Geme nig tl Nieuws. Omstreeks halfelf gisteravond ont stond op de Hooigracht alhier brand in den winkel van den heer Wendel. Kort te voren had hij dien gesloten en was naar zijne ouders op de Lange- brug gegaan. De brand, die aanvankelijk een ernstig aanzien had, is spoedig door de gelukkig nog wakker zijnde achter- en bovenbewoners ontdekt en even spoedig door tusschenkomst van den heer Van Borselen gebluscht. Waren de bewoners reeds te bed geweest of ware de brand niet tijdig genoeg ontdekt, men zou wellicht menschenlevens te be treuren gehad hebben. De politie houdt zich ernstig met het voorval onledig, terwijl de winkel door een agent van politie bewaakt wordt. H. C. W., die zich alhier aan diefstal bij nacht in een bewoond huis heeft schuldig gemaakt, is tot twee jaren gevangenisstraf ver oordeeld. Dat de jeugd zich met sneeuwballen gooien amuseert, wie zal het haar ten kwade duiden. Dat het echter ook wel in baldadigheid ontaardt, daarvan gaven de laatste dagen alhier menig voor beeld. O. a. werd een koetsier, gistermiddag langs het Nutsgebouw rijdende, niet alleen met sneeuw- projectielen, maar zelfs met steenen gesmeten en hadden ook de in het rijtuig zittende personen er last van. De koetsier diende bij de politie beklag in en het gevolg was dat een der daders werd gearresteerd en naar 't politiebureel over gebracht. Door het kantongerecht te' s- II age is gisteren eene vrouw voor de 27ste maal ver oordeeld wegens openbare dronkenschap. Op den grintweg tusschen 's-Heeren- berg en Zeddam werd Zondag-avond zekere K. door de twee gebroeders W. achterhaald, aange grepen en deerlijk mishandeld en verwond. De toestand van den verwonde is van dien aard, dat een doodelijke afloop wordt verwacht. Als een bewijs, hoe sterk het zooge naamde vastenavondhouden in den geest der Bos schenaren ligt, deelt „de Noordbrabanter" mede, dat op één dag niet minder dan vijftig horloges in de bank van leening zijn gebracht. In de gemeente Opsterland zijn 34 winkeliers gevonnist wegens het gebruik van on wettige maten en gewichten. Een van hen is be boet met f 100. Gezamenlijk zullen zij zich tot den Koning wenden om kwijtschelding der opge legde boeten. De twaalfde getuige in de strafver volging tegen de heerem Ledeboer en Dudok de Wit, de tante en pleegmoeder van wijlen Vos, legde gunstige verklaringen omtrent hem af. Zij had met hem samengewoond. Over zijne zaken sprak hij nooit. Hij was zeer geheimzinnig. Voor zoover haar bekend was, leefde hij eenvoudig. Na zijn ontslag heeft zij geld op hypotheek genomen om hem te kunnen leenen, dat zij naar gelang der behoefte hem gaf tot 1000. Dinsdag-avond had Vos nog met zijne vrouw en haar het avond eten gebruikt. Des nachts is hij ongemerkt opge staan, naar beneden gegaan en later in zijn bloed badende gevonden. Hij had zich met een revolver door de hersenen geschoten. Niemand heeft een schot gehoord. Mondeling heeft hij niets gespro ken over het voorkomen voor den rechter. Hij is er echter wel zeer peinzend cn tobbend over ge weest eens heeft hij gezegd„Ik heb er ziels- berouw van dat het zoo ver gegaan is. Maar het ligt er toe en ik kan het niet herroepen." Dat zijne verklaringen onwaar zouden zijn, is nooit door hem gezegd. Daarover heeft hij nooit spijt betuigd, ofschoon zij meermalen had gezegd„Wat heb je toch gedaan, en dat tegenover menschen aan wie je zooveel verplichting hebt." Men schrijft uit Utrecht, dat er nog al zwarigheden schijnen te bestaan, om stoom als trekkracht bij de exploitatie van den tramweg UtrechtZeist toe te passen. Men zal althans beginnen met de exploitatie met paarden. Het concours zal ook uitgesteld worden. De volgende week zal de geheele weg gereed komenmen schijnt echter de lijn eerst met palmpaardenmarkt te wil len openen. In het afgeloopen jaar zijn van het leger gedeserteerdvan de inf. 1 sergeant, 3 kor poraals, '41 soldatenvan de art. 2 sergeants, 6 sol daten van de cavalerie 1 trompetter, 1 korporaal, 12 huzaren, en van het koloniaal werfdepot 1 sergeant