N°. 6538. Maandag 13 Juni. A0. 1881. Dit Nómmer bestaat uit TWEE BLADEN. Eersto Blad. Zwemmen of baden voor alleman! leidsoh dagblad; mt PRIJS DEZES COURANT: foor Leiden per S meenden.1.10. France per post.1.40. Afzonderlijke Mommen.0.05. -PRIJS DEB ADTEBTENTIENt Ten 16 regel*.1.06. Iedere regel meer0.17b Grootere letten niar plaatsruimte. BTADS-BEBICHTE rv. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. 6 der Verordening van den llden November 1880 (Gemeenteblad N°. 4); Brengen ter algemeene kennis dat tot het doen in schrijven van nieuwe leerlingen voor de openbare scholen voor voorbereidend en voor meer uitgebreid lager onderwijs gelegenheid zal gegeven worden: voor die voor voorbereidend meer uitgebreid lager onder wijs voor jongens en meisjes, in het schoolgebouw aan de Oude Vest-, voor die voor meer uitgebreid lager onderwijs: der 1ste klasse, voor jongens, in hel schoolgebouw aan de Aalmarkt der 1ste klasse, voor meisjes, in het schoolgebouw aan de Soommarkt-, der 2de klasse, voor jongens, in het schoolgebouw aan de Pieterskerkstraat-, der 2de klasse, voor meisjes, in het schoolgebouw aan de Breestraat-, en wel van den 7den tot en met den 18den Juni e. k., dagelijks (de Zondag uitgezonderd), van des voormiddags halfnegen tot negen uren, en op Maandag, Dinsdag, Donderdag en Vrijdag bovendien van half t we e tot twee uren des namiddags. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden. DE KANTER, Burgemeester. 2 Juni 1881. E. KIST, Secretaris. „Mens sana in corpore sano." Het woord is reeds zoo dikwijls gebezigd, dat het allengs een gemeen plaats is geworden. Dat een gezonde, kloeke ziel niet zelden woont in een krank lichaam, - een breede rij voorbeelden is daar om het te bewijzen; maar of zij er zich lekker, prettig, in één woord thuis in gevoelt, - dat is een andere vraag. Onnoodig is het, gelooven we, het bewijs te leveren dat veelvuldige en innige aanraking van de huid met het water een der krachtigste middelen is, om de gezondheid te bevorderen, den staat van lichame lijk welzijn te bestendigen en zelfs min of meer ernstige storingen te doen verdwijnen. Wie daarom trent nog niet voldoende is ingelicht of zijn verkregen voorstellingen wenscbt te versterken, kan niet beter doen dan het geschriftje te raadplegen van den heer Den Hertog, hoofdonderwijzer te Amsterdam, wiens belangrijk opstel over dat onderwerp onlangs in den handel gebracht en voor weinige centen verkrijgbaar is gesteld. Tevens kunnen we uit dat boekje leeren, zoo we het nog niet wisten, dat de zwemkunst op zich zelf, afgescheiden van alle sanitaire beschou wingen, wel waard is beoefend te worden door de zonen en dochteren van een land, aan het water „ontwoekerd" en in alle richtingen doorstroomd van rivieren, kanalen, vaarten en slootenwaar dage lijks p. m. een paar dozijn personen in het eenden bier terecht komen, gezwegen nog van de velen die op onze kusten hun leven zien afhangen niet slechts van de hulpvaardigheid, maar vooral van de geschiktheid der redders. Over dat alles willen wij thans niet praten. We hebben alleen de hygiënische zijde van de zwem- quaestie op het oog, - of, wil men liever, van de badquaestie, want vooral voor personen die zwemmen kunnen als een baksteen, en dus uit den aard der zaak minder aanleiding hebben om hun leden aan de frissche golfjes prijs te geven, in ons onderwerp de aandacht en de overweging waard. Stelling 1: Baden bevordert de gezondheid. Stelling 2Het is een zaak van algemeen belang, dat een zoo groot mogelijk aantal personen zoo ge zond mogelijk zij. Over n'. 