N°. 6479. Donderdag 31 Maart. A0. 1881. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. "'T~ BIDSCH DAKBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 8 maanden.....'f 1.10» Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers.0.05. PRIJS DER ADYERTENTIEN: Van 16 regels.1.05. Iedere regel meer0.17|w Grootere letters naar plaatsruimte. Gemengd Nieuws. De firma J. D. Zocher en Yoorhelm Schneevoogt, te Haarlem, heeft dit jaar wederom in de Flora te Charlottenburg (bij Berlijn) eene tentoon stelling van hyacinten, tulpen en krokussen geopend, die door duizenden personen bezocht wordt, waaronder zich ook de Keizer en de Keizerin en zeer vele andere vorstelijke personen bevonden. Aan den Keizer, die de firma tot zijn hofleverancier benoemd-heeft, zond deze op Zr. Ms. verjaardag 36 der schoonste hyacin ten en de Keizerin betuigde bij haar bezoek met Z. M. hare ingenomenheid met dat geschenk. De Berljjnsche bladen geven uitvoerige beschrijvingen van hetgeen thans in de Flora (een grooten win tertuin met palmhuis) te zien is en hebben niets dan lof voor de tentoonstelling over. De „Berliner Börsen-Zeitung" doet de gulle bekentenis, dat de Duitsche bloemenoultuur het in dit vak op verre na niet tot zulke resultaten heeft gebracht als men daar in de producten dezer Nederlandsche firma mag be wonderen. Dezelfde firma behaalde dezer dagen te Hietzing (bij Weenen) op eene tentoonstelling van het Verein der Garter und Gartenfreunde" zes medailles. Een arme moeder te Weenen, die door ziekte geen kans zag voor hare beide dochtertjes van 9 en 7 jaren den kost te verdienen, nam het wanhopig besluit zich met hare kinderen door kolen damp gedurende den nacht het leven te berooven. Toen men Zaterdag-morgen, gewaarschuwd door den verstikkenden damp, het armoedige kamertje met ge weld opende, waren de beide kleinen reeds gestorven, terwijl de moeder, hoewel geheel bewusteloos, nog in het leven kon behouden worden. Haar ontwaken was vreeseljjk. De ongelukkige zal wegens kinder moord terecht moeten staan. In een enkel bataljon gemobiliseerde Peruaan sche schutterij telt men 32 ex-ministers van dien staat. In de omstreken van Melun zijn sporen ontdekt van een vreeseljjke misdaad. Bij het aan breken van den morgen ontdekten de boschwach ters van het graafschap Aguado bloedsporen op den weg die van Livry naar de Seine leidt. Den vori- gen avond hadden zij pistoolschoten en gekerm gehoord, doch hunne onderzoekingen waren toen vergeefsch geweest. De bloedsporen volgende die tot aan de rivier doorliepen, vonden zij een bloedig slagersmes. Op een plek dicht bij de Seine was het duidelijk dat daar hevig gestreden moest zijn; aan een hazelnotenstruik was een lok met bloed be vlekte grijze haren vastgekleefd. Aan den oever ontdekte men voetstappen, die niet anders dan van een vrouw of kind kunnen zijn. De justitie heeft een zorgvuldig onderzoek' van de rivier en van den geheelen omtrek bevolen. Een paar dagen geleden wierp zicheen 70-jarig man uit het raam van zijn kamertje op de zesde verdieping in de „rue de Servan" te Parijs, en werd met verbrijzelden schedel opgenomen. Yan den man, die op zoo treurige wijze om het leven kwam, mag men met recht zeggen dat het hem in de wereld is tegengeloopen. Dr. Tachard, zoo heette de ongelukkige, was in 1*852 nog een der meest ge achte geneesheeren van Parijs en in het bezit van een vermogen van minstens 800,000 fr. Tot zijn ongeluk maakte hij echter kennis met een man, die meende op weg te zijn een prachtige uitvinding tot stand te brengen en den dokter voor zijne plannen wist te winnen. Het einde was dat de uitvinder in het gasthuis stierf en dr. Tachard, die voor een her senschim zijn praktijk had laten varen, zonder