wicht houden en welke zich, zoodra de wagen be neden is aangekomen, door middel van eene zelf werkende klep ontlasten. Een heer was van Ned.-Indië naar Weenen gereisd. Hij had bij zich drie Javaansche bankbiljetten, een van f 1000 en twee elk van 500. Dit geld kon hij aldaar niet wisselen, zoodat hij die biljetten per aangeteekenden brief verzond naar Amsterdam aan het adres van den heer G. H. B. De kennisgeving tot afhaling werd abusievelijk bezorgd bij D. W. B., en deze, over tuigd dat die brief niet voor hem was, teekende toch de kennisgeving en het register op het post kantoor valschelijk met den naam van G. H. B. en ontving den brief. De afzender verzocht de bankbiljetten te wisselen en voorloopig f 900 op te zenden. Aan dit verzoek werd door D. H. B. voldaan, maar de overige behield hij voor zich. Het bedrog kwam uit en hij werd achter slot gebracht. De stoomboot „Faraday" is dezer dagen van "Woolwich vertrokken met omstreeks 2800 kilometer van den kabel aan boord, die tot de telegrafische verbinding tusschen Parijs en Nieuw- York zal dienen. Een bewoner van de avenue de Clichy had, om zijn talrijke schuldeischers te ontkomen, voorgewend dat hij zich naar het platte land begaf om een hem toegevallen erfenis te aanvaarden. Werkelijk had hij te St.-Maur een optrekje gehuurd en daarheen de meeste voor werpen van waarde, die bij bezat, overgebracht, waaronder ook een rek met allerlei kostbare wa penen. Zijn vrouw, die in de oude woning was gebleven om er de schuldeischers af te schepen, bezocht haar man geregeld. Met dat doel had zij zich onlangs weder naar Saint-Maur begeven, doch vond het verblijf van haar man gesloten en kreeg er geen gehoor. Eindelijk verschafte zij zich toegang met behulp van een looper; doch wie beschrijft haar ontzetting, toen zij haar echt genoot levenloos op den grond vond uitgestrekt, de hals half afgesneden door een lang Mexicaansch mes, dat nog in de gapende wonde stak, terwijl het lijk verder als overdekt was met de geheele wapenverzameling. Uit het gerechtelijk onderzoek schijnt met vrij groote zekerheid te zijn geble ken, dat hier aan een ongeluk moet worden ge dacht. Men vermoedt nl., dat het wapenrek, niet stevig genoeg aan den wand bevestigd, met zijn geheele zwaarte op den ongelukkige is nederge- vallen en dat het scherpe mes hem daarbij den hals heeft doorkliefd. De afgezette onderkoning van Egyp te, wel begrijpende dat hij nooit in het land zou terug- keeren, heeft niet alleen de krooudiamanten, maar ook de kroonmeubelen en de kroonfondsen naar het schijnt medegenomen ter waarde van 72 mil- lioen gulden, na den minister gedwongen te hebben hem al het geld in de schatkist voorhanden, zijnde f 2,880,000, te geven. Uit Odessa wordt gemeld dat het de politie gelukt is, nog 481,000 roebels machtig te worden van het geld, dat onlangs te Cherson gestolen is, zoodat men, met inbegrip van het vroeger lerug- verkregene ad 1 millioen roebels, weder bijna geheel in het bezit van het ontvreemde is geraakt. De politie van Brussel heeft een nieuw soort van afzetterij ontdekt. Zeker persoon ging 's Zondags kennis nemen van de huwelijks aankondigingen en teekende de namen op der wel. gezeten burgers, welke hij hoorde afroepen, 's Ander daags begaf hij zich bij dezen aan huis, bood zich aan als een bediende van het bureel van den burgerlijken stand, en eischte, voor het in orde maken van de noodige papieren, sommen van 10 tot 12 franken. Als men zwarigheid maakte, toonde de behendige dief een register, waarop de namen geschreven waren van personen die, zooals hij be weerde, dezelfde sommen betaald hadden. Het schijnt dat de man er alzoo in geslaagd is aanzienlijke sommen te bekomen. Te Woolwich heeft men sedert eenige maanden ijverig proeven genomen met luchtballons, voor den militairen dienst bestemd. Men had plan, die in den oorlog tegen de Zoeloes te gebruiken. Dit zal nu waarschijnlijk wel niet noodig zijn. Kapitein Elsdale is dezer dagen, behendig gebruik makende van drie verschillende luchtstroomingen, in een half uur van Woolwich naar Colchester