N°. 6250. Ua&ndag 5 Juli. A0. 1880. Deze Goorant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. 011 Nommer bestaat uit TWEE BLADEN. Eerste Blad. Eeu goede plaats voor een schoon gedenkteeken. LEIDSCH IA If HI .A T>. PRIJS DEZER COURANT: Vaar Leiden per 8 monden.1.10. Franco per posta 1.40. Afzonderlijke Kommer»..T'.T..'j0.05. PRIJS DER ADVERTENTIESi Ven 1 8 rvgvtsf 1.05. Ieder* regel meer•TiTTïi'ïrïVf ÏYÏT .".T0.17J. Grooier* lettert neer plotsmlmte. STADS-BSRIOHTEN. Vergadering ran den Gemeenteraad van Leiden, «p Maandag 5 Juli 1S80, des namiddags te twee ureD. Punt en ter behandeling Is. Benoeming van drie Bestuurders van het Stedelijk Werk huis. (112) 2°. Idem van een Commissaris der Bank van Leening. (113) 30. Idem van een lid der Commissie van Financiën. 4°. Id-m van den Voorzitter der Commissie van Financiën. 5°. Idem van een lid der Commissie tot het ontwerpen en her zien der plaatselijke huishoudelijke verordeningen. 6°. Verzoek van Z. A. E. Van Eldik, om een stoep te leggen. (114) 7°. Kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1880, met de daartegen ingediende reclames. (116) 8". Voordracht tot afschrijving van plaatselijke directe belasting, dienst 1879. (115) D". Rekening van het Stedelijk Werkhuis over 1879. (95) BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. 8, 1ste alinea, der Wet van 2 Juni 1875 Staatsblad n*. 95), tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken; Brengen bij deze ter algemeene kennis, dat door hen op heden vergunning is verleend aan H. P. LAMBOO en zijne rechtverkrijgenden, tot het oprichten van eene sUc/K- floats, in het perceel indeLangeBouwen-Louwensteegn°.34. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 1 Juli 1880. E. KIST, Secretaris. Toujours perdrix zelfs de meest verfijnde gastronoom zou het er niet bij uithoudenaltijd feesten, al ziju bet ook maskeradefeesten met hun nasleep van diners, concerten en danspartijen zelfs de meest volhardende najager van vermake lijkheden zou eindelijk ook van dat goede te veel krijgen, en daarom is het maar opperbest, dat de academiestad na afloop der partij, door Leidens ingezetenen aan de zonen der Alma Mater aange boden, het feestgewaad weer heeft afgelegd om in haar gewone plunje, waarin zij zich toch eigenlijk het gemakkelijkst beweegt, weer wat tot kalmte te komen. En die rustige rust na het luidruchtig feest gewoel zal allen, die aan de zoo uitstekend ge slaagde viering van het 61ste lustrum der hoage- school deelnamen, des te meer welkom zijn, daar zij van al het genotene zeker aangename herinne ringen behielden of, voor zoover de elders wonende academieburgers en de reünisten betreft, naar hunne haardsteden meenamen. Vooral met de laatsten, de oud-studenten, zal dat het geval zijnwant zij hebben niet alleen het goede genoten, maar ook het goede gedaan, en door het lofwaardig besluit om een niet onbe langrijke som beschikbaar te stellen tot stijving van het nog altijd niet volledige Van derWerfl- fonds hebben zij cp waardige wijze getoond, hoe zeer nog steeds de eer en de roem der eerste academiestad, waar ook zij eenmaal een zoo aan genaam tijdperk huns levens doorbrachten, hun ter harte gaan. Dauk zij die gelukkige gedachte van een geacht stadgenoot, in de receptie-kamer der Stadszaal door de feestvierende »ud-studenten met zoo onverdeelde instemming begroet; dank ook het niet minder gelukkige denkbeeld van tal van inge zetenen om ook het huldeblijk, aan onzeD nieuw- beuoemden