en 8 soldaten. Woensdag-morgen vond men te Kui- lenburg aan den kant van een gracht het lijk van iemand, die den vorigen avond in beschonken toestand was gezien. De man was doodgevroren. Een Hongaar, Gregor Kovacs ge- naamd, die drie jaren lang te Moskou gewoond heeft en onlangs daar gestorven is, heeft bij tes tament de nakomelingen van twee Polen, Peter en Simon Podoczky, tot erfgenamen van zijn aan zienlijk vermogen gemaakt; volgens zijne eigene opgaven om deze reden In het begin dezer eeuw (Kovacs had den leeftijd van 93 jaren bereikt) werd Zevenbergen door vele roovers onveilig ge maakt en ouder de soldaten, die ter opsporing van de roovers waren uitgezonden, behoorde ook Kovacs. Met zeven andere soldaten patrouilleerde hij op zekeren avond door een bosch, toen er plotseling uit een wagen op hen geschoten werd. Zij snelden naar den wagen toe en sloegen de zes daarin gezeten personen, die zij voor roovers hielden, dood. Bij het doorzoeken van den wagen vonden zij papieren, waaruit bleek, dat twee der doodgeslagenen Peter en Simon Podoczky heetten en met vier knechts uit Polen gekomen waren om een landgoed in Zevenbergen tc koopen. Het geld, ten bedrage vau 687,000 gulden, be vond zich in den wagen. Blijkbaar hadden zij de soldaten in de schemering voor roovers gehou den en daarom op hen geschoten. Den soldaten was de verleiding te groot en zij verdeelden het geld onder elkander. Kovacs was met het hem toegekende deel op reis gegaan, had ouder een valschen naam o. a. Spanje en Amerika doorreisd en zich eindelijk te Moskou gevestigd. Hij had door zijn testament het meer dan eeue halve eeuw geleden gebeurde zooveel mogelijk willen goedmaken. De overheid te Moskou heeft aan de Hongaarsche regeering het verzoek doen toeko men om naar de nakomelingen van de genoemde personen een onderzoek te doen instellen. Te Lambesc, in het Fransche depar tement der Monden van de Rhone, is voor eeuigen tijd eene 24-jarige vrouw uit den gegoeden staud in hechtenis genomen, beschuldigd van haren man vergeven te hebben. De ingestelde onderzoekingen hebben volgens de „Petit Marseillais" eene reeks van sedert 1870 door haar gepleegde misdaden aan het licht gebracht. Zij moet ook een oom en eene tante en nog een bloedverwant van haren man door vergif om het leven hebben gebracht en wordt bovendien van kindermoord verdacht. Uit Bern wordt gemeld dat twee werklieden te Magenwyl in een oven dynamiet- patronen hadden te drogen gelegd met dit gevolg dat ze ontploften, het huis instortte en de twee onvoorzichtigen met de huisvrouw en hare drie jongens van tien tot dertien jaar letterlijk ver nietigd zijn. Op honderden schreden afstands vond men flarden vleesch enz. De Zondag en Maandag te Berlijn gevallen sneeuw wordt door de stedelijke over heid op 150,000 wagenvrachten geschat en is derhalve nog meer dan bij de vroegere sneeuw stormen van dezen winter moest worden wegge ruimd. Meer dan 2000 hulparbeiders zijn met het vaste personeel der straatreiniging bezig om de sneeuw op hoopen te vegen. Reeds heeft het opruimen van de sedert 15 December gevallen sneeuw eene buitengewone uitgaaf van 400,000 mark voor de stedelijke kas noodig gemaakt en, indien de dooi niet spoedig invalt, zal die som nog aanmerkelijk hooger worden. Het doodvonnis is Dinsdag-ochtend te Leeds aan den beruchten Engelschen inbreker en moordenaar Charles Peace voltrokken. Hij stapte doodsbleek, maar zonder eenige aarzeling op het schavot en noodigde toen de verslaggevers der dagbladen uit op te merken, dat hij, welk een slecht leven hij ook had geleid, geloofde, dat zijne zonden vergeven waren. Na deze woorden werd het luik onder hem weggetrokken en hij stierf zonder eenigen doodstrijd, 's Woensdags te voren had de ongelukkige den predikant Little- wood uitgenoodigd bij hem te komen en hem zijne misdrijven beleden. Het officiëele Russische blad deelt in een extra-nummer het volgende mede: In de therapeutische afdeeling vandekliniekvanMichailow kwam onder leiding van prof. Bulken te St.