JN°. 6776.
A0. 1882.
Zaterdag 18 Maart.
LEIDSOÏÏ
DAGBLAD.
PRIJS DEZEB COÜBART:
foor Leiden per 3 maanden1.10.
Frtnco per post.1.40.
Afrooderiö&e Nommers.w'.0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER AJDVERTESTIEN
Van 16 regels 1.05. Ieder® regel meer 0.17».
Groolere letters naar plaatsruimte. Voor het ïncassee-
ren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
STADS-BERICHTEN.
Be Burgemeester van Leiden herinnert bij deze den
txeesteïykon en Studenten in de Godgeleerdheid, die
reeds bij de Nationale Militie zijn ingelijfd, alsmede hun
die daartoe kunnen worden opgeroepen, dat zij tot het be
komen der ontheffing van den werkelijken dienst, bedoeld
by de 1ste zinsnede van art. 127 der wet van den I9den
Augustus 1861, (Staatsblad No. 72), verplicht zijn tusschen
den 20sten Maart en den lsten April dezes jaars, hunne
-aanvrage, met het daarbij behoorend bewijsstuk, bij hem,
Surgemeester, in te dienen.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
17 Maart 1882. DE KANTER.
UEIES&N, 1? Haart.
In de eerste drie dagen van de volgende week
worden de overgangsexamens gehouden van de
school van het Genootschap: „Mathesis Scientiarum
Genitrix" in het gebouw der hoogere burgerschool
op de Pieterskerkgracht. Hoewel die examens publiek
zijn en de leden daarenboven nog eene persoonlijke
uitnoodigiDg ontvangen, is de belangstelling gewoon
lijk niet zeer groot. Toch zou het den ambachts
stand ten goede komen en eene aaDgename vol
doening voor het bestuur zijn, zoo men van die
grijze instelling binnen Leiden meer kennis nam.
Onbekend toch maakt onbemind.
De overgangsexamens zijn aldus verdeeld
Maandag 20 Maart: 3de klasse A en B, cijfer
kunde, des avonds van 6 uren tot halfzeven; natuur
kunde, van halfzeven tot 7 uronstel - en meetkunde,
van 7 urén tot halfaoht; 5de kl., perspectief en beschr.
meetkunde, van halfacht tot 8 uren; - 4de en 5de
klasse, bouwk. rekenen, van halfnegen tot 9 uren
stel- en meetkunde, van 9 uren tot halftien; schei
kunde, van halftien tot 10 uren.
Dinsdag -21 Maart: 1ste klasse A en B, taalkunde,
van 6 urea tot halfzeven; cijferkunde, van halfzeven
tot 7 uren:; aardrijkskunde, van 7 uren tot halfacht
geschiedenis, van halfacht tot 8 uren; - 2de klasse
A en B, cijferkunde, van halfnegen tot 9 uren
meetkunde, van 9 uren tot halftien5de en 6de klasse,
ornamentleer, van halftien tot 10 uren.
"Woensdag 22 Maart: 2de klasse A en B, ge
schiedenis, van 6 uren tot halfzeven; taalkunde,
van halfzeven tot 7 uren* stelkunde, van 7 uren
tot halfacht; aardrijkskunde, van halfacht tot 8 uren-
4de en 5de klasse, werktuigkunde, van halfnegen tot
9 uren en natuurkunde, van 9 uren tot halftien.
Ten vervolge op de mededeelingen in ons
nummer van eergisteren omtrent de geprojecteerde
richting van de nieuwe spoorlijn Amsterdam-Haar-
lemmermeer-Rottordam, kunnen wij thans nog be
richten dat ook ceintuurbanen afgebakend zijn, om
die lijn ten noorden van den Rijn met den Holland
sehen en zuidelijk daarvan met den Rijncpoorweg in
verbinding te brengen.
De noordelijke baan, van uit den Kalkpolder, met
een vrij sterken boeg westwaarts over de Zijl loo-
peade, sluR op korten afstand van onze gemeente
aan den Holl. Spoorweg aan. Yoor de daartoe nood
zakelijke overbrugging van laatstgenoemde rivier
zal men gebruik makes van de daarin nog bestaande
spoorbrug-fundamenten, die in hun vervallen toe
stand aan d6 schipperij reeds jaren lang zoo ont
zaglijk veel Last en gevaar berokkend hebben.
Het punt van vereeniging met de Rijnspoor langs
de zuidelijke baan is, volgens het plan niet ver van
het buitengoed „-Cronensteva" gelegen.
