LEIDSCH
DAGBLAD.
N°. 7043.
Donderdag 1 Februari.
A0. 1883.
Tweede Blad.
PRIJS DEZER COURANT:
▼oor Leiden per 8 maanden1.10.
Franco per post.1.40.
Afzonderlijk* Nommers.0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PBIJS DEK ADVERTENTIE»:
Van 1—6 regels 1.06. Iedere regel meer O.I7|.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het inctssee»
ren boiten de stad wordt/ 0.10 berekend.
Gemengd Nieuws.
Eene vroolijke moordenares wordt
wel niet dikwijls aangetroffen. Charlotte Stnerla,
die te Chicago haar minnaar met bewonderens
waardige koelbloedigheid en overleg doodgeschoten
heeft, is tot ééa jaar gevangenisstraf veroordeeld.
De moordenares verklaarde op de vraag van den
rechter of zij nog iets tot hare verontschuldiging
had in 't midden te brengen, dat zij volkomen
tevreden was met hare veroordeeling, ofschoon zij
een vrijspraak geprefereerd had. Lachend kwam
zij de gerechtszaal binnen en lachend vertrok zij,
nadat zij vooraf had aangekondigd dat zij na afloop
van haren straftijd zich aan het theater zou wijden.
Zeker zal zij dan veel publiek lokken. Zij werd
voorloopig naar de staatsgevangenis van Illinois te
Joliet overgebracht. Voor haar vertrek verkeerde
zij in een hoogst opgewonden stemming en trachtte
allerlei aardigheden te debiteeren. Onder meer zeide
zij: Ik ben het vroolijkste (jolliest) meisje dat ooit
naar Joliet ging. Van berouw is nog geen spoor
te ontdekken.
Laatstleden Zondag liep een dieren-
oppas8er in de Berlijnsche diergaarde over het
hooi, waarvan een olifant stond te eten. Onmid
dellijk greep het dier hem aan en vermorzelde hem
tegen den muur.
Te Charlois is Zondag eene vrouw
vreeselijk gebrand door een ongeluk met eene
petroleumlamp. Zij was gillende de straat opge
vlogen, toen eenige personen door hunne jassen de
brandende kleederen der vrouw doofden. Zij is niet
buiten gevaar.
Yoor eenige dagen kwam een netge
kleed heer 's morgens vroeg bij een slachter te
Linz, die hem gaarne onder vier oogen wenschte te
spreken. Daar de slachter juist alleen in zijne slacht
plaats was, gaf hij den onbekende te kennen dat
hij gerust zijn hart kon uitstorten, dat niemand
hen hooren zou. Hierop ontdeed de vreemdeling
zich van zijn jas, vest en boord en legde zijn hoofd
op het hakblok, terwijl hij den slachter verzocht
hem het hoofd af te hakken. Hij was zooeven in
de kerk geweest, had ijverig gebeden en wist nu
zeker dat hij sterven moest. De slachter weigerde
natuurlijk aan zijn verlangen gevolg te geven. Hij
trachtte hem tot andere gedachten te brengeo,
waarin hij in zoover slaagde, dat de vreemde weg
liep met de woorden: „Wanneer ge 't niet doen
wilt, dan is 't mij ook goed". De slachter had na
tuurlijk bemerkt met een krankzinnige te doen te
hebben en haastte zich de politie op dezen persoon
opmerkzaam te maken.
Er is geen ongeluk of er komt toch
nog een gelukje bij. - In 1852 werd een inwoner van
Harrisburg tot dertig jaar tuchthuisstraf veroordeeld.
Ia vrijheid gesteld, keerde hij naar zijne woonplaats
terug, die geheel veranderd was. Ten gevolge der
uitbreiding was ook de waarde der huizen aan
zienlijk gestegen en de woniDg van den veroordeelde,
destijds f 3000 waard, vond nu een kooper voor
f 100,000. Men zou er geen dertig jaar voor ge-
gevangen willen zitten, maar als men dertig jaar
gezeten heeft, is dit toch eene lichte vergoeding.
Ook te Cannes viel sneeuw, wat in
12 jaren niet was geschied, en was het zeer koud.
Gladstone is echter zeer wel en gaat eiken dag
uit. De prins van Wales is te Cannes aangekomen,
waar hij slechts een paar dagen zou blijven.
