DAGBLAD.
3810.
T
Vrijdag
A8. 1879.
24 Januari.
EIDSCH
PU IJS DEZER COÜBAHT:
?<xw Leiden per S mandenif l.lè.
Franco per post....9 1.40.
Afzonderlijke Nosoifters0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
miJS BEK ADVERTENTIE!*:
▼n 1I regels.......1<*.
leden regel meer0.17|.
Groottri letters sear plutsniimle.
DS-BKiUC li TE N.
«ItOXDHSKE. ISTÏ'V®.
De Burgenieusfer, Hoofd van het Gcmeentebestnur van Leiden,
doet te vwtt'Ti dnt aan den ontvaD^er der directe belastingen alhier
is ter hand gesteld bet, op den 21sten dezer maand invorderbaar
verklaard kohier der grondbelasting op de gebouwde en onge
bouwde eigendommen binnen deze gemeente, over het jaar 1879,
en dat ieder verplicht is zijnen aanslag, op deu bij dc wet be
paalden voet, te voldoen.
Wijdere vorden den ingezetenen herinnerd dc bepalingen der
wet van den 26aton Mei 1870 (Staatsblad n°. 82), dat zij ver-
plich' rijn van alle stichtingen, herbouwingen, bij- of ophon-
wing en, of gedeeltelijke vernieuwingen, in de termen der wet
vallende, biDuen drie maanden na de gebeele of gedeeltelijke inge-
bruiks'r iling Ier geboawen, aangifte te doen bij het Bestuur der
fjeme de wnar de eigendommeu gelegen zijn, terwijl die aangifte
rechtstreeks, zonder tusschenkornü van derden, dagelijks van 9
tot 8 uren, met uitzondering van Zon- en feestdagen, ter Se
cretarie dezer gemeente kan geschieden
liet den. De Burgemeester voornoemd,
23 Januari 1879. V. n. BRANOELER.
Derde suppletoir kohier der plaatselijke
directe belasting 18?$.
BURGEMEESTER en "WETHOUDERS van LEIDEN1,
Gezien art 2ti4 der Wet van den 29sten Juni 1851
(Staatsblad N°. 86);
doen te weten, dat het derde suppletoir kohier der
plaatselijke directe belasting over 1878 op heden voor
loopt is vastgesteld, en van Jen 24sten Januari tot en met
den fnk-n Februari 1879 ter secretarie dezer gemeente
(financiü: ie afdeeling) op eiken werkdag van 's voormiddags
9 tot 's namiddags 4 uren voor een ieder ter lezing is
nedergelegd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
L. iden, V. d. BRANDELER, Burgem.
23 Januari 1S79. E. KIST, Secretaris.
LKIDEH, 23 Januari.
Uit. liet vijfde lial fja:i rlij ksche verslag der
vereeniging tot ondersteuning van behoeftige
kraamvrouwen enz. blijkt dat vau 1 Juli 1878
tot 1 Januari 1879 het aantal gewone leden iets
vermeerderd, bet aantal buitengewone leden ver
minderd is. De inkomsten bedroegen f 476.50.
Het reservefonds, dienende om in buitengewone
omstandigheden, eeue epidemie b. v., gebruikt te
worden, bedraagt nu ongeveer f 1200. Aan 73
vrouwen werden uitgereikt: 195 portiën vleesck,
167 soep, 139 rijst, 201 gerookt vleesch, 264
stuks bestelbeschuiten, 402 eieren en 602 kau
melk. Ecnige malen was men tot het verleeuen
van buitengewone ondersteuning genoodzaakt. Deze
ondersteuningen bestouden in een flesch wijn, een
wollen deken, brandstof, kachelhuur en versterkend
voedsel. Al is het reservefonds weer iets geslegen,
toch wordt de vereeniging steeds in de. belang
stelling aanbevolen. In dit laatste halfjaar heeft
zij een betrekkelijk groot aantal buitengewone
leden verloren en ook het aantal donateurs is niet
gronter geworden. Mocht iemand zich gedrongen
gevoelen iets voor de vereeniging af te zonderen,
hij melde dat den secretaris, op het Kort Rapen
burg N°. lü. Alle giften worden met dank aanvaard.
r De boekbandelaar R. Fuik op den Nieuwen
Rijn is beden aangesteld als depothouder van
post r egels enz., betgeen voor de bewoners van dat
gedeelte der stad, dat nogal ver van het postkan
toor verwijderd is, een groote besparing van tijd
kan opleveren.
