'I 5=1^^—i.ii.ii—.n
ontstaan onder do leden der muziokveroeniging en
dat het schot alleen de banier zou hebben gegolden.
De justitie zou den dader reeds op het spoor zjjn.
Een zeer schoone jonge dame nam des
avonds aan het spoorwegstation te Florence plaats in
een coupé lste klasse. Zjj werd vergezeld dooreen
heer, die, hoewel hij haar echtgenoot niet was,
alles behalve gediend scheen van de wel wat al te
levendige blijken van sympathie, door een ander
reiziger aan de schoone passagieres geschonken. Te
Milaan kwam het tusschen beide heeren tot verkla
ringen, vervolgens tot handtastelijkheden en einde
lijk tot een tweegevecht op de sabel, waarin de
geleider van de dame zijn tegenpartij ernstig ver
wondde aan de rechterzijde. Het moet niet de eerste
maal zijn dat ter wille van de schoone oogen dier
dame, een bloedverwante van een hooggeplaatst
staatsman, een duel werd gevoerd. Haar gevaarlijke
liefde zou reeds aan een jongmensch van 26 jaar
het leven hebben gekost.
Yan de 14 Engelsche acrobaatjes die
door hunne ouders werden verkocht, waren 12 tus
schen 5 en 13 jaar oud. Een, John Prince gehee-
ten, was slechts 3 jaar en 10 maanden oud en zijn
meester had een contract, volgens hetwelk het arme
schaap zich uit vrijen wil voor 12 jaar als leerling
zou hebben verbonden. Geen der kinderen mocht
naar hnis schrijven. Zij hebben het Engelsch ver
leerd en spreken half Arabisch, half Fransch; 8
zijn reeds naar Engeland teruggezonden.
Een groote pas in exploitatie gebrachte
broodfabriek te Rome, aan de Tiber, nabjj het Capi-
tool gelegen, is een prooi der vlammen geworden.
In jaren heeft men zulk een brand in de eenwige
stad niet aanschouwd. Een ontzaglijke voorraad
meel, granen en boonen is er bij verloren geraakt.
De schade wordt op 650,000 lire geschat; men
vermoedt dat de brand moedwillig is gesticht. Een
der eigenaren, Pantanella, moest met geweld uit
het brandend perceel verwijderd worden; hij wilde,
eensklaps geruïneerd, zich laten verbranden.
De Bochumer moordenaar Schiff heeft,
zooals reeds gemeld, na zjjn veroordeeling, aan den
procureur-generaal bij het gerechtshof te Essen in
de gevangenis een volledige bekentenis afgelegd.
Zooals men weet, luidde het arrest: 15 jaren tucht
huisstraf en de dood. Schiff nu had die veroordeeling
naar de eenig rationeele beteekenis en niet volgens
de bespottelijke werkelijkheid opgevat; hij meende
dat hij eerst 15 jaren in het tuchthuis mocht blijven
en dan zon worden ter dood gebracht. Yandaar
dat hij tot een der gevangenbewaarders had gezegd
„Als ik 15 jaren gezeten heb, ben ik toch kapot
en dan valt er dus niets meer op te hangen."
Men bracht hem echter zijn dwaling onder 't oog
en toen hij ten slotte inzag, dat de doodstraf de
tuchthuisstraf overnam en de voltrekking van het
vonnis weldra zou volgen, wilde hij zijn geweten
door een volledige bekentenis verlichten.
De Engelsche minister van binnonland-
sche zaken heeft geweigerd de gratie der kroon in
te roepen voor Lefroy. Deze wordt derhalve heden
opgehangen.
Volgens telegram uit Nieuw-York kan
er storing in den dampkring verwacht worden tus
schen 28 en 30 dezer op de Engelsche en Noord-
sche kusten en zich waarschijnlijk tot de Fransche
kust uitstrekkende, met harde winden van het Zuiden
tot het N.-W. en misschien sneeuw.
BUITENLAND.
Frankr^k.
In de Kamer is de verkiezing van Villegontier,
waarbij clericale pressie zou uitgeoefend zijn, nadat
de heer Freppel haar verdedigd had, nietig verklaard
met 379 tegen 82 stemmen.
Uit Oran wordt bericht dat een bediende van
het „Crédit Lyonnais" is weggeloopen met 330,000 fr.
Duitsohland.
In den Rijksdag heeft gisteren de eerste lezing
van het ontwerp over de aansluiting van Hamburg
aan het Tolverbond plaats gehad. Do heer Hanel
betreurde het dat alleen de vraag van de kosten,
die het Rijk heeft te betalen, voor den Rijksdag
kwam, daar Hamburg nog dubbel zooveel, d. i.
