LEIDSCH
DAGBLAD.
N\ 6992.
Donderdag 30 November.
A*. 1882.
Tweede Blad.
PBIJS DEZER COURANT:
Toot L«iden per 8 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers.0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DEB ADTEBTENTIEK:
Van 1—8 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17|*
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het ineassee-
ren bniten de stad wordt f 0.10 berekend.
Gomengd Nieu w s.
Onder de vele winkelmagazijnen, die
onze stad versieren, trekt dezer dagen niet het minst
de aandacht dat der heeren Gebroeders Mastenbroek
nabjj de Hoogewoordsbrug. Achter de beide groote
winkelramen hoek Breestraat en Gangetje wordt
het oog van iederen voorbijganger getrokken door
de versiering van groen en bloemen enz., welke,
evenals vorige jaren bij gelegenheid van St.-Nico-
laas, weder door netheid en smaakvolle rangschik
king uitmunt.
Te Oudshoorn hebben zich eenige
dames, gesteund door vele welwillende ingezetenen,
vereenigd om de schooljeugd een aangenamen St.-Ni-
colaas-avond te bereiden. De kinderen zullen op
chocolade en krentenbrood onthaald, en door Bamberg
zullen goocheltoeren uitgevoerd worden.
De brander ij en mouterij van den
heer G. Müller te Schiedam is een prooi der vlammen
geworden. Alles is verbrand, ook de aanzienlijke
voorraad graan. De oorzaak is onbekend.
Te Rotterdam zijn in de vorige week
7 nieuwe gevallen van pokken voorgekomen.
Uit Tessel wordt gemeld: Zekere
C. K., een jongeling die niet zeer gunstig bekend
staat, heeft esn ingezetene te Den Burg met een
mes verscheidene verwondingen toegebracht. Heel
kundige hulp moest worden ingeroepen en dertien
naden werden gelegd. Bevel tot aanhouding is
roeds geschied.
Yoor hetBrabantsche hof yan Assises te
Brussel begon Maandagmorgen om kwart over tienen
het rechtsgeding tegen de gebroeders Peltzer. Er
zijn vanwege het centrale postkantoor bijzondere
maatregelen genomen om de verslagen der recht
zittingen zoo spoedig mogelijk te verzenden. Op de
tafel der verslaggevers is namelijk eene bus geplaatst,
welke elke tien minuten door een beambte der pos-
terij gelicht wordt, die buiten de zaal den inhoud
aan de loopers van het telegraafkantoor uitdeelt.
Het binnenkomen der beschuldigden verwekte
groote beweging. Leon was zeer ontroerd, Armand
zich zeiven geheel meester. De president riep de
namen der gezworenen af en daarop werd de akte
van beschuldiging voorgelezen, hetwelk te één uur
afliep. Het O. M. hield zich tot handhaving van de
beschuldiging aan genoemd stuk.
Voortdurend hadden do beide beschuldigden de
lezing der akte met de grootste aandacht gevolgd.
Ook bij de bezwarendste aantijgingen van den pro
cureur-generaal bleven zij schier onbeweeglijk, als
gold het anderen dan hen; alleen Armand bracht
nu en dan de hand aan den mond en onderdrukte
zijne gedurige hoestaanvallen, die hem vooral sche
nen te hinderen op het oogenblik waarop herinnerd
werd aan de valsche eeden, door hem aan het
slachtoffer gezworen. Leon daarentegen was meer
onverschillig; hij staarde van tijd tot tijd het publiek
aan of onderhield zich met zijne verdedigers. Enkele
malen bracht hij min of meer zenuwachtig de vin
gers aan den mond, waar herinnerd werd aan de
wijze waarop hij Bernays om het leven moet heb
ben gebracht. Spoedig echter kreeg hij zijne zelf-
beheersching weer.
Voor het hof liggen 37 onderscheidingsstukken,
revolvers, boeken, kaarten, koffers enz. Ook een
aantal portretten, de ingewanden van den ver
moorde enz., in een bokaal opgesloten, maken er
deel van uit.
Van beide zijden zijn er ongeveer 150 getuigen
gedagvaard. Het verhoor nam gisteren een aanvang.
