Maandag 11 Juli.
N°. 6562.
A0. 1881.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Dit Nommer bestaat uit TWEE BLADEN.
Eerste Blad.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voot Leiden per 8 meenden.1.10.
Franco per post.1.40.
Afzonderlijke NommertOlCüw
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Ten 18 regels
Iedere regel meer......
Grootere letters nier plaatsruimte.
1.08.
0.1 ?i
STADS-BRRICHTEN.
DE BURGEMEESTER van LEIDEN;
Gelet op art. 21 der wet van 4 December 1872 (Staatsblad
N». 134);
Brengt ter kennis van de ingezetenen dat gednrende de afge-
loopen week giene personen aan mazelen zijn ovenleden.
LeideD, De Burgemeester voornoemd,
9 Jnli 1881. DE KANTER.
1^—i
Een fraaie bladzijde geschiedenis.
Het Leidsche Jagercorps. Eenvoudig, maar getrouw
verhaal van den veldtocht van het corps vrijwillige
jagers der Leidsche Hoogeschool in 1830 en 1831.
(Met Bijlagen). Bij gelegenheid van het vijftigjarig her
inneringsfeest, door B. IV. Wttewaall Van Wic-
kenburgh en P. W. Alstorphius Grevelink. Leiden,
E. J. Brill. 1881.
België vierde verleden jaar zijn vijftigjarig onaf-
hankelijkheidsfeest en zal het dit jaar in sommige
steden nog eens dunnetjes overdoen. Wij gunnen
onzen zuidelijken broeders gaarne èn do feesten,
èn de aanleiding er toe, en hopen dat zij nog eeuwen
na dezen met voldoening op de gebeurtenissen van
1830 en '31 mogen terugzien. Maar zóóver gaat
onze broederlijkheid niet, dat wij ter wille van de
goede harmonie" met de Belgen een kleed gewor
pen willen hebben over onze eigen geschiedenis van
die dagen. Wij meenen dat het Nederlandsche
volk van toen zich flink heeft doen gelden; er
heerschten binnen de grenzen der getrouw geble
ven gewesten geestdrift en toewijding die tot kloeke
daden aandreven. Dat de Belgen desondanks hun
zin hebben gekregen, - daarvoor behoeven zij wezen
lijk ons geen dankje te zeggen.
Een der aandoenlijksto en tevens verkwikkelijkste
bladzijden uit de historie der Belgische omwenteling
levert de tot voor korten tijd nog ongeschreven,
slechts in en door fragmenten bekende geschiedenis
van het Leidsche jagercorps. Thans, nu toebereid
selen worden gemaakt om de overgebleven leden
bij het 50-jarig herinneringsfeest in de schaduw
der „Alma mater" te hereenigen, hebben twee der
oud-vrijwilligers uit den schat hunner herinnerin
gen, uit volledige collectiën brieven gedurende de
dagen van den veldtocht aan en van hunne betrek
kingen, en uit getrouw bijgehouden journalen een
aaneengeschakeld verhaal tezamengesteld, dat de
faits et gestes van het corps nauwkeurig ver
meldt van het oogenblik der oprichting tot op den
dag waarop het den llden Juni 1839bij koninklijk
besluit werd ontbonden.
Wij hebben hier niet te doen met een gewoon
gelegenheids-geschrift, dat alleen geschikt is om
voor enkele dagen belangstelling te wekken en
daarna zonder eenig nadeel op den breeden stroom
der vergetelheid wordt weggevoerdintegendeel,
het boek van de heeren Wttewaall en Grevelinkis
een zeer serieuze arbeid, die de bestaande geschriften
over de Belgische revolutie op gelukkige wijze aan
vult. Bovendien heeft het de verdienste, in een popn-
lairen toon geschreven te zjjnhet is lezenswaardig
voor den geletterde en leesbaar voor den man van
niet meer dan alledaagsche ontwikkeling. En wat
naar onze meening de hoogste verdienste is, op
iedere bladzijde tintelen de spranken van opgewekt,
nationaal gevoel, in de periode van 30 zoo levendig,
later zoo dikwijls sluimerende, maar dat zeker nooit
zal uitdooven zoolang de Noordzee onze stranden be-
spoelt! Elk deel aan het werk is als het ware een
protest tegen het woord, dat eens de Belgische
opperbevelhebber Daine dorst schrijven, toen hij in
een proclamatie van het leger van de Maas van een
„laffen vijand" gewaagde! Niettegenstaande dat, is
de toon van het werk hoogst bescheiden: niet de
woorden van de schrijvers, maar de daden, door hen
in eenvoudigen vorm verhaald, stempelen de Leidsche
studenten van '30 tot helden.
