en drie dagen werd het in verzekerde bewaring genomen. Eén ding had men vergeten, nl. het dier eten en drinken te geven, en toen de eigenaar niet kwam opdagen werd de hond eenvoudig weer losgelaten. Sluit in den zomer een hond gedurende drie warme dagen zonder drinken op, dan hoeft het beest veel kans om dol te worden. Dit bleek ook hier; toen de hond op straat was, verraadde hij alle sporen van hondsdolheid en de veldwachter besloot hem nu maar af te maken; hij legde op hem aan en trof een wandelaar in het been. Door het schot verschrikt, vloog de hond nu op een voorbijganger toe en beet dezen in het been en de veldwachter, alsnn zijne onhandigheid van te voren goed willende maken, sloeg met den kolf van zijn geweer naar het dier, dat zoo dol nog niet was of 't wist nogmaals te ontkomen, terwijl de slag een anderen hond trof, welke aan een toesohouwer van al deze verwarring behoorde. Thans laat mon de verordening op losloopende honden maar met rust; van de eerste proef had men weinig eer: men heeft er genoeg van. Naar men meldt, is Vrijdag op hetfort Kijkduin aan den Helder het bovendeel van eene cementgang, die nog niet geheel was afgewerkt, ingestort, waarbij de luitenant der genie Bolomey het leven heeft verloren. Zooals gewoonlijk hadden de werklieden te 12 nren zieh huiswaarts begeven en toen zij te halftwee terugkwamen, vonden zij de ruïne. Men wist niet dat de luitenant geduronde den schafttijd in de gang geweest was en vond hem bij de opruiming met gebroken hals onder het puin. Verondersteld wordt, dat hij wellicht door een of ander toeval tegen oen der stempels gestooten heeft, welke dienen om de zoldering te steunen zoolang deze niet droog is en dat daardoor het noodlottig ongeval is veroorzaakt. Vragen des tijds. - „Wie is hijp" vraagt een meisje van twintig jaar. - „Wat is hij vraagt zij als zij dertig is. - „Waar is hij?" vraagt de veertigjarige ongehuwde. Keizer Wilhelm van Duitschland is overgrootvader geworden. De gemalin van prins Wilhelm, den oudsten zoon van den kroonprins, is bevallen van een zoon. Te TyBmienitz, een stadje met 7600 inwoners in OoBtenrijkBch Gallicië, heeft een brand gewoed, waardoor het gemeentehuis, het gerechts gebouw, do synagoge en 200 huizen door de vlammen zijn vernield. De vadermoordenaar Jakob uit Roten- burg (Pruisen) is Vrijdag onthoofd. De Berljjnsche bankier Bleichröder teekende voor 20,000 mark op de lijst voor de vervolgde Joden. Donderdag-nacht is te Cardiff een ge deelte der groote meelfabriek van Spiller Brown door brand vernield. De schade wordt op 200,000 pd. st. geraamd. BTJITENIiAND. Frankrijk. De Kamer heeft gisteren het voorstel tot weder invoering der echtscheiding met 334 tegen 124 stemmen na eenig debat aangenomen. Naar men verneemt, heeft de commissie der Kamer het handels- tractaat met Nederland goedgekeurd. Het wetsvoorstel van den heer Laroche-Joubert om iederen burger, op zijn verzoek, van de kiezers lijsten te schrappen en om eiken kiezer, die zonder wettig excuus niet gebruik maakt van zijn stemrecht, te straffen, is aan de afgevaardigden rondgedeeld. Groot-Brltanniê. De „Times" verneemt dat de regeering geneigd is bij de behandeling van het amendement-Gibson, op het nieuwe reglement van orde, de bepaling aan te nemen dat voor do cloture, in plaats van de een voudige meerderheid, eane meerderheid van twee derden zal vereischt worden. Berichten uit Dublin melden dat nog geen spoor van de moordenaars ontdekt is, ofschoon de hekken van het park, onmiddellijk na het bekend worden der misdaad, gesloten werden, en telegram men naar alle streken van Groot-Britannië gezon den zijn. Hoewel lord Cavendish tot dusver geen openbaar ambt in Ierland bekleedde, was hij in Zuid-Ierland, waar zijn vader, de hertog van De vonshire, groote bezittingen heeft, zeer bekend en bemind. De dood was een gevolg van bloedstorting in de longen, en schijnt niet bijzonder smartelijk geweest te zijn, althans het gelaat had een rustige uitdrukking. Daarentegen waren Burkes trekken verwrongen; de mond was wijd geopend en de handen, als na een lange worsteling, waren met wonden bedekt. Burkes zuster viel, toen zij de ver schrikkelijke tijding ontving, in zwijm. Men meent den aanslag te moeten toeschrijven aan een rede, welke Cavendish