1 zullen „zeer velen" het eens zijn, - over 2 misschien „velen." Zij zal bijv. bestrijding vinden bij hen die van meening zijn dat het A. niemendal kan schelen of B. in welstand verkeert of niet. Enfin, - tot de „onderscheidene" personen nu, die beide stellingen willen overnemen, richten we £e vraag: Of in en nabij onze goede stad het aas tal badgelegenheden zoo ruim en zoo licht toegan kelijk is, dat niemand zich, desverkiezende, het genot behoeft te ontzeggen, nu en dan eens flink in het water rond te ploeteren. Wij hebben vooreerst, als openbare inrichting: de Zwemplaats aan de voorm. Heerenpoort. Als bijzondere: „Rhynzigt." Bovendien kunnen we ook nog medetellen de vermeerderde gelegenheid om een uitstapje te doen naar Katwijk aan Zee, dat, nu het met den stoom tramweg aan het algemeen verkeer is verbonden, het Leidsch Scheveningen belooft te worden, zonder collectief bestuur wel te verstaan, zoodaè in onzen Gemeenteraad wel nooit badhuis-exploitatie-quaestiën op de agenda zullen verschijnen. Maar als de lezer er niets op tegen heeft, zullen we Katwijk eens n i e t medetellen. Om daar te komen, te baden, iets te gebruiken en weer terug te gaan, heeft men een groot deel van een namid dag noodig, en slechts weinigen kunnen over zoo veel vrijen tijd beschikken. Als einddoel van een pleiziertochtje, - heerlijk: als vervulling van de telkens wederkeerende behoefte naar verfrissching voor velen niet te gebruiken, omdat de uitgaven, die men voor een enkelen keer wel kan missen, een veelvuldige herhaling onmogelijk maken. Om de laatste reden ook kan niet beweerd wor den dat Rhynzigt geheel in de behoefte voorziet. Rhynzigt is een voortreffelijke inrichting, die met de beste kan wedijveren, en de kosten aan het baden daar verbonden, zijn naar verhouding van de uitgaven voor de exploitatie volstrekt niet te hoog. Toch vallen zij buiten het bereik van bescheiden beurzen. De openbare zwem- en badplaats, sub. 1 genoemd, voldoet dus aan een wezenlijke behoefte. Voor slechts enkele centen kan de man uit de volksklasse zich er verfrisschen. De inrichting is doelmatig, de lig ging op het grondgebied der gemeente maakt haar gemakkelijk bereikbaar. Er wordt dan ook zeer veel gebruik van gemaakt, - zooveel zelfs, dat de burgerstand, wien het aan tijd en middelen ont breekt om naar Katwijk of naar Rhynzigt te gaan, er stilletjes van daan moet blijven. Toch is, vooral in dien stand, die hard werkt en des ondanks zeker comfort niet kan ontberen, - het nemen van een bad nu en dan levensbehoefte. En wij gelooven geen ondankbaar werk te doen als wij er op wijzen, dat in deze gemeente alleen de meer- gegoeden en de arbeidende klasse zich die weelde kunnen veroorloven: de kleine en minder kleine burgerij moet er zich, uit gebrek aan een gelegen heid, van onthouden. In een volgend artikel meer daarover. LEIDEN, 11 Juni. Heden zijn aan de universiteit alhier bevorderd: de heer W. J. Saaymans Vader, geb. te Goes, tot doctor in de rechtswetenschap, met academisch proef schrift, get.„Bedrog", en de heer H. Meursinge Hz., geb. te Leeuwarden, tot doctor in de geneeskunde, met academisch proefschrift, get.: „Verslag der verloskundige kliniek en polikliniek aan de rijks-uni versiteit te Leiden gedurende den cursus 1879-1880." Door de alhier zitting houdende commissie, belast met het afnemen der examens van hen die wenschen aam te toonen dat zij tot de beoefening der natuur kundige wetenschappen genoegzaam zijn voorbereid, werden heden van de vijf candidaten toegelaten de heerenJ. I. Keyzer, van Utrecht, en G. Van Maanen, van Oosterbeek. De hoogleeraar dr. J. H. Scholten zal op Dinsdag a. s., den léden dezer, des namiddags te één uur, in het academiegebouw met het houden eener openbare les van zijne leerlingan afscheid nemen. Het leveren van