudige
bevolking en de vrije beweging, alles zoo afstekende
bij het naburige, woelige Ems, waar 8000 ware en
ingebeelde zieken, verstrooiing zoekenden en para-
Bieten van allerlei slag öt lijden èf in weelde leven,
en zich op de concerten verdringen bij een zinne
lijke muziek.
Ia Nassau is geen concert, dan bij zeldzame uit
zondering in de Wasserheilanstalt. Wie hier wil
opleven gaat het dal in, of beklimt een der vele
punten om Nassau, van waar zich telkens een ander
landschap voor het oog ontrolt.
Men heeft mij gevraagd om eene beschrijving;
hoe kan men kleuren en klanken, hoe kan men de
poëzie, die uit de beelden en hunne plaatsiüg in
het landschap spreekt, in woorden weergeven? De
taal schiet te kort om de oneindige wisseling van
het karakter in de natuur uit te drukken.
Wien het lust vergezelle mij op een dierwande-
ÜDgeD. Ik ga naar "Weiniihr. Langzaam stijgend
gaat de weg langs verlaten Steinbiücher-uitgravin-
gen van bergsteen naar eene hoogvlakte, waar in
het vroege morgenuur de leeawerik zijn lied zingt
en opstijgt tot de grenzeD van den ether. Het doet
het Hollandsch hart goed, dien bekende uit onze
wei- en bouwlanden, evenals wij in onze jonge
jaren deden, in het azuur na te staren, tot het oog
hem verliest, maar het oor nog immer de jubelende
tonen van zijn helder lied opvangt. Gednldig trekt
het span ossen of koeien den zwaren wagen voort,
alleen aangezet met een gerekt hü! van dea
voerman. De berghellingen vertoonen als eenveel-
kleurigen parketvloer; de wijnstok, de aardappel,
de haver, de rijpende tarwe en de rogge, die reeds
gesneden wordt, geven daardoor de schakeeringen
van donkergroen tot goudgeel. Tot zelfs hoog op den
top is de landman en nog meer de vrouwelijke be
volking bezig om de rogge, hier bjj voorkeur „das
Korn" genoemd, in schoven te binden, Jonge mannen
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
S_
ontmoet men hier niet; men kan ze vinden in de
groote kazernen van den militairen staat bij uitne
mendheid, die om der wille van zijn leger de vrou
welijke bevolking ten platten lande tot zwaren,
uitputcenden arbeid doemt en de beste krachten
van den staat verspilt aan de langdurige behande
ling van geweer of sabel.
Deze dingen gaan door het hoofd, terwijl wij
over de hoogvlakte wandelen. Aan de rechterhand
verheft zich de Hohe Lei, een rotshoogte van waar
de blik tot in hot verre verschiet doordringt. Hier
waait een frisache bergwind, die de borst verruimt,
de spieren s*pant en zelfs schijnt door te dringen
tot de ziel, waar de teerste snaren in trilling ge
raken. Spoedig verliezen wij het vergezicht, want
een steil bergpad langs den wcudzoom voert ons
in het dal, waardoor de Gelbach stroomt, en weldra
bereiken wij het dorpje "Weiniihr. De weg naar de
Wirthschaft leidt langs de school, waar de jeugd
juist in den zang wordt geoefend en als in elke
school in Duitschland in dio oefening door de viool
wordt gesteund. In de eenvoudige gelagkamer, met
kachel - natuurlijk niet verwarmd - bekomen wij
van de vermoeienis met een Schoppe - f/4 liter -
goeden landwijn en nadat wij der Wirth zijn geld,
30 penningen 18 centen, hebben betaald, en
naar den weg hebben gevraagd nemen wij door
het dorp heon den terugtocht aar. Merkwaardig is
het karakter van dit en van elk Nassausch dorp.
De nieuwere huizen worden meest opgetrokken van
driifsteen, een mengsel van tras, 'ot een grooten,
lichten metselsteen gevormd, die in groote menigte
langs den Rijn, vooral te Andernach wordt vervaar
digd. De hiermede gebouwde huizen wijkeD, behalve
in indeeling, weinig af van de onze, maar de huizen
van oude constructie geven aan een Nassausch dorp
een bijzonder schilderachtig aanzien. De wanden
zijn in hout opgetrokken, do diagonale verbindingen
zijn met figuren uitgezaagd en in verschillende kleur
geverfd; de aanvullingswanden bestaan uit een meng
sel vaD stroo en geel leem, soms op een vlecht
werk van takken aangebracht; de grondslag bestaat
uit opeengestapelde 6tukken schiefer. Yoor enkele
huizen, de oudste, heeft men een hooge stoep met
spits oploopend afdak aangebracht, dat op uitge
zaagde kolommen ru6t, en op den bovendorpel van
de huisdeur leest men eene vrome spreuk en den
naam van den eigenaar, die het huis jaren geleden
liet bouwen, alles in hout uitgesnedeo.
Het laatste huis van het dorp ligt achter ons.
Nog een half uur gaans langs de beek zal ons op
den weg brengen die beneden aan den voet der
bergen, langs de Lahn naar Nassau terugvoert.
Maar hoe zullen wij van deze plek scheiden!
Aan den kant van den weg op een hoog punt
zetten wij ons neer om het tafereel te overzien.