-Peters- burg de boer Prokowrew met een lichten aanval van de ziekte, die in 1877 door prof. Deppner in Astrakan was waargenomen. Daags nadat de patiënt ziek was geworden, vertoonde zich een gezwel in den oksel, dat den 22sten Febr. open ging. Den 24sten vormde zich eeu gezwel in den rechter-oksel. Den 25sten trad hevige koorts in bij een hooge temperatuur en de huid werd met uit slag bedekt. Prof. Bolken hield dit voor een geval van de Astrakansche ziekte. De therapeutische afdeeling waarin de zieke zich bevond, is streng geïsoleerd. Een dokier, twee studenten en twee oppassers zijn met de behandeling van den zieke belast; al zijn kleeren zijn verbrand. De 48 per sonen, met wie Prokowrew samenwoonde, zijn naar een afzonderlijk lokaal buiten St.-Pelersburg over gebracht met hun goeddat lokaal zal 42 dagen geïsoleerd blijvenbet deel van het huis waar Prokowrew bediende was, zal gedesinfecteerd worden. Tot dat doel werden al de bewoners tijdelijk naar een groolere ruimere woning overgebracht. Dage lijks zal omtreut den toesland van den zieke een oöiciëel bulletin worden uitgegeven. De gravin Lambertini is door hethof van appèl te Rome niet ontvankelijk verklaard in haar eisch. Het hof achtte het voldoende bewezen dat de gravin de wettige dochter was van de echte lieden Marconi-Ballerino en veroordeelde haar in de kosten. Zij heeft de zaak nu gebracht voor het hof vau cassatie te Rome. De gouverneur van Charkoff, prins Krapotkin, is gistermorgen aan de hem toegebrachte wond overleden. "Verleden week 'snachts is te Nieuw- York de inrichting voor het verkoopen van paarden afgebrand, waarbij 70 dezer dieren in de vlammen omkwamen en daaronder een paar Noorweegsche bitten, op 4000 dollars geschat. Slechts 15 paarden werden gered. Te Par ij s zijn proeven genomen met een nieuwe telephoon, door een Amerikaan, Gower, uitgedacht en welke, naar men verzekert, uitstekend werkt. Het mondstuk is met eene caoutchouc-buis aan de telephoon verbonden, zoodat men door deze, aan eene tafel zittende, spreken kan, wanneer de toestel zelf in den muur bevestigd is. Ook kan het duidelijk en overluid gesprokene op een afstand van vijf tot zes meter van den toestel worden gehoord. In Dublin is een gierigaard overleden, die anderhalf millioen gulden nalaat en zich het noodige onthield. Het is de heer Law, vroeger goudsmid en juwelier in Sackvillestreet aldaar. Het was moeielijk zijn huis binnen te dringen, welks kamers en gangen voeten hoog gevuld waren met het verwonderlijkste mengelmoes van voorwer pen, dat men zich kau voorstellenboeken, papieren, ledige en volle flesschen, kisten, alles lag dooreen, bedekt met een laag slof, welke jaren lang was toegenomen. Een van de eigenaardigheden van den gierigaard was, dat hij nooit besluiten kon iets weg te werpen, en dat hij bijv. al zijn oude theebladen bewaarde, die in kannen, emmers en kisten werden opgepot. Hij schijnt geen testament te hebben achter gelaten en van alle zijden stroomeu familiebe trekkingen aan, die erven willen. Eeu landbouwer te Bellefontaine heeft hel huis van zijn schoonbroeder in brand gestoken. Slechts met groote moeite werden de vijf kinderen van den bewoner uit de vlammen gered. Zekere Rebout, zelf vader van verscheiden kinderen, is overleden aan de gevolgen der brand wonden, bij de pogingen tot blusschen bekomen. Wel beeft de beschuldigde zijn gruwelijke mis daad bekend, doch omtrent de redenen, die hem leidden, bewaart hij een hardnekkig stilzwijgen. Nog is gebleken, dat hij kort te voren een pistool had gekocht, dat, zooals hij aan zijn vrouw ver klaarde, of voor haar, of voor hem moest dienen. De ijsbrug aan den voet van denNia- gara-val is door den heer Andrew Wallace weder te paard overgegaan en zelfs besteeg hij eene soort van ijsberg, bij die brug ontstaan. Honder den toeschouwers woonden het waagstuk bij, dat ten gevolge van een enkelen misstap onvermijde lijk met den dood van ruiter en paard zou zijn geëindigd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 2