LEIDSCH DAGBLAD. N°. 7150. Maandag 11 Juni. A0. 1883, Derde Blad. PRIJS DEZER COURANT: ▼oor Leiden per 3 maanden1-10* Franco per post1.40. Afzonderlijke Nomraers0 0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering Tan Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DEB ADYERTENTIEN: Van 1ft regels 1.05. Iedere regel meer 0.17$. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor bet incassee- ren bniten de stad wordt 0.10 berekend. Gemengd Nieuws. Uit overmaat van 1 i e f d e h e ef t e e n veld-artilleriBt te 's-Hage in de Lange NieuwBtraat ten hnize van zijne beminde den boel kort en klein geBlagen. Ook het meieje kreeg haar deel. Door eenige burgers werd hjj opgepakt en aan de wacht aan de gevangenis overgeleverd. Naar het hnis van arrest te Haar 1em zijn overgebracht J. B. A. Fens, oud 18, en P. A. Bugers, oud 17 jaren, beiden woonachtig te 's-Hage, sedert 14 dagen zwervende, die zich had den schaldig gemaakt aan diefstal van een jas, twee vesten en een borstel door middel van inklim ming in de koetsierswoning op de buitenplaats „Berkenrode" onder de gemeente Heemstede. Een gedeelte van het gestolene is door de politie bij een uitdrager in beslag genomen, aan wien zij den vorigen dag hadden verkocht drie beddelakens en twee gordijnen met ringen, insgelijks door hen ont vreemd, maar waarvan de eigenaar tot na toe on bekend is. B. heeft reeds vroeger een jaar wegens diefstal in het tnchthnis doorgebracht. Een schandaal, voor eenigedagen te Utrecht gepleegd, wordt thans door het Utr. Dbl. aldus vermeld: Donderdag 31 Mei des morgens omstreeks 5 uren hoorden de heer v. R. en zijne echtgenoote, wonende op het Mansterkerkhof, naast de Studentensociëteit, een geweldig ramoer op straat. De heer v. R. lag nog te bed, doch mej. v. R., gewoon vroegtijdig op te staan, was met huishoudelijk werk bezig. Door nieuwsgierigheid gedrongen, om te zien wat er gaande was, opende zij de voordeur. Terstond kwamen eenige jongelieden op haar af. Zij trachtte de deur te sluiten, hetgeen echter door hen ver hinderd word, door er een wandelstok tusachen te steken. De indringers stieten de denr open en mishandelden de arme vrouw. Op het hulpgeschrei zijner echtgenoote, snelde de heer v. R. in onder kleederen toe. Ook hij word aangerand en met stokken geslagen, terwijl zijne vronw zich aan hem vastklemde. Zoo werden beiden hnn eigen hnis uitgeworpen en het schandaal werd op straat voort gezet, ten aanschouwe van eenige burgers, van welke twee den heer v. R. hielpen zijne in zwijm gevallen vronw in huis te brengen. Nadat nog de glazen bij den heer v. R. waren ingeworpen, en het tumnlt van even vóór vijven tot over zevenen had gednnrd, maakte eindelijk de politie er een einde aan. De echtgenoote van den heer v. R. is Woensdag avond, 6 Jnni, overleden. De justitie heeft zich de zaak aangetrokken, en wij wachten met volle ver trouwen het resultaat van haar onderzoek af. Het lijk van de ongelukkige vrouw is, in tegen woordigheid van den officier van jnstitie en van den rechter van instructie, gerechtelijk geschouwd door prof. Koster en dr. Lamping. Volgens een ander bericht ligt ook de echtgenoot der overledene ten gevolge der eveneens ondervon den mishandelingen nog ziek. Door de politie te Vlissingen werd Woensdag-avond aan boord van de tot vertrek naar Qneensboro gereed liggende stoomboot „Prins Hendrik" gearresteerd een jong mensch, die met een door hem aan zijn patroon ontvreemde som gelds, voornemens was zich naar Engeland te be geven. Daar op het oogenblik der arrestatie de stoomboot reeds van wal gestoken was, zag de inspecteur van politie, Fanoy, zich genoodzaakt met zijn arrestant de rois naar