verblijf der apen, bekend onder den naam van „palais des singes." Al de vrooljjke bewoners van dat paleis, ten getale van 79, waaronder de zeld zaamste exemplaren van bet apenras, zjjn in de vlammen omgekomen. De brand beeft zich tot het inwendige van het gebouw bepaald. Voor het eerst heeft te Parijs weder een nienw werktuig tot opruiming van sneeuw dienst gedaan. Het is bestemd om de rails voor de tram wagens schoon te houden en heeft den vorm van een driehoek, welks zijden van eene dubbele rjj kleine bezems voorzien zijn en hetwelk, naarmate van de laag sneeuw waar het moet worden door gejaagd, meer of minder zwaar beladen wordt. De top van den driehoek heeft den vorm van een ploeg ijzer. Het gevaarte wordt door zes paarden getrokken. BUITENLAND. Frankrijk. Volgens de „Union de l'Ouest" zjjn dezer dagen te Montjoan, in het departement der Maine en Loire door den onderwijzer eener gemeenteschool aldaar aan twee leerlingen ter belooning gekleurde afbeel dingen uitgereikt van Mirabeau, Robespierre en Danton, naast elkander geplaatst met het onder schrift: „Revolution Pranjaise 17891793". Groot-Britannlë. In Groot-Britannië en Ierland hadden in het afge- loopen jaar 13,147 faillissementen plaats, waarvan 1478 in don groot- en 11,669 in den kleinhandel. In het Lagerhuis hebben de Iersche leden gisteren het voorstel der regeering bestreden om de disoussiën van het adres van antwoord dien dag voort te zetten. Na e9n debat van 3 y2 uur is echter piet 330 tegen 33 stemmen het voorstel aange nomen. De beraadslagingen zijn hierop voortgezet en ten slotte verdaagd tot heden. Lord Kimberley, secretaris van Staat voor koloniën, heeft eene deputatie van het genootschap der vrienden van den vrede ten gehoore ontvangen. Zij vroeg het herstol van de onafhankelijkheid der Transvaal. Lord Kimberley erkende de moeilijkheden van den toestand en verklaarde verder geen waar borg te kunnen gevendoch zoo de Boeren zeiven hun gewapend verzet lieten varen, dan zou eene schikking mogelijk zijn. Wij zoeken, vervolgde hij, den Boeren niet den oorlog aan te doen. De regeering zou hoogst gaarne een middel ter bevrediging vinden. De heer Gladstone heeft eene deputatie van Iersche parlementsleden, die der regeering gunstig gezind zijn, bp zich ontvangen. Zij drong op eene breede horvorming van den agrarischen toestand in Ierland aan. Naar verzekerd wordt, heeft het ant woord van Gladstone de deputatie tevreden gestold. Volgens ty dingen uit Calcutta van gisteren wordt het bericht bevestigd van de „New Bombay Gazette" van 9 dezer, volgens hetwelk er te Kolapoor eeno groote samenspanning is ontdekt tot het ver moorden der Europeanen. Er heerscht eene agitatie in Jeypore en in Vizigapatam, ten gevolge van het arresteeren van eenige hoofden der inlandsche stam- mon. Er zijn troepen derwaarts gezonden en andere voorzorgsmaatregelen genomen. Volgens een telegram uit Belgrado is Ali-pacha van Gussinje met 700 man te Skoptia aangekomen en, lot vorst van Albanië uitgeroepen. Rusland. Een gerucht, volgens hetwelk grootvorst Michael met Nieuwjaar in de plaats van grootvorst Con- stantgn het voorzitterschap van den Ryksraad aan vaarden zou, is volgens de „Agence Russe" onge grond. Er zou geenerlei verandering in het praesi- dium van den Rijksraad/plaats hebben. De berichten der Engelsche bladen betreffende operatiën in Centraal-Azië zyn onjuist. Generaal Skobeleff is, na den laatsten hardnekkigen strjjd met de Turkomannen, meestor van het slagveld gebleven. De „Agence Rosse verklaart dat het bericht in verschillende Duitsche bladen, waarin verband werd gezocht tusschen de afwezigheid van Saburow te Berlijn op den Nieuwjaarsdag en de verhooging met 10 pet. van de invoerrechten in Rusland, een voudig een verzinsel is. Saburow vertrok 12 dagen vóór de openbaarmaking van don maatregel, die alleen is genomen met het oog op de urgentie om het verlies der schatkist te dekken, door de opheffing der zontbelasting geleden. De secretaris van staat Brourie zal tot adjunct minister voor Finland