Maandag 11 April.
N°. 6488.
A". 1881.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Een legende.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER CO DRAST:
Voor Leiden per 8 meenden.1.1#.
Franco per post.1.##.
Afzonderlijke Nommer»0A5.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Ven 16 regels1.0E.
Iedere regel meera 0.17).
Groolere letters naar plaatsruimte.
Men heeft de quaestie der verbetering van den
Rotterdamschen waterweg een levensvraag genoemd
niet alleen voor de tweede koopstad des rijks zelve,
maar voor geheel Nederland, omdat ons vaderland,
wil het zijn handel tegenover de scherpe mededin
ging van Noord-Duitschland en Antwerpen behouden
en uitbreiden, alle pogingen in het werk moet stellen
om aan zjjn natuurlijke verkeerswegen voor binnen-
en buitenland een behoorlijke gemeenschap met de
zee te verzekeren. Zeker zullen wij Nederlanders
verstandig handelen om tegenover den ernstigen
strijd, dien Duitschland ons aandoet op spoorweg
gebied, althans onze waterwegen, dat terrein, waarop
wij onafhankelijk zjjn van het Duitsche rijk, zoo
deugdelijk mogelijk te maken.
Toch - niemand zal het ontkennen - is de quaestie
van den Rotterdamschen waterweg in de allereerste
plaats een Rotterdamsche quaestie, en dat de ge
meentelijke vertegenwoordiging aldaar al het belang
daarvan begreep, toonde zij door bij acclamatie het
besluit te nemen tot het verleenen van het door de
regeering gevraagde subsidie van drie millioen.
Bij acclamatie, maar toch werd het voorstel van
den minister niet onvoorwaardelijk en gaaf aange
nomen, zooals een vijftal raadsleden dit verlangden,
maar daaraan werden een drietal voorwaarden ver
bonden, ofschoon de voorzitter van den raad ver
klaarde dat het niet in de bedoeling van B. en Ws.
lag na reeds van den raad het besluit te verlangen,
dat de onderhandelingen met den minister onver
mijdelijk tot niets zouden moeten leiden voor het
geval dat de eene of andere voorwaarde op den
tegenstand des ministers afstuitte.
"Wanneer men den loop, diende discussiën namen,
in aanmerking neemt, zal men dus moeten toe
stemmen dat de vorm, waarin het besluit door den
Rotterdamschen raad werd genomen, wel eenigs-
zins vaag is, en daarmee hebben naar onze beschei
den meening de raadsleden der Rottestad zich op
een gevaarlijken weg begeven. Een pertinente ver
klaring van het dageljjksch bestuur, dat het bij de
onderhandelingen met den minister niets op de nood
zakelijk geachte voorwaarden zou laten afdingen,
ook niet op de laatste, door vele raadsleden op
grond van vertrouwen in de regeering niet noodig
geacht, ware toch naar onze meening hoogst wen-
schelijk geweest.
En voor die zienswijze hebben wij gegronde rede
nen, en onze stadgenooten - wij twijfelen er geen
oogonblik aan - zullen met ons instemmen, wanneer
wij ter verduidelijking van hetgeen wij zeiden de
volgende kleine legende verhalen.
ïj<
Daar was eens een stad in een klein land, een
stad waar de wetenschap ten troon zat en die tal
van jeugdige beoefenaars der wetenschap met hun
hooggeplaatste leeraren binnen haar muren her
bergde. Maar de zalen, waar de woorden der wijs
heid weerklonken of althans moesten weerklinken,
waren in verval of ontbraken zelfs ten deele.
Daar naderde de dag dat die wetenschappelijke
parel aan de kroon van de Stedemaagd der stad
drie gansche eeuwen had geschitterd, en de bestuur
ders van het land zeiden tot elkander: „Laat ons
der stad der wijsheid nieuwe zalen der wijsheid
geven, een gansch gebouw van hout en steen, van
ijzer en glas, naar den eisch." En de bestuurders
der stad spraken tot de bestuurders van het land:
„De groote vlakte, die daar ligt binnen onze veste,
staan wij u af om niet, om er te bouwen het groote
gebouw, dat een sieraad zal wezen van het schoone
kleinood, waarop de stad onzer inwoning roem
draagt." En geen van hen zeide bij zich zelf:.laat
ons stellen een voorwaarde of een beding, want in
de stad der wijsheid bedroog de liefde voor het
aloude kleinood de wijsheid der bestuurderen.