Qaeenahoro mede to maken, van waar zij gistermorgen met hetzelfde stoomschip zijn ternggekomen, Het jonge mensch, naar men zegt van esne fat soenlijke familie te Utrecht, had eene geladen re volver bij zich, waarmede hij zich, toen hij gearres teerd werd, van het leven wilde beroovenin dit voornemen werd bij nog juist intijds door de zorg der politie verhinderd. Eene jeugdige weduwe, slechts 21 jaar ond, wonende te Parijs, ging met haar kindje nit om werk te zoeken en zette zich, vermoeid van het loopen, op een bank neder. Eene deftig gekleede dame kwam naast haar zitten en spoedig waren de twee vrouwen in druk gesprek, waarbij do eerste ook verhaalde hoe de nood haar drong werk te zoeken, hotgeen haar zoo slecht gelakte. Toen de dame alles had aangehoord zeidoze: „hier zijn voorloopig 2 fr., morgen kom ik echter bij n aan huis en dan hoop ik werk niedo te brongen." Des anderen daags kwam de onbekende ook werkelijk en zoo spoedig mogelijk moest de vronw met haar kind meegaan naar baron Rothschild, rae St.-Floren- tin, wien ze don vorigen dag over haar gesproken had. Daar aangekomen bleef de dame met het kindje buiten wachten, terwijl de vrouw met een aanbe velingsbrief naar binnen ging. Baron Rothschild wist echter van niets af on toen de teleurgestelde moeder bnitenkwam was haar kind met de sluwe oplichtster verdwenen. Spoedig hoopt men haar echter in handen (e hebben; een duidelijk signale ment is althans bij de politie aanwezig. Naar aanleiding van hetbeslnit van den Franscben minister van onderwijs, Jnles Ferry, waarbij in alle colleges en lycea van den Staat het opsluiten der leerlingen bijwijzo van straf wordt verboden, deelt een thans bekend Fransch dichter nit de dagen zijner jeugd het volgende mede. Te N., een lief provinciestadje, waar ik mijn opvoeding ontving, was hot lycée gevestigd in een ond klooster en hot gevangenhok, zooals wij het noemden, be vond zich in den toren. Het was overigens geen afschrikwekkend verblijf, althans goed verlicht want aan den eenen kant zag het uit op het veld, aan de andere zjjde op de daken der stad en, last not leaBt, op een naaiwinkel, waar een aantal lieve meisjea den heelen dag do aardigste liedjes zongon. Een mijner medeleerlingon vond dat verblijf zoo aantrekkelijk, dat hij wel zorgde eiken dag tot de straf van opsluiten te worden veroordeeld, ten eindo zich te laten troosten door de hem van verre toe gezonden lonkjes en lachjes van een allerliefst blon- dinetje, dat zijn hart had gestolen. Na verloop van eenigen tijd echter kon hij, hoe bont bij het ook maakte, zich maar geen straf doen opleggen, nauwelijks een zachte berispÏDg. Hij begreep er niets van, totdat eindelijk het raadsel hem werd opgelost: de vroeger zoo strenge onderwijzer Bloot zich zelf in het torenkamertje op om zich op zijn beurt door de lieftallige blondine te laten troosten. Te Bergen in Henegouwen had men bij gelegenheid der kermis de laffe aardigheid een luchtballon te doen opstijgen met een parachate, waaraan een hond was bevestigd. Ter eore der tal rijke toeschouwers moet worden gezegd dat aller wegen kreten van medelijden opgingen met het arme dier, dat blijkens zijne krampachtige bewegingen in den grootsten angBt verkeerde. Gelukkig kwam de hond ongedeerd weer beneden. Terwijl de justitie van Maeseijck te Dilsen een onderzoek instelde omtrent een brand, die daar had plaatsgegrepen, heeft een broeder van den eigenaar der verbrande woning door verdrinking een einde aan zijn leven gemaakt. Tevergeefs trachtte een gendarme hem nog te redden. In het bosch van Foulcrey bij Avrioonrt ontsnapten twee beren aan hnn geleider, die er niet in slaagde de dieren weer op te vangen. Twee