Ziehier het verhaal van do oprichting van het corps
„Het uitbreken van het oproer te Brussel had
plaats tijdens de groote vacantie onzer Hoogescholen.
Deze vacantie werd alles behalve rustig doorge
bracht; allerlei tijdingen volgden elkander op en alle
studenten waren in hunne woonplaatsen getuigen
geweest van het oprukken der troepen. Toen wij
na het eindigen dezer vacantie te Leiden waren
teruggekeerd, vonden wij aldaar dan ook eeno zeer
groote spanning, weinig geschikt tot hervatting der
gewone studiën. Wel maakten wij er een aanvang
mede; maar toen op 5 October de proclamatie tot
Algemeeno Volkswapening was uitgevaardigd en op
onze Sociëteit was voorgelezon, was het met de
studie zoo goed als uit. Weldra werd aldaar eene
lijst voor vrijwillige dionstneming ter teekening ge
legd, en het duurde dan ook niet lang, of ook onder
ons nam de dienstneming een aanvang en was de
geestdrift groot.
„Henri Hnyser uit Leiden was de eerste, die zjjn
naam op de lijst plaatste. Weldra volgden anderen
en, na korte dagen, bedroeg het getal namen het
cijfer van 291, hiervan waren er 11 van het Athe
neum te Deventer. Dit groot getal werd, nadat
een keuring had plaats gehad, met enkelen ver
minderd, die wegens zwakte of lichaamsgebreken,
tot hun groot leedwezen, voor den militairen dienst
werden afgekeurd.
„Al spoedig na onze vrijwillige dienstneming
werden ons de krijgsartikelen voorgelezen, die wij
moesten onderteekenen, en werden wij in den wapen
handel geoefend. Dit had plaats op het binnenplein
van den Burgt, door oud-gedienden te Leiden aan
wezig, en wij meenden reeds al vrijgoed te zijn
geoefend. Toen echter de door het departement van
oorlog voor ons aangewezene instructeurs te Leiden
waren aangekomen, bleek dit anders. Nog herin
neren we ons, hoe deze instructeurs ons op den
Bnrgt werden voorgesteld en hoe zij, onze eerste
oefeningen hebbende gadegeslagen, ons de lieflijke
woorden toevoogden: „Jelui weten er zoo wat nie
mendal van." En werkelijk dit bleek spoedig het
geval te zijn."
Met even weinig ophef als de wordingsgeschie
denis van het jagercorps wordt verhaald, teekenen
de schrijvers van dag tot dag de verrichtingen te
velde aan. Voorwaar, er zat pit in de jongelieden van
vóór vijftig jaren!
Geen welkomer geschenk kan den overlevenden
van het corps worden aangeboden dan het boek
dat wjj hier aankondigen en in veler handen
wenschen, - daar het verheffende herinneringen
wekt aan een tijdperk van nationaal leven, aan een
episode uit onze geschiedenis waarover we ons ge
wis niet behoeven te schamen.
LEIDEN?, 9 Juli.
Bij het admissie-eiamen tot de Hoogere Burger
school alhier zijn tot de eerste klasse 18 candidaten
toegelaten, tw.D. Mac Gillavry, J. J. "Walen, K.
D. Walen, J. Korswagen, R. Broekhoff, J. E. Van
Bülow, F. J. Kroesen, P. Van Tubergen, H. C.
Fortanier, J. A. Leers, A. E. Grasstek, C. A. Boon-
acker, J. S. Klempenning, H. J. F. Wanna, W. B.
Ledeboer, J. K. W. F. Filet, P. J. M. De Brnyn
en A. J. De Jong.
Voorwaardelijk werden er 9 tot de eerste klasse
toegelaten, tw.T. M. Mac Gillavry, W. Van Eek,
J. F. Terburgh, J. H. Virnly. J. D. Van Nifterik, E.
M. Driessen, E. P. Thai Larsen, H. P. Van der Horst
en H. W. Van Nes.
Afgewezen 5.
Toegelaten tot de tweede klasse werden: S. L.
Blok, J. A. Van de Laar en W. B. Oort, do beide
laatsten voor enkele vakken; - tot de derde klasse
Tielenius Kruithoff en tot de vierde klasse voor
enkele vakken H. Van Nes.