een centime van zijn vermogen over te houden, gedwon gen was een klein baantje aan te nemen om in zijn levensonderhoud te voorzien. Gedurende den oorlog van '70 maakte hij deel uit van een ambulance en onderscheidde zich toen zoozeer dat hem het legioen van eer werd geschonken. Betere dagen schenen nu weder voor den man weggelegd, maar helaas, de goede dokter, in plaats van zich op zijne kunst te blijven toeleggen, vertrouwende op de plannen van zijn vriend den uitvinder, vatte zijne afgebroken proeven weder op. Na tien jaren van een wanhopige worsteling in de grootste ellende geraakt, maakte de dokter een einde aan zjjn leven. Ten gevolge van zware regens heeft te Puicergos, in de Spaansche provincie Lerida, eene verzakking van den grond plaats gehad, van dien aard, dat de eerste huizen van het dorp thans aan den rand van een 150 meter diepe ravijn staan en bij eenige verdere beweging van den grond in de diepte dreigen te storten. Bij gelegenheid van een manifestatie te Madrid ter eere van den dichter Echegaray ver oorzaakten ongeveer 4000 studenten eenige ongere geldheden; 26 werden er gearresteerd en de orde is hersteld. PRINSDOM MONACO. Monte-Caklo, 14 Maart 1881. Vervólg en slot.) Sedert het jaar 1802 doet men in deze Riviera thermometrische waarnemingen. Wij willen aannemen dat die juist zijn, wetenschappelijk juist, zonder dat naar praktijk zoekende dokters, gasten begee- rende herbergiers of andere speculanten er op in fluenceerden. Die waarnemingen over een periode zoolang als onze oorlog tegen Spanje, geven een gemiddeld van 15°,2 ad 15°,9 centigr. Maar wie op dit gemiddelde vertrouwende met zijn zieken naar Nice of Menton gaat, doet stellig en zeker een misrekening. Niet alle winters zijn gelijk; er zijn goede en kwade, en in die goede winters zijn goede en kwade dagen en in die goede dagen zijn kwade uren. Zoo is het ook daar waar de zieke thuis behoort, maar ddar is nu eenmaal het klimaat erkent ongunstig, dadr blijft de zieke binnenshuis, binnenskamers desnoods, ddar is het gemakkelijk de verblijfplaats der zieken op ééne temperatuur te houden, daar is tocht te weren. Een zieke die thuis, omringd door liefhebbende en zorgzame zie len, niet beter wordt, stuurt de dokter naar het Zuiden, of minstens verzet de dokter zich niet tegen zijn vertrek. Nu moet het Zuiden zijne wonderen doen. De hoog geroemde zonneschijn, de heerlijke vrije buitenlucht zijn van oudsher zoo opgehemeld, dat, nu eenmaal het offer of de offers voor de kuur zijn gebracht, men vol hoop en vertrouwen op reis gaat. In dat vertrouwen zit 't kwaad, want het is een uitvloeisel van onwetendheid. Wist men dat de aan gename winterwarmte hier alleen dan bestaat als de zon schijnt en alleen daar waar de Annestralen vallen, rekende men op zonnelooze dagen, bere kende men dat de winterschaduw in een zonneland schril afsteekt bij de zonnige plekjes, dan was het gevaar dat een teringlijder loopt door hierheen te komen, half geweerd. Maar de zieke weet dat niet en zijn dokter heeft er gewoonlijk even weinig ervaring van, en als de dokter in dat geval verkeert, is het onver antwoordelijk van hem om de patiënten naar het Zuiden te zendenhet heeft er dan veel van als wilde hij ze zich van den hals schuiven. De algemeene vraag of zachte klimaten iets ter genezing ver mogen, is door de faculteit nog niet uitgemaakt, in ieder geval mag een leek daarover geen meening openbaren. Over de vraag of longlijders, hoestere, teringzieken bij de noodige voorzorg, het in een zacht klimaat gemakkelijker hebben dan in een bar klimaat, of zij er meer van de vrije lucht kunnen genieten dan in 't Noorden, over die vraag kan een leek zich zonder schroom uitlaten. Kan de teringlijder slechts over