N". 6617. Dinsdag 13 September. A0. 1881.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post.1.40.
Afzonderlijke Nommers.VJtT.TW. .«ST.. a 0.05.
PRIJS DER ADYERTENTIEN:
Van 1—6 regels.....";;Y5V. 1.06;
Iedere regel meerr.0.17-J.
Grootere letters naar plaatsruimte.
LEIBEN, 12 September.
In de maand Juli jl. zijn te Amsterdam 92
personen boven de 65 jaar overleden, te Arnhem
18, te Dordrecht 8, te 's-Hage 40, te Groningen 15 te
Haarlem 9, te 's Bosch 7, te Leeuwarden 7, te Lei
den 18, te Maastricht 12, te Rotterdam 40 en te
Utrecht 18. Aan lichaamszwakte en tering stierven
er te Amsterdam 179, te Arnhem 21, te Dordt 20,
in Den Haag 69, te 's-Bosch 32, te Leiden 42, te Rot
terdam 126 en te Utrecht 50. Aan acnte en chron.
ziekten der ademhalingsorganen bezweken te Am
sterdam 79, 's-Hage 22, te 's-Bosch 24, Leiden 11,
te Rotterdam 28 en te Utrecht 19. Aan acnte en
chron. ziekten der spijsverteringswerktuigen te Am
sterdam 76, 's-Hage 35, Leiden 13, Rotterdam 25
en Utrecht 31 personen. Door gewelddadigen dood
(verdrinken enz.) kwamen om te Amsterdam 32,
Den Haag 4, te Haarlem 3, te Leeuwarden 3, te
Leiden 4, te Rotterdam 7 en te Utrecht 5 personen
te Leiden bovendien nog 1 plotseling door een on
bekende oorzaak en 2 aan mazelen.
We ontvingen heden per Engelsche mail de
Indische bladen van 1 tot en met 5 Augustus.
In de maand Augustus 11. bedroeg het aantal
reizigers op de lijn LeidenWoerden 15,092, met
een opbrengst van f 8284.711/,; het aantal tonnen
der bagage 27, met een opbrengst van f 170.03;
het aantal tonnen der bestel-, ijl- en vrachtgoe
deren 3199, met een opbrengst van f 2188.37
de opbrengst der vervoerde levende dieren en rij
tuigen bedroeg f 61.71: makende dus te zamen
een ontvangst van f 10,704.82'/2. De totale ontvangst
van af 1 Januari 1881 bedraagt 74,131.93, zijnde
per dagkilometer f 8.47, en gedurende dezelfde
maanden het jaar te voren f 74,441.62, zijnde per
dagkilometer f 8.47. [In ons vorig nommer gedeel
telijk reeds meegedeeld.]
Naar de „Portefeuille" mededeelt, is prof. Kern
werkzaam aan een nieuwe tekstuitgaaf van de
„Saddharmapundarika", waarvan het oudste manu-
script van de elfde eeuw in Europa te Cambridge
aanwezig is. Eén vertaling er van zal naar men
meent, in „The Sacred Books of the East" verschijnen.
De feitelijke sterkte der geheele schutterij
wordt in het nieuwe militie- en schutterij-ontwerp
geraamd op 49,000 man van 2125 jaar en 93,000
man van 2630 jaar, onder welke laatsten begre
pen zijn vijf lichtingen gewezen miliciens, geraamd
op 49,000 miliciens. Het stelsel van dienstvervanging
is bij de schutterij voortaan uitgesloten. Voorts stelt
het ontwerp bij de regeling van den oefeningstijd der
schutterij eene splitsing op den voorgrond tusschen
geoefende en niet-geoefende schutters. Voor de eer
sten is de oefeningstijd gemiddeld één, voor de
laatsten gemiddeld twee uren 's weeks. De verdee
ling der oefeningsuren en andere maatregelen zullen
een onderwerp uitmaken van instructiën en voor
schriften van de uitvoerende macht. Aan het leger
bestuur wordt invloed toegekend in alle aangele
genheden rakende den dienst, de oefening en bevel
voering der schutterscorpsen. Voorts worden inge
steld inspecteurs der schutterijen, opper- of hoofd
officieren belast met de algemeene leiding van den
dienst der Bchuttergen en met het toezicht over de
uitvoering van den dienst. Indeeling der schutterijen,
in bans, vervalt; alleen wordt gesplitst tusschen
geoefenden, die terstond bjj oorlog aan het leger
worden toegevoegd, en niet of onvoldoende geoe
fenden, die alsdan in de legerplaatsen of groote
garnizoenen verder worden geoefend. Voorts zijn
bijzondere bepalingen opgenomen tot regeling der
straffen, de tucht, de toepassing van straffen en de
rechtspleging bjj de schutterjjen in vredestijd.