Londen is Zaterdag en Zondag door
een hevigen storm bezocht. Sommige huizen stortten
in, ten gevolge waarvan eenige personen zwaar
gewond werden. Ook elders in Engeland richtte
de storm groote schade aan; een aantal sohepen
verongelukte en de telegraphische gemeenschap met
Ierland en Schotland werd vertraagd.
Een 65-jarig grijsaardtePest, die
in een gesticht verpleegd werd, hoorde onder zijne
kameraden van een groote schipbreuk spreken, die
voor een paar dagen had plaats gehad. Toen hij,
op zijn beurt vragende hoe het schip heette, de
„Cimbria" hoorde noemen, viel hij plotseling neder
en bleef op de plaats dood. In zijn zak vond men
een brief van zijn zoon uit Hamburg, die hem
mededeelde dat hij zich met zijne vrouw en kinderen
op de „Cimbria" zou inschepen, om naar Amerika
te verhuizen.
Yolgens een telegram uit Caïro aan
de „Daily News", zal ook een Nederlandsch inge
nieur bij de uitvoering der werken voor het aan
leggen van een kanaal van Alexandria over Cairo
naar Suez, worden aangesteld.
Bij de laatste vorst te Moschaisk
(Rusland) zijn elf knapen, die zich op weg naar
school bevonden, doodgevroren. Iu het district
Walokalasisk zijn 42 menschen door de koude
omgekomen.
Een 16-jarig meisje, werkzaam in een
fabriek te Barentin (Seine-Infórieure), werd door
eene machine aangegrepen en geheel fijngemalen.
Dit alles viel voor in een ongelooflijk kort tijdsver
loop, zoodat aan hulp verleenen niet te denken
viel. Toen het verschrikkelijk voorval bekend werd,
veroorzaakte het een diep medelijden. De afgrijse
lijke overblijfselen van het nog zoo jeugdige meisje
werden reeds den volgenden dag aan de aarde toe
vertrouwd. Groot was het aantal belangstellenden
die bij de treurige plechtigheid tegenwoordig waren.
Zekere markies De M. liethetvolgende
testament na: „Ik heb veel schuld. Ik bezit niets.
Het overige vermaak ik aan de armen."
INGEZONDEN.
Credlet-Vereenigingen.
Yoor eenige dagen gaf de N. R. Courant in hare
financiëele berichten een uittreksel uit het verslag
der Vergadering van eene der Credietbanken te
Arnhem, welke in haar derde jaar werkt en voor
zeker zeer goed doel treft.
Meermalen is bij steller dezes de gedachte opge
komen waarom in zulk een nijvere, handeldrijvende
plaats als de onze, met haren van buiten komenden
en zich meer en meer ontwikkelenden handel, eene
dergelijke, nuttige instelling niet in het leven wordt
geroepen
Steller dezes, zelf in den handelsstand, zou (onder
verbetering) willen dat de klasse waartoe ook hij
behoort, H. H. Aannemers, Metselaars, Timmerlieden
en meer dergelijke nijvere mannen, zich aaneen
sloten, om zich zeiven eene voordeeliger positie te
vormeD, d. i. met minder zorg zich zelvea werk
kapitaal te verschaffen.
Het is toch volstrekt niet vreemd dat werkbazen
en handelaars in het klein zich in moeilijkheden
bevinden en zich opofferingen moeten getroosten om
geregeld de loonen hunner werklieden, vrachten,
uitschotten, in één woordhunne geregelde betalin
gen, te kunnen volhouden, hoewel zij zeiven voor
gedaan werk of leveringen dikwerf vrij aanzienlijke
sommen in hun boek hebben staan.
Hoe menigwerf gebeurt het ook dat kleine kapi
talen weken, soms maanden renteloos liggen en door
anderen nuttig zouden kunnen worden aangewend
Werd nu het doel van steller dezes bereikt, dan
zou hij (gaarne onder verbetering) zijne ideeën daar
over blootleggen, om onderling een bedrijf kapitaal
te vormen en tegen goede zekerheid voorschotten
te geven, de kas en den staat van zaken wekelijks
te behandelen, kosteloos de administratie onder de
deelhebbers te verdeelen; enz., om later te zien,
welke de uitkomst moge zijn, naar proportie te
deel en of bij te passen. Bij zulk een kosteloos,
zuinig beheer, zal het laatste geval wel ondenk
baar zijn.
