Maandag 19 April.
N°. 6186.
A0. 1880.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Derde Blad.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers..77777*.0.05.
PRIJS DER ADYERTENTIEN:
Van 18 r#geto.77.V7;7:.7777.7.7..77.. 1.06.
Iedere regel meer..7.777.77.0.17%.
Grootere letters nier plaatsruimte.
Gemengd Nieuws.
Door de politie alhier is hedennacht
onbeheerd op den openbaren weg aangetrofien, en
in bewaring gesteld, een langharig, zwart met wit
smoushondje (reu), half geschoren.
Te ongeveer negen uren is heden mor
gen op het Kort Rapenburg een trompetter der
huzaren met paard en al ten onderstboven gegaan.
Spoedig echter konden zij hun weg vervolgen.
De persoon van J. H. J. B., die zich
eenige dagen geleden alhier heeft schuldig ge
maakt aan diefstal van ruim f 200 ten nadeele
zijns zwagers, is gisteren door de politie te Rot
terdam aangehouden en heden vau hier naar de
gevangenis te 's-Gravenhage overgebracht.
Gistermiddag reed op de Geest in Den
Haag een wagen, met vaten bier beladen, tegen
een paal aande wagen kantelde, de vaten rolden
er af, braken en besproeiden de straat met hun
inhoud.
Bij den timmerman T. Rozendaal, aan
het tolhek te Oudendijk, drie kwartier van Hoorn,
heeft een verschrikkelijke brand gewoed, die twee
huizen en den doorrijdstal van den tolgaarder
Bloem geheel in de asch legde. Een derde woon-
huisje moest worden omvergehaald.
Geen van beide der verwonden van den
moordaanslag in de Wiegelstraat, gemeente Nieu-
wer-Amstel, heeft verklaringen kunnen afleggen
die tot een juist begrip van de toedracht der zaak
kunnen leiden en op het oogenblik dat het feit
(omstreeks tien uren in den morgen) plaats had,
was er slechts een knaapje van drie jaren in
huis aanwezig. Dekker, die met voorbedachten
rade te werk is gegaan en niet beschonken was,
heeft eerst beproefd zich het leven te benemen
door pijpedoppen gevuld met kruit in den mond
te nemen en die te doen ontploffen. De ontploffing
geschiedde, maar had geen nadeelige gevolgen,
omdat, naar men vermoedt, de doppen niet ver ge
noeg in den mond waren genomen. Na het ont
vangen van den steek, had de vrouw nog kracht
genoeg om aan eenige buren die toeschoten toe
te roepen, terwijl ze hem den degen toewierp„daar
heeft hij mij mee gestoken", en zeeg toen neer.
Dekker, die na de mislukking met de pijpedoppen
zich met een broodmes half den hals afsneed,
Beide bloedend op den grond liggend„zoo ver
geloopen, haar gestoken, was ik maar dood." Het
gerucht wil dat Dekker wraak is komen nemen
over weigeringen die hij vroeger, toen hij kost
ganger was, van de vrouw omtrent zekere voor-
plellen heeft ontvangen. Hij is gepensioneerd mili
tair, was zonder beroep en had het plan zich aan
te melden aan het Invalidenhuis te Leiden.
In een buurtschap onder Wychen is
>s nachts te halfvier een arbeiderswoning in brand
geraakt. De brand nam dusdanig in hevigheid toe,
dat in korten tijd het huis met alles wat er zich
in bevond, o. a. een koe, varken met zes biggen,
een prooi der vlammen werd, en de bewoners
met hunne kinderen zich ternauwernood konden
redden.
Het tijdstip, waarop Sarah Bernhardt
te Amsterdam voor een weldadig doel zich voor
stelt op te treden, zal waarschijnlijk in de maand
Juni zijn. Niet alleen voor de stedelijke armen,
maar ook ten behoeve van het Amsterdamsche
Bliuden-Iustituut stelt de gevierde tragediene,
zegt het N. v. d. D., zich voor een deel van de
ontvangst te doen strekken, welke zij daar ver
werven zal. Van hare belangstelling in deze schoone
stichting gaf zij reeds bij haar jongste bezoek
blijk, door een rijke gift aan den directeur te over
handigen voor dit gesticht.
