LEIDSCH
DAGBLAD.
i\\ 7144.
Maandag A Juni.
A0. 1883.
Eerste Blad.
PRIJS DEZER COURAST:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
FEUS DEE ADVERTENTIES:
Van 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17$.
Groolere letters naar plaatsruimte. Voor het incassce-
ren buiten de stad 'wordt f 0.10 berekend.
Dit nommer bestaat uit DRIE BLADEN,
©fi&eiëele K«Bw.iii@g^eviiig?eia.
Oproeping van de verlofgangers der
KaÜonaSe Militie, tot bet bijwo
nen der INSPECTIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
Gezien het besluit vau den Heer Commissaris des Konings in
de provincie Zuid-Holland, van den 26sten April 18S3, h. N°.
886/1 (2de afd.). Provinciaal blad N°. 33, houdende regeliug
van het onderzoek der verlofgangers van de Militie te land
Roepen dientengevolge op, al de binnen deze gemeente geves
tigde verlofgangers der Militie te land, van de lichtingen van
1879, 1SS0, 1831 en 1882, die vóór den Is/en April IJ. in het
genot van onbepaald verlof zijn gesteld, met uitzondering alléén
van hen, die in de maand Juni e. k. in werkelijken dienst
moeten komen, om to verschijnen iu het INVALIDENHUIS
ingang door de KOPPEN11INKSTEEG aan de zijde der
HOOGLANDSCHE KERKGRACHT), ten einde door den Heer
Militie-Commissaris te worden geïnspecteerd, en wel:
de verlofgangers behoorende tot de lichtingen van 1879 en 1880,
op Woensdag den Gden Juni 1883,
des voormiddags te halfticn,
cn die behoorende tot de lichtingen van 1881 en 1882,
op denzelfden dag, des namiddags te één unr
in uniform gekleed en voorzien van de kleeding- en uitrusting
stukken, hun bij het vertrek met verlof medegegeven, alsmede
van hunne zakboekjes en van hunne verlofpassen.
Bargemeester en Wethonders vermanen de betrokken verlof
gangers, aan deze oproeping nauwkeurig te beantwoorden, te
zorgen dat hunne kleeding en uitrusting in goeden staat worden voor
gesteld, alsook om zich, bij bet gaan naar de plaats voor het onder
zoek bestemd, gedurende het onderzoek en bij het naar hnis kecren,
ordelijk te gedragen en alzoo zich te vrijwaren voor de toepas
sing der strafbepalingen, vermeld bij de artt. 130, 141145
der Wet van 19 Augustus 1861 Staatsblad n°. 72), daar onge
regeldheden als anderszins, zoolar.g de manschappen in uniform
zijn gekleed, worden gestraft volgens het Crimineel Wetboek en
bet Reglement van krijgstucht voor het krijgsvolk te lande.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Bargemeester.
23 Mei 1883. E. KIST, Secretaris.
Levensverzekering.
„De levensverzekering is het eenig afdoende
middel om kinderen en weduwen tegen armoede
te beschermen." Louis Riciiard.
Men verzekert zich in ons land tegen vele on
heilen die kannen gebeuren, als tegen brand, inva
liditeit, waterschade., diefstal ens., maar tegen de
rampen die de dood veroorzaakt, die zeker komt,
worden de voorzorgen verwaarloosd. "Waarom Men
heeft hier te lande een ongemot; veerden afkeer van
levensverzekering. Deze afkeer spruit voort uit
onwetendheid: men is niet op de hoogte van de
inrichting der Leve2sverzekoriug-Maat6chappyen
men is onbekend met de weldaden die eon levens
verzekering-contract afwerpt.
Tot meerdere waardeering dier nuttige instelling
willen wij hier eenigo voordeeien der levensver
zekering aanwijzen, akmede do personen voor wie
•eene verzekering of lijfrente-contract wenschelijk ie.
Iu de eerste plaats de hoofden van huisgezinnen,
die een inkomen genieten maar geen of weinig kapi
taal bezitten. Hoe dikwijle komt hot voor dat iemand,
verkeerende in bovengenoemden toestand, in het
bezit van een talrijk kroost, plotseling door den dood
wordt weggerukt. Wat moet nu de weduwe be
ginnen? De publieke weldadigheid, zegt men, zal
hier wel voor zorgen: in ons gezegend vaderland
zyn de beurzen altijd geopend als er nood te lenigen
is, en zoodra er eene of andere droevige gebeur
tenis voorvalt, vloeien de giften en gaven van alle
zijden samen; men plaatst eene advertentie, of doet
eene lijst circuleeren, en de weduwe is geholpen.
