Ai» 6213.
Zaterdag 22 Mei.
A". 1880.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
Tin Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER CO DRAST:
Voor La idee per S «utnden...........L10.
Franco per post.s 1.40.
AfioadertSka No«nn«rfvsvsvsvs-.-.-»-.a 0.08.
PRIJS DER AD VERTE STIO:
Via 1—4 r*(*ia n mvFf# «viVia'iivr»1.04.
Mm rsgel BMffi rttiTiiiViTrar 9 0.1 TJ.
Urootar* fetun mm phatsrokau.
8TADS-BERIOHTEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN mtken
de ingezetenen opmerkzaam op de bepaling van art. 218 der
Algemeene Politieverordening, vastgesteld den 6den November
187», welke luidt als volgt:
«Niemand mag aan de straat eenig gebouw oprichten dan na
schriftelijke kennisgeving en overlegging van de plans en bij
nieuwe bouwplannen van de sitnatie-teekening, aan Burge
meester en Wethouders, wier voorschriften in het belang van de
veiligheid der voorbijgangers of der belendende gebouwen moeten
opgevolgd worden. Deze bepaling ia ook op het verbouwen,
afbreken of uitbreken van gebouwen toepasselijk."
Tegen de overtreding van deze bepaling wordt bjj art. 234
eene geldboete bedreigd van drie tot vijf en txoiniig gulden en
gevangenisstraf van één tot drie dagen, te zamen of afzonderlijk.
Belanghebbenden worden nitgenoodigd aan deze bepaling by
voorkomende gelegenheden gevolg te geven.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE FREMERY, Weth., fd. Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 19 Mei 1880.
INSCHRIJVING SCHUTTERIJ.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN noo-
digen hen, die verznimd mochten hebben zich op de door het
Gemeentebestuur bepaalde dagen ter inschrijving VOOr den
Schutterlijken dienst aan te melden, uit, zich daartoe alsnog
te vervoegen ten Raadhnize, op Maandag den Sisten Mei
e. k., des voormiddags tnsscben 9 en 12 uren.
Zij herinneren wyders den belanghebbenden, dat de registers
van inschrijving op don lsten Juni aanstaande worden ge
sloten en dat zjj, die zich niet vóór dat tijdstip hebben doen
inschrijven, bij ontdekking, ambtshalve ingeschreven en door den
Schuttersraad tot eene geldboete verwezen worden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE FREMERY, Weth., fd. Bnrgem.
20 Mei 1880. E. KIST, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
Gezien het adres van J. J. GROEN, boekdrukker alhier,
houdende verzoek tot plaatsing van eene Steommachine in het
pand in de Sint-Pieterskerk-Choorsteeg N°. 18
Gelet op de artt. 6 en 7 der wet van 2 Jnni 1875 (Staatsblad
n*. 95);
Geven bij deze kennis aan het publiek dat genoemd verzoek,
met de bijlagen, op de Secretarie dezer gemeente ter visie gelegd
is; alsmede dat op Vrjjdag den 4den Jnni a. s., 's voormid
dags te elf oren, op het Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven
om bezwaren tegen dat verzoek in te brengen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE FREMERY, Weth., fd. Bnrgem.
21 Mei 1880. E. KIST, Secretaris.
LEIBEN, 31 Hel.
Heden is aau de hoogeschool alhier de heer D.
Eock, geb. te Wijk-bij-Duurstede, bevorderd tot
doctor in de staatswetenschap, met academisch
proefschrift, get.„Iets over art. 23 der Wet van
12 Juli 1855, Staatsblad N°. 102", en tot doctor
in de rechtswetenschap met Stellingen.
Dit is de eerste maal dat eene dubbele promotie
plaats grijpt onmiddellijk achter elkaar, en stellig
de gelukkigste solutie, die aan de door de nieuwe
wet ingevoerde splitsing te geven is.
De gemeenteraad alhier heeft weder een zijner
leden door den dood verloren, nl. mr. A. Van
Hettinga Tromp, in den ouderdom van 50 jaren.
Als vertegenwoordiger der burgerij gaf hij, zoo
dikwijls hij daartoe in de gelegenheid was, bewijzen
hoezeer de belangen onzer gemeente hem ter harte
gingen; niet het minst bleek dit uit zijne werk
zaamheden als lid der commissie van financiën.