vóór achttien maanden tot zijne kiezerB in Yorkshire hield en waarin hjj verklaarde dat de toestand in Ierland ondraaglijk was gewor den, daar zekere lieden eischen deden, die geen Engelsch kabinet kon inwilligen, en dus de taak der regeering hopeloos was. In 1836 geboren, studeerde hij te Cambridge; van 1859 tot 1864 was hij de particuliere secretaris van lord Granville en van Juli 1872 tot Augustus 1873 bekleedde hij dezelfde betrekking bij Glad stone; van laatstgenoemd tijdstip tot Februari 1874 was hij een der lords van de schatkamer, en in April 1880, toen Gladstone zijn kabinet vormde, werd Cavendisch een der twee „parlementaire secre tarissen voor de politieke aangelegenheden" bij het departement van financiën. Sedert Juli 1865 was hij voor West-Yorkshire lid van het Lagerhuis. Toen in de landsvergadering zijne benoeming tot minister van Ierland werd medegedeeld, ontstond onder de Iersche leden een gesis en gemor, waaruit reeds niet veel goeds te voorspellen was. Lord Frederick Cavendish was des morgens, met den nieuwen onderkoning, lord Spencer, uit Engeland komende, te Kingstown aan land gegaan en tegen den avond waren beiden onder groot gejuich der menigte te Dublin aangekomen. In het paleis des onderkonings deed hij eenige zaken af en te 6 uren reed hij naar zijne eigene woning. In het Phoenix- park kwam hij den onder-secretaris voor Iersche zaken tegen; hij steeg uit en wandelde met hem verder. Wat men van hetgeen verder gebeurde weet, heeft men nit den mond van een knaap. Deze vertelt dat hij in de verte menschen, die hij voor gemeen volk hield, heeft zien vechtentwee mannen vielen en vier redon in een rijtuig, dat op hen wachtte, weg. Lord Cavendish had vier steken door de long; zijn eene arm was verbrijzeld, aan den heer Bnrke is de keel afgesneden. Merkwaardig is dat van de honderden wandelaars, die zich in het park bevonden, alleen een knaap iets van het voorval heeft gezien de daad moet dus wel met bliksemsnelheid zijn uitgevoerd. In weerwil van een nauwkeurig onderzoek heeft men niet eens de sporen der wielen van het rijtuig kunnen vinden; het reed zoo snel, dat de knaap geen beschrijving van hen, die er inzaten, heeft kunnen geven. Alle bladen geven hun diepe afschuw en ontzet ting over de gruwelijke misdaad te kennen en ver langen dat de strengste maatregelen tot onderdruk king der wetteloosheid in Ierland genomen zullen worden. De „Times" zegt: De regeering ziet zich geplaatst tegenover een toestand, welke in Groot- Britannië bijna zonder voorbeeld is. Geen ministerie kan onder het gewicht van zulk eene verantwoorde lijkheid lang aanblijven, indien het geene wanhopigo poging doet om zijn aanzien te herstellen. Het is gebiedend noodzakelijk dat de premier onverwijld aan Engeland het bewijs geve, eindelijk tot het rechte besef van het ware karakter der Iersche verwikkelingen gekomen te zijn. De „Standard" en de „Morning Post" stellen de Landliga voor de misdaad verantwoordelijk. In het Lagerhuis stelde de heer Gladstone gisteravond verdaging der zitting voor uit eerbied voor de nagedachtenis van Cavendish en Burke, op wie hij een warme lofrede hield. Hij zeide dat het gouvernement zijn programma van politiek in Ierland moet herzien en hervormen. Donderdag zal het een maatregel aan het Huis voorleggen, strekkende om de misdaden in Ierland te onder drukken; later zal het een wet voorstellen betrek kelijk de kwijtschelding der achterstallige pachten. De heer Northcote ondersteunde de regeering en be loofde de hulp der conservatieven tot maatregelen om de orde te handhaven en de misdaden tegen te gaan. De heer Parnell betreurde de misdaad en erkende de noodzakelijkheid van dwangmaat regelen. In het Hoogerhuis sprak lord Granville uit naam van het kabinet, en lord Salisbury hechtte, als tolk der conservatieven, zijne goedkeuring aan de ontvangen mededeelingen. T o 1 e gf a. in in e n. LONDEN, 8 Mei. Nader wordt nog omtrent den moord op lord Cavendish en Bnrke gemeld: De moord werd te ongeveer acht uren gepleegd en wel op vijfhonderd passen afstand van het paleiB van den onderkoning, dus niet op een eenzame plaats. De onderkoning zag den aanval, maar hield hem voor een gewone rooverij van beschonken personen. Men vermoedt dat niet de Parnellisten, maar de