Maandag 19 April
N'. 6186.
A°. 1880.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
▼an Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per S meenden.f 1.10.
Fresco per post1.40.
AfionderlQke Nommere0.05.
PRIJ8 DER ADTERTENTIEN:
Tea 1I refele1.0C.
Iedere regel meerO.I7fi
Groeten letters neer pleetsrsimte.
LEIDEN, 17 April.
Heeft in de vorige week het bericht, dat de
voorgenomen uitvoering van de „Carmen" hier
ter stede niet kon doorgaan, menig liefhebber
teleurgesteld, bet moet erkend worden dat die
teleurstelling gisteravond zooveel mogelijk werd
vergoed. De „Hamlet" van Ambroise Thomas,
waarmede de opera-voorstellingen ditmaal gesloten
werden, is een schoon werk, dat in het genre der
Grand-opéra eene eereplaats mag innemen. En
vreesde misschien deze of gene dat het niet wel
mogelijk zou zijn er hier ter stede eene bevredi
gende opvoering van te geven, die vrees is ge
bleken ijdel te zijn. Er was inderdaad van de
weinige hulpmiddelen en de kleine ruimte van
ons tooneel znlk een goed gebruik gemaakt, dat
ieder, die niet het onmogelijke eischt, in dat opzicht
meer dan tevreden kon zijn.
En wat de vertolking der verschillende partijen
aangaat, die was voor het grootste gedeelte in
zeer goede handen. Allereerst noemen wij hier
den heer De Vries, die de titelrol uitstekend
vervulde. Waarlijk, naast de afgodische vereering,
die Lhérie onophoudelijk ten deel valt, mag dezen
tenor, die o. i. als zanger hooger staat dan eerst
genoemde en tevens als acteur meer dan gewone
talenten ontwikkelt, een warm woord van hnlde
en waardeering niet worden onthouden. Naast hem
schitterde mme. Guerin, als Ophelia, die o. a.
door haar schoon spel en heerlijken zang de over-
schoone vierde acte volkomen tot haar recht deed
komen. Beiden werden dan ook evenals mme. La-
ville Eerminet (la Reine) herhaaldelijk met warmte
toegejuicht.
De overige rollen waren mede zeer voldoende
bezet, zoodat deze afscheidsvoorstelling wel in staat
is, om de uitvoeringen der Fransche opera hier
ter stede in aangename herinnering te houden.
De dezer dagen verschenen nommers van
het „Journal mensnel des travaux de l'académie
nationale agrioole etc." bevatten een verslag over
de Hollandsche afdeeling op de Parijsche wereld
tentoonstelling van 1878, waarin o. a. het volgende
voorkomt
„De fabricatie van wollen dekens is in Holland
een belangrijke tak van industrie. In de eerste
plaats vermelden wij hier, naar alphabetische volg
orde, de heeren Zaalberg en Zoon te Leiden en
de door hen geëxposeerde dekens, welke een eervol
getuigenis van hun fabricaat afleggen.
Deze firma, in 1770 opgericht, bezit eene aan
zienlijke fabriek, die gedreven wordt door eene
stoommachine van 40 paardekracht, en waarin
175 menschen werken. Jaarlijks worden er 90,000
a 100,000 dekens gemaakt van zuivere wolhaar
fabricaat is dan ook een zilveren medaille toegekend.
De firma Zuurdeeg en Zoon, mede te Leiden,
exposeerde eveneens wollen dekens, in alle op
zichten onberispelijk, zoowel wat bewerking als
hoedanigheid betreft. Genoemde firma, in 1805
door den grootvader van de tegenwoordige eige
naren opgericht, heeft met onvolprezen volharding
alle vorderingen der industrie zich ten nutte ge
maakt, terwijl de daardoor verkregen resultaten
haar, bijna van het oogenblik van hare oprichting
af, de hoogste onderscheidingen hebben doen ver
werven te Utrecht 1808, Gent 1820, Brussel
1880, Londen 1862, Parijs 1867, Nieuw-York 1868,
enz. enz.eindelijk nog kende de jury haar bij deze
tentoonstelling, wegens haar uitmuntend fabricaat,
de zilveren medaille toe. Wij willen hierbij nog
vermelden dat de fabriek een stoommachine van
twintig paardekracht bezit en aan 70 menschen
werk verschaft, en eindelijk dat haar fabrikaat,
bekend onder den naam van prachtdekens, een
artikel van den eersten rang is, waarvoor wij de
firma niet genoeg knnnen prijzen en waarmede
wij haar ten zeerste gelukwenschen.