tachtig millioen, betalen moet en de vraag rijst of
deze belasting op het vermogen der natie even
redige voordeelen aanbiedt. Hjj verlangt een com
missoriaal onderzoek. - De heer Von Wernigerode
bestreed den heer Hiinel; de tot nu toe meer inter
nationale politiek van Hamburg zou een nationaler
richting krijgen, en do bedenkingen van den heer
.Hanel zouden door de mededeelingen der regeering
opgelost worden. De heer Bartt sprak in den geest
van den heer Hixnel. De minister Bitter wees er op
dat hier geen sprake was van het scheppen, maar
van het verplaatsen van het gebied van de vrij
haven; daarom heeft de Bondsraad een ontwerp
over de zaak zelve niet noodig geacht. Ook met
Bremen worden onderhandelingen gevoerd, maar de
ingewikkeldheid daarvan had niet toegelaten die
quaestie nu tegelijk met deze aan den Rijksdag
voor te leggen. De minister hoopte dat zjj nu spoedig
voortgang zonden hebben. Bij de aansluiting van
Hamburg zou ook Altona ter sprake komen. Ook
tegenstanders van de aansluiting hadden erkend,
dat Hamburg op den duur geen exceptioneele po
sitie mocht innemen. Yan pressie was geen sprake
geweest; de Senaat en de burgerij van Hamburg
hadden vrijwillig toegestemd.
Intusschen kwam prins Von Bismarck binnen en
de heer Windthorst verzocht den Rijksdag, allo
partijpolitiek buiten deze zaak te laten, maar was
van oordeel dat het onvoldoende der toelichting
eene oommissoriale beraadslaging noodig maakte. -
Prins Yon Bismarck verklaarde nu dat de vraag,
of het Rijk bij de zaak belang had, nauwelijks
meer eene vraag kon zijn. Over de quaestie, of de
bijdrage van het Rijk in de kosten te hoog of te
laag was, kon zeker verschil van gevoelen bestaan.
Hem scheen de som voor hetgeen er bij op het
spel stond, niet te hoog; de bijdrage was het Rijk
eershalve aan Hamburg verschuldigd. Er was hier
sprake van het toepassen van constitntioneele be
ginselen en hij zou door geene oppositie zich, zoo
lang hjj werkzaam was, laten terughouden van het
bevestigen des Rijks met alle billjjke middelen. Het
gevaar van Europeesche verwikkelingen was voor
het oogenblik verdwenen, naar alle kanten waren
vriendschappol jjke betrekkingen aangeknoopt; hg
kon daarom het oog voor binnenlandsche aangele
genheden niet sluiten. Hjj achtte de positie, die de
regeering innam, een beteren waarborg voor de
bevestiging der constitutie dan die van het parlement.
Hjj wees er op dat men zoo weinig vorderde bjj
het streven naar Rjjkseenheid en op den aanwas
der particularistische fractiën bjj de verkiezingen.
Hjj zeide, nooit op waardeering gerekend te hebben.
Aan den keizer en het leger kwam dank toe voor
Duitschlands eenheid; hjj had slechts naar de een
heid en grootheid van zjjn vaderland gestreefd;
wie beweerde dat hjj dank verwachtte, beoordeelde
hem valsch.
Tegenover den heer Lasker verklaarde prins Yon
Bismarck dat hij van niemand een offer van zijne
overtuiging verlangde. Maar, zeide hjj, van mjj ver
langt men dat ik de mijne zal opofferen; alle fractiën
hebben in verschillende phasen mjjne pogingen voor
Duitschlands eenheid bestreden, maar ik breng geen
persoonlek element in den strijd. Hjj betuigde voorts
zijn leedwezen over het verwjjt, dat eene pressie
op Hamburg uitgeoefend was. Maar het Rjjk kon
de verantwoordeljjkheid voor een gebrekkigen con-
stitutioneelen toestand als deze niet langer dragen.
Hjj had als Rjjks-kanselier zjjn plicht gedaan, hjj
had slechts bestreden wie hem aanvielen. Als men
zjjn plannen en verbeteringen niet wilde, dan moest
men ze verwerpen, maar hjj wilde de verantwoor
delijkheid van het niet tot stand komen daarvan
niet op aich nemen.
Telegrammen.
BERLIJN, 28 November. Gisteren ontving de
kroonprins den president van den Rijksdag. De
ceremonie was zeer stjjf. De kroonprins verklaarde
dat de keizer in beterschap toenam.
AROLSEN, 28 November. De koning en de
koningin der Nederlanden zjjn hier aangekomen.
PARIJS, 28 November. De gemeenteraad alhier
heeft met 47 van de 59 stemmen Victor Hugo tot
gedelegeerde en met 38 van de 42 stemmen Laurent
Pichat tot plaatsvervangend gedelegeerde bjj de
aanstaande verkiezingen voor den Senaat benoemd.
Op Albert, den werkman, die in 1848 lid van het
Voorloopig Bewind was, waren 28 stemmen uitge
bracht. De keuze is dus gevallen op twee senatoren.
LONDEN, 29 November. De „Times" meldt dat
de zitting van het Parlement den 19den Januari a. s.
geopend zal worden.
LEIDEN, 39 November.
Men meldt ons vaH heden uit Amsterdam:
Uit bet bericht van kapitein Bruyns uit Suez dd.
