N°. 6135
Dinsdag 17 Februari.
A". 1880.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad
LEIDSCÏÏ
DAGBLAD.
PEIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 meendenL10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Vu 10 regel*1.05.
Iedere regel meer.tk-rt.o-.-. 0.17$.
Groot ere letten naar plaatsruimte.
Gemengd Nieuws.
Te Parijs moet dezer dagen in de rue
St.-Martin de volgende vondelingsgeschiedenis heb
ben plaats gehad: De eigenaar van een der eerste
café's aldaar vond des middags, bij eene koude van
6 graden, op de stoep voor de huisdeur een vier
jarig knaapje zitten, dat bitter schreide. De kleeding
van het kind was armoedig en, niettegenstaande
zijn bovenlijf bedekt was met een stuk van een
ouden deken, scheen de kleine verstijfd van koude.
De eigenaar van het café liet den knaap binnen
brengen en wedijverde om strijd met de bezoekers
om hem te goed te doen met warme dranken. Men
had hem spoedig uitgepakt en, men verbeelde zich
de verbazing der aanwezigen, toen zij op den rug
vau zijn buisje een geleidebriefje vonden vastge
hecht van dezen inhoud: „Mijn vader is dood,
mijne moeder heeft naar het zeggen van den genees
heer nog slechts weinige dagen te leven, ik zoek dus
een anderen vader en eene andere moeder. Seppi."
Terwijl eenige heeren nog met elkander over
legden, wat met den vondeling te doen, treedt
eensklaps een deftig heer, die in gezelschap van
eene dame en een 8-jarig meisje uit zijn hoekje
de geheele geschiedenis met levendige belangstel
ling gevolgd had, naar hem toe. Met zichtbare
ontroering tikt hij het kind op de wangen en, na
eenige minuten met de dame te hebben gefluisterd,
verklaart hij aan de omstanders dat hij den knaap
tot vader en zijne vrouw hem tot moeder wil zijn
Het jongste meisje klapte in de handen van
vreugde en riep„ziet gij wel, mama, nu heb ik
toch een broertje gekregen." De familie bleef niet
lang vertoeven, zette zich in het eerste het beste
rijtuig, in handen van den eigenaar van het café
een kaartje achterlatende met den naammarquis
de Rostain, rue Laurestan.
De oorlogscorrespondent van „Times"
en „Daily Telegraph", de bekende militaire schrij
ver dr. Russell, wiens onpartijdigheid boven ver
denking is, heeft eenige voor de Engelsche troe
pen ten zeerste compromitteerende bijzonderheden
bekend gemaakt. Hij zegt dat overal in de Trans
vaal waar de Britsche troepen doortrokken, op de
schandelijkste wijze is huisgehouden. Te Utrecht
vond hij een groot magazijn, met stukgeslagen
deuren en vensters, geplunderd door de soldaten.
De levensvoorraad enz. van den staf van generaal
Wolseley werd zelfs niet gespaard, maar brutaal
gestolen, en in het eigen kamp van den opper
bevelhebber dronken de soldaten openlijk zijn
wijn op. Te Pretoria ontmoette dr. Russell een
Engelschman, een der voornaamste kooplieden uit
Zuid-Afrika, met zijne vrouw. De wijze, waarop
volgens hun eigen getuigenis de Britsche troepen
in Heidelberg hadden huisgehouden, vervulde
hem met verontwaardiging. Er was geen win
kel in de stad, die niet geplunderd en ver
volgens vernield was. De soldaten hadden
alle3 in de stad gestolen, tot de kerkklok
toe! Eene Engelsche dame deelde nog ernstiger
zaken mede. Yele dames wilden, toen zij de stad
verliet, naar de kust vluchten. De officieren er
kenden en betreurden de gruwelen, doch verklaarden
machteloos te zijn. Te Middelburg hadden de
soldaten in de straat den voornaamsten hotelhouder
aangevallenhadden hem tegen den grond geslagen
en hem 12 souvereinen ontstolen. Te Newcastle
werd het logement met groote steenen belegerd,
omdat men weigerde aan de soldaten drank te
geven. De demoralisatie was zóó erg, dat een kapi
tein verklaarde dat hij de eene helft zijner troe
pen wel noodig zou hebben om de andere te
bewaken.
De deken van Westminster, de heer
Stanley, heeft, naar de „Daily News" verneemt,
aan de onderteekenaars van het protest tegen het
oprichten van een gedenkteeken voor prins Napo
leon in de Westminster abdy te kennen gegeven
dat onherroepelijk tot het oprichten besloten is,
maar dat het nog niet spoedig geschieden zal.
De knecht van een klein logementop
den boulevard Rochechouart te Parijs was bezig
een kamer aan kant te maken, welke zoo even ver
laten was door lieden, die èr dien nacht hun ver
blijf hadden gehouden. Gulhartige logés inderdaad
In het bed vond hij een achtergelaten zuigeling,
die het terstond op een schreeuwen begon te zetten.
Nadat de vrouw van den logementhouder het wicht
eenig voedsel had verstrekt, vond zij het maar
het best voor de verdere verzorging de tusschen-
komst der politie in te roepen.
Bij een brand te Lyon is de heer des
huizes omgekomen. Het lijk van den ongelukkige
vond men geheel verkoold in het salon op den
grond liggen. Bij onderzoek bleek het hoofd te
ontbreken, doch later vond men het onder een
hoop verbrande voorwerpen in neheel oukenbaren
toestand terug. Natuurlijk dacht men toen aan
vankelijk aan eene misdaad, gevolgd door brand
stichting om de ontdekking te voorkomen, doch
volgens verklaring van den met de lijkschouwing
belasten geneesheer zou door een nedervallend
deurpaneel het hoofd van den romp zijn gescheiden,
nadat de beenderen door de verkoling gemakkelijk
breekbaar waren geworden.