Zoo redeneeren velen, en wij aarzelen niet dit
treurig te noemen. Niet dat wij de ongelukkige
slachtoffers van een droevig sterfgeval de hun aan
te brengen .leniging zouden misgunnen-, dat zij verre,
maar wat wij treurig noemen, het is de verregaande
zorgeloosheid van de mannen en vaders, die aldus
degenen, die hun het liefst ou dierbaarst op de
wereld zijn, aan de goedhartigheid hunner mede-
men8chen overlaten. Neem het gunstigste geval,
nl. dat op zulk eene advertentie milde bijdragen
inkomen eu de slachtoffers van ellende gered wor
den, hoe is dan nog huu toestand? Afhankelijk en
bekrompen. En als - wat meestal gebeurt - de
gaven niet zoo ruim vloeien en de advertentie weinig
oplevert, hoe maken dö slachtoffers het dan Ben
jamin Franklin heeft het al gezegd:
Eene polis van Levensverzekering is de goed
koopste en zekerste voorzorg die iemand voor zijn
huisgezin nemen kan.
Wij zeiden straks: hoofden van gezinnen, die een
inkomen genieten, maar geen kapitaal hebben. In
eiken stand ontmoet men dergelijke menschen, wier
geheele bezitting bestaat in een vast jaarlijksch in
komen, van den werkman af, wiens fortuin in zijn
armen bestaat, tot den president eener republiek,
die een civiele lijst van verscheidene millioenen
heeft, toe.
Onder de ambtenaren zijn een groot aantal per
sonen, die alleen van hun jaarlijksch inkomen leven.
De Staat dwingt hen een besparing voor hunnen
ouden dag te maken, maar de Staat kan zijne kin
deren niet te zijnen laste nemen. De ambtenaar
kan dit doen op dozelfd6 wijze als de Staat hem
dwingt het voor zich te doen, door elk jaar wat
af te zonderen voor de opvoediDg zijner kinderen.
En waarin kan deze besparing het voordeeligst be
legd worden Door het sluiten eener Levensverzeke
ring-contract.
Het fabriekswezen, de handel, de financiëele in
stellingen breiden dageljjks hun personeel van be
ambten en bedienden uit. De kleine werkplaatsen,
waar het werk met de hand wordt gedaan, maken
langzamerhand plaats voor de fabrieken met stoom
machines. De kunstenaar, die dikwijls een weinig
kapitalist was, is vervormd in een werkman of in
een opzichter. Hij verdient meer, maar hij loopt meer
gevaar 9 het stilstaan van de fabriek doet hem kwaad,
zijn inkomsten zijn niet zoo vast als in vroegeren
tijd en hij bezit in het algemeen niets anders dan
die inkomsten. De kleine winkeliers, die bekrompen
leefden met een klein kapitaal, worden verdrongen
door de groote inrichtingen, welke met millioenen
werken en aan onzen hedendaagschen handel de wet
voorschrijven. De beambte van deze machtige huizen,
die alles absorbeeron, ontvangt een flink loon zon
der cenig gevaar te loopen, maar meestal heeft hij
geen kapitaal.
Op deze lijst moeten verder geplaatst worden de
beambten van de Banken en van de Beurs, een
groot aantal ontwikkelde mannen die arbeiden, geld
verteren, geene kapitalen bezitteD, maar dikwijls een
enorm inkomen verdienen door don geldhandel. Zie
daar misschien een honderdduizend Nederlanders
die trouwen, kinderen krijgen, de verantwoordelijk
heid van vele kostbare en belangrijke levens op
zich nemen, zonder te bedenken dat hun geheele
hebben en houden bestaat in jaarlyksche revennëD,
dat de bron van hun welvaart in hun persoon ge
legen is, dat deze op don dag huns doods zal op
drogen, en dat zij zelf heden kannen sterven.