Onder de rubriek „gouden werken" wordt van
de étalage der heeren Van Kempen en Zonen te
Voorschoten het volgende gezegd: „Een der schoonste
inzendingen van de Hollandsche afdeeling was
ongetwijfeld die van genoemde firma.
Om een jnist denkbeeld te geven van de
werkzaamheden van die firma, kunnen wij niet
beter doen dan de opgave van de Nederland-
sche commissie hier over te schrijven. Wij
lezen daar: „De fabriek der heeren Van Kempen,
in 1835 opgericht, bezit twee stoommachines van
23 paardekracht en een personeel van ongeveer
150 werklieden. Het gewicht aan edele metalen,
dat jaarlijks verwerkt wordt, bereikt het cijfer van
10,000 kilogram zilver en 50 kilogram zuiver
goud. Zij bezit eene speciale inrichting voor galva-
noplastiek, waarin beeldengroepen van vier meter
hoogte en meer zijn vervaardigd; onder anderen
vindt men er drie bassins, ongeveer 80,000 liter
koperoplossing inhoudende, en eene electro magne
tische machine van evenveel elementen als die van
Bunsen".
Van de voorwerpen op deze tentoonstelling door
de heeren Van Kempen ingezonden, noemen wij
in de eerste plaats een schelpvormige vaas, een
zinnebeeldige voorstelling van de provincie Zee
land. Deze vaas is ontworpen en uitgevoerd op
last van de provinciale staten van dat gewest,
en den Koning bij gelegenheid van het feest
zijner 25-jarige regeering aangeboden. Verder
een heraldiek plateau, versierd met de wapens van
het koninkrijk en zijne provinciën, eveneens een
geschenk aan den Koning, bij dezelfde gelegenheid.
Deze beide monumentale stukken prijkten, met
machtiging des Konings, op het „Champ de Mars".
Bovendien waren door de heeren Van Kempen
nog tal van voorwerpen van kunst in de meest
uiteenloopende stijlen, alsmede handelsartikelen en
artikelen voor uitvoer ingezonden. De jury heeft
aan genoemde heeren dan ook de gouden medaille
toegewezen."
Blijkens achterstaande advertentie zal a. s.
Donderdag in de Stadszaal alhier eene opera
voorstelling worden gegeven. Het Duitsche opera
gezelschap van de heeren Klüppel en Rechtmann
is gedurende dezen winter in verschillende plaatsen
van het noorden van ons land opgetreden en met
bijval ontvangen. Van de eerste opvoering der
opera „Figaro's Hochzeit", te Groningen, zegt de
N. Gron. Crt. van 29 Nov. 1879 o. a. het volgende:
„Wie niet te veeleischend is of vergelijkingen
wil maken met wat men op het gebied der opera
in groote steden en vooral in het buitenland kan
zien en hooren, wien het om de muziek te doen
is en minder om de scènerie en wie nog genieten
kan van de natuurlijke, ongezochte en toch zoo
geniale muziek van Mozart, heeft zeker gisteravond,
wanneer hij de opvoering van „Figaro's Hochzeit"
in den schouwburg bijwoonde, veel muzikaal genot
gesmaakt. Het gezelschap van de heeren Klüppel
en Rechtmann heeft veel goede elementen en is
wel in staat om den liefhebbers van tooneelmuziek
genotvolle avonden te verschaffen."