Toen togen de bouwmeesters van het kleine land
aan den arbeid, en zij maakten een bouwplanmaar
velen in den lande, die het zagen, zeiden dat het
niet goed was; en vele andere bouwmeesters maak
ten andere plannenmaar ziet, ze werden alle slecht
geacht.
Toen kwamen ie bestuurderen van het land en
zeiden: De schatkameren van het rijk zjjn ledig van
zilver en goud, en het hout en het steen, en het
glas en het ijzer kosten groote sommen. Wacht tot
de schatkameren wederom vol zijn.
En die uit de stad wilden de vlakte terug, om
haar te maken tot een lustoord voor het oog. Maar
de bestuurderen van het land en gaven die niet
weder, en het volk van de stad der wijsheid mur
mureerde.
ijc
Tot zoover de legende. Ex uno disco omnia. Wat
met de stad nit onze legende plaats had, zon ook
wel eens met de tweede koopstad des rijks kun
nen gebeuren. En daaarom roepen wij onze Rotter
damsche landgenooten toe: Wat gij ook doet, houdt
vast aan de voorwaarden, die u zekerheid kunnen
verschaffen, en rekent er vooral niet te veel op,
dat de Staat in uw bijzonder geval geen gebruik
zal maken van een bevoegdheid, b. v. om rijkslas
ten te heffen op den waterweg. Wij weten wel,
de Rotterdamsche waterweg naar zee is als een
zaak van algemeen belang te beschouwen, maar ook
in onze legende gold het zulk een zaak bij uitne
mendheid, en toch mocht het niet baten.
En dan: lang niet alle vegeeringen deelen dezelfde
zienswijze, en de zetelvastheid der Nederlandsche
regeeringen laat nogal eens wat te wenschen over.
Wie zich aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht.
Daarom meenden wij den bewoners der Rottestad
geen ondienst te doen, door hun een legende te
verhalen, waarmee alle ingezetenen van Leiden van
nabij bekend zijn. Wellicht kunnen onze landge
nooten aan Maas en Rotte er hun voordeel mee doen.
BUITENLAND.
ï'ra nki'ijk.
De indirecte belastingen en inkomsten van Frank
rijk overtroffen in de tweede helft van Maart de
raming met bijna 14'/2 millioen fr., in het eerste
trimester dus met 52 millioen, dat is tweemaal zoo
veel als in de drie eerste maanden van 1880.
De Senaat heeft de tariefwet aangenomen
met de laatste wijzigingen, door de Kamer aange
bracht. Hij heeft daarop eenparig zonder discussie
aangenomen het krediet van 5,695,000 fr. tegen
de Krumirs.
Men verzekert dat de bey een protest gereed
maakte tegen het komen der Franschen op Tune-
sisch gebied. Volgens bericht uit Bona is sedert het
gevecht van 30 Maart geen schot gelost.
Italië.
De minister Depretis verklaarde in de Kamer
van Afgevaardigden, bij zijne beantwoording van
den heer Sella, dat diens getuigenis ten gunste van
Frankrijk onnoodig was, „Geen onzer", zeide de
minister, „kan vergeten hebben de erkentelijkheid
en dankbaarheid, die wij aan eene natie verschuldigd
zijn, die het gebeente harer strijders op onze slag
velden achterliet."
Algemeen verdeelt men de 192 stemmen der
meerderheid, bij de stemming in Kamer als volgt:
123 stemmen der rechterzijde, 47 der groepen Crispi
en Nicotera en 22 van het centrum.
Er zijn pantserschepen van Spezzia naar
Gaeta gezonden zonder dat verdere instruction zijn
verstrekt. Geruchten omtrent plannen, die men op
Tripoli zou hebben, worden tegengesproken.