Zy weten echter zeer goed dat de Staat, die
niet direct hun debiteur is, zich niet met hunne
familiën zal belasten; dat de fabriek of het han
delshuis, een onpersoonlijk persoon, om zoo te zeggen
een veranderlijk samenstel van blinde en wiskundige
belangen, zich niet meer om hen bekommeren zal
dan de groote veer van eea uurwerk voor de over-
biyfseleu van een versleten raderwerk. Zij weten
dat de meest werkzame en bekwame weduwe in
dezen tijd niet dan door een wonder haar levens
onderhoud kan winnen en dat de jongelieden, die
geen onderwys ontvingen, voor nieta anders te ge
bruiken zyn dan voor de treurige beroepen van dag-
looner of oppermaD. Zij hebben misschien zelf bjj
ondervinding den beklagenswaardigen toestand ge
kend van eon man die kennis bezit, bekwaam,
werkzaam, voor alles geschikt is, maar die genood
zaakt is telkens met de armen over elkaar te zitten
wanneer hij geon patroon heeft en dat wel omdat
hij niet in het bezit is van dat instrument van
vrijen arbeid dat men kapitaal noemt.
Eindelijk, zy hebben het voorbeeld van Engeland
voor oogen, waar hnns gelijken, hun collega's, men
schen die geheel en al in dezelfde positie zijn als
zy, nooit vergeten hun leven te verzekeren, ten
einde een kapitaal voor hunne erfgenamen te
scheppen
"Waarom dan verzekeren zy zich niet allen? Wij
honden hot er voor dat zij zelf op deze vraag geen
antwoord kunnen geven.
LEIDEN, 2 «Juni.
Naar wij vernemen, heeft de hoogleeraar D. Bie-
rens De Haan weder een bewijs gegeven van zijne
belangstelling in onze Universiteitsboekerij. Voor
eenige jaren had hij zijne uitgebreide verzameling
geschriften over het Onderwijs aan de Bibliotheek
afgestaan, bestaande in 214 quarto- en octavo-por
tefeuilles met losse geschriften, en een paar honderd
boekwerken over hooger-, middelbaar en lager onder
wys hier te lande en daarbuiten; deze verzameling
vult G kasten en wordt als Bibliotheca Paedagogica
afzonderlijk bewaard en geregeld door hem aange
vuld. Thans heeft hy eene andere collectie, zyne
Bibliotheca Biographica, op dezelfde loffelijke wijze
afgestaan, met uitzondering van de levens der wis-
en natnurknndigen, welke hij nog op zijn stu
deervertrek wilde bewaren ten gerieve van zijne
biographische studiën over do beoefenaren van zijne
lievelingswetenschap; het gewicht van die onder
zoekingen is herhaaldelijk gebleken in de mede-
deelingen, gedaan in de Koninklijke Academie van
Wetenschappen.
Deze Bibliotheca Biographica bestaat uit 108
leven3 in quarto formaat gedrukt, en 547 in octava,
allo afzonderlijke boekwerken; bovendien uit een
lange reeks overdrukken van biographies die op
verschillende wijze het licht zagen, in 30 quarto- en
octava-portefeuilles bewaard; het geheel neemt twee
kasten in, want het beslaat ongeveer 10 ellen. De
heer Bierens De Haan heeft wel is waar vooral van
Nederlanders de biographies verzameld, maar er
zijn tal van buitenlanders ook in opgenomen.
Mag de Universiteits-Bibliotheek zich reeds ver
heugen in het bezit van vele der levensbeschrijvingen
door prof. Bierens De Haan aldus verzameld, er
worden toch honderden biographische schetsen en
bijzonderheden, kleinere stukken, zoogenoemde per
sonalia, catalogi der bibliotheken van geleerde man
nen in aangetroffen, die men nergens anders ver-
eenigd vindt, en die men slechts door ijverig op
sporen en verzamelen bijeen krijgen kan. Hot ge
schenk van deze Bibliotheca Biographica mag dus
als een gewenschte aanwinst voor de Universiteits-
Bibliotheek beschouwd worden.
De Leidsche Trio-Vereeniging zal hare 4de
soirée naar we vernemen eerst in September geven.
Daar een der heeren dezen winter door een be-
letzel aan de hand een maand niet in staat was
te spelen, is het voor het geven van do laatste
soirée in dit seizoen te laat geworden.
Naar aanleiding van het besluit van den ge
meenteraad alhier om het gedenkteeken van Lei-
dens beleg en ontzet op de groote Ruïne te plaatsen,
wordt aan het Dbl. v. N. in herinnering gebracht
dat daarmede wel gepaard zal gaan een behoorlyke
aanleg van die onooglijke vlakte, ten einde de om
geving in overeenstemming te brengen met de eischen
van het monument. Ofschoon het beeld van den
Burgemeester Pieter Adriaansz. Van der Wcrffhpk
topstuk vormt, is het toch niet alleen dit beeld dat
uit hot gedenkteeken spreekt. Het is veeleer een
monument, dat tot ons en tot den nazaat moet