Gemengd Nieuws.
BUITENLAND.
Frankrijk.
zal het gebouw gereed kunnen zijn en de exploi
tatie kunnen loeginnen.
Men schrijft ons uit Woubrugge: Het 25-
jarig bestaan der vereeniging van burgemeesters
en secretarissen „Alphen en omstreken" werd
gisteren feestelijk gevierd. Van de oprichters in
1853 waren aanwezig de heeren mr. C. Van der
Vlies, burgemeester van Hazerswoude, en S. Van
Driel, burgemeester van Nieuwveen. Baron Van
Reede van Oudshoorn, mede tot bijwoning van
het feestje uitgenoodigd, als, behalve de twee ge
noemde heeren, de laatste nog in leven zijnde
mede-oprichter dezer vereeniging, was uithoofde
van zijn hoogen leeftijd verhinderd tegenwoordig
te zijn. Onder gezelligen kout ging de tijd spoe
dig om en werden hartelijk gemeende toosten ge
dronken zoo op Z. M. als op 's Konings commis
saris enz. Moge deze vereeniging, die zich alleen
ten doel stelt de uitbreiding der kennis van ge
meentelijke administratie onder hare leden, steeds
in bloei toenemen en op den ingeslagen weg blijven
voortgaan.
De begrooting der gemeente Leimuiden is
voor het dienstjaar 1879 in inkomst en uitgaaf
vastgesteld op f 10,199.53.
De stoomschepen der maatschappij „Neder
land" zullen, naar men mededeelt, tot 1 April
a. s. van Nieuwediep vertrekken en aldaar bin
nenkomen. Na dien tijd zullen zij van IJmuiden
uitgaan en zal de dienst zoodanig worden geregeld,
dat elke 14 dagen in plaats van om de drie weken
een schip van en naar Indië vertrekt.
In „Arti" te Amsterdam is gisteren de
tentoonstelling geopend van schilderijen enz. van
levende meesters. De verzameling telt 322 kunst
werken van ongeveer 200 inzenders.
Z. M. heeft aan G. F. Weslerman, directeur
van het Ned. zool. gen. „Natura Artis Magistra"
te Amsterdam, vergunning verleend tot het aan
nemen en dragen der versierselen van ridder der
Wasa-orde van Zweden, hem door den koning van
Zweden en Noorwegen geschonken; benoemd tot
leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Hee
renveen, C. J. Prakken, tijd. leer. aan die school
tot ordonnance-offic. den lsten luit. jhr. W. P.
H. Van de Poll, van het 3de reg. huz., die in
verband daarmede wordt overgeplaatst bij den
grooten staf; kapt. B. Dutry van Haeften, van
het reg. rijd. art., op zijn aanvrage op pensioen
gesteld en het bedrag bepaald op f 1430 'sjaars.
De tweede voorstelling van het Rotterdamsch
tooneelgezelschap werd gisteravond weder door
een talrijk publiek bijgewoond, dat zeker zeer vol
daan het schouwburglokaal verliet. „Onze stand"
toch is een fijn geschreven boeiend drama, waar
van de in dit blad gegeven aanbeveling geenszins
onverdiend was. Aan herhaalde goedkeuringen ook
van de zijde van het niet spoedig applaudisseerend
publiek ontbrak het dan ook niet, waartoe in niet
geringe mate het keurige spel der vertooners bij
droeg. Ware de auteur, niet enkel meer onder
den pseudoniem van Wilkama bekend, tegenwoor
dig geweest, hij had zich zeiven van het groote
succes met zijn eersteling kunnen overtuigen.
Als nastukje werd opgevoerd Jobin en Nanette",
een blijspel dat, indien we ons niet vergissen,
reeds vroeger onder een anderen titel hier gege
ven is. De heer Van Zuylen heeft er ruimschoots
gelegenheid in om te schitteren. En hij doet dit
ook. Soms was hij onbetaalbaar. Met de rol van
Nanette werd er thans door mejuffrouw Cam. Du-
pont in gedebuteerd. Voor zoo ver men hier
op een eerste optreden kan afgaan, mag men
veronderstellen dat de algemeene indruk dien zij
achterliet gunstig is. Aan een niet onaardig uiter
lijk paart zij een aangenaam hoewel niet zeer
sterk, maar toch duidelijk geluid, dat zeker voor
blijspelen met zang niet onwelkom is. Wij zouden
haar echter in overweging willen geven te trach
ten het eigenaardige, doch op den duur minder
wenschelijke, dat haar zang kenmerkt, te laten varen
en zich het meer eenvoudige eigen te maken. In
de rol die zij gisteravond vervulde had zij, dunkt
ons, ook wel een weinig eenvoudiger gekleed kun
nen zijn. De verdere omgang met de leden van
het gezelschap zal evenzoo op de uitspraak van
eenige woorden niet zonder invloed blijven. Met
den heer Van Zuylen werd zij na afloop der voor
stelling onder daverende toejuichingen tweemaal ten
tooneele teruggeroepen.
