Maaa&ag Februari.
A\ 1880.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Dit Nommer bestaat uit TWEE BLADEN.
Eerste Blad.
N°. 6128.
LEIDSCH
DAGBLAD;
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandensvsv. 1.10.
Franco per poet1.10.
Afconderiyke Hommers.....v.t.-.-w.v a 0.05.
PRIJS DEB ADTERTENTIENt
Van 1—8 rafelsinwiviynO(..i.iV.1.06.
Iedere regel meer... rrjT»i««ttitiiVeTi9 0.17$.
Greotere letten naar pbetsnimte.
STADS-BERIOHTEN.
HER-IJK.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
gezien het besluit van de Gedeputeerde Staten der pro
vincie Zuid-Holland, van den 23sten December 1S79, n°.
1/1 Provinciaal Blad n°. 72), houdende bepaling van de
tijdstippen van den her-ijk der maten en gewichten in de
verschillende gemeenten in deze provincie, voor het jaar
1880; herinneren den ingezetenen dezer gemeente hunne
verplichting, overeenkomstig art. 15, lett. a., der Wet van
den 7den April 1869 Staatsblad n6. 57), tot het doen her
ijken van alle reeds in gebruik zijnde maten en gewich
ten, onder mededeeling dat daartoe door den ijker zitting
wordt gehouden in het lokaal van den ijk, op de Aalmarkt,
naast de Gemeente-apotheek, en wel:
Voor de gewone gewichten, benevens de maten en strijkers,
voor wijk V, op den 4 5, 6, 10 en 11 Februari,
VI, d 12,13,17,18,19,20,24,25,en26Febr.,
telken dage van des morgens 9 tot des namiddags 3 uren.
Vervolgens wordt ter kennis van de belanghebbenden
gebracht, dat volgens besluit van den Minister van Water
staat, Handel en Nijverheid, van den 6den December 1879,
de letter P in den gewonen drukvorm, schuin gesteld, be
stemd is tot goedkeuringsmerk zoowel bij den ijk als
by den her-ijk der maten en gewichten, de Koninklijke
kroon, bij den ijk van weegwerktuigen voor gewoon gebruik
en van gasmeters; en eene vijfstralige ster, bij den ijk
van weegwerktuigen voor fijnere wegingen terwijl het kan-
toormerk voor de gemeente Leiden is het cijfer 7.
Eindelijk dat aangezien bij sommige, vooral ijzeren weeg
werkluigen, door roest en andere oorzaken, de indruk van
den overgangsstempel spoedig wordt uitgewisoht, op de
dagen waarop de herijk plaats heeft, gelegenheid wordt
gegeven, die balansen, waarvan bedoeld stempel ondui
delijk is en dreigt te verdwijnen, ter overstempeling aan
te bieden.
MTIOMLE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen
te weten
dat de ingezetenen, die verlangen mochten als vrij
williger bij de Nationale Militie op te treden, zich daartoe
vóór den lsten Maart aanstaande ter Gemeente-secretarie
behooren aan te geven.
De bepalingen der Wet van den 19den Augustus 1861
Staatsblad n°. 72), betrekkelijk de Nationale Militie, zijn
ten aanzien van de vrijwilligers de volgende:
»Art. 11. Om vrijwilliger bij de militie te zijn, moet
men ongehuwd of kinderloos weduwnaar en ingezeten
wezen, voorts lichamelijk voor den dienst geschikt, ten
minste 1.56 meter lang, op den lsten Januari van het jaar
der oplreding als vrijwilliger het 20ste jaar ingetreden
zijn en het 35ste jaar niet volbracht hebben, tot op het
tijdstip der optreding aan zijne verplichtingen ten aanzien
van de militie, zoover die te vervuilen waren, voldaan en
een goed zedeiijk gedrag hebben geleid.
Het bezit van die vereischten, met uitzondering van de
lichamelijke geschiktheid en van de gevorderde lengte,
wordt bewezen door een getuigschrift van den Burge
meester der woonplaats.
Art. 12. Hij, die voor de militie is ingeschreven, wordt
slechts als vrijwilliger toegelaten voor de gemeente, in
welke hij ingeschreven is, tenzij hij geene verplichtingen
ten aanzien van de militie meer te vervullen hebbe.
Art. 13. Hij, die bij de zeemacht, bij het leger hier te
lande, of bij het krijgsvolk in 's Rijks overzeesche bezit
tingen heeft gediend, wordt niet als vrijwilliger bij de
militie toegelaten, tenzij hij, bij het verlaten van den dienst,
hehalve een bewijs van ontslag van den bevelhebber,
onder wien hij laatstelijk heeft gediend, een getuigschrift
hebbe ontvangen, inhoudende, dat hij zich gedurende zijn
diensttijd goed heeft gedragen.
