N°. 6066.
Dinsdag 125 November.
A0. 1879.
LEIDSOH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden.1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommera....0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIES
Van 10 regels.1.05.
Iedere regel meer
Grootere letters naar plaatsrnimte.
Dit Nommer bestaat uit TWEE BLADEN.
Eerste Blad.
Woensdag zal een aanvang gemaakt wor
den met het innen der abonnementsgelden
over het kwartaal Sept.November. Met
het oog op het groote aantal abonné's zal
het den uitgever aangenaam zijn, indien de
quitanties zooveel mogelijk op vertoon
worden voldaan.
STADS-BERTCHTEN.
Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden
op Donderdag den 27sten November 1879.
LEIDEN, 21 November.
Heden werd ten raadhuize alhier aanbesteed
de levering der benoodigde licht- en brandstoffen
ten dienste dezer gemeente gedurende bet jaar 1880.
Minste inschrijvers warenK. J. Affourtit, van
de patentolie voor 0.41 per liter en van de vet
kaarsen voor f 0.68 per kilogramJ. Splinter, van
de stearine-kaarsen voor f 0.96'/3 per kilogram G.
Blominestein, van de korte 'naard- en kachelturf
voor f 0.75 en f 0.74 per dubbelen hectoliter, als
mede van de lange turf voor f 0.65 per 100
stuks; Wed. Van Haansbergen en Dutilh, van de
grove Newcastle-steenkolen voor f 1.39 per 100
kilogramJ. A. Van der Made, van de grove
Ruhrsteenkolen voor f 0.90 per 100 kilogram en
van liet steenkolengruis voor f 0.31'/j per halven
hectoliter; A. J. Wijtenburg, van het keukenhout
voor f 11.50 per stère; W. J. Osinga, van de
houtskolen, voor f 1.50 per hectoliter.
Naar wij vernemen heeft een oplichter te
Berlijn eenige professoren bedrogenop het ver
toon van een visitek'.artje, waarop staat Dr. W.
J. Van Rozenburg Leiden, en het verhaal dat
hem een kostbaar handschrift hetwelk professor
De Vries hem zou geleend hebben, met zijn overige
bagage is ontstoleD, had hij natuurlijk medelijden
weten op te wekken; hij beriep zich op de profes
soren Jordan en Schade te Koningsbergen ten be
wijze van zijne oprechtheid. Doch noch deze heeren
noch prof. De Vries weten iets van dien man af.
Zijne poging om van den decanus der philoso-
phische faculteit te Berlijn ondersteuuing te krij
gen, is gelukkig verijdeld. Onder een ander voor
wendsel heeft hij professor Beseier opgelicht, ook
door zich op den beer De Vries te beroependoch
toen hij onder den naam van dr. Van Santen
zich tot den director der Bergacademie wendde,
ook al met den naam van den heer De Vries
schermende, heeft de telegraaf belet, dat ook deze
het slachtoffer werd van dezen onbeschaamden op
lichter. Men zij dus op zijne hoede.
Aan den kanonnier 1ste klasse Haamke is
gisteren de gouden medaille wegens 36 jaren mili
tairen dienst uitgereikt. Te dier gelegenheid be
vonden zich om twaalf uren de hier in garnizoen
liggende troepen op de Ruïne, maakten ze carré,
hield de majoor Zegers Rijser van de veld-artillerie
eene hartelijke toespraak, hechtte, terwijl de muziek
het „Wilhelmus" speelde, de medaille op de borst
en werd voor den gedecoreerde door de troepen
gedefileerd.