Bij de ondervraging van Leon verklaarde deze
dat hij slechte zaken in Amerika had gemaakt, maar
alleen naar Europa kwam op verzoek van zekeren
Murray, die eene transatlantische maatschappij wilde
oprichten en het bestuur daarover aan hem, Leon,
opdragen. Het was eene eenvoudige kinderachtigheid
dat hij telkens van naam veranderde. Hij nam te
Nieuw-York het valies mede van een reiziger, dat
de letters H. V. droeg en daaroru nam bij den
naam aan van H. Vaughan. Hij verklaart zijn broe
der te Parijs gesproken te hebben om hem over de
zaak-Murray te onderhouden. De pistolen kocht hij,
om een 6chietplaats bij zich aan huis op te richten.
Hij trachtte de zuiverheid zijner bedoelingen aan
te toonen, door Bernays bij hem dos morgens en
niet des avonds te doen komen.
Daarop werd Armand ondervraagd. Deze beschul
digde drukte zich met groot gemak uit. Het grootste
deel zijner verklaring betreft zijne innige bekend
heid met de familie Bernays en zijne betrekking
tot mevrouw Bernays. Armand ontkende ten stel
ligste ooit het voornemen gehad te hebben om met
laatstgenoemde te huwen. Hij beklaagde zich dat
Bernays ten slotte zich van zijn naam wilde be
dienen als een wapen tegen mevrouw Bernays. Hij
verklaarde verder de justitie op een dwaalspoor te
hebben willen brengen, om Leon te redden, en her
innerde aan het memorandum, dat in April aan
het parket overhandigd is en krachtig bijdroeg om
do justitie in te lichten over hetgeen te Parijs ge
beurde. Armand kwam op tegen allo getuigenissen
der weggezonden dienstboden.
De president las eene getuigenis voor van mevr.
Bernays, houdende dat /ij Armand verzocht op het
hoofd zijner eigene dochter te willen zweren, dat
hij den moordenaar van Bernays niet kende.
Armand herinnerde zich dit niet en ontkende in
elk geval zulk een eed afgelegd te hebben.
Te Newcastle aan de Tyne heeft Zon
dag-avond 11. eene geweldige ontploffing plaats ge
had in eene fabriek van chemicaliën. Er waren
onderscheidene proefnemingen aan den gang; waar
schijnlijk is het eene ontploffing van aether geweest.
Het gebouw werd geheel vernield; in enkele ge
deelten ontstond brand. Steenon en balken werden
over de rivier tot in Gatesbaed geslingerd, oen
kwartmijl ver. Gedurende den brand hadden er
nog telkens kleinere ontploffingen plaats. Vele per
sonen zijn gekwetst, enkele doodelijk.
Een voorbeeldige vrouw is dezer
dagen te Washington gestorven. Zij heette Mary
Austin, was 60 jaar oud, en schonk aan niet minder
dan 44 kinderen, allen jongens, het leven. Zij
muntte ook in andere opzichten uit; zij was een
der eerste dames, die in de genees- en heelkunde
promoveerden, en tijdens den burgeroorlog diende
zij in het leger, waar zij bevorderd werd tot majoor.
Evenals eenigen tijd geleden te Pest,
wordt nu te Nieuw-York een tentoonstelling van
schoone vrouwen op touw gezet. Zij mogen niet
jonger zijn dan zestien jaar, maar men heeft de be
leefdheid gehad geen verdere bepalingen te maken
aangaande den leeftijd. Voor veertigjarige schoon
heden, die meenen dat het geboorte-register twintig
jaren in de war is, een fraaie kans.
BUITENLAND.
Frankrijk.
De Kamer der Afgevaardigden heeft gisteren
over de begrooting voor marine beraadslaagd. De
minister Janréguiberry beantwoordde de aanmer
kingen van den heer Granet en kwam op tegen do
bewering, als zou de Fransche oorlogsvloot minder
goed zijn dan die van Engeland en Italië. Hij ver
klaarde niet te zullen antwoorden op het verwijt
van misbruik uit kameraadschap. Het eenige ant
woord daarop zon zijn, de quaestie van vertrouwen
te stellen. - De redevoering van den minister werd
toegejuicht.