burgervader gebracht, dienstbaar te maken aan de vergrooting van meergemeld fonds, is de oprichting van het monument van Leideus ontzet uit een financieel oogpunt weer een schrede nader tot hare verwezenlijking gekomen, Ook technisch gaat de zaak van het monument flink vooruit, gelijk onze lezers uit de in ons blad opgenomen mededeelingen hebben kunnen zien. Lie kop van het beeld zoo luidde bet met een artistieke uitdrukking is in afgietsel gelukkig geslaagd en schoon uitgevallen. Slechts iets ontbreekt er, maar een belangrijk ietsde plaats, waar Van der Werff het fiere hoofd zal verheffen. De eenmaal daarvoor aange duide plek, de Hoogstraat, bleek om verschillende redenen en het was ons geen wonder daar voor ongeschikt te zijn. De Ruïne zoo heeft de minister van binnenlandsche zaken onlangs mee gedeeld moet nog steeds beschikbaar blijven voor het op te richten universiteitsgebouw, en evenmin als een gebouw voor een gymnasium en een hoogere burgerschool voor meisjes kan daar dus het gedenkteeken van Leidens ontzet verrijzen bij algeheele onbekendheid met de afmetingen en de ligging van een eventueel academiegebouw. Eeu gedenkteeken, zoo belangwekkend van uit voering, maar vooral van beteekenis voor de ge schiedenis der aloude academiestad, mag evenmin verwezen worden naar een buitenwijk der stad, waar wellicht plaats, maar zeker geen voegzame plaats zou te vinden zijn. Welnu, ter wille van een zoo gewichtige zaak, waarbij de eer en de waardigheid onzer goede slad in zoo hooge mate betrokken zijn, neme men onder de auspiciën van het kortelings be noemde hoofd der gemeente, dat ieder is er van overtuigd con amore zijn fuuctiën aan vaardde, de ook ter bevordering van den gezond heidstoestand zoo hoogst aanbevelingswaardige plan nen ter hand, waarvan reeds meermalen sprake was, en beginne met het dempen van het Rapen burg van den Vliet af tot en met bet Kort- Rapenburg. Op de daardoor te verkrijgen prachtige en gezonde straat zal men een geschikt punt kunnen vinden voor de oprichting van een ge denkteeken van Leideus ontzet, en wel tegenover het pleintje der academische bibliotheek, waar de door demping verkregen, reeds zoo breede opper vlakte dus nog aanmerkelijk breeder zou zijn. Dan zal het zoo lang verbeide monument der ge meente alle eer aandoen en zal het feest der ont hulling tevens een symbool zijn van het aanbre ken van een nieuw tijdperk van vooruitgang en ontwikkeling voor de aloude veste, die eenmaal op zoo roemrijke wijze door Van der Werff en de zynen werd verdedigd. De oud-studenten, die dan dat feest met hunne tegenwoordigheid mochten willen vereeren, zouden er zich dan niet over be klagen, dat zij in de grijze academiestad zooveel veranderd vinden, maar er zich integendeel over verheugen als een bewijs dat zich ook te Leiden die verlichting en beschaving doen gelden, waarvan studenten en oud-studenten beiden de dragers zijn. LEIDEN, 3 Juli. Heden is aan de hoogeschool alhier de heer D. L. Van Bylandt, geb. te St.-Petersburg, bevor derd tot doctor in de staatswetenschap, metacad. proefschrift, get.