worden benoemd. Griekenlund. De „Kölnische Zei tun g" behelst in een brief uit Athene eenige beschouwingen over Griekenlands kansen by een eventuëelen oorlog met Turkije. Daarin wordt gezegd dat de Grieken zich zeiven te hoog en den vijand te gering schatten. De Turksche troepen in Thessalië en Epirus bestaan grooten- deels uit oude en beproefde soldaten, en bovendien is het bekend dat de Tarksche soldaat in den verdedigings-oorlog voor den besten ter wereld niet behoeft te wijken. Nu ligt het niet alleen in den aard der zaak, maar de Porte heeft het ook uit drukkelijk verklaard, dat de Turken zich in een oorlog met Griekenland tot de verdediging bepalen zouden. De Grieksche soldaten daarentegen zyn ongeoefend en vooral geldt dat van de cavalerie, welke door den berichtgever „een troep ongedres- seerde paarden en menschen" genoemd wordt. Niet beter ls het met de genie gesteld en de artillerie is wel minder slecht in orde, maar laat toch nog veel te wenschen over. Bovendien staan die drie wapens niet in juiste verhouding tot de infanterie. Deze laatste heeft gebrek aan bekwame officieren en onderofficieren en de hoogere officieren, die de leiding van den veldtocht in handen zouden hebben, worden door den berichtgever in geen enkel opzicht voor hunne taak berekend geacht. De dagbladen beschouwen het arbitrage-voor stel als mondeling verworpen door de regeering en zij keuren dit besluit goed. Do Transvaal. Wij ontvingen heden eenige Transvaalsche bladen met berichten tot 7 December, die zich alle ken merken door een diepen haat tegen het Engelsche bewind, eu een sterken geest van verzet ademen. Vooral laat de te Pretoria verschijnende „Volks stem" zich vinnig uit tegen den landdrost van Pot- chefstroom, die volgens haar voor den tegenwoor- digen stand van zaken verantwoordelijk is. Van hem is nl. de afpersing jegens zekeren Bezuidenhout aldaar, gevolgd door den executorialen verkoop van een wagen uitgegaan, waarbij het tot grove wanordelijkheden is gekomen en die als de eerste aanleidende oorzaak van het gewapend verzet mag aangemerkt worden. Het blad zegt daaromtrent o. a. het volgende: „Het is duidelijk dat de gansche tegenwoordige opschud ding te wijten is aan de ezelachtige handelingen van dezen zelfden landdrost", en verder„De regeering kent zijne ongeschiktheid, maar houdt hem toch in den dienst omdat hjj knap is in het bewerken van afpersing. 't Schijnt of dit alle3 is waarover zich de regeering bekommert. Laat het gansche land naar de maan gaan. Zoolang het volk maar tot betaling gebracht wordt met geweld, zoo noodig, en zelfs moer dan zij schuldig zyn, zoo mogelijk, laten de gevolgen ook nog zoo ernstig wezen - zelfs al zyn ze burgeroorlog en bloedvergieting - het geld moet aan het volk worden afgeperst om onbekwaam heid en wanbestuur te bezoldigen." - Verder worden nog meerdere staaltjes van geldafpersing bygebracht, door ambtenaren der regeering gepleegd. Uit alles is duidelyk op te merken dat de gemoederen in zulk een toestand van gisting zyn geraakt dat eene uit- irsting niet achterwege kon blijven. De „Mercantile Advertiser" van Natal karakteri seert den toestand aldus: „Men had gehoopt dat naarmate do gebeurtenissen zich ontwikkelden, de Boeren verzoend zouden worden met de nieuwe regeering en de nieuwe ingezetenen des lands. Doch dit is niet het geval. Elke poging aangewend om hen te verzoenen - om hen door zachte middelen te winnen, is mislukt. Zy willen niet gewonnen rijn, willen de ééne grieve niet prijsgeven dat hun land iun ontnomen is, een regeering die zy niet behoeven en niet verlangen over hen is gesteld, en vreemde lingen, die zij beschouwen als indringers, toegelaten worden de overhand boven hen te verkrygen in vele zaken des lands, dat zy gestolen hebben. De ontevredenen zijn ontevredener, de onverzoenlijken meer onverzoenlijk dan ooit." Het „Kaapsche Volksblad" geeft in zyn jongste nummer o. a. het volgende over de Transvaal te lezen„In het nieuws uit Engeland, met de laatste mail ontvangen, lijkt één punt ons