Duitschland.
Volgens de „Nordd. Allg. Zeitung" is aan het Dom
kapittel van Trier, na aangifte van de verkiezing
van eenen vicaris, door tusschenkomst van den
opper-president der Rijn-provincie, uit naam der
regeering medegedeeld dat de verkozene door den
Staat als zoodanig niet kan worden erkend.
Grroot-Bi'itnnnië.
In het Lagerhuis zeide de heer Dilke, in ant
woord op een paar vragen, dat het onwaar is dat
de Porte troepen van Egypte zou hebben verlangd
verder dat Frankrijk verklaard heeft zich met zijn
militaire operatie op de grenzen van Tunis bestraf
fing der stammen ten doel stelt, en aan den bey
te hebben verzekerd dat, ingeval het overschrijden
der grenzen noodig was, dit geschiedde als vriend
en bondgenoot van den bey.
Gladstone deelde mede dat de heer Argyll wegens
een deel der landwet zijn ontslag had genomen. Waar
schijnlijk zal deze door lord Carlingford worden
opgevold.
De regeerïngsvoordracht tot wijziging der wet op
de faillissementen is bij eerste lezing aangenomen.
Het Huis is tot 25 April verdaagd.
In het Hoogerhuis zeide de heer Granville dat
Donderdag de mogendheden gezamenlijk een belang
rijke nota aan de Grieksche regeering hebben ter
band gesteld, in de hoop den vrede te bewaren en
een bevredigende oplossing uit te lokken. Het Huis is
tot 5 Mei uiteengegaan.
Betreffende de geuite beschuldiging tegen
sir Ch. Dilke en mr. Th. Brassey zegt men van
vertrouwbare zijde te vernemen, dat beiden inder
daad, meer dan een jaar geleden, kleine bijdragen
in geld aan „die Freiheit" hebben verstrekt. Dit
geschiedde echter in de stellige meening, dat het
blad eene eerlijke, schoon dan ook stork radicale,
politieke richting vertegenwoordigde. - Veel beden
kelijker is het echter dat de Iersche land-liga
thans de kosten voor de verdediging van den redac
teur der „Freiheit" op zich genomen heeft en dat
een der invloedrijkste leden der Iersche liga, mr.
Sullivan, zich persoonlijk opwierp als zijn verdedi
ger voor het gerecht.
In Ierland worden verscheidene personen ge
arresteerd. Het gepeupel viel den trein van New
castle naar Limerick aan en wierp met steenen
om de gevangenen, die met dien trein vervoerd
werden, te verlossen. Eén politie-agent werd doode-
lijk getroffen door een steenworp.
In het graafschap Mayo hebben weer wan
ordelijkheden plaats gehad bij gelegenheid van de
verdrijving van een pachter. De politie gaf vuur
op de menigte, twee jonge meisjes werden gedood.
Oostenr.-Hong. Monarchie.
In het Heerenhuis is gisteren de beraadslaging
voortgezet over het wetsontwerp des heeren Hen-
bacher betreffende de scholen. Met 77 tegen 32
stemmen werd het voorstel van de meerderheid der
commissie goedgekeurd en daarmede het ontwerp,
gelijk het door het Huis van Afgevaardigden was
aangenomen, aanmerkelijk gewijzigd. De minister
van onderwijs had verklaard dat de regeering zich
tegen de voorstellen van de meerderheid der com
missie niet verzetten zou.
Generaal Schuwaloff is te Weenen aangekomen
en met groote plechtigheid ontvangen, ten einde
den keizer de kennisgeving over te brengen van
de troonsbestijging des czaars. Vervolgens heeft
hij baron Von Haymerle een bezoek gebracht.
De overeenkomst tot conversie der 6 pets.
goudrente in 4 pets. is gisteren door den minister
van financiën en het consortium Rothschild-„Cre-
dit-anstalt" onderteekend. Volgens de Hongaarsche
„Post" zal het wetsontwerp nog vóór de Paascb-
yacantie in den Rijksraad komen.