Niet zonder grond zullen velen nu nieuwsgierig
zijn om te weten wat dan het Rransche blad, dat
dezer dagen, zooals men in een vorig nommer
van ons blad heeft kunnen zien, de laatste ont
vangst en voorstelling van Sarah in onze hoofd
stad in zulk een bespottelijk daglicht heeft gesteld,
zal zeggen, en hoe de Amsterdamsche bladen, in
het bijzonder het N. v. d. D., voor hetwelk zij
als het ware een afgodes was, zich zullen houden.
Maar niet alleen haar jongste optreden, ook de
reis van haar bijhebbend personeel heeft de „XlXe
Siècle" tot eene vermakelijke beschrijving aanlei
ding gegeven. Sarah Bernhardt dan was eerder
gegaan, doch „de jonge troep" van de Eransche
komedie volgde later, daar zij nog in Parijs moesten
optreden. Ze gingen 's morgens vroeg weg en
hadden uitgerekend precies om zeven uren 's avonds
te Amsterdam te kunnen zijn, terwijl het gordijn
eerst om acht uren opging. Ze hadden echter
voor hun goed slechts re?us tot Antwerpen ge
nomen, terwijl ze zeiven naar Amsterdam door-
spoorden. Nadat ze in Antwerpen van trein ge
wisseld hadden en naar het Noorden stoomden,
bedacht een hunner zich plotseling dat de koffers
met al de kostumes te Antwerpen gebleven waren.
Aan bet eerste station het beste wordt daaraan
aan Sarah Bernhardt per telegraaf kennis gegeven.
„Maar zeg eens, ge zijt groen en geelzeide
eensklaps een der jonge acteurs tot mejuffrouw
Eayolle: „zijt ge ziek?"
„Neen, maar ik heb zoo'n honger. Als ik niet
spoedig wat te eten krijg, zal ik zeker van avond
niet kunnen optreden.
De trein rijdt Rotterdam binnen. Vijf minuten
oponthoud. Men snelt naar het buffet.
„Un bouillon I un bouillon chaud 1"
Men had evengoed tot dooven kunnen spreken.
De personen aan het buffet verstonden alleen de
landstaal. Mejuffrouw Eayolle brengt langzaam, al
kostte de inspanning haar veel, den vinger naar
den mond en bootste de handeling na van iemand
die iets eet. De doofstommentaal wordt begrepen.
Men antwoordt met een ander gebaar, dat zeggen
wil: „zoo dadelijk!"
En werkelijk, men brengt een grooten kop thee.
Juffrouw Eayolle zet den kop aan hare lippen. Juist
wil ze een slok nemen, toen de locomotief fluit.
„De trein vertrekt!" gilt Joliet, en hij vliegt
naar voren en springt op de trede, tevens het
portier openende. De anderen volgen zoo hard als
zij kunneD, roepende: „Arrêtez!"
Al de passagiers steken het hoofd uit de por
tieren, en uiten in een onbekende taal kreten van
verwondering bij het aanschouwen van vijf of zes
lieden, die, als waren ze uit een krankzinnigen
gesticht ontsnapt, wanhopend gilden en schreeuw
den, terwijl zij een spoortrein poogden in te halen.
De spoorwegbeambten zagen dat alles met Hol-
landsch flegma aan. Het was onmogelijk zich
door hen te laten begrijpen. De chef riep intus-
schen voortdurend, den artisten den uitgang wij
zende: „Tram! Tram!"
„Tram!" riep een hunner, „maar dat beteekent:
„tramway." Er is een tramway, we zijn gered!"
Het denkbeeld om in een tram den geheeleu
weg van Rotterdam naar Amsterdam af te leggen
was zoo allervermakelijkst, dat de anderen, niet
tegenstaande hunne teleurstelling en ergernis, zich
niet konden weerhouden om in een voortdurend
lachen uit te barsten. Gelukkig kwam er toen een
mijnheer, die een weinig Eransch verstond en zoo
goed als hij vermocht uitlegde dat de tram naar
het andere station geleidde, waar de trein ook stil
hield. Men vloog dus het station uit en den tram
op. Ze kwamen juist aan toen de trein al fluitende
het station binnenstoomde. Ze storten het station
binnen
„Uw biljetten?" vraagt een doodbedaarde be
ambte.
Ze zoeken ze met koortsachtig, ongeduld
doch Joliet heeft ze in zijne portefeuille en Joliet
is aan het andere station op den trein gesprongen.
„Ge kunt niet passeeren!" verklaarde de spoor
wegbeambte, die bijstand inroept om den Eranschen
den intocht van het station te beletten.