gekomeD, welke plaats hij vooraf als de plaats zijner bestemming had opgegeven. Te Eu in het departement Seine I n- férieure werd onlangs een groot concours gehou den van orphéous, harmonies en fanfares. In het geheel namen daaraan deel 95 gezelschappen met 3500 executanten. Vijf gezelschappen namen deel aan den wedstrijd in de 2de divisie, 2de sectie. Daarvan was het derde gezelschap de „Union Chorale Neerlandaise", van Parijs, vertegenwoor digd door 35 zangers, onder directie van haar eerevoorzitter, den heer Jacq. Eranco-Mendes, solo-violoncellist van den koning der Nederlanden. Zij droeg voor: het koor impose van V. Pons, „les matelots du Bosphore", en het koor van J. Monestier „les Titans." Groot was de bijval, dien deze „Union chorale" verwierf. Haar werd door de jury eenstemmig de tweede prijs met de groote zilveren medaille toegekend. Huxley, die dezer dagen de prijzen uitreikte aan de leerlingen van het „University College" te Londen, wees er in zijn redevoering op dat knapheid alleen niet genoeg is, en dat ijver en volharding soms van veel meer gewicht zijn. Fiksche longen en een stevige maag waren niet minder belangrijke factoren om te slagen. Examens en prijzen beteekenden niet heel veel, zeide Huxley. „Er zijn menschen die bij een exa men volstrekt geen schitterend figuur zouden maken en die het toch ver brengen. Zij weten weinig, maar wat zij weten dat weten zij goedzij leeren niet vlug, maar wat zij geleerd hebben blijft hun voor altijd bij. In het practisch leven is zulk een man dikwijls meer waard dan twintig knappe lieden. Daarom zij dit tot troost voor hen, die niet bij het examen slaagden, of een prijs behaaldenzij die een prijs kregen maakten een goed begin, maar een goed einde is nog beter dan een goed begin." Voor het hof van assises te Spoleto, in Italië, is dezer dagen een merkwaardig rechts geding ten einde gebracht. Een rijk inwoner der stad, Carlo Marcucci, had een zoon van veertien jaar, die eenigen tijd geleden ziek werd. Hij deed den geneesheer Dominicis ontbieden en zeide dezen eene som van 2000 lira's toe, indien een spoedig herstel verkregen werd, hem tevens met den dood dreigende in geval het kind bezwijken mocht. Dit laatste geschiedde. Een ander geneesheer, daar over geraadpleegd, schreef deze uitkomst aan eene verkeerde behandeling toe, en de vader, zijne bedreiging gestand doende, schoot Dominicis met een revolver neer. Het hof heeft den moordenaar tot vijf jaar gevangenisstraf en eene schadeloos stelling van 25,000 lira's aan de weduwe veroordeeld. Uit St.-Petersburg wordt medege deeld dat de bekende Wera Sassulitsch, die den aanslag op het leven van generaal Trepow, stads- commandant van St.-Petersburg, pleegde, thans te Londen medeschrijfster is van het aldaar weder verschijnend revolutionair blad „Rabat", d. i. de stormklok. Dezer dagen schreef zij in gemeld blad, dat zij destijds dien moordaanslag om geen andere reden had gepleegd, dan om aan den haar door de nihilisten opgedragen last te voldoen, t. w. Trepow te dooden. Het dagblad „la France" deelt de vol- gende eigenaardige statistiek mede omtrent den invloed van de kleur van het haar op de waar schijnlijkheid van een huwelijk der Engelsche dames. Terwijl er van de blonden slechts 55 pet. tot een huwelijk komen, bedraagt dit pet. bij de zwarten 79, bij de lichtkastanjebruinen 60 en de donker kastanjebruinen 69. Hoe verder dus de kleur van het haar der Engelsche dames van het blond is verwijderd, hoe dichter die het zwarte nadert, des te grooter is haar kans op een huwelijk. Ongeveer drie maanden geleden had een reizend koopman te Metslawier in Friesland zijn kostwinner, een trekhond, uit louter wreed heid een gedeelte der tong uitgesneden. Hoewel de man, om de justitie te misleiden, zelf als klager over het feit was opgetreden, gelukte het den ge meenteveldwachter J. T. Slot hem tot bekentenis zijner wandaad te brengen, hetgeen zijn veroor deeling tot 5 dagen gevangenisstraf, f 20 boete en de kosten der vervolging ten gevolge gehad heeft. Het bestuur der Nederl. vereeniging