Zaterdag-avond waren onze stadgenooten in
de gelegenheid gesteld kennis te maken met het
gezelschap van het Victoria-theater uit, Stettin,
onder directie van den heer Louis Lewertofl'. Van
die gelegenheid werd geen bijzonder druk gebruik
gemaakt., hetgeen wel jammer is, want het gegeven
concert had een betere opkomst verdiend. De ver
schillende nommers van het uitvoerige programma
werden met zorg uitgevoerd. De leden van het ge
zelschap deden hun best zich van de gunstigste
zijde te doen kennen, waarin zij o. i. uitmuntend
slaagden. Zoowel de dames als de heeren werden
Da hunne uitstekende en soms allervermakelijkste
voordrachten bij herhaling teruggeroepen en waren
dan telkens zoo welwillend nog iets ten beste te
geven, zoodat men bijna het dubbele van het pro
gramma, dat zonder gerekte pauzes werd afgewerkt,
kreeg. Er werd werkelijk gezongen, en dat zegt
veel. Het is dasrom te hopen dat den ondernemer
der Stadszaal en den uitvoerenden Donderdag- en
Vrijdag-avond, wanneer de laatsten hier weder zul
len optreden, een drukker bezoek zal ten deel vallen.
Met den bouw van het nieuwe slation
alhier gaat het niet bijzonder voorspoedig. Zoo
veel schijnt althans zeker te zijn, dat het in
December niet onder dak zal komen. Ten gevolge
van de tegenwoordige weersgesteldheid wordt er
alleen met cement gemetseld. Bovendien wacht men
op zandsteen uit Luxemburg.
Bij de heden gehouden openbare verkoo-
ping van cokes van partijen van 100, 50, 10 en
5 hectoliters waren de hoogste prijzen f 37.00,
f 18.00, f 4.00 en f 1.90; de laagste f 36.00,
f 18.00, 3.70 en f 1.85.
Naar aanleiding van het bericht der Arnh.
Courant, waarin het motief „curieus" wordt ge
noemd, dat den minister Six bezwaar heeft doen ma
ken gevolg te geven aan het verlangen van curatoren
der Leidsche universiteit, om den Groningschen
hoogleeraar mr. W. Modderman aan onze univer
siteit te verbinden, en welk motief hierin zou be
staan dat de minister niet wil medewerken om
de eene universiteit ten bate van eete andere van
hare hoogleeraren te berooven, stelt de Prov. Gron.
Crt. ook eene curiositeit in het licht, nl. dat het
bij iemand, wien het belang van alle universi
teiten gelijkelijk ter harte gaat, kan opkomen, op
de volledige gegrondheid van 's ministers motief
iets af te dingen.
Afgescheiden van de persoonlijkheid van den
hoogleeraar Modderman, zegt het blad, over wiens
behoud voor de Groningsche universiteit zich allen,
die hem in zijn werkkring leerden kennen, zullen
verblijden, verdient do minister hulde voor het
standpunt, waarop hij zich ten aanzien van deze
voordracht plaatste. De kwijning waarin, vóór de
invoering der nieuwe hoogcr-onderwijswet, de Gro
ningsche uuiversiteit verkeerde, was almede een
gevolg hiervan, dat meu de mannen, die hier
hunne sporen hadden verdiend, naar elders riep.
Zoo verloor onze universiteit Kerckhofl', Rosenstein
en anderen.
Het werd als een der grootste voordeelen van
de nieuwe wet begroet, dat de reden, die tot toen
toe verplaatsing deed wenschen (ongelijke bezol
diging), verviel, zoodat het vooruitzicht werd ge
boren, dat Groningen niet telkens de verdienste
lijkste hoogleeraren door ontluikende krachten zou
zieu vervangen. En nu zou in de vroegere richting,
die onze universiteit zooveel kwaad heeft gedaan,
werden voortgegaan, op een oogenblik, dat voor
Groningen een nieuw tijdperk van bloei aanbreekt,
het studentental toeneemt en alles den terugkeer
van den alouden luister voorspelt?
Het is „curieus" zoo iets te kunnen wenschen.
Dat de curatoren der Leidsche universiteit den
hoogleeraar Modderman ter benoeming voordroe
gen, is alleszins begrijpelijk. Zij hadden slechts te
letten op de belangen van hunne universiteit.