„O, is het zoo laat!" roept Boidet: „wacht
dan maar eens eventjes!" En een loopje nemende,
vliegt hij als een steen uit een slinger tegen de
drie beambten aan, worstelt met hen en vecht, en
zoo baant men zich eindelijk een doortocht en de
acteurs en actrices loopen langs den trein, luid
keels roepende:
„Joliet! Joliet!.... de biljetten!" Daar steken
al de passagiers de hoofden weer uit den trein.
Ieder herkent de ontsnapten uit het gesticht, die
weer den wedren met den trein willen beginnen.
Joliet springt van omhoog in hunne armen. Een
mijnheer wien Joliet zijn nood had geklaagd, had
uitgeroepen „Miséricordemaar ik heb een biljet
voor de voorstelling gekocht en het was weergaasch
duur ook, en ik ben op weg naar Amsterdam."
Die mijnheer was een inspecteur-generaal der
spoorwegen. Hij geeft last om den trein te laten
stilhouden, en neemt de schipbreukelingen op die
nu gelukkig weer allen bijeen zijn en hunne reis
naar Amsterdam kunnen vervolgen.
T>jf ark therichten.
Leidon, 17 April. Ter markt werd heden aangevoerd:
Wintertarwe 10 hectoliter 11.60 a 12.50. Zomertarwe
10 hectol. 10.a ƒ10.50. Winterrogge 11 hectol. 7.25
a 7.75. Zomerrogge 11 hectol. 6.75 a ƒ7.Zomer -
gerst 11 hectol. 5.50 a 6.Chevalier-gerst 11 hectol. 7.25
a 7.75. Zware Haver 16 hectol. 5.a 5.25.
Lichte Haver 16 hectol. 4.25 a 4.50. Duivenboonen 5
hectol. 8.75 a 9.25. Paardenboonen 6 hectol. 8.a
8.50.
Grashoter 12190 kilogr., 1ste qualit. V,jvaty60.a 64.
Schei- 2de qualit. 1/4 vat 52.a 56.Grashoter 1ste
qualit. per kilogr. 1.50 a ƒ1.60., Schei-2de qualit. per kilogr.
1.30 a 1.40.
Lange Zwarte Turf 32000 dubb. hectol. 0.221/3 a 0.25.
Schiedam, 16 April. Moutwijn 12.Jenever 17.50.
Amst. proef 18.75. Spoeling per ketel 0.80; door de Schie-
damsche spoeling-commissie werd ze voor 1.20 per ketel verkocht.
Zwolle, 16 April. Op de heden alhier gehouden weekmarkt
waren de prijzen als volgt: Granen. Tarwe 10.25 a 10.50,
Rogge 7.75 a 8.Boekweit 7.75 a/8.Gerst 6.25.
a 6.50, Paardenboonen 8.a 8.40, Aardappelen f 2.75
a ƒ3.50, alles per heet. Boter per KG. ƒ1.20 a ƒ1.40,
per l/s va^ f 26.a 32.50. Eieren 3.a 3.50
per 100 stuks. Vee. Aangevoerd op de markt 769 en op de
stallen 350 stuks. He handel was vlugger. Men besteedde voor
neurende en versch gekalfde koeien 150 a 275, dito Schot
ten of Vaarzen 120 a 240; guste koeien voor de vetweide
100 a 185, dito Vaarzen 90 a 135, zomer kalvende
Koeien 100 a 180; Ossen voor de bak f 80 a 200, jar.
springstieren 70 a 140; vaarspinken 80 a 100; Fok-
kalveren 40 a ƒ60, nuchtere Kalveren 4.a ƒ6.vette
Koeien en Ossen aan bouten 74 a 80 c., p. k.dito Stieren 60 a 64 c.
dito Kalveren 80 a 88 c., dito Schapen 60 a 65 c., jonge Lammeren
per stuk ƒ4.a 8.Varkens: op 110 wagens aangevoerd 650
Biggen. Men besteedde voor: 6 w. biggen f 6.50 a 9.10
w. d. 9.a 13.drachtige varkens 37 a 55,
magere dito 25 a 43. Vette levend gewogen per KG. 50 a
57 c., dito voor Londen 40 a 42 c.
Londen, 16 April. Tarwe over het geheel 1/- lager. Boter,
Friesche 130/-. Petroleum. Voorraad 143,404 v. geraffineerde.