onheilspellend: dat op 26 11. het Britsche publiek nog niets wist van de onlusten in het Transvaalsche, waarvan men toentertijd in Zuid-Afrika reeds wist dat zy leelyke gevolgen konden hebben, wegens den geest der Transvaalsche Boeren. Alleen dit kunnen wij er uit afleiden, dat sir G. Colley en sir W. O. Lanyon het gevaar weder geïgnoreerd hebben totdat het zeer gestegen was; dat dus de ryks-regeering op nieuw misleid is, en dat nog wel op een tijd, waarop het van het hoogste gewicht voor Zuid-Afrika was, dat zy de Transvaalsche toestanden in allen deele zou kennen. "Wat de tijding uit Pretoria betreft om trent het geroep der bevolking, dat men der rebellie den kop moest innypen, hieromtrent kunnen wy alleen zoggen dat het den mannen waardig is, die eerst alles gedaan hebben om het land van zyne onafhankelijkheid te berooven en thans niets liever zouden zien dan dat de eigendommen der Boeren onder den hamer gebracht en zij zei ven dus in de gelegenheid gesteld worden om zich door landspecu- latiën te verrijken." Jhr. mr. G. J. Th. Beelaorts Van Blokland deelt in de Haagsche bladen mede dat de Britsche vice- minister van binnenlandsche zaken, de heer L. Courtney, hem by missive van 10 dezer uitdruk- kelyk heeft gemachtigd, om in de nieuwsbladen be kend te maken de volgende woorden, voorkomende in een brief van dankbetuiging, door Z. Exo. ge schreven naar aanleiding van de toezending van een exemplaar van het adres van prof. Har ting: „I trust you and your fellow-countrymen will not cease to appeal to the better nature of Englishmen on behalf of your kinsmen in South-Africa." („Ik vertrouw dat gij en uwe landgenooten niet zult ophouden om een beroep te blyven doen op de betere gevoelens van het Engelsche volk ten gunste van uwe stamverwanten in Zuid-Afrika".) De heer Beelaerts voegt er by dat het Londensch comité voor de Transvaal, onder tydelyk voorzitter schap van kapt. E. H. Verney, zich bereids met het Nederlandsche in betrekking heeft gesteld, on niets liever wenscht dan in onderling overleg te hande len. De Britsche vrienden zullen beproeven om, zoo mogelyk, van de regeering te verkrygen: l9. dat aan de Boeren de rechten van oorlogvoerende party worden toegekend; 2°. dat de oorlog van Engelsche zijde hoofdzakelijk defensief worde gevoerd, tot op het tijdstip dat het Parlement over de annexatie van de Transvaal nader zijn gevoelen zal hebben doen kennen. De Antwerpsche afdeeling van het „Willems fonds" heeft aan het hoofdbestuur en de andere afdeelingen in Vlaanderen een krachtigen brief - in drie talen - ter algemeene onderteekening gezonden aan het volk van Engeland, om dat op te wekken recht te doen tegenover de Transvaal. Het adres is reeds van een buitengewoon groot aantal handtëe- keningen voorzien. Aan de „Daily Telegraph" wordt gemeld dat de hoofdmacht der Boeren te Meek staat, twee mijlen van de grenzen van Natal. Een conflict met do be reden politie van Natal had nog niet plaats gevonden. Aan de „Pali Mall Gazette" wordt bericht flat in het Britsche koninkrijk een inschrijving zal wor den geopend om de Boeren op het slagveld bij staan, door de uitzending van twee of drie getfiees- heeren met ambulances van het „Roode Kruk". Dit? teekent de stemming der EngelBohe bevolking. Ook van andere zijden mag men krachtige b«lp voor de Boeren verwachten. In Frankrijk vindt lfet adres van den Utrechtschon hoogleeraar Harting een ongekend gunstig onthaal. Tal van de meest aanzienlijke personen bekrachtigen het protest en het beroep op de Engelsche natie met hunne hand- teekening. In Duitsohland, aldus meldt de Berlijnsche correspondent van de zeker niet voor de Boeren partijdige „Standard", zijn reeds 5000 handteeke- ningen verzameld. En de pers gaat daar steeds voort de rechten onzer stamgenooten in de Transvaal te verdedigen. De opperbevelhebber te Natal, zelf naar Newcastle Vertrokken, heeft een marine-brigade en twee stukken geschut naar de Transvaal doen oprukken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1881 | | pagina 2