18 November blijkt dat de boot, waarin hjj met
zjjne metgezellen de „Koning der Nederlanden" ver
laten heeft, evenals die van den lsten officier op
den derden dag door herigen wind en regen, waar
door de seinlantarens en het licht bjj het kom
pas niet konden aangehouden worden, van de andere
booten afraakten. Den volgenden morgen, dus den
9den October, Llaarde het wat op en zag kapitein
Bruyns in de verte de boot Sn®. 3hjj hield er op
aan en sprak met den commandant van die bootj
den 3den officier Hoogeboom, af, om zooveel moge
lijk bjj elkander te bljjven. 's Nachts verloor men
elkander weder uit het gezicht en sedert heeft kapt.
Bruyns geen der andere booten gezien.
Kapt. Bruyns bevond zich op 12 October 3° 15*
Z.B., op 13 October 4° 33' Z. B., met doorko
menden N.-W.-wind, eu besloot toen koers te zetten
naar Poros Banhos, waar hjj op 18 October te 4
uren n.m. achter Diamónd-eiland ten anker kwam.
Dit eiland was onbewoond, doch er stond een huis
met een paar rustbanken (balés balés). Terwjjl het
plan zou uitgevoerd worden om de andere eilanden te
bezoeken, zag men bjj zonsopgang een kustvaartuig,
waarheen werd geroeid, dat te 11 uren v. m. bereikt
werd en waar men door de Creoolsche bemanning met
de grootste harteljjkheid werd ontvangen en van rjjst
en visch voorzien.Met hunne hulplandde men te4uren
n. m. op het „Isle du coin", waar de administra
teur, de heer E. L. Nicolin, een giek met 6 man
afzond, ora de dames af te halen. Yan dezen heer
ondervond men ook alle hulp en de meest voor
komende vriendeljjkheid. Den Zaterdag na hunne
aankomst (22 October) zag men een schoener op
pl. m. 2\ mjjl afstand, waarheen een boot werd
gezonden, die terugkwam met brieven van A. De
Ia Roche, kapitein van den schoener „Cupido" en van
den heer Henry G. Ducroy, inspecteur van de Salomo
eilanden, die daar aan boord was. Zjj beloofden de
schipbreukelingen zoo spoedig mogeljjk te zullen af
halen en door goed weder geholpen, gelukte het,
Zondag 23 October aan boord te komen, 's Maan
dags waren allen aan land op het grootste eiland
van de Salomogroep, waar de heer Theodore Larcher,
de administrateur, hen gastvrjj ontving.
Men kan zich voorstellen, welke blijde verras
sing het voor de schipbreukelingen was, toen zjj
op 1 November een stoomfluit en een kanonschot
hoorden en bevonden dat de „Madura" in het
gezicht was.
Het embarkement ging met veel moeite gepaard,
doch op 2 November w"aren allen aan boord en
kon men weder herstellen van de uitgestane ont
beringen.
De gezondheidstoestand der opvarenden is naar
omstandigheden bevredigend geweest. De 2de offi
cier Zeelt leed aan eene oogontsteking sedert zjjn
vertrek van Batavia, en de heer Logeman, een
der passagiers, was ongesteld bjj het aanvaarden
der thuisreis, en deze beide patiënten waren nog
niet hersteld, doch ten gevolge van het onheil zjjn
gelukkig, voor zoover thans bekend, geene ernstige
ziekten ontstaan.
Van degenen, die gisteravond den Schouwburg
alhier bezochten, zullen er zeker niet velen geweest
zjjn die dien weder onvoldaan verlieten. Het opge
voerde stuk toch en de wjjze waarop het werd op
gevoerd waren wel geschikt om ieder tevreden te
stellen.
„De Zoon van Coralie" boeit van het begin tot
het einde, heeft een goede strekking en werd
meesterlijk vertoond; men denke slechts aan het
aangrjjpende tooneel tusschen moeder en zoon, waarin
het tot een bekentenis van haar geheim komt.
Wel heeft men hier weder met een gevallen vrouw
te doen; doch hoe geheel verschillend wordt deze
ons voorgesteld met die in zoo vele andere tooneel-
producten voorkomende. Dat de zaal ditmaal minder
goed bezet was, mag nu wel jammer heeten.
De Tweede Kamer heeft hedeu het algemeen
debat over de staatsbegrooting aangevangen. De
heer Bahlmain betoogde dat de belangen der njjver-
heid tegenover die van handel en scheepvaart mis
kend worden en wenscht onderzoek.
De heer Donner beval eene spoedige indiening
der nieuwe Zondagswet aan in het belang der Zon
dagsrust van de post- en spoorweg-beambten. De
heer Patjjn drong aan op bezuiniging en belasting
hervorming, vooral voor de verhouding tusschen de
rijks- en gemeente-finantiën, welke hjj meer noodig
achtte dan een kiesrechthervorming. De heeren Ver
meulen en Yan der Hoop achtten kiesrechthervor
ming dringend noodig in het belang der minderheden.
De heer Yan Baar wees op den immoreelen,
actueelen en politieken toestand en deolde bet ge
voelen, dat de finantiëele toestand niet zorgwek
kend is. De heer Heydenrijck vroeg nadere inlich
tingen omtrent de belastingplannen. Morgen voort
zetting.