De Senaat heeft het ontwerp-De Brazza aan
genomen.
De ministerraad besloot gisteren dat de expe
ditie naar de Congo uitsluitend van commerciëelen
aard is. Voorts hield de Raad zich bezig met de
stukken betreffende Egypte en de door Engeland
aangeboden compensation en eindelijk met het af
breken der onderhandelingen met Madagascar; de
regeering besloot, de Fransche vlag te doen eer
biedigen.
De heer Naquet en eenige andere afgevaar
digden hebben zich bij den miaister-president Dnclerc
vervoegd, om hem nogmaals te onderhouden over
de quaestie betreffende Tonkin. De minister moet
verklaard hebben, dat hij in den loop dezer week
bij de Kamer eene aanvrage zou indienen om een
krediet van elf millïoen fr. voor eene expeditie naar
dat gewest.
Zoodra de Senaat het door den heer De Brazza
met den Negerkoning Makoko gesloten tractaat
had bekrachtigd, zeide de heer Duclerc verder, zon
ook in verband daarmede een krediet worden aan
gevraagd.
Bij de Kamer is een wetsvoorstel van den
heer Paul Casimir Périer ingekomen, strekkende
om in het geheele land de keuze tusschen het be
graven en verbranden van Ijjken vrij te stellen,
onder bij de wet te bepalen voorwaarden. Ook de
heer Gambetta behoort tot de mede-onderteekenaren
van het voorstel.
D ui tschland.
De minister Von Puttkamer deelde gisteren in
het Huis van Afgevaardigden eene hem door den
keizer toegezonden depeche der keizerin uit Coblenz
mede. De Rijn was daar sedert den vorigen avond
nog 2 voet gestegen, ten gevolge van eene wolk
breuk nabij Mainz. Het water drong thans van alle
zijden in den tuin van het paleis; de schipbrug
was half weggeslagen. De oranjerie bij het gebouw
van den commandant stond onder water; het einde
was niet te voorzienhet verkeer wordt hoe laDger
hoe meer gestremd.
De minister voegde aan deze mededeeling toe:
„De toestand is dus voorzeker ernstig; na afloop
van deze zitting zal ik eene audiëntie bij den kei
zer aanvragen om Zr. Ms. bevelen te ontvangen.
Mocht het noodig zijn, dat ik mij naar de plaats
des gevaars begeef, dan hoop ik dat gij de beraad
slaging over de begrooting van binnenlandscbe
zaken tot na mijne terugkomst zult uitstellen.'*
(Toejuichingen van alle kanten.)
Uit Berlijn wordt aan de „Daily News" be
richt dat keizer Wilhelm voor de uitnoodiging van
den grootvorst Wladimir, om de kroningsfeesten te
Moskou bij te wonen, heeft bedankt en dat de
kroonprins hem zal vertegenwoordigen.
Groot-Britannië.
In het Lagerhuis deelde de heer Gladstone mede
dat de oorlogskosten voor de Engelschen in Egypte
tot 1 October 1,060,000 pd. st. meer dan het kre
diet bedroegen, zoodat thans het totaal cijfer
3,360,000 pd. st. was. De kosten voor het Indische
contingent, geschat op 1,880,000 pd. st., doch in
werkelijkheid slechts 1,140.000 pd. st. bedragende,
worden van 1 Oct. af geheel, of bijna geheel, door
Egypte gedragen.
Sir Charles Dilke verklaarde dat de Regeering
volkomen vrijheid van handel en scheepvaart
wenschte op alle groote stroomen van Afrika.
Lord Granville heeft gisteren eene talrijke
deputatie ontvangen, welke bij hem vertoogen kwam
indienen tegen dq Fransche eischen ten opzichte
van Madagascar. Op de tot hem gerichte toespraak
antwoordde hij dat hij geen kennis had van eenig
traotaat, hetwelk aan Frankrijk het recht van
beschermheerschap waarborgde, waarop het -aan»
spraak maakt.