Naar wij van goederhand vernemen, moet door
de ondernemers eehter nog ernstig er aau gedacht
worden Leiden rechtstreeks aau te doen. Mocht dit
gesehieden - wat voor onze gemeente voorzeker niet
ongewen8chi ware - d&n zouden natuurlijk de plannen,
welke wij getracht hebben zoo duidelijk mogelijk
te schetsen, vervallen, en daarentegen even buiten
do stad, aan gene zijde van de Utrecht&che brug
een stationsgebouw verrijzen.
De bevolking der provincie Zuid-Holland be
droog op 1 Januari 1882: 402,541 m. on 432,571 vi\,
te zamen 835,112 personen, doch op 1 Januari
1881: 394,288 m. on 424,189 vr., samen 818,477
personeB, en is in den loop van het vorige jaar
alzoo toegenomen met 8,253 m. en 8,382 vr., samen
16,635 personen. De loop der bevolking dezer pro
vincie was in 1881 als volgtgeboren werden 16,938
ra. en 16,441 vr., terwijl er stierven 10,318 m. en
9,859 vr., zoodat er eene vermeerdering ontstond
van 6,620 m. en 6,582 vr.
Het aantal personen die zich gedurende het
vorige jaar in de gemeenten vestigden, bedroeg
30,279 m. en 29,549 vr., terwijl vertrokken 28,646
m. en 27,749 vr., zoodat er ook hier eene vermeer
dering ontstond van 1,633 m. en 1,800 vr.
De loop der bevolking der gemeente Leiden was
als volgt: geboren werden 802 m. en 747 vr., ter
wijl er stierven 508 m. en 523 vr., waardoor eene
vermeerdering ontstond van 294 m. en 224 vr. Het
aantal personen die zich alhier vestigden bedroeg
2,025 m. en 1,121 vr., terwijl vertrokken 1,977 m.
en 1,297 vr., hetgeen eene vermeerdering aanwijst
van 48 m., maar daarentegen een vermindering van
176 vr\, zoodat de geheele bevolking op 1 Januari
11. alhier bedroeg 19,763 m. en 21,868 vr., te zamen
41,631 zielen.
Het studenten-muziekgezelschap „Apollo" te
Delft heeft een concert ten voordeele der algemeene
armen gegeven, waarbij ook onze stadgenoot de
heer B. J. De Goey optrad. Yau de opbrengst zal
ongeveer 175 voor de armen beschikbaar kunnen
worden gestold. De heer De Goey -zong een aria
uit MéhuTs „Joseph" en een drietal liederen. De
Delftsche Crt. zegt omtrent hem: „Niet min
der gelukkig was ook de alhier reeds sedert lang
gevierde zanger, de heer De Goey, met de voor
dracht zijner aria, - al ware eene minder sterke
orkestbegeleiding ons daarbij zeker wel zoo aange
naam geweest; zijn mild, bovenal zoo zuiver ge
luid, kwam heerlijk uit, vooral in de hoogere pas
sages, terwijl de nauw merkbare overgang van de
falset- in do borsttonen als een bewijs zijner uit
muntende school zeer op prijs werd gesteld. Yan
de liederen voldeed ons de vertolking van „Abend"
van Ililler het meest."
Er bestaat gelegenheid tot verzending der cor
respondentie naar Noord-Amerika door middel van
het stoomschip „W. A. Scholton", waarvan de laatste
buslichting aan hot postkantoor te Rotterdam is
bepaald op morgen, den 18don Maart, des morgens
te elf uren. Ten postkantore alhier moeten de brie
ven enz. dus uiterlijk des morgens te halfacht be-
bezorgd zijn.
Aan de Tweede Kamer is een wetsontwerp
ingediend tot verhooging van hoofdstuk Y der Staats-
begrooting voor 1881 met ƒ415,225.72. Een bedrag
vaü 3 ton hiervan strekt ter aanvulling van den post
voor vergoeding aan gemeenten van de kosten van
baar lager onderwijs, daar de daarvoor toegestane
«om van 3 'millioen reeds op 10 Febr. 1882 met
ruim 141,000 was overschreden, terwijl er nog
vele wijzigingen van gemeentebegrotingen voor 1881
te wachten zijn. De overige verboogingen zijn meeren-
deels het gevolg van overschrijding van begrotings
posten of van niet voltooiing van werken waarvoor
in 1880 gelden waren toegestaan. Deze verhoogingen
worden opgewogen door besparingen op andere onder
werpen van uitgaaf en door hoogere opbrengst der
middelen over 1881, zoodat geen nieuwe middelen
tot dekking daarvan noodig zijn.