tot bescherming van dieren, te 's-Hage gevestigd, heeft thans genoemden veldwachter de bronzen medaille der vereeniging, benevens een gratificatie van 6 doen uitreiken. Uit het Gemeenteverslag over 1878. Het aantal ondersteunden der Leidsche Maat schappij van weldadigheid klom dit jaar tot 286, verdeeld in 128 eenloopende personen en 158 huisgezinnen, aan welke een bedrag van f 4929,43'/2 kou worden verstrekt, waarvan weder f 860 aan ouden van dagen. Hieronder waren verscheidene personen of huisgezinnen die vroeger niet onder steund waren, doch thans gedrongen waren de hulp der maatschappij in te roepen. Daarentegen kan met genoegen vermeld worden dat zich enkele gevallen voordeden dat vroeger ondersteunden uit eigen beweging voor verdere hulp bedankten, aangezien hun toestand zooveel verbeterd was, dat zij zonder verdere hulp in hun eigen levensonderhoud konden voorzien. Ofschoon het voor onderwijs besteede niet aanmerkelijk hooger schijnt dan het vorige jaar, werd daarvoor toch betrekkelijk veel uitgegeven, aangezien minder voor algemeene dan wel voor speciale gevallen hulp werd ingeroepen, zoodat zelfs enkele vrij belangrijke sommen hieraan ten koste werden gelegd. Het voor tijdelijke hulp uitbetaalde bedrag is vrijwel op dezelfde hoogte gebleven, niettegenstaande die hulp steeds werd verleend wanneer die verlangd werd en wanneer het bleek dat de personen, waarvoor die gevraagd werd, deze verdienden. Aan de arbeiderswoningen werden de in het vorige jaar opgegeven verbeteringen ten uitvoer gebracht, bestaande voornamelijk in het verbeteren van riolen en aanbrengen van luchtverversching. Daar echter die onkosten vrij aanzienlijk zijn, konden die niet in één jaar geschiedenzij werden slechts gedeel telijk gedaan en op gelijke wijze zal weder een gedeelte in den loop van dit jaar worden behan deld. Door de afdeeling arbeid werd gedurende het jaar 1878 aan 250 personen geregeld werk verschaft, waarvoor eene som van f 20880,70 aan arbeidsloon werd uitbetaald, zijnde 250 meer dan in het vorige jaar. Het is echter te vreezen. dat deze tak in het nu ingetreden boekjaar min der gunstig zal zijn, omdat het nog af te leveren werk niet zeer belangrijk is en er voor het oogen- blik nog weinig vooruitzicht bestaat dat er spoedig nieuwe bestellingen ontvangen zullen worden. De toestand der financiën kan gunstig genoemd worden. De opbrengst der afdeeling arbeid is hiervan natuurlijk een belangrijke factor, doch, zooals hiervoren vermeld is, bestaat er vooralsnog weinig vooruitzicht dat deze afdeeling ook dit jaar weder zulke goede resultaten zal opleveren, zoodat, al is de algemeene toestand bevredigend, met het oog daarop toch eenigszins kariger, dan anders het geval is, moet te werk gegaan worden, wil de kas niet te veel worden uitgeput. De rekening werd door de daartoe in de algemeene vergadering be noemde commissie in volmaakte orde bevonden. Het getal leden der vereeniging, „Uit liefde" be droeg op 1 Januari 1878: 239, terwijl dat getal op uit. December 1878 met twee leden vermeer derde, aangezien door bedanken, overlijden of vertrek uit de gemeente een verlies van 19 leden werd geleden en 21 personen tot de vereeniging toe traden. Het bestuur heeft in het afgeloopen jaar de bons voor de levensmiddelen verdeeld; het ge tal uitgegeven bons aan de leden bedroeg geza menlijk 2692 voor gort, 4154 voor rijst en 3479 voor brood, alzoo 10325 bons, tot eene gelds waarde van f 947,44s met inbegrip van f 153, voor welk bedrag door een zeker getal leden aan buitengewone bons was ingeschreven. De gelden der vereeniging, voortspruitende uit de contribu- tiën der leden en andere inkomsten, werden in de spaarbank der Maatschappij tot Nut van 't Alge meen belegd, tot een bedrag van f 1033,91, ter wijl een saldo van f 71,60s bij den adjunct penningmeester verbleef. Het reserve-fonds sloot op 31 December 1878 met een batig saldo van f 180, nadat de kosten van administratie, verga deringen, bedienden, enz. daaruit waren voldaan. Leiden, ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 2