In do maand Juni zijn binnen deze ge
meente geboren 98 kinderen, als41 zoons en 54
dochters, waaronder is begrepen 1 tweelingge
boorte; overleden 84 personen, als: 14 mannen,
17 vrouwen, 22 zoons en 31 dochters, daarenboven
als levenloos aangegeven 7; gehuwd 44 paren.
In de maand Mei zijn gestorven te Amsterdam
129, Den Haag 41, te Rotterdam 42, te Leiden 15 en
te Utrecht 28 personen boven de 65 jaren. Aan
lichaamszwakte, keel- en longtering stierven er 195
te Amsterdam, 19 te Arnhem, 25 te Dordrecht, 58
te 's-Hage, 19 te Groningen, 22 te Haarlem, 18 te
Leiden, 103 te Rotterdam en 38 te Utrecht; aan
acute en chron. ziekten der ademhalingswerktuigen
te Amsterdam 135, te 's-Hage 64, te Leiden 16 en
te Rotterdam 34. Door gewelddadigen dood en ver
drinken kwamen om te Amsterdam 27, te 's-Hago
6, te Leiden 2 en te Rotterdam 7 personen. Aan
roodvonk stierven te Amsterdam 3 en te Rotterdam
1, en aan mazelen te Amsterdam, Groningen en
Utrecht 1, en te Rotterdam 4 personen.
Op „Rhynzigt" werden deze week 1236 baden
door heeren en 54 door dames genomen. Het Rijn
water was deze week opmerkelijk helder en frisch
en daalde door noordelijken wind en regen van
24° tot 22° Celsius.
Terwijl wij gisteravond per Fransche mail de
Indische bladen van 4 Juni ontvingen, kunnen
hedenavond per Nederlandsche mail die van 28 Mei
tot 3 Juni verwacht worden.
De therm. Fahr. teekende gisteravond om 5 u.
66°, 8 n. 62°, 10 u. 60°; hedenmorgen om 5 u. 58°,
8 u. 62°, 12 u. 68° en 's nam. 4 n. 68°. W.N.-W.
Gedurende deze week zijn dagelijks in het
Werkhuis alhier opgenomen van 4264 volwassen
personen en van 48 kinderen.
De openbare gezondheidscommissie te Rotter
dam heeft zich o. a. in het afgeloopen jaar bezig
gehouden met eene vergelijking van het drinkwater,
waarbij ook het duinwater te Den Haag, Amsterdam
en Leiden is onderzocht. Het resultaat van het water
der Haagscho leiding waszeer slecht, niet goed en
nauwelijks goed; te Leiden was het vrij goed, ter
wijl het water te Amsterdam ook al niet goed be
vonden werd en zelfs eens als slecht wordt aange
duid. De commissie merkt echter voor de verge
lijking met het Rotterdamsche drinkwater op, dat
het duinwater nu en dan betrekkelijk vrij veel orga
nische stoffen in ontbinding mag bevatten, deze
echter nagenoeg uitsluitend van plantaardigen oor
sprong zijn, wat niet het geval is met het water
van de Retterdamsche drinkwaterleiding, dat uit een
rivier wordt genomen, welke langs vele steden en dor
pen haar loop heeft en voor het grootste gedeelte
de faecaliën dier gemeenten opneemt.
De heer Willem Yan Znylen zendt ons een
opgave van de samenstelling van het tooneelgezel-
schap, waarmede hij met September a. s. de winter-
campagne in den Nieuwen Schouwburg te Rotterdam
denkt te openen. Wij laten haar hier volgen:
Willem Yan Korlaar, administrateur; Alexander
Faassen, regisseur; Jac. De Vos, tooneelmeester
J. J. Pomtsma, decoratieschilderJ. Egener, orkest
meester; L. Zagewijn, souffleur; A. C. Kleyn, 2de
tooneelmeester; C. Jansen Smit, requisiteur en W.
L. Jambroes, kapper.
Dames: M. De Graaf-Yerstraete, W. Van Offel-
Kley, Yalois-Sablairolles, Egener-Yan Dam, E. Yan
Rijk, Bruyn-Sablairolles, Egener-Van Dijk, Marie Ten
Voorden, H. Yan Offel, M. De Heer en B. Bremerkamp.
Heeren: Willem Van Zaylen,AlexanderFaassea,
L. H. Chrispijn, M. Yan Nieuwland, S. H. Spoor,
G. Wagemans, Anton Van Zuylen, W. F. Rent
meester, A. Yan Sprinkhnijzen, F. A. Wiebes, B.
Rny8broek, A. C. Kleyn en L. J. Yan Den Berg,