By het onderzoek van 't ontwerp tot onteigening
ten behoeve van een spoorweg (tramweg) van Lichten
voorde naar Groenloo werd in verschillende afdee-
lingen de vraag gedaan, op welken grond de minister
concessie verleent voor d8n aanleg van tramwegen
en de exploitatie daarvan, daar volgens de uitdruk
kelijke bepaling van art. 11 der wet van 23 April
1880 (Staatsblad n°. 67) in verband met de wet
van 9 Augustus 1878 (Staatsblad n°. 124) de tramweg
behoort tot de openbare middelen van vervoer,
waarvoor geene concessie meer noodig is. De vraag
werd gedaan, waaraan de regeering in deze dan nu
hare bevoegdheid ontleent. Men was van oordeel,
dat het eene zaak is van groot belang, omdat, zoo
het al noodig wordt geacht vergunning te vragen,
het verleenen daarvan bij een weg als de hierbedoeldc,
in de eerste plaats van de provinciale'of de gemeento-
be6tnren zou behooren uit te gaan. Yoortswerdde
vraag gedaan, wanneer de minister gevolg dacht te
geven aan zijn toegezegd voornemen om het geven
van concessiën volgens een vast plan te regelen.
Maandag 27 dezer zal de Dies Natalis aan
's rijks universiteit te Utrecht herdacht worden mot
het houden eener redevoering door den rector-
magnificus, dr. S. Talma.
Het stoomschip „Rotterdam" is Woensdags
van Nieuw-York naar Rotterdam vertrokken.
Z. M. heeft aan mr. F. "W. C. P. graaf Yan
Bylaudt, op verzoek, eervol ontslag verleend els
Minister-Resident te Stockholm, en hem gesteld op
disponibiliteit, buiten bezwaar van 's Rijks schatkist,
met behoud zijner tegenwoordige plaats in do rang
lijst der diplomatieke ambtenaren, en voorts benoemd
tot Zr. Ms. Minister-Resident te Stockholm, jbr.
mr. E. W. F. Wttewaall van Stoetwegen, thans
Consul-Generaal, met den persoonlijken titel van
Minister-Resident, te Rio-de-Janeiro; - de benoeming
van dr. H. T. Karsten tot gewoon hoogleeraar in
de Latijnsche taal en letterkunde aan de gemeen
telijke universiteit te Amsterdam bekrachtgd; -
benoemd tot burgemeester der gemeenten Heken-
dorp, Langeruigeweide en Papekop, G. A. Haen-
I tjens Dekker, met toekenning van eervol ontslag
als burgemeester der gemeente Leimuiden.
In het verslag der commissie voor de verzoek
schriften omtrent het adres van den gepensioneer
den luitenant-generaal van het Ned.-I. leger, K.
Yan der Heydon, zegt de commissie omtrent zijn
verzoek tot het instellen eener enquête naar de
onderstelde wreedheden die direct of indirect hem
zouden ten laste gelegd zijn, het volgende:
Afgescheiden van de moeilijkheid om eene anak
als deze, na verloop van enkele jaren, waarin zoo
vele personen die daarin gehoerd zouden moeton
worden, zeker overleden, en anderen in meerdere
werelddeelen verspreid zijn, alsnog tot klaarheid
to brengen en daargelaten de vraag of het recht
van enquête wel gebezigd behoort te worden om
geheel persoonlijke grieven, van wie dan ook, weg
te nemen, is de commissie van oordeel dat, hoe
onbeperkt het aan de Kamer verleende recht van
enquête ook zij, toch de door de legerhoofden in Indië
in het algemeen en door den luitenant-generaal
Van der Heyden in het bijzonder, veronderstelde
gepleegde wreedheden geen onderwerp van ondor-
j zoek dezer Kamer kunnen uitmaken, daar zulke
feiten veeleer schijnen te vallen onder het toezicht
van bet openbaar ministerie, en aanleiding zonden,
geven tot rechterlijke instructie en vervolging, en-
omdat juist de Kamer, ook blijkens de geschiedenis
der wet, zich bij elke enquête van dergelijke zakon
te onthouden heeft.
Aan het verzoek van den generaal Yan der Heyden.
kan dus, naar het oordeel der coramïsaïe, niet vol
daan worden.
Zij heeft zich echter de vraag gesteld, of de be
weerde weigering van den minister van koloniën tot
overlegging van stukken, die zouden kannen strek
ken om adressants handelingen in Indïë te recht
vaardigen, aanleiding geven kan om daaromtrent
inlichtingen van den minister van koloniën te vragen.
Na kennisneming van het daaromtrent, onder dag-
teokening van 20 December j\, door den minister
van koloniën aan den generaal gericht schrijven,