N°. 5749. A". 1878. baandag <r ■J Mw* II November. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke iSommcrs0.05. PRIJS DER ADYERTENTIEN: Van 1—C regels1.05. Iedere regel meer0.17f: (irnntere letters naar plaatsruimte. Gemengd Nieuws. Keeds gisteravond liep hier ter stede het gerucht dat een der stoombooten van den heer Carsjens op hare terugreis naar Amster dam nabij de Haarlemmermeer wegens te sterke veelading boven op het dek, was omgesla gen, waarbij niet alleen veel vee, maar ook twin tig a dertig personen zouden zijn omgekomen. Hedenmorgen was het getal reeds tot zeven en dertig geklommen. Een ingesteld onderzoek heeft echter gelukkig aan het licht gebracht dat er van het geheele bericht niets aan is. Bij hen die 't in de allereerste plaats konden weten was er niets van bekend. Bovendien waren de booten die zoowel naar Haarlemmermeer als op Amsterdam varen, ter gelegenheid van den marktdag heden alle in de Haven aanwezig op eene na, de „Land bouw", die reeds sedert Dinsdag op de werf in reparatie is. Deze kan 't dus in 't geheel niet zijn. Gistermorgen is een Amsterdammer, geplaatst bij het 2de regiment veld-artillerie, 2de batterij alhier in garnizoen, voor het front vaB zijn regiment wegens aanhoudend wangedrag uit den militairen dienst ontslagen. Ter aanvulling van het bericht van gisteren wordt ons nog uit Nieuwveen gemeld, dat de heer v. Z., grossier in wijnen en sterke dranken, des morgeDS op reis was gegaan. Zijne vrouw, tijdelijk zonder dienstbode, ging, toen de kinderen sliepen, een bezoek afleggen bij hare ouders. Van daar terugkeerende bemerkte zij rook en spoedde zich naar de kamer, waar hare vier lievelingen lagen. Bij het openen der deur stond de kamer vol rook. Één kind lag bij de deur en gaf nog teekenen van leven, drie waren reeds dood, van welke twee door het vuur gehavend, de beide andere door den rook gestikt. De lijkjes werden naar de herberg „De gouden leeuw" vervoerd. Uit Goes is naar Den Haag overge bracht de van poging tot moord beschuldigde Beekman, om een onderzoek naar zijn zielstoestand in te stellen, welk onderzoek is opgedragen aan de heeren doctoren Ramaer en Eikendal. Terwijl Donderdag-avond te Arnhem in de komedie door het „Nederlandsch Tooneel" „Prettige schoonouders" werd gespeeld, werden acteurs en actrices eensklaps verschrikt door de verschijning van een vleermuis, die het op hun coiffures scheen gemunt te hebben. Het tumult, daardoor ontstaan, had ten gevolge dat het spel eenigen tijd moest worden gestaakt, terwijl de gemoederen nog onrustiger werden, toen ook de zaal met een bezoek van den ongenooden gast werd vereerd. Eerst nadat het dier een veilige schuil plaats in de directieloge had gevonden, werd de rust weder hersteld. De heer Albregt maakte ter stond tot groot vermaak van het publiek eenige geestige toespelingen op dit intermezzo. Gisteren is D. L. Prevoo, metselaar te Gronweld (Limburg), wegens brandstichting door het gerechtshof te 's-Hertogenbosch veroor deeld tot eene tuchthuisstraf van vijf jaren. Hij leefde in onmin met zijne vrouw en had des avonds laat, terwijl zij en zijne vijf kinderen reeds te bed lagen, zijn huis in brand gestoken, dat tot den grond toe afbrandde. an z'n vrienden moet men 't hebben. Des avonds omstreeks elf uren werden te Gre noble een sergeant-majoor der genie en eenige zijner kameraads met een politie-agent bij bet uitgaan van een bal met steenworpen aangevallen door een bende baldadigen, die de hevigste be dreigingen uitten. De politie-beambte wil een der aanvallers in arrest nemen, maar valt met hem al worstelende op den grond. Dit ziende, trekt de sergeant-majoor zijn degen om den politie-be ambte ter hulp te komen, maar treft juist deze in plaats van den aanvaller, op wien hij het ge munt had. De toestand van den ongelukkige, die van zijn „helper" een diepe wond in zijn linker zijde bekwam, geeft weinig hoop op het behoud van zijn leven. Tusschen zekeren Du hart te Lapou- jade (dep. Gironde) en zijn schoonzoon was een hevige woordenwisseling ontstaan, ten gevolge waarvan den laatste het huis werd ontzegd, terwijl zijn 17-jarige vrouw, met wie hij slechts vier maanden gehuwd was, weigerde hem te volgen. De jonge man besloot zich te wreken en kocht met dat doei te Bordeaux een revolver, waarmee hij zich op zekeren avond naar het huis zijns schoonvaders begaf en toen door het raam zijn vrouw verzocht bij hem te komen. Deze echter, weinig goeds vermoedende, weigerde aan die uit- noodiging gevolg te geven, waarop haar man zich schuilhield, om de overigen in den waan te brengen dat hij zich had verwijderd. Eenigen tijd later begaf Duhart zich naar buiten, om zich te over tuigen dat zijn schoonzoon werkelijk was heenge gaan doch nauwelijks had hij zich op den drempel zijner woning vertoond, of er viel een schot de ongelukkige vader stortte doodelijk getroffen neder. De moordenaar is onmiddellijk in arrest genomen. In Zweden trekt thans een zonderling proces de aandacht. Zekere Helga De la Brache, die zich een dochter noemt van Gustaaf IV, eischt van