Maar de minister moet onpartijdig zijn ten aan
zien van ieder der drie hoogescholen en hare ont
wikkeling gelijkelijk behartigen. En daarom is
het even begrijpelijk,dat hij bezwaar maakt de
Groningsche universiteit hare beste krachten te
ontrooven ten bate der Leidsche. Wel verre van
daarover zich te verwonderen, verdient dit bewijs
van onpartijdigheid hoog te worden gewaardeerd,
's Ministers zin om de universiteiten met gelijke
maat te meten openbaart zich door zijn; houding
in deze benoeming op krachtige wijs en zal vooral
bij de vrienden der Groningsche hoogeschool
die nog niet hebben vergeten hoe het volgen van
eene andere gedragslijn den vroegeren achteruit
gang heeft in de hand gewerkt de instemming
en erkentelijkheid vinden, die hij verdient.
Volgens de N. Gr. Crt. zou er sprake ziju
van de benoeming van een Duitscher tot opvolger
van professor Vissering als hoogleeraar te Leiden.
De berichtgever hoopt dat Nederland gespaard zal
blijven voor het verkondigen van ur-Germaansche
ideeën, die weinig passend zijn voor het vrijheid
lievend volk dezer landen. Moeielijk kan hij ook
aannemen, dat prof. Vissering gedurende zijn der
tigjarig professoraat niet in staat zou geweest zijn
één zijner leerlingen tot een hem waardigen op
volger te vormen. Ten slotte bevestigt hij hetgeen
omtrent eene benoeming van professor Modderman
werd medegedeeldsedert de nieuwe wet de
universiteiten gelijk gesteld had, kon het over
plaatsen van de eene universiteit naar de andere
in principe niet worden toegestaan.
Zaterdag-avond is het antwoord van den
minister van oorlog op het voorloopig verslag be
treflende zijne begrooting verschenen. De minister
is ongeneigd de begrooting in eene credietwet
voor zes maanden te veranderen. Hij is voornemens
de organisatie van het departement van oorlog te
wijzigen, de inspecteurs aan het hoofd der ver
schillende wapens te plaatsen, de verdeeling van
het leger in zelfstandige divisiën op te heffen en
verschillende hulpdiensten bij het leger te orga-
niseeren.
De minister ontvouwt breedvoerig zijne denk
beelden omtrent de landsverdediging en meent
dat de sterkle en organisatie der levende strijd
krachten uitsluitend bepaald moeten worden met
het oog op de krachtige verdediging van het aange
nomen geconcentreerde verdedigingsstelsel, in over
eenstemming waarmede hij de vestingwet wil uit
voeren. Het is zijn voornemen niet, de invoering
van den persoonlijken dienstplicht voor te stellen.
In het militie-ontwerp zal bepaald worden, dat
de miliciens in het najaar voor de eerste oefening
opkomen. De minister verzekert te zijn opgetreden
met gevestigde denkbeelden omtrent den weg, die
tot hervorming van het krijgswezen behoort te
worden ingeslagen.
De hooge raad heeft bij arrest van 20 October
jl. rechtskracht ontzegd aan het kon. besluit van
24 Nov. 1829 betreffende de openbare middelen
van vervoer. Iemand die, zonder daartoe vergun
ning te hebben verkregen, een rijtuig had aan
gelegd met het oogmerk om reizigers en goederen
te zamen van Ililvarenbeek naar Tilburg, vice
versa, op vaste tijden over te brengen, werd door
den kantonrechter te Oirschot, bij vonnis van 15
Maart jlen in hooger beroep door de arrond.-
rechtbank te 's-IIertogenbosch, van alle rechtsver
volging ontslagen. In cassatie tegen het vonnis der
rechtbank besliste de hooge raad dat de bepaling
van art. 1 van het reglement vastgesteld bij het