houthakkers, die jacht op hen maakten, bekwam dat slecht; de beren vielen hen aan en brachten een hnnner zoo ernstige kwetsuren toe, dat hij aan de gevolgen bezweek. Eindelijk, bij een algemeene drijfjacht, is het aan twee boschwaehters gelnkt de gevaarlijke dieren neer te schieten. Tot dusver was het te Konstanti- nopel aan de Turksehe vrouwen geoorloofd de dag voorstellingen in de theaters bij te wonen op afge zonderde, van traliewerk voorziene zitplaatsen. Daar het echter onmogelijk bleek op die wijze sommige galante avonturen te voorkomen, is thans bepaald dat de dames voortaan alleen voorstellingen zullen mogen hij wonen, uitsluitend voor de schoone sekBe gegeven. Eene Nederlandsche familie nam dezer degen haren intrek in een hotel te Coblenz, na onderweg kennis gemaakt te hebbon met een aller- aangenaamsten medereiziger, die van zijn kant met zijne nienwe kennissen zoo ingenomen scheen te zijn, dat hij verklaarde ook te Coblenz te willen stilhouden. Hij wist zelfs eene kamer naast de ver trekken der familie te krijgen. DeB nachts te twee uren hoorde mevrouw eenig geritsel en op haar geroep „een dief!" werd haar echtgenoot wakker, die alarm maakte. De huisknecht verscheen, doorzocht hét hotel en vond den dief, die het geld der familie onder een traplooper verborgen had en niemand anders was dan do beminnelijke medereiziger, die zich op de hoogte had weten te stellen van de plaats waar het reisgeld der familie bewaard werd en waarschijnlijk voordat deze ging slapen onder een der bedden zich verborgen hal. Hij word ge bonden en den volgenden ochtend aan de politie overgeleverd. Te Leyne bij Cahors (Frankrijk) is de muur van een gasthuis ingestort, ten gevolge waar van zes verpleegden omkwamen en drie anderen, waaronder éón ernstig, gekwetst werden. De voormalige directeur van„l'Union de Crédit" to Brussel, Emérique, die tot tien jaren gevangenisstraf veroordeeld was, wegens verduis tering van gelden, die aan deze bankinstelling toevertrouwd waren, is op vnjo voeten gesteld. In de nabijheid van Atrecht is in den grafkelder van D'Havrinconrt ingebroken. De dieven hebben de lijkkisten met geweld geopend om de sieraden, waarmedo de lijken versierd waren, te stelen. Er is onlangs to Aalem, in Wsrtem- berg, een knaapje geboren, dat het zeldzame voor recht genoot, van bij zijne intrede in het leven door eene moeder, eene grootmoeder, eene overgroot moeder en eeno bet-overgrootmoeder, allen van moederszijde, begroet te worden. Terwijl t w e e m i 1 i t ai r e g e v a n ge n e n onder gewapend geleide van Dentz naar de gevan genis te Keulen zonden worden vervoerd, maakten zij zich het oogenblik ten natte, toen er op de schipbrug gedrang ontstond, om op de vlnoht te gaan. De onderofficier en een soldaat van het escorte schoten hnnne geweren af en beide gevangenen vielen doodelijk getroffen neder. Ook niet verlegen: Augnste, eene Ber- lijnsche keukenmeid, hield er als vrijer een grona- dier van de garde op na, die echter zoo dikwijls keuken-inspectie hield, dat de heer des huizes den wakkeren krijgsman den toegang tot het heiligdom zijner geliefde ten strengste verbood. Dit verhin derde echter niet dat, toen mijnheer Zondag toeval lig langs de keuken kwam, hij den zoon van Mars bedaard bezig vond met de beste brokken van het familie-diner op te peuzelen. Op de toornige vraag „Kerel, wat doe je hier", antwoordde de krijgsman, terwijl hij langzaam zijn mond afveegde en een militair salnnt maakte: „Ik kwam enkel vragen of mijnheer en mevrouw en Augnste ook pleizier hebben om Woensdag de parade van onzen troep te komen zien.''

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1883 | | pagina 1