Te twee uren gistermiddag deed het kanon
gebulder zich te Luxemburg hooren. De klokken
luidden De lijkwagen met bet stoffelijk overschot
van prins Hendrik der Nederlanden kwam van
\Talferdange op het stadsgebied aan. Het voor
bij tokken van den stoet, die zich in de avenue
Arseutal bad gevormd, duurde langer dan een
uur. De tallooze volksmassa, die uit de stad en
het land was toegestroomd, had zich langs den
weg geschaard tot aan het station, dat omstreeks
drie uren vrerd bereikt. De lijkwagen, bedekt met
bloemkransen en door de dienstdoende geestelijk
heid voorafgegaan, werd door liet huis des konings,
de offirieren van het hof en de vreemde gezan
ten gevolgd. Voorts bevonden zich in den stoet
al de lrden der kamer van afgevaardigden, de
leden der regeering, de burgerlijke en militaire
ambtenaren, de mairrs en schepenen uit al de ge
meenten nes lands, met het oranje-lint omhangen.
Terwijl de stoet voorttrok begon het te sneeuwen,
liet lijk werd, zooals gisteren reeds per telegraaf
werd gemeld, in de rouwkapel aan het station
geplaatst tot Vrijdag-morgen, wanueer het naar
Delft zal worden vervoerd. De boogschutters-
vereeniging heeft eene eerewacht opgesteld.
Op het stationsplein waren alle lantaarns aan
gestoken en met dun rouwfloers overdekt, liet
stationsgebouw, iu stijl „chalet dentelé", was ge
decoreerd met tropeeën in de nationale-, oranje-
en Duitsche kleuren, omstrengeld met rouwlint.
Het middelfront was over de geheele breedte be
hangen met eene draperie, bezet met. kransen uit
zwart en wit vlechtwerk. Overigens prijkte het
geheele gebouw Riet rouwvlaggen en wimpels. De
portières in den linkervleugel van het gebouw
geven toegang tot de rouwkapel, voor welke men
de noodige ruimte heeft verkregen door den muur
tusschen de eene wachtkamer en het dames-salon
weg te breken. De wanden en plafonds waren er
gedrapeerd in zwart damast, langs de wandzijden
met afhangende fluweelen strookeu, gegalouneerd
in krip en doormengd met zilveren vlammen. Aan
de eene zijde, tegenover het belendende salon voor
de vorstelijke familie, stond een troon, met een
in fluweel en zilver bewerkt baldaquin, prijkende
met eene koninklijke kroon, terwijl de afsluitiug
aan de achterzijde werd gevormd door afhangend
drap d'argent, versierd met de wapens van den
Prins, met de vermelding van deu sterfdag als
onderschrift. Vuór den troon stond de lijkkist op
een prachtigen katafalk, aan de vier hoeken
bezet met verlichte pyramides, tusschen welke
op hooge zilveren candelabres een tal van
waskaarsen brandden, uit wier midden zich
een grootscb lofwerk verhief, dat rondom de
vorstelijke wapens was heengeslingerd. De kist
werd met zijn bloemenlast op den katafalk ge
plaatst. Onmiddellijk daarop hief een gemengd
koor een motelt aan, waarna de predikant Neu-
marker zijne toespraak hield. „In de hand der
nimmer verwelkende liefde," eindigde hij, „beve
len wij ons en den ontslapene aan. God geve
hem een zalige ruste en ook ons de zaligheid
in die liefde tot in eeuwigheid. Amen." Door
negen liedertafels werd nog een koraal uitgevoerd
en de treurige plechtigheid was voor zoover
Walferdange en Luxemburg betreft afgeloopen.
Duizenden en duizenden kwamen achtereenvolgens
op om hunne hulde aan het stoffelijk overschot
des Prinsen in de rouwkapel te bewijzen.
A. s. Vrijdag, als de trein met het stoffelijk
overschot van Z. K. H. Prins Hendrik te Utrecht
aan het Rijnspoorstalion aankomt, moeten alle
officieren van het garnizoen iu groot tenue aan
het station zijn. Te Honswijk, Vechten, op de
Lunetten, op de Houtensche vlakte, te Utrecht
e» te Woerde» zullen saluutschoten gelost worden.