„Het Blokkade-recht." Door B. en Ws. wordt voorgesteld aan eenige aangeslagenen in de plaatselijke directe belasting over 1879, die in den loop van dat jaar de gemeente hebben verlaten of overleden zijn, geheele of ge deeltelijke afschrijving van hunnen aanslag le ver- leenen tot een gezamenlijk bedrag van f 80.87. De commissie van financiën vereeDÏgt zich met die voordracht. Bestuurderen van het werkhuis dragen de Vol gende dubbeltallen voor, ter vervanging van de leden van dat bestuur die aan de beurt van af treding doch herbenoembaar zijn, als: 1*. de heeren D. A. Schretlen en A. C. Quant, 2°. de hee- reu H. P. J. Van Wensen en M. W. Jaeger, 8°. de heeren C. J. Leembruggen en W. C. Zuurdeeg. Ter benoeming van een commissaris der stads bank van leening, bij periodieke aftreding, wordt de volgende alpbabetische voordracht aangeboden, alsde heeren H. W. P. Bakker, L. C. Quant en C. Wassenaar. B. en Ws. geven in overweging aan Z. A. E. Van Eldik vergunning te verleenen om eene stoep te leggen voor zijne woning aan den Ouden Rijn n°. 52. Zij bieden den raad ter vaststelling aan liet kohier der plaatselijke directe belasting voor 1880, tot een bedrag van f 117,697.51, nadat op de daartegen ingediende bezwaarschrif ten overeenkomstig hun advies zal zijn beschikt. Eindelijk raden zij tot het verleenen van een eervol ontslag aan A. E. J. Viukesteyn, als hulp onderwijzer aan de school no. 1 voor minvermo genden, met ingang van 1 Augustus a. s. De overgangsexamens van de leerlingen der hoogere burgerschool zullen gehouden worden in het gebouw op de Pieterskerkgracht op Maandag 5, Dinsdag 6 en Woensdag 7 Juli; de openbare les in de gymnastiek der 1ste, 2de en 3de klasse in de gymnastieksckool, op Zaterdag 3 Juli. De tee- keningen der leerlingen zullen gedurende het examen ter bezichtiging liggen. Tot plaatsvervangend auditeur bij den schut tersraad alhier is, ter vervanging van wijlen mr. L. D. Suringar, benoemd mr. C. H. P. Klaverwijden. Het hoofdbestuur der Hollandsche Maat schappij van Landbouw heeft van den Koning voor dit jaar weder vergunning verkregen tot het houden van eene verloting, bij gelegenheid van de algemeene tentoonstelling, die zal plaats hebben in de maand September te Leiden. Het aantal uit te geven loten is bepaald op een maximum van 25,000. Het doel van het houden der verloting is om de inzendingen op de tentoonstelling aan te moedigen. Alle prijzen zullen dus op het ten toonstellingsterrein worden aangekocht. De kas der Maatschappij zal onder geen voorwendsel voor deel mogen genieten van deze verloting. De opbrengst van de gekochte loten zal, na aftrek der onver mijdelijke kosten, geheel aan prijzen worden be steed. Dit was reeds de regel bij vorige gelegen heden maar de onvermijdelijke kosten werden zeer groot, door de wijze waarop herhaaldelijk in de dagbladen de verloting bij het publiek moest bekend gemaakt worden. En hetgeen het bezwaar- lijkst was, deze kosten bleven dezelfde, ook wan neer weinig loten werden geplaatst. Hierin nn wenscht het hoofdbestuur dit jaar, evenals in 1879, verandering te brengen. De verloting zal alléén in het Maandblad der Maatschappij worden aange kondigd. Wanneer dus minder loten mochten worden verkocht, betgeen niet waaischijnlijk ia» zullen de houders dier loten tocb bijna dezelfde kans hebben op het trekken van een goeden prijs. Het hoofdbestuur heeft besloten de loten te ver- koopen op de volgende voorwaarden1 lot voor f 1, 11 loten voor f 10 en 110 loten voor 90. Woensdag a. s. zullen de leden der afdeeling Leiden en Omstreken van de Nederlandsche Maat schappij voor tuinbouw en plantkunde het voor genomen tochtje naar de duinen maken. Op Maandag 19 Juli a. s. zal worden aan besteed het afbreken der bestaande en het maken van eene nieuwe bergplaats voor brandstoffen in

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1880 | | pagina 1