Hij kan, heeft hij dit ontvangen, totdat zijn veertigste
jaar volbracht is, als vrijwilliger bij de militie worden
toegelaten."
Wijders wordt ter kennis van de belanghebbenden ge
bracht, dat tot het opmaken van het getuigschrift, bedoeld
hij bovengenoemd art. 11 der Wet, dagelijks, uitgezonderd
de Zondag, van des voormiddags negen tot des namiddags
Tier uren, ter Secretarie dezer gemeente de gelegenheid
bestaat.
De BURGEMEESTER van Leiden,
Gelet op art. 21 der wet van 4 December 1872 (Staatsblad
N». 134),
Brengt ter kennia van de ingezetenen dat gedurende de week
■van 1 tot en met 7 Februari zijn aangegeven als door rood
vonk aangetast 4 personen; als aan die ziekte overleden geene.
leiden, Da Borgemeester voornoemd,
7 Januari 1880. V. d. BRANDELER.
LEIDEN, 7 Feforaarl.
Tot militaire leden van den militieraad in het
derde district van Zuid-Holland, hoofdplaats Leiden,
zijn benoemd als lid de majoor Greve en als plaats
vervangend lid de kapitein "Van Otterloo, beiden
van het 4de reg. infanteriealhier.
Omtrent de opvoeringen van de nieuwe opera
„La Czarine" in Den Haag zegt het Vad. dat het
publiek zich steeds warm betoont. Mme. Laville-
Eermiuet werd Donderdag herhaaldelijk terugge
roepen, eene eer die ook aan de andere hoofdver-
tooners niet werd onthouden. Na het prachtige
ballet van de 2de acte, dat men moet zien om
zich daarvan een denkbeeld te kunnen vormen,
barstte wederom een storm van toejuichingen los,
zooals men dien zelden in onzen schouwburg be-
leefde. Achtereenvolgens verschenen Villate, Cap-
pelli en Van Hamme op het tooneel en de zwarte
rokken dier heeren contrasteerden niet onaardig
met de veelkleurige kosturaes der danseressen, van
wie in het bijzonder de dames "Reuters en Gardes
met lof worden vermeld.
Gedurende deze week zijn dagelijks in het
Werkhuis alhier opgenomen van 7791 volwas
sen personen en van 1115 kinderen.
Door het bestuur van het departement
's-Gravenhage der Ned. Maatschappij tot bevor
dering van Nijverheid zijn ter jongste algemeene
vergadering eenige mededeelingen gedaan omtrent
de internationale visscherij-tentoonstelling, door dat
departement uit te schrijven. Uit die mededeelingen
bleek dat van het primitieve plan om de tentoon
stelling in den Koekamp te houden, niets kan komen,
omdat het bestuur geene toestemming daartoe van
de bevoegde autoriteit heeft verkregen. Nu ontstond
de vraag of men het plan zou opgeven dan wel
pogingen aanwenden, om de Maliebaan of de Ren
baan te Scheveningen te verkrijgen. Daarover werd
langdurig beraadslaagd. Eindelijk werd besloten de
tentoonstelling in 1881 te Scheveningen te doen
plaats hebben, voor eene visscherij-expositie zeker
de beste plaats. Of de tentoonstelling echter voort
gang zal hebben, zal nog afhangen van den uitslag
der pogingen, die in het werk worden gesteld om
een waarborgkapitaal van 40 a 60 mille bijeen te
brengen tot dekking van mogelijke tekorten. Nu
men den Koekamp niet kan verkrijgen, zal eene
omrastering van het terrein noodig worden, waar
door de geraamde kosten zullen worden verhoogd.
Prins Alexander, prins van Oranje, gaarne
een bewijs willende geven van zijne deelneming in
hst treurig lot dat zoovele landgenooten door de
jongste overstrooming heeft getroffen, deed aan de
hoofdcommissie voor de algemeene verloting toe
komen een prachtige bronzen pendule van zeer
groote waarde en eeie fraaie Egyptische vaas van
onyx. Voorts ontving de hoofdcommissie mede
deeling namens prinses Marianne, dat zij voor de
verloting bestemd heeft de drie volgende voor
werpen, als: een vuurscherm, versierd met door
H. K. H. geborduurde spreuken; een salontafel
met inlegwerk en koper-vergulde ornamenten, als
mede eene schilderij van Elchanon Verveer.