Fenians den moord pleegden om een verzoening tusschen Gladstone en Parnell te verijdelen Natuur lijk vordert de geheele pers of aftreding van het ministerie-Gladstone bf overgang tot den sterksten dwang. Morgen wordt er een beslissende parlements- zitting gehouden. Tot dusverre worden twee per sonen als verdacht vervolgd. Deze moeten bij de aankomst van den onderkoning in het bijzonder naar Cavondish gezocht hebben. NIEUW-YORK, 8 Mei. De consnl vanEngelnnd alhier is gemachtigd belooningen te geven voor het verstrekken van inlichtingen, die tot het ontdekken van de bedrijvors dor te Dublin gepleegde moorden kunnen leiden. PIETERMARITZBURG, 7 Mei. Volgens berichten van inboorlingen van Zoeloelaud is de gisting welke daar heerscht voor een groot deel veroorzaakt door eene boodschap, welke Cetewayo gezonden zou hebbon en waarin hij te konnen geeft, weldra te zullen terugkeeren en de opperhoofden opeischt zich gereed te maken hem hier te ontvangen. Blijkbaar is deze boodschap afkomstig van bisschop Colenso, John Duhn is in allerijl naar Zoeloelaud terugge keerd. Hij heeft met zijne wraak bedreigd de opper hoofden die klachten over hem indienden. ST.-PETERSBURG, 8 Mei. De nieuwbenoemde Oostenrijksch-Hongaarsche gezant bij ons hof, graaf Wolkenstein, is hier aangekomen. BRUSSEL, 9 Mei. Do Nationale Bank heeft het disconto 1/2 pet. verhoogd. DUBLIN, 9 Mei. Een der personen, die verdacht worden van medeplichtigheid aan het vermoorden van lord Cavendish on den heer Burke, Charles Moor genaamd, werd gisteravond te Maynooth, nabij Dublin, in hechtenis genomen en heden naar Dublin gebracht. Zijn uiterlijk komt overeen met het signalement. Do moordenaar zeido dat hij pas Vrijdag uit Amerika is teruggekomen. LUIDEN, O Mei. Na breedvoerige discussie heeft de Tweede Kamer gisteravond het handolstractaat mot Frankrijk ver worpen met 43 tegen 37 stemmen. Tegen stemden de heeren: Rutgers, Tak,Haff- mans, Van dor Schriock, Bichon, Kops Reekers, Van Heeckeren, Van Eysinga, Holtzman Brouwers, Van Baar, Corver Hooft, Donner, Vermeulen, Bergsma, Schepel, A. Van Dedem, Insingor, Schim- melpenninck, Ruysch, M. Van Asch, Pomp Lohman, Nijst, De Bruyn, Thooft, Van Nispen, De Casembroot, Fabius, De Vos, Scbaepman, Rombacb, Wichers, Clercx, Seret, Van der Hoop, Heydenrijek, T. Van Asch, Bahlmann, Keuchenius, Borgesius en Buma. Vóér do heeren: Van Eek, De Meijier, Van der Hoeven, Blussé, Van Wassenaer, Dy kmeester, Dirks, Van de Work, Wybenga, Van Dolden, Van der Linden, Van der Kaay, W. K. Vau Dedem, Van Houten, De Beaufort, Lieftink, Yan Blom, Rüell, Cremors, De Jong, Siokesz, Van Kerkwijk, Hingst, Patijn, Gleichman, Kool, Viruly, Kist, Mac- kay, Van Gennep, Van der Feltz, Gratarna, Mees, Van Osenbruggen, Bastert, Van der Sleyden en de Voorzitter. In de zitting der Eerste Kamer van heden heeft de minister-president verklaard dat hot geheele ministerie zijn ontslag heeft aangeboden na het votum der Tweede Kamer over het handelstractaat. De behandeling van alle ontworpen is geschorst. De heer Van Lynden kondigde het ontslag met de volgende woorden aan: „Mijnheer de Voorzitter! Met de handelingen der regeering in twee hoogst belangrijke aangelegenheden heeft de meerderheid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal zich in de laatste dagen niet vereenigd. Nadat de minister van koloniën, naar aanleiding van de beslissing ter zake van het vraagstuk der conversie, zijn ontslag aan den Koning had aangeboden, en terwijl dat ver zoek in handen van den raad van ministers was ge steld en bij deze nog in overweging was, heeft de ver werping ten tweeden male van het gesloten handels tractaat met Frankrijk ook de overige ministers ge noopt hun ontslag eerbiedig aan Z. M. te verzoeken. Op grond hiervan heeft de regeering de eer tot de Kamer het verzoek te richten, de behandeling van de aan de orde gestelde wetsontwerpen te schorsen, totdat door Z. M. eene beslissing zal zijn genomen." In den aanvang der zitting der Tweede Kamer van heden deed de minister van financiën gelijke mededeeling en hetzelfde verzoek als in de Eerste Kamer. Dientengevolge word besloton de behandeling der reeds aan de orde gestelde onderwerpen voors hands te schorsen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1882 | | pagina 2