Door zijne voortdurende ongesteldheid had hij
echter voor een paar dagen verzocht tijdelijk in
die betrekking fee doen voorzien, waartoe de
raad in de zitting van gisteren besloot nog niet
over te gaan. Zijne plaats zal dns nu voorgoed
moeten worden vervuld. De overlëdene was tevens
inspecteur der registratie en domeinen en had zich hij
velen door zijn karakter geacht en bemind gemaakt.
Dezelfde ziekte, die hem thans van de zijnen en
uit z$n maatschappelijken werkkring nam, noopte
hem reeds vroeger in liet belang zijner gezondheid
zich voor eenigen tijd naar het buitenland te
begeven. Hoop op geheel herstel bleek er echter
niet te bestaan. Zijn verscheiden zal vooral door
hen die hem van nabij kenden, gevoeld worden.
Hij was den Sisten Aug. 1829 teLekknm geboren.
Naar wij vernemen, heeft het Leidsche
studentencorps een besluit genomen, dat als teeken
des tijds zeer de aandacht verdient. Terwijl toch
vroeger op de lustrum-feesten aan onze hooge-
scholen slechts de Nederlandsche studentencorpsen
werden uitgenoodigd, en het nog slechts twee jaar
geleden is dat te Delft de algeheele verbroedering
van alle die corpsen plaats vond, is de tijdgeest
zoo snel voortgegaan met het verwijderen van slag-
boomen, dat thans voor het eerst ook de Belgische
studenten zullen worden uitgenoodigd. Wel is
waar worden zij nog niet officieel ontvangen,
zooals de Nederlandsche corpsen, doch in prin
cipe is besloten den Belgischen studenten op ver
toon van hunne bewijzen van corpslidmaatschap
vrijen toegang te verleenen tot de corpsfeesten en
die der andere groote vereenigingen. Dat deze
eerste stap tot eene nadere kennismaking onge
twijfeld zal leiden tot eene officiëele erkenning en
verbroedering van Noord- en Zuid-Nederlandsche
studenten is gemakkelijk te begrijpen. Zoo zien
wij slagboomen vallen, het particularisme ophouden
en meer en meer de eenheid in de veelheid zegepra
len. Zooals altijd is ook thans den reünisten de
toegang tot alle festiviteiten opengesteld.
Omtrent het feestprogramma is nog niets met
zekerheid bekend, behalve dat de maskerade op
Dinsdag den 22sten Jnni gehouden zal worden.
Men meldt ons dat de commissie voor de
Landbonw-tentoonstelling, welke in September a. s.
hier zal worden gehouden op de Ruïne, het feest
gebouw van het Leidsche studentencorps tot dat
doel heeft gehuurd.
De maskerade, in het volgend jaar door het
Utrechtsche studentencorps te houden, zal den
intocht van den aartshertog Matthias binnen Brus
sel in het jaar 1578 voorstellen.
Bij de Tweede Kamer is ingekomen een
wetsontwerp, houdende nadere bepalingen omtrent
den accijns op zout. De frauduleuse invoer van
zout uit België vereischt wettelijke voorziening;
de minister heeft gemeend in den tegenwoordigen
toestand niet te mogen berusten, maar naar mid
delen te moeten omzien, om het toezicht op den
invoer te versterken. Daartoe strekt het ingediende
ontwerp.
In de zitting der Eerste Kamer van gisteren
is de heer Yan Naamen Van Eemnes als lid der
Kamer toegelaten en aan den griffier, den heer
Star Numan, toegestaan het curatorschap over het
Haagsche gymnasium te blijven waarnemen. Tegen
Zaterdag zijn drie ontwerpen aan de orde gesteld
en daarna de benoeming van een commies-griffier.
Ten behoeve van eene waardige vertegenwoor
diging van Nederland op de eerstvolgende ten
toonstelling van vee en zuivel te Londen, heeft
prins Erederik eene bijdrage van f 800 aangeboden.
Door het gerechtshof te Amsterdam is gisteren
als advocaat beëedigd mr. M. G. L. Van Loghem.
De overige leden van de Eerste Kamer
namen gisteren deel aan het tweede diner in het
„Hotel Paulez", dat door den heer Van Eysinga
ter gelegenheid van de aanvaarding van het voor
zitterschap van dat Staatscollege werd gegeven.