Op het adres, door het centrale bestuur van
het Algemeen Nederlandsch Werklieden-Verbond
aan den Koning gericht, en de adressen van gelijke
strekking van nog zes Vereenigingen omtrent de
belangen der Nederlandsche nijverheid, heeft de
minister van waterstaat, ook namens zijne ambtge-
nooten en daartoe door den Koning gemachtigd,
het volgende geantwoord
„1°. dat de levering van het benoodigde door
Nederland en zijne bezittingen, voor zoover de
binnenlandsche nijverheid daaraan kan voldoen, in
den regel aan Nederlandsche industriëelen wordt
opgedragen of in het openbaar wordt aanbesteed,
waarbij de mededinging voor Nederlandsche in
dustriëelen openstaat en bevorderd wordt;
„2°. dat gegoten ijzeren koepels voor de ver
dediging van de monden van zeehavens door de
Nederlandsche fabrikanten tot dusver niet geleverd
kunnen worden en de fabrikant Gruson door zware
en kostbare proeven de deugdelijkheid van dat
volgens zijne vinding vervaardigd materiëel heeft
gestaafd
„3#. dat met de uitvoering van voorgenomen wer
ken zoo spoedig wordt voortgegaan als de tijd voor
noodige voorbereiding toelaat;
„4». dat aan de provinciale en gemeentebesturen
door de regeering geene voorschriften kunnen wor
den gegeven omtrent de wijze, waarop zij de publieke
werken onder hun beheer moeten doen uitvoeren."
Het Amsterdamsche Studentencorps heeft het
plan gemaakt om den 9den Februari a. s. het
248-jarig bestaan der inrichting voor hooger
onderwijs te Amsterdam te vieren met eene gala
voorstelling in den Nieuwen Schouwburg van den
heer Van Lier in de Plantage.
Bij gelegenheid van de jaarlijksche alge
meene vergadering en het congres der Ned.
Maatschappij ter bevordering van Nijverheid, in
Juli a. s. te Groningen te houden, zal aldaar ook
eene tentoonstelling van gouden en zilveren werken,
edelgesteenten, uurwerken enz. gehouden worden.
De commissie, met de uitvoering belast, zal binnen
weinige dagen het programma bekend maken.
Binnen enkele dagen zal het huldeblijk van
het leger, den Koning en de Koningin aangeboden
bij gelegenheid van hun huwelijk, geheel voltooid
zijn. Het stelt voor„Oranje, wakende over Neder
land en zijn vaandel." Op eene vierkante Romaan-
sche kast of socle van omstreeks een meter hoogte,
breedte en diepte, uit inlandsch eikenhout ver
vaardigd en van zeer zuiver en fraai uitgevoerd
beeldhouwwerk voorzien, rust eene zware hardsteenen
plaat, welker bovengedeelte uitgehouwen is in den
vorm van een fort, waarvan de zich naar de vier
punten uitstrekkende bolwerken de namen dragen
van Helder, Naarden, Utrecht en Gorcum. Binnen
dezen vierhoek bevindt zich de centrale reduit,
de laatste wijkplaatsAmsterdam. Natuurlijke steen,
uit Nederland afkomstig, kon als grondstof daar
voor niet aangewend worden. Bij gebrek daaraan heeft
men van een historischen steen gebruik gemaakt en
zijn vesting-vierhoek en reduit vervaardigd van steen
van het bastion Waldeck te Maastricht en van
eene zerk, een prachtig stuk hardsteen, zonder de
geringste ader of smet, afkomstig van het voor
malig groot-artillerie-tuighuis aldaar, waaruit de
vesting en het bastion Waldeck in 1748 zijn ge
wapend geworden. Op den centralen reduit verheffen
zich vier zuilen, op hare beurt de draagsters van
de daarop geplaatste vorstelijke figuur, voorstel
lende het stamhuis „Oranje." Te zamen ver
beelden zij het Nederlandsche leger, in zijne vier
hoofdbestanddeeleninfanterie, cavalerie, artillerie
en genie met de hulpwapens, waarvan de attributen,
in fraaie tropeeën bewerkt, tegen de vier zuilen
rusten. Daartusschen bevindt zich een Romaansche
tempel, waarop zijn aangebracht de inscriptieplaten,
vermeldende de opdracht, de hulde van het leger
en de gedachte, die de koninklijke figuur uitdrukt
„Ik waakDe zuilen, zoowel als het geheele ge
schenk, zijn ontworpen in den Romaanschen stijl,
als gevende die stijl bij uitnemendheid weer eene
voorstelling van ernst en kracht en als'zijnde vooral