Boven ons hoofd verheft zich de berg, uit ontzet
tende massa's schieferblokken opgestapeld, waar op
eiken vierkanten meter een den, een beuk of een
hazelaar een stand- en welige groeiplaats vindt; de
beek bruist voort over blok en kei, en drijft het
molenrad van het nabijgelegen bergwerk. Schoone
zwart gevleugelde libellen fladderen over het pare
lende water en worden in hun vlucht bedreigd door
de kleiüe forel, die uit het water opspringt en aan
het dartelend leven een einde maakt. Verderop
waden eenige bruinroode runderen door de beek en
koppelen samen onder de ooftboomen aan de overzij,
waar zij tusschen de schoorpalen, die de zwaarbe
laden takken steunen, in het lommer de warmte
der rijzende zon ontgaan. Aan de overzijde strekt
de begroeide bergwand tot achtergrond van eenige
verspreide woningen, waaruit langzaam een blauwe
kolom van rook naar boven klimt en zich als door
zichtig gaas naar boven windt. Wij hooren alles;
alle geluid wordt muziekhet sjirpen van den veld
krekel bij ons, het loeien der rnnderen bjj de beek,
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Ytn 1—6 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.1
Grootere letters naar plaatsruimte. Yoor het incassee-
ren bniten de stad wordt 0.10 berekend.
—Si
de grillige zaDg van den grauwen lijster aan de
overzij, het kloppen van het molenrad, zelfs de
hamerslag van den werkman aan de Bpoorbaan,
weergalmt in de bergen als in een diepe hal.
Links vertoont zich nog een gedeelte van Weinahr,
rechts de ruïne van het ridderslot Langenau, waar
de Gelbach in de Lahn valt, aan welks voet men
als zwervende vlokjes gewaar wordt, waarvan het
blaffen van den hond ons zegt dat daar een kndde
schapen graast. Nog verder verheffen zich de toppen
van het verlaten klooster Arnstein. Opeens komt
uit de tannel door den tegenoverliggenden berg
de spoortrein om honderd meter verder weer in
het hart van den berg, tegen welks wand wij leunen,
te verdwijnen. De zwervende wolken werpen over
dat alles vlottende tinten van licht en bruin en bij
het ruischen van de Gelbach sluit zich bijwijlen
het oog, niet tot rusten, maar om in bewondering
over Gods groote en schoone schepping, het heerlijk
beeld van het landschap op het netvlies van het oog
te bestendigen en in het geheugen vast te leggen.
Hoe dikwijls heb ik gedachto, mochten de
mijnen, mijn vrienden en allen die open oogen en
ooren hebben hier met mij genieten; want er is in
Nassau veel te zien voor velen. Moge elk die na
mij komt om na uitputting door lijden of afmatting
door langen arbeid in do heerlijke omgeving van de
Lahn, gezondheid en veerkracht te vinden, evenals
ik dankbaar en voldaan naar het vaderland terug-
keeren. c. u. d.
LEI DEK, 26 Juli.
Uit hot gemeenteverslag. - De opbrengst der
Hollandsche IJzeren-Spoorwegmaatschappij van en
naar het hoofdstation Leiden was f 278,540.96^,
opgebracht door 28921 reizigers der lste, 63082
der 2de, 132,199 der 3de klasse en 15571 militairen.
Het totaal-cijfer, 239,773, goeft eene vermeerdering
bij het vorig jaar van 2612.
Het goederenvervoer, dat bij bovengenoemde som be
grepen is, bedroeg: bagage en honden f 3126.82be-
8telgoederen 17,630.04vrachtgoederen f 4946.37
ijlgoederen 1513.65; en paardeD, vee en rijtuigen
15,119.79, samen 42,336.67i.
Van Den Haag naar Leiden en omgekeerd werd
het grootst aantal personen vervoerd, nl. naar Lei
den 193239 en van Leiden naar 's-Hage 191392,
terwijl nog werden afgegeven 74215 retours van
's-Hage naar Leiden en 90104 van Leiden naar
's-Hage.
De lijn Leiden-Wocrden van de Rijnspoor ver
voerde 85,859 reizigers, met eene opbrengst van
f 92,477.93; 394205 KG. bestelgoed ad ƒ9481.16;
22,778,796 KG. vrachtgoed ad ƒ41,572.09; 13 stuks
rijtuigen ad ƒ268.50 en 12004 stuks vee ad ƒ3639.71.
De stoombootmaatschappij „de Volharding", be
schikkende over 7 booten en 1 reserveboot, ver
voerde 235223 personen, terwijl het goederenver
voer het cijfer van 28,688.24 beliep.
Het vervoer per „Volharding" van vee naar de
Leidsche markt neemt steeds in meerdere mate toe.
Het postkantoor verzond927,687 brieven
1,223,123 stuks drukwerk, 392,900 briefkaarten,
29,749 binnen- en buitenlandsche postwissels, ten
bedrage van 505,089.89; 12,325 stalen en mon
sters van koopwaren 10,504 aangeteekende brieven
naar het binnen- en buitenland; 2501 aanget. br.
naar het binnen- en buitenland met aangegeven
geldswaarde, ten bedrage van l,422,979.71,/2, en
41910 dienstbrieven.
Uitbetaald werden32815 binnen en buiten
landsche postwissels, ten bedrage van ƒ559,862.76,/2,
terwijl het bedrag wegens ingevorderde en uitbe
taalde quitantiën was ƒ80,848.52.
Io de Rijkspost8paarbank werd ingelegd 29,884.85
en uitbetaald ƒ22,469.88.
Door de Leidsche Vleeschmaatschappjj werden 165