De rouwtreiu met het stoffelijk overschot
van Prins Hendrik, die Vrijdag-namiddag ongeveer
vijf uren in Den Haag aankomt, zal aldaar langs
het verbindiugsspoor naar het station van den
Hollandschen spoorweg en van daar naar Delft
worden gebracht.
Op den begrafenisdag van Prins Hendrik
zullen te Rotterdam alle openbare scholen, alsmede,
evenals te Amsterdam, de Beurs gesloten ziju.
Naar men verneemt is de schrijver van een
der door de Rotterdamsche afdeeling van het
Nederl. Tooneelverb. bekroonde en ter opvoering
bestemde stukken de heer G. J. Kolffte 's-Hage.
De gemeenteraad van Haarlem heeft tot het
oprichten van eene openbare slachtplaats aan B.
en Ws. opgedragen, een uitvoerig plan met be
grooting van kosten tot een bedrag van ten hoogste
f 70,000 te doen opmaken en bij den Raad in
te dienen. Als plaats, waar die slachtplaats zal
worden opgericht, is aangewezen het stuk gemeen
tegrond, gelegen aan de o. z. van den weg langs
het Harmenjansenveld, naar de mestbergplaats,
zijnde het terrein, waar vroeger de zwemschool
was gevestigd. Aan den heer T. Nolen is op zijn
verzoek eervol ontslag verleend als leeraar in de
Nederl. taal en letterkunde aan de H. B. School
met 5-jarigeu cursus aldaar.
Z. M. de Koning zal morgenvoormiddag
te hnlftwaalf met gevolg per specialen trein van
de Nederl. Rijnspoorwegmaatschappij de residentie
verlaten ten einde het stoffelijk overschot van Hd.
broeder tot aan de grenzen te gemoet te reizen.
De trein met. het vorstelijk lijk zal te 3 u. 59
min. te 's-Hage het Rijnspoorstation binnenko
men, om, nadat Z. M. de Koning en de Hd.
vergrzelleude leden der hofhouding zullen ziju
uitgestegen, den weg naar Delft te vervolgen.
Ter gelegenheid van het overbrengen van het
stoffelijk overschot zullen zich morgenmiddag te
balfvier aan het Rijnspoorstation bevinden alle
officieren van het geheele garnizoen in groot tenue.
De officieren niet bij de troepen ingedeeld zullen
zich op het perron plaatsen. Tot het doen der
saluutschoten tijdeus het oponthoud en het voor
bijgaan van den trein zal bet geschut worden
opgesteld aan het einde der Maliebaan.
H. K. II. Prinses Hendrik zal hedenavond
te zeven uren in de residentie aankomen.
Hel plan bestaat om in navolging van den
Wassenaarschen polder ook den Vriezekoopschen
polder, ressorteerende onder Leimuiden, van een
stoomgemaal te voorzien.
Gemengd IVieuws.
In de nabijheid van den Aalsmeer-
derweg te Haarlemmermeer is in een sloot het
lijk gevouden van een onbekend manspersoon.
In den afgeloopen nacht is te Amster-
dam in het Binnengasthuis gebracht en kort daarna
overleden een jonge vrouw, die verblijf hield in
een verdacht huis, en aldaar gewond werd, naar
men beweert door een pistoolschot dat op haar
werd gelost.
Omtrent den diefstal in den nacht
van Zondag op Maandag in het „Hotel Central"
van den heer P. Lieth te Amsterdam wordt nog
liet volgende gemeld De dief heeft in het sous-
terrain aan de straatzijde een ruit ter dikte van
een halven centim. stukgeslagen, vervolgens den
ijzeren boom van het raam opgelicht, zich zoo
doende vrijen toegang tot het huis verschaft,
waar hij zijn weg nam doer de koffiekamer, ver
der drie deuren opende, waarvan édne die naar
boven leidde en van eene waarschuwende schel voor
zien was, en zich rechtstreeks naar de eetzaal
op eene bovenverdieping begaf. Hij maakte zich
van de sleutels meester, die hij naar het blijkt
goed wist te vinde», opende de zilverladen van
het buffet en nam daarnit zes en dertig groote
zilveren lepels en vorken, anderhalf dozijn zilve
ren theelepeltjes, benevens eenige pleten, en twee