Zoo er belangstellenden zijn, zou daaronder dan
niet iemand te vinden wezen, die het initiatief
durft op te nemeD, om na eene of meer te houden
comparities tot een resultaat te komen?
Steller dezes vermeent hiermede een kleinen en
nuttigen wenk te hebben gegeven, hoe hij de zaak
wenscht opgevat te zien. C.
Onze Hervormde Herken.
En Jezus giDg in den tempel Gods, en dreef nit
allen, die verkochten en kochten in den tempel,
en keerde om de tafelen der wisselaars, en de
zitstoelen dergenen, die de dniven verkochten.
Matth. 21: 12.
Wanneer de Gemeente alhier des Zondags naar
Gods Huis opgaat, wordt men in de kerk, bij het
vriendelijk verzoek om een plaats, al dadelijk ge
sticht door het antwoord van plaatsbezorgers: „u
moet aan hot bureau een plaatskaartje koopen!"
Dit gebeurt op den Rustdag in het „Huis des
Die zijn gemoed genoeg geweld kan aandoen,
gaat (theatersgewijze) naar het „bureau" en koopt
daar een plaatskaart. Voorwaar een stichtelijke voor
bereiding, om zich, in het Huis des Heeren, voor
Gods aangezicht te stellen!
Doch „het doet de deur dicht" als men, zooals
ik onlangs op Zondag-morgen, met mijn vrouw naar
de Marenkerk ging
Ruim kwartier vóór tienen verzocht ik aan het
bureau twee kaarten. Men had daar geen dubbeltjes-
kaarten meer, ik moest dan aan een ander bureau
zijn. Daar gekomen, betaalde ik 20 cents voor 2
plaatsen. Toen we nu, voorzien van kaarten, een
plaats verzochten, ontvingen we ten antwoord dat
er nog wel kwartjes-plaatsen te bekomen
waren. Wij bedankten voor dien lsten rang en
gingen verder om een plaats vragen. Tot ruim 10
uren, nadat de voorganger reeds had gebeden en
laten zingen, hebben we toen zóó stichtelijk hier en
daar aan den ingang nog hoopvol gewacht; tever
geefs! met onze kaartjes in de hand mochten wo
naar huis gaan of blijven staan; het laatste kon
mijn vrouw niet volhouden, en bovendien is, wanneer
men van plaatskaarten voorzien is, de onbillijkheid
te ver gedreven. Ook is men na zoo'n kennismaking
in het Huis des gebeds niet gestemd om nog met
eenige vrucht staande den predikant te volgen.
Ik meen dat in deze de kerk dan ook verder
gaat dan de Schouwburg. Worden daar bij concerten,
opera- of komedievoorstellingen plaatskaarten uitge
geven, dan ontvangt het publiek immer met dat
plaatsbiljet in de hand, zooveel plaatsen als er
kaarten vertoond worden. Doch ziet, in de kerk
neemt men de dubbeltjes voor plaatskaarten aan,
terwijl de kooper met zijn kaartje geen plaats meer
krijgen kan. Heel stroef, of het de eenvoudigste
zaak van de wereld was, wordt men op vertoon
van het plaatsbiljet verzocht „rechtsomkeert" te
maken. Dat moest, dat mag niet. Men behoorde,
wil men in de kerk het stelsel van den Schouwburg
toepassen, dit dan ook eerlijk toe te passen; men
zorge dat er geen grooter getal kaarten wordt
verkocht, dan er plaatsen in de kerk beschikbaar
zijn. Zóó zou men het publiek voor menige teleur
stelling vrijwaren, en de voorbereiding tot do Gods
dienstoefening zou er bij winnen.
Doch met de opheffing van de „bureaux" tot
het uitgeven van plaatskaarten, zou voorts de
Godsdienstoefening meer stichtelijk, meer ernstig,
meer Bijbelsch zijn, die nu vaak, ten gevolge van
dit onheilig stelsel, op zijn zachtst genomen, het
karakter van een „Volksvoorlezing" draagt.
Leiden, Januari 1883. T. J. K,