Bij de heden gehouden openbare verkooping
van cokes in partijen van 100, 50, 10 en 5 hecto
liters, waren de hoogste prijzen f 38, f 20, f 4.10
en f 2.05; de laagste f 38, f 20, f 4 en f 2.
De Staatscourant van heden bevat het verslag
aangaande de regeling en beschrijving van gemeente
en waterschaps-arehieven in Zuid-Holland, gedurende
1879 en 1880, door den heer J. H. Hingman, com
mies-chartermeester bij het Rijksarchief. Uit de op
gaven bljjkt dat bij de meeste ambachten waarvan
de archieven laatstelijk door hem werden geïnven
tariseerd, de bescheiden van de Schepenbank in 1811
niet aan de rechtbanken werden afgegeven, m«ar nog
aldaar berusten, namelijk te Nieuwerkerk, Moor
drecht, Berkenwoude, Gouderak en Boskoop.
Op de voordracht voor directrice der school
voor M. O. voor meisjes te Arnhem staan mej.
J. De Lange te Leeuwarden, G. E. Opzoomer te
Amsterdam en G. J. Mingelen te Amersfoort.
De keizer van Japan heeft den minister van
buitenlandsche zaken, baron Van Lijnden Van San-
denburg, benoemd tot Grootkruis der orde van de
Rijzende Zon.
De minister van binnenlandsche zaken heeft
bepaald dat de commission, die worden belast met
het afnemen der examens in de Fransche, Engelsche
en Hoogduitsche talen, voor het jaar 1881 zitting
zullen houdendie voor de Fransche taal, waarvoor
ditmaal twee commission moeten worden benoemd,
te 's-Gravenhage en Zwolle; die voor de Engelsche
en Hoogduitsche talen te Utrecht.
De minister van waterstaat brengt ter kennis
dat in de tweede helft van Oct. a. s. voor de ver
vulling der betrekking van adspirant-ingenieur van
den waterstaat een vergelijkend onderzoek zal plaats
hebben. Tot dit onderzoek worden toegelaten Neder
landers, die een voldoend examen als civiel ingenieur
hebben afgelegd aan de Polytechnische school te
Delft, mits zij op 1 November a. s. niet ouder zijn
dan 26 jaar. Aanmelding véór 15 October a. s.
De volgende koninkljjke boodschap is bij de
Staten-Generaal ingekomen
„Mtfne Heerenl
„Het heeft God behaagd Zijne Koninklijke Hoog
heid Prins Frederik der Nederlanden, onzen bemin
den oom, na eene kortstondige ziekte op den 8sten
dezer tot zich te nemen. Met diepe droefheid, Mfjne
Heeren, geven Wij U kennis van dit overlijden, dat
opnieuw rouw brengt over het Koninklijk Huis. Wij
twijfelen niet aan Uwe deelneming in Onze recht
matige smart en bevelen U, Mijne Heeren, in Gods
heilige bescherming aan.
Het Loo, 10 September 1881. Willem."
De te Schagen vanwege de Holl. Maatschappij
van Landbouw te houden tentoonstelling is wegens
het overlijden van den Prins een week uitgesteld.
De Koning heeft den rouw, wegens het over
lijden van prins Frederik, voor leger en vloot, hier
te lande en in Oost- en West-Indië, op zes weken
bepaald.
In tegenwoordigheid van den Prins Von Wied
en de adjudanten en kamerheeren van Z. K. H.
heeft Zaterdag-avond het kisten van het lijk van
Prins Frederik plaats gehad op het Huis „de Pauw;
De kist is op een met rouwstof bekleede estrade
in een der vertrekken van het buitenpaleis opgesteld.