we'nig geldelijke middelen beschikken, dan moet hij niet hier komen. Hij moet dan immers in een logement een kamer betrekken of zich bij op speculatie wonende lieden inhuren. Logementen zjjn gebouwd en ingericht en bestuurd door ondernemers die het niet te doen is om zieken te herstellen, maar om geld te verdienen. Het klimaat van welks invloed men zooveel goeds voor den zieke hoopt, oefent dien invloed ook uit op alle andere bezielde en onbezielde dingen die er in en onder bestaan. Zoo b. v. alles wat in bouwerij van hout is. Vensters en deuren vertoonen hier kieren waar vingers, soms handen tusschen gestoken kunnen worden. Bij 't zoeken naar kamers is dik wijls het antwoord van den waard als men hem be zwaar maakt dat een kamer geen stookplaats heeft „Hemeltje lieve menheer, stooken in dit land! wel dat komt niet voor, 't is hier altijd lente" enz. Maar ook kamers met stookplaatsen zjjn geen waarborg tegen koude; ik zou haast zeggen, integendeel. Eerstens is de schoorsteen slechts even vóór het vlak van de kamerwand uitstekend, en voorts heeft men daar dan enkel twee chenêts (haard-of vuur ijzers) op de plaat, waar hout op vlamt, als het niet te nat is. Brengt men het eindelijk zoover dat er wat warmte uit den haard in de kamer straalt, dan verklaart zich onmiddellijk een oorlog tusschen die warmte en de door kieren indringende buitenlucht, een oorlog die met furie gevoerd wordt en waarbij natuurlijk de overwinning aan den sterkste blijft, in casu, de buitenlucht. De slechte dagen waarin lijders thuis moeten blijven, zijn zooals uit boven staande blijkt, ellendiger dan ooit een dag voor een teringlijder in 't Noorden, die een redelijk tehuis heeft, zjjn kan. Behalve deze direct uit het klimaat voortspruitende ellende heeft een zieke die zuinig moet zjjn, die niet meer dan vier- of vjjfhonderd franken 's maands te verteren heeft, nog velerlei andere lasten en gevaren te overkomen. Denk enkel maar eens aan de bedden. Te huis heeft men daar omtrent zeer bepaalde meeningen; maar te Menton, waar sedert jaren teringljjders sterven gaan, ligt de zieke zich, of legt men zijn zieke op het eerste bed 't beste. Yraag een waard of de waardin niet of er op dat bed ook soms iemand geslapen heeft die. „O foei, wat denkt u wel, nooit. Eens heeft er iemand gelogeerd die wat hoestto, maar die is al heel gauw van zijn verkoudheid genezen geweest, en dat is ook al lang geleden, ziet u." Een teringlijder wien de middelen ten dienste staan om een goed gelegen en goed gebouwde woning te betrekken, met een tuin waarin één of meer zonnige hoekjes zjjn, en die meeneemt of meebrengt wat voor veraangenaming van het mate- riëele leven dienstig is, zoo iemand is het aan te raden naar een zacht klimaat, naar de Riviera te gaan overwinteren. Een dokter die het Zuiden, de inrichting der huizen, de menschen, de gewoonten niet kent en die, zonder te letten op de ervaring zjjner patiënten te dien opzichte, zonder zich te bekommeren over hunne geldeljjke omstandigheden, hen naar het Zuiden laat trekken, begaat een onver- antwoordeljjke daad. Zulke even lichtvaardig gegeven als gevolgde adviezen zouden eene strengere quali- ficatie verdienen. De noodlottige uitkomst die zij dikwijls hebben, moet menscheljjker wjjze gesproken op rekening gesteld worden van...? Ja van wien? Figaro de drie steden van de Corniche besprekende komt tot het volgende resumé: Cannes om te leven, Nice om pret te hebben, Menton om te sterven. Menton als middelpunt voor wandelingen en rijtoeren, is zoo schoon gelegen als eenig plekje ter wereld. Maar Figaro heeft gelijk, het is er zoo triestig, het is er om dood te gaan. Daarom, leve Monte-Carlo! D. H.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 1