kazerne-meubels alhier den Sisten Mei j.l. aanbesteed, is, als minsts inscbr:jvt>r, thans door den minister van oorlog gegund aan den heer A. Ressenaar alhier voor f 2795. Naar men aan de Asser Crt. mededeelt, wordt in Den Haag prof. Buys te Leiden als opvolger voor de portefeuille van financiën van den heer Vissering genoemd. De heer H. W. De Koning te Leiden is be noemd tot onderwijzer aan de lste openbare school voor gewoon lager onderwijs te Lekkerkerk. De temperatuur van het Rijnwater daalde gedurende de afgeloopen week tot 18° C., hetgeen veroorzaakt werd door de aanhoudend harde en koude winden, welke ook het zwemmen minder tot eene behoefte maakten. Desniettegenstaande werden op „Rhynzigt" toch 582 zwembaden door heeren en 28 door dames genomen. Gedurende deze week zijn dagelijks in het Werkhuis alhier opgenomen van 4666 volwassen personen en van 6—10 kinderen. De door Gedeputeerde Staten goedgekeurde rekening der gemeente Leiderdorp over 1881 be draagt in ontvang f 14,338.56 en in uitgaaf f 12,737.19V,, sluitende dus met een voordeelig slot van f 1601.36VJ. De heer J. Van Andel Jz. te Hazera wonde ia benoemd tot hoofd der christelijke school te Dinteloord. In de daartoe doelmatig ingerichte lokalen van Tivoli te Utrecht is gisteren de doordeJacht- vereeniging „Nimrod" uitgeschreven internationale hondententoonstelling geopend. Er zjjn ongeveer 400 honden ingezonden en de gouden medaille, uitgeloofd voor de belangrijkste inzending van één eigenaar (handelaars in honden uitgezonderd) is toegekend aan Z. H. prins Albrecht zu Solms Braunfels. In de afdeeling Jachthonden werd een 3de prijs be haald door den heer D. E. Boissevain te Valkenburg bij Leiden. Deze belangrijke tentoonstelling blijft ook nog heden en morgen (Zaterdag en Zondag) geopend. Den 13den dezer wordt het tijdelijk post- en telegraafkantoor in het Stedelijk Badhuis te Sche veningen, voor den duur van den badtijd, heropend. De toestand van den Koning is, volgens een residentiebrief in het Z. D., niet onrustwekkend. Z. M. lijdt aan het begin van niersteen, doch de artsen hopen de ontwikkeling der kwaal te voor komen. Misschien zal Z. M. van Wildungen naar Karlsbad moeten vertrekken. De prins en prinses Von Wied bezochten gisteren de koningin van Zweden te Amsterdam. Bij de faculteit der wis- en natuurkunde aan de universiteit van Amsterdam is met gunstig ge volg het eerste natuurkundig examen afgelegd door de heeren F. C. Kuipers Az., J. F. Krieger en F. H. Schreve, studenten in de geneeskunde. In de '8 avonds voortgezette vergadering van den Am8terdamschen gemeenteraad zijn de verschil lende bepalingen der concessie aan de Amsterdamsche Omnibusmaatschappij voor den aanleg ®n de ex ploitatie van paarden-spoorwegen in de zoogenaamde oude stad gedurende 25 jaren goedgekeurd. Onder de werken, die voor een der lijnen noodig zijn, be hoort ook het verlagen van de Hoogeeluis, waartoe de Raad mede zijne goedkeuring gaf, na verwerping van een amendement van een der Raadsleden om tot die verlaging vooralsnog niet over te gaan. De heer Der Kinderen heeft zich verdedigd tegen de beschuldiging, dat hij in de zaak van het ontslag van generaal Yan der Heyden geon fraaie rol had vervuld. Een uittreksel van zjjn brief komt in het Yaderland voor. De heer Der Kinderen zegt daarin dat hem door den gouverneur-generaal de geheime last was opgedragen den heer Yan der Heyden aan te raden zijne betrekking neder te loggen en een buitenlandsch verlof te vragen. Reden hiervoor vond de G.-G. in de vele klachten, welko bij hem over den genoraal waren ingekomen on hjj een rechterlijk onderzoek, wilde vermijden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 1