Uit Saint-Martin-le-Beau, dep. Indre
et Loire, wordt gemeld dat een groot gedeelte
der talrijke wijnbergen aldaar door de vorst is
vernield. Yele wijnstokken bleken tot op het merg
toe bevroren te zijn en men was dan ook genood
zaakt een groot deel van deoudste aanplantingen
uit te roeien.
Frankrijk en België zijn thans aan
het onderhandelen over het invoeren van inter
nationale postzegels, die over en weer in beide
landen kunnen gebruikt worden.
Een beambte van het postkantoor te
Wandsbeck, Donderdag-ochtend op zijn bureel
komende, vond aldaar een besteller met een touw
verworgd en zwaar aan het hoofd gewond. Uit
eene cassette waren eenige rolletjes geld, te zamen
ongeveer 500 mark, gestolen, terwijl er blijkbaar
vergeefsche moeite was gedaan om de brandkast
open te breken. De commissaris van politie had
eenige dagen te voren vernomen dat er bij een
kastelein iemand gelogeerd was, die dikwijls 's nachts
afwezig bleef en behoorlijk van geld was voorzien,
maar geen middel van bestaan had. Daarom werd
nu onmiddellijk bij dien persoon onderzoek ge
daan, en daar vond men niet slechts de rolletjes
geld, maar ook een paar kleed ingstukken van den
vermoorde. Het duurde dan ook niet lang of de
logeergast bekende den moord en verhaalde hoe
hij met behulp van een medeplichtige was ingebro
ken. Omtrent dien helper scheen hij echter geen
voldoende inlichting te kunnen of te willen geven.
Daar al het gestden geld nog onaangeroerd bij
hem werd gevonden en er buiten de gestolen
kleedingstukken niets wordt vermist, houdt de
politie zijne mededeeling aangaande een helper
wel voor een verzinsel, maar heeft toch op de
aanwijzing van dien persoon eene premie van 1000
mark uitgeloofd.
Wanneer geen bijzondere hinderpa
len in den weg komen, zullen den 5den Maart,
naar men hoopt, de werkzaamheden aan de Gothard-
tunnel volbracht zijn en de arbeiders, die in tegen
overgestelde richtingen den berg doorboren, elkan
der de hand kunnen reiken. De doorboring van den
MoDt-Cénis werd in Augustus van 1857 aange
vangen en den 25sten December 1870 voltooid.
De werkzaamheden aan de Gothard-tunnel be
gonnen in September 1872. Ofschoon de laatste
296 meter langer zal zijn dan de eerste, wordt
voor de boring slechts 71/, jaar gebruikt
voorzeker wei een bewijs van den vooruitgang der
wetenschap op dit gebied.
Benjamin Raspail heeft zijn geheele
vermogen, 2,000,000 fr., aan de stad Parijs nage
laten, op voorwaarde dat het zal dienen voor voor
schotten aan de werkliedenvereenigingen.
Strafbepalingen tot beteugeling van desertie
van zeevisschers.
Het wetsontwerp, bij de Tweede Kamer over
dit onderwerp ingediend, luidt aldus
Art. 1. Hij, die de reis of een der reizen,
waartoe hij zich als schepeling op een Nederlandsch
zeevisschersvaartuig verbonden heeft, opzettelijk
en wederrechtelijk niet medemaakt, wordt gestraft
met gevangenisstraf van 1 tot 7 dagen.
De schuldige wordt gestraft met gevangenisstraf
van 1 tot 14 dagen, indien hij handgeld heeft
ontvangen.
Art. 2. De schepeling van een Nederlandsch
zeevisschersvaartuig, die, ten gevolge van opzette
lijke en wederrechtelijke verwijdering gedurende
de reis of een der reizen, waartoe hij zich ver
bonden heeft, de verdere reis niet medemaakt,
wordt gestraft met gevangenisstraf van één dag
tot vier weken.
Art. 3. Hij die, zich als gezagvoerder van een
Nederlandsch zeevisschersvaartuig verbonden heb
bende, vóór het einde zijner verbintenis, zich
opzettelijk en wederrechtelijk aan het voeren van
het vaartuig onttrekt, wordt gestraft met gevan
genisstraf van één dag tot vier weken.
Art. 4. De reeder of gezagvoerder van het Neder
landsch zeevisschersvaartuig, die een schepeling in
dienst neemt wetende dat deze zich aan zijne laatste
verbintenis voor een ander Nederlandsch zeevis
schersvaartuig, op de wijze omschreven in artt. 1
of 2, heeft onttrokken, wordt gestraft met gevan
genisstraf van één dag tot vier weken.
Niet strafbaar is het feit:
1#. Indien de schepeling ter zake van misdrijf
heeft terechtgestaan of het recht van strafvordering
te zijnen aanzien is verjaard.
2'. Indien de indienstneming geschiedt buiten
het rijk met toestemming van den Nederlandschen
consulairen ambtenaar of, zoo die er niet is, op ver
zoek van de plaatselijke overheid.
De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing
op den reeder van een Nederlandsch zeevisschers
vaartuig, die een gezagvoerder in dienst neemt,
wetende dat deze zich aan zijne laatste verbintenis
voor een ander Nederlandsch zeevisschersvaartuig,
op de wijze omschreven in art. 3, heeft onttrokken.
Art. 5. De feiten, door deze wet strafbaar ge
steld, worden gebracht ter kennisneming van den
kantonrechter.
Voor zooveel de wijze van berechting alsook
de verjaring betreft, worden zij met politie-over-
tredingen gelijkgesteld.