koning Oscar de betaling van een dotatie, haar in 1861 door de regeering toegestaan, maar in 1870 geschrapt. De achterstallige som bedraagt 27,000 kronen. De regeering beweert, dat de eischeres niet is wie zij voorgeeft te zijnmej. De la Brache heeft de overlegging gevraagd van een brief, door Gustaaf IV aan Bemadotte geschreven, en van twee ofBciëele rapporten, krachtens welke zijn in 1861 de dotatie kreeg. Het Glasgowsche fonds ter ondersteu ning van hen, die tot armoede gebracht zijn door het faillissement van de City of Glasgow-Bank, bedraagt reeds bijna 80,000 p. st. Te Berlijn zijn door de klerken der stedelijke secretarie de volgende schrijfbehoeften gedurende het afgeloopen jaar gebruikt2123 gros stalen pennen, 9350 pennenhouders, 14,285 pot- looden, 203,400 couverts, 1756 liters inkt, enz. In een Turksch blad wordt medege deeld, dat de door den sultan benoemde finan- ciëele commissie dezer dagen eenige harer leden naar de keizerlijke staatsdrukkerij gezonden heeft, om al hetgeen voor de vervaardiging van kaimés gebruikt wordt (machines, clichés, enz., enz.j Ï.595 voorwerpen) in 8 groote kisten te pakken., te ver zegelen en in een afzonderlijk lokaal weg te slui ten, ten einde der regeeriDg den verderen aanmaak van kaimés te beletten. De ontginning der diamantmijnen aan de Kaap is in den laateten tijd met veel be teren uitslag dan vroeger bekroond. In de mijnen van Dutoitspan vond men verscheidene steenen van 50 karaten en op het goed van kapitein Jones een diamant van nifet minder dan 244 karaten. Met de „spaldin^*'' is deze de grootste, die men uit de mijner, van Zuid-Afrika verkregen heeft. De onstuimige tooneelen in het Hon- gaarsche Volkshuis bij de laatste adresdebatten hadden ten gevolge, dat de afgevaardigde baron Kemeny den afgevaardigde Ernst Simonyi uitdaagde. Deze nam de uitdaging aan en den volgenden ochtend zon het duel in het „Megyerer Waldchen" plaats vinden. Dat „Waldchen" schijnt echter zoo groot te zijn, dat de twee genoemde heeren met hunne secoudanten daar een uur lang naar elkan der gezocht hebben. Zij vonden elkaar eerst op den weg huiswaarts en de heer Simonyi verklaarde toen, van oordeel te zijn, dat hij genoeg gedaan had door op zijnen hoogen leeftijd en ondanks zijne zwakke gezondheid een uur gewacht te hebben; hij wilde zijn rijtuig niet meer verlaten. Het duel kon dus niet doorgaan. Zekere Bruynel, een liefhebber van opgezette dieren in den omtrek van Toulouse, had van de eigenares eener diergaarde de huid van een gestorven leeuw gekocht, ten einde die voor zijn verzameling te doen opvullen. Onderweg hield de knecht, die het kostbare vel van den koning der woestijn overbracht, zich even op in een herberg en vond daar onder een aantal drinkebroers een persoon voor wien hij een pakje bij zich had, ook in de mand, die de leeuwenhuid bevatte en in het voorhuis was blijven staan. Enfin, dat was minder, de bedoelde persoon zou er het pakket zelf wel even uitkrijgen. Nu wilde het toeval, dat een der aanwezigen aan zijn niet al te nuchtere makkers een verhaal had opgedischt, in een pro vinciaal blaadje voorkomende, van het ontsnappen van een leeuw uit een menagerie in den omtrek. Nog onder den indruk van het gehoorde verkee- rende, vernemen zij eensklaps een vreeselijken angst kreet. Wat was het geval De man, aan wien het bewuste pakje was gericht, had, dit uit de mand willende nemen, de hand op de leeuwenhuid ge slagen en, terstond aan den ontsnapten leeuw denkende, had hij, een kreet van ontzetting sla kende, het op een loopen gezet. Algemeene ont steltenis ook in de gelagkamer, en het duurde ge- ruimen tijd, eer het geval was opgehelderd en allen tot bedaren waren gekomen. Den gevlochten zoon van Bacchus, die eerst laat tehuis kwam, kon men maar niet aan het verstand brengen, dat hij slechts met de huid van een levenloos dier had te doen gehad. Zekere Dubray, commissionair te Angers, werd door zijne vrouw aan de deur gezet, nadat hij haar herhaalde malen had mishandeld. Een zesjarig zoontje, uit een vroeger huwelijk der vrouw, werd een paar dagen geleden door Dubray, gelijk hij trouwens meermalen deed, uit school gehaald. Dezen keer echter begaf hij zich niet met den kleine naar huis, maar den volgenden dag ontving de commissaris van politie nit Doutre een brief, waarin Dubray hem kennis gaf dat hij het jongske had opgehangen en zich ver volgens naar Parijs begeven had. Ofschoon men aanvankelijk aan misleiding dacht, werd er niet temin een hevel tot gevangenneming tegen Dubray uitgevaardigd en werkelijk werd hij gearresteerd op een pachthoeve in den omtrefe van Angers. Maar al te spoedig zou nu de inhoud van den brief bewaarheid worden: den volgenden morgen vond men het arme knaapje in de bosschen van Avrillé opgehangen aan een eik. Voortdurend neemt de armoede te Berlijn toe, zoo zelfs dat de bedragen, op de be grooting voor het armwezen uitgetrokken, ni"f meer voldoende blijken. Over 1877 bed-' som van het armfonds piet mind;er milljoen mark.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1878 | | pagina 1