Ook over de tweede opvoering dier opera, als
mede over verschillende andere door dit gezelschap
opgevoerd, spreken zoowel de N. Gron. en de
Prov. Gron. Crt. als andere bladen een zeer gun
stig oordeel uit. Het zal echter de vraag zijn of
onze Stadszaal zich voor het geven van opera's leent.'
Naar men verneemt, is de schade van p. m.
f 90,000, aan de koopmansgoederen in de stoom-
olieslagerij der firma Sillevis en Rntten te Leider
dorp door den daar gewoed hebbenden brand
veroorzaakt, reeds door de maatschappij „The
Imperial" vergoed.
De faculteit van letteren en wijsbegeerte
aan de hoogeschool te Groningen heeft besloten
het admissie-examen dit jaar nü de groote vacantie
af te nemen. Het zal vervolgens nog na de Kerst-
vacantie en in September 1881 plaats hebben.
De propaedeutische colleges zullen bij deze faculteit
het allerlaatst in den jaarcursus 1881/82 worden
gegeven.
De thans in buitengewone zitting vereenigde
Algemeene Synode der Hervormde Kerk heeft met
belangstelling kennis genomen van het verslag
der synodale commissie, bevattende vooreerst eene
uiteenzetting der verschillende in de Kerk ontstane
verwikkelingen, die haar aanleiding gaven om
krachtens art. 59 van het algemeen reglement
de leden der Synode tot het houden eener bui
tengewone zitting bijeen te roepen, en ten tweede
eene mededeeling van wat door de commissie naar
aanleiding van onderscheidene bij haar ingekomen
stukken is verricht. De handelingen der synodale
commissie zijn door de vergadering goedgekeurd.
Naar daartoe gegeven aanleiding is door de Synode
bepaald dat artt. 22 en 64 van het reglement
voor kerkelijk opzicht en tucht in dien zin
moeten worden opgevat, dat zoowel in zaken
van tucht als in zaken kerkelijke geschillen
betreffende, in het vonnis zelf uitdrukkelijk
moet worden vermeld te wiens laste de kosten
zullen komen. Eveneens is door de Synode als
haar gevoelen uitgesproken dat een schorsing
als kerkeraadslid ten gevolge moet hebben de
schorsing als lid van hoogere kerkbesturen. Door
de vergadering is kennis genomen van een ver
zoek van de heeren Messchert Van Vollenhoven
c. s. te Amsterdam, om medewerking, dat bij
de universiteit aldaar kerkelijke hoogleeraren wor
den aangesteld. Dit verzoek is in handen gesteld
eener commissie ter fine van consideratie en advies.
Uit goede bron zegt men te vernemen dat
bij den minister van waterstaat het voornemen
bestaat om, indien de aanhangige voordracht be
trekkelijk de openbare middelen van vervoer tot
wet wordt verheven, haar zoo spoedig mogelijk
in werking te doen treden. Met het oog daarop
moet de minister thans reeds een ontwerp hebben
doen opmaken van den in art. 7 van het wets
ontwerp bedoelden maatregel van inwendig bestuur,
en dit aan Gedeputeerde Staten der onderscheidene
provinciën hebben gezonden, om hem daarover
vóór 15 Mei hun gevoelen mede te deelen.
Uit het verslag van de „Amsterdamsche Stoom-
vaartvereeniging" over het eerste boekjaar, van
1 April tot 31 December 1879, blijkt dat er 87
reizen naar en van Londen werden gedaan. Ver
voerd werden: 5968 tonnen heen, 6107 terug;
reizigers 267; kalveren 3556, schapen 20,244,
varkens 352, koeien 67. De ontvangsten bedroegen
f 71,695.51; de uitgaven ƒ86,615.31'/a; nadeelig
saldo f 14,919.80,/j.
Ook onze schilder C. Bisschop is door den
groothertog van Saksen-Weimar-Eisenach benoemd
tot ridder der orde van den Witten Valk 1ste klasse.
De gewone audiëntie van den minister van
jastitie zal Dinsdag a. s. niet plaats hebben.