Te Breda is in den ouderdom van ruim
77 jaren overleden mr. Johannes Jacobus Loke,
president der arrondissements-rechtbank aldaar en
ridder van den Nederl. Leeuw.
Voor het Haagsche gerechtshof stond gisteren
terecht J. W. B., oud 19 jaren, colporteur, laatst
wonende te Leiderdorp. Hem wordt ten laste ge
legd een aantal valsche handteekeningen te hebben
geplaatst op eene inteekenlrjst voor een pracht
werk getiteld„De drie Ringen", met welke lijst
hij voor den uitgever E. B. te Amsterdam te
Leiden zou rondgaan Toen hij zijne pogingen
niet beloond zag, besloot hij zelf de lijst in te
vullen en wist vervolgens den boekhandelaar R.
te Leiden over te halen die zoogenaamde i»!tee
kenaars van hem over te nemen en hem een bedrag
van f 31.50 uit te betalen. Adv.-gen. mr. Gre
gory eischte eene veroordeeling tot 6 maanden
celstraf en 4 boeten van 50. Mr. M. Polak Daniels
wees op eenige verzachtende omstandigheden en
hoopte dat zijn jeugdigen cliënt eene lichte cel
straf zou worden opgelegd. De uitspraak is bepaald
op Zaterdag a. 8.
De minister van koloniën heeft P A.
Koppers gesteld ter beschikking van den gouver
neur-generaal van Nederl.-Indië, om te worde»
geplaatst als meesterknecht bij den artillerie-con
structiewinkel te Soerabaya.
Thans ziet het licht het voorloopig verslag van
de Tweede Kamer over het ontwerp tot verhoo
ging van Hoofdstuk V der Staatsbegrooting voor
1880, ter zake van uitgaven voortvloeiende uit
het in werking treden der wet op het lager onder
wijs. In al de afdeelingen werd door eenige leden,
in ééne zelfs door de groote meerderheid, bevreem
ding aan den dag gelegd dat gelden voor het
uitvoeren der bedoelde wet worden aangevraagd
voordat het kon. besluit is uitgevaardigd, waarbij
het tijdstip van het in werking treden dier wet be
paald en das aan haar art. 93 gevolg gegeven is.
Sommige leden meenden dat, zoolang het kon.
besluit tot invoering der onderwijswet niet is uit
gevaardigd, de thans gedane voordracht geen reden
van bestaan heeft. Maar zij beweerden tevens dat
die voordracht in strijd is met den eerbied aan
den Koning verschuldigd. Bij een deel der voor
standers van de schoolwet woog het financiëel be
zwaar. Uit dat oogpunt was de indiening van dit
ontwerp zeer wel te verdedigen. Aan de thans
gevolgde handelwijze zou toch in elk geval dit
voordeel verbonden zijn, dat, als de minister den
Koning omtrent het tijdstip der invoering advi
seerde, hij tevens de zekerheid kon geven dat
alles voor het definitief in werking stellen der ge
maakte bepalingen gereed was en niet weder door
een votum der Kamer kon worden gestoord. Om
trent de invoering moest zekerheid bestaan. Het
besluit tot invoering moet in elk geval vóór 1
Juli vau dit jaar uitgevaardigd zijn, opdat ook de
provinciale staten in hunne aanstaande zomerver
gadering weten, waaraan zij zich bij de over
weging va» aanvragen om subsidie ingevolge
art. 86 der schoolwet van 1857 te houden hebben.
Door de tegenstanders der schoolwet werd de in
voering daarvan in den loop van het tegenwoor
dig, met 1 Nov., in plaats van met den aanvang
van een nienw dienstjaar, levendig bestreden. Deze
leden konden het vermoeden niet van zich were»
dat de regeering naar redenen voor de vervroegde
invoering der schoolwet heeft gezocht en haars
ondanks aan aandrang van de zijde der schoolwet
meerderheid heeft toegegeven om een hoogst be
langrijk vraagstuk tot afdoening te brengen, dat
toch volgens hen aanhangig blijft en waarop, welke
ook het lot der tegenwoordige voordracht zij, kan
en moet worden teruggekomen. Van de zijde
der voorstanders van de nieuwe schoolwet werd