Op verlangen van den overledene is de lijkkist
geheel gelijk aan die, waarin indertijd het lijk van
zijn gemalin werd ter ruste gelegd. De vervaardi
ging der kist werd opgedragen aan de heeren
P. Mouton en Zn., Lange Voorhout te 's-Hage,
die zich van deze vereerende opdracht met groote
zorg hebben gekweten. De zware houten kist van
gepolitoerd mahonie met keurig paneelwerk heeft
den gewonen vorm en wordt met een plat deksel
van hetzelfde hout gesloten. De kist rust op acht
leeuwenklauwen van mat zilver. Aan de voor- en
achterzijden bevindt zich één, aan elk der lange
zijden drie breede hengsels van gepolijst zilver,
met de attributen van den dood geornamenteerd
en gevat in rozetten van mat zilver. Het boven
deksel wordt gesloten met 12 schroeven, met zware
knoppen van glad zilver. Dit zilverwerk, dat, wat
vorm en bewerking aangaat, niets te wenschen
overlaat, is geleverd door de heeren P. Mansvelt
Zoon aldaar. Een vierkante zilveren plaat met
afgeronde hoeken, metende 37 bjj 23 cM., is op
het bovendeksel bevestigd en heeft het volgend
inschrift: Willem Frederik Karei, Prins der Neder
landen, geboren te Berlijn den 28sten Februari
1797, overleden te Huis „de Pauw" den 8sten
September 1881. Deze plaat is vervaardigd in
de fabriek van de heeren J. M. Yan Kempen
Zonen te Voorschoten. In de mahoniehouten kist
is geplaatst een looden kist, die met gecapitonneerd
wit satijn bekleed is. In het looden deksel is ter
hoogte van het gelaat een glasruit in verguld
koperen lijst aangebracht. Op het looden dekBel
wordt een aansluitblad van dun plaatzink geplaatst,
waarin het vierkant voor de glasruit is uitgesneden.
Het bovendeksel heeft die opening niet. Het lijk
van den Prins is niet gebalsemd. Onmiddellijk nadat
het in den kist was neergelegd, werd deze herme
tisch gesloten.
Er zijn nog geen vreemde vorstelijke personen
of vreemde vertegenwoordigers op het Huis „de
Pauw" aangekomen. De kroonprins en de kroon
prinses van Denemarken worden verwacht. Er is
sprake van dat de kroonprins van Duitschland namens
keizer Wilhelm de condoleances aan het Neder-
landsche hof zal overbrengen en zijn vader bij de
begrafenis vertegenwoordigen zal. Volgens de Ber-
lijnsche bladen echter zal prins Albert van Pruisen
de begrafenis bijwonen. Er wordt bij vermeld dat
deze daartoe eene opdracht heeft ontvangen van
den Keizer.
Hoewel daaromtrent tot heden niets bepaaldelijk
is beschikt, worden de datums van 22 of 36 dezer
genoemd als de dagen op een van welke de plech
tige begrafenis zal plaats hebben.
De opening der Tweede Kamer zal niet door den
Koning, maar door eene commissie geschieden.
Behalve die van Luxemburg, was den Prins ook
een andere troon beschoren, maar deze werd door
hem afgewezen: na den slag van Navarino werd
hem van de zijde der groote mogendheden voorge
steld de kroon van Griekenland te aanvaarden.
De ridderorden welke hjj bezat zjjn zoo talrjjk,
dat in de woorden, die een onzer dagbladen aan
zijn dood wijdt, de opnoeming daarvan meer plaats
beslaat dan het overige gedeelte van dit „in memo-
riam." Men telt er 28. Daaronder zijn geen Engel
sche of Fransche orden.
Prins Frederik herinnerde zich steeds met genoegen
zijne studiejaren aan de Leidsche hoogeschool, waar
hij op 18 October 1814 werd ingeschreven; zijne
inwoning te Leiden gedurende den tijd zijner aca
demische studiën onder de leiding van zijn gouver
neur, prof. C. J. Van Assen, en zijn verkeer onder
de aristocratische familiën dezer academiestad. Nog
een paar jaren geleden liet hij zich, bij een persoon
lijk onderhoud met den Leidschen burgemeester Van
den Brandeler, daarover uit en informeerde hij zich
o. a., wie de toenmalige bewoner was van het huis,
dat Z. K. H. had bewoond op de Breestraat.
Het stoomschip „Celebes" vertrok Zaterdag