Omstreeks één uur in den afgeloopen
nacht werd in de branderij „de Valk" van den
heer C. Van der Zwet Cz. in de Baaierstraat
alhier brand ontdekt, welke van het begin af zoo
hevig moet hebben gewoed, dat bij de ontdekking
er van reeds bet geheele gebouw in volle vlam
stond en een zee van vuur vertoonde, welke zich
ook hoog in de lucht verspreidde, zoodat de brand
op verren afstand in de stad zichtbaar was. De
alarmseinen weerklonken dan ook weldra overal
en de brandweer was vooral met het oog op het
nachtelijk uur spoedig op de been. Met vereende
krachten mocht men er eindelijk in slagen het
vuur, sterk gevoed door de vele brandbare be-
standdeelen, in zijn voortgang te stuiten en de
belendende perceelen te beschermen, waarvan de
bewoners echter nog ternauwernood gelegenheid
hadden goederen en kinderen te redden, daar de
hitte van het vuur zoodanig was, dat het er in
de nabijheid niet was uit te houden. Reeds spoedig
stortten dak, zolders en muren van het brandend
perceel in, waarvan niets door het vuur gespaard
werd. In den laatsten tijd moet aan de branderij
nog veel vernieuwd zijn, waardoor de schade vrij
aanzienlijk, maar daarentegen de assurantie be
langrijk minder moet wezen. Het kantoor leed
wel water- doch geen brandschade, zoodat daar
nog alles kon gered worden. Te twee uren kon
men zeggen het vuur goed meester te zijn, waarna
de handspuiten successievelijk vertrokken en de
stoomspuit alleen overbleef, om uog bij tusschen-
poozen water te geven, daar telkens hier en daar
het vuur trachtte opnieuw uit te breken. De oorzaak
is onbekend. In den regel worden 's avonds de vuren
gedekt en de helm gestut, en 's morgens bij het
opstoken der vuren de stutten weggenomen; als
dan kan de moutwijn overkoken en er brand ont
staan. Naar men verzekert branden dan ook meestal
mouterijen 's morgens omstreeks tien uren af.
De aanleg van den spoorweg Leiden
Woerden zal waarschijnlijk nog tot een proces
aanleiding geven. De pachter van den tol op het
Amsterdamsche en Goudsche rijpad heeft nl. ten
gevolge van dien aanleg groote schade in zijn in
komsten geleden en zal die ook gedurende zijn
overigen pachttijd ondervinden, waarom hij zich
heeft gewend tot den gemeenteraad van Gouda
om schadevergoeding. Nu meenen B. en W. van
die gemeente, dat in dit geval van onteigening
van een verhuurd goed door de onteigenende partij
aan den huurder schadeloosstelling moet worden
betaald, terwijl bovendien de spoorwegmaatschappij
LeidenWoerden bij aankoop van de gronden,
voor den spoorweg benoodigd, uitdrukkelijk heeft
verklaard, dat huurder en erfpachter der te ont
eigenen gronden voor hare rekening schadeloos
zouden worden gesteld. Dit laatste is tot heden
nog niet geschied en men voorziet derhalve een
nieuwe procedure.
De drie personen, die verdacht wor
den zich aan den dubbelen moord te Vollenhove
te hebben schuldig gemaakt, zijn onder behoorlijk
geleide ieder afzonderlijk per wagen naar Zwolle
gebracht en daar in het huis van verzekeriug
opgenomen.
Te Ecaussines, in Henegouwen, is
eene werkstaking onder de werklieden in de steen
groeven uitgebroken, welke, volgens de „Etoile",
algemeen is en hare oorzaak vindt in eene loons
vermindering van 10 pet. Er zijn gendarmes heen
gezonden en, naar de „Indépendance" meldt, waren
de troepen te Bergen geconsigneerd. Het getal
werkstakers wordt op 6000 geschat. Tot dusver
was de rust niet gestoord.
Omtrent het spoorwegongeluk te
Pontypridd wordt nader gemeldZaterdag-namid
dag te ongeveer halfvijf is te Pontypridd, in
Zuid-Wales, een trein tegen een anderen trein
ingeloopen. Het ongeluk gebeurde op ongeveer
300 yards van het station, alwaar de eene trein,
na passagiers te hebben uitgelaten, achteruitstoomde
en toen, door welke oorzaak dan ook, op een
ander spoor overliep, juist terwijl daar een trein
in vollen gang aankwam. Het gevolg hiervan was
dat de eerstgenoemde trein tegen den middelsten
wagen van den anderen aanbonsde. Het spreekt
van zelf dat verscheidene rijtuigen onderstboven
raakten en verbrijzeld werden. Tot overmaat van
ramp zaten juist in dien middelsten wagen (een
van de 3de klasse) een aantal passagiers. In het
geheel zijn er bij den schok dadelijk twaalf ge
dood, terwijl er overigens 40 a 50 zwaar gekwetst
werden. Deze zijn allen in verschillende huizen
opgenomen. Slechts enkele personen zijn er met
eene lichte verwonding of kneuzing afgekomen.
Het ongeluk heeft zooveel te meer sensatie ver
wekt, omdat juist die lijn en vooral dat punt
algemeen was bekend wegens het voortdurend
streng toezicht.
De kassiers-bediende Mairesse, die
in Juli 11. te Parijs zich met eene som van 80.000 fr.
uit de voeten maakte, maar door berouw gedreven
het gestolene, voor zoover het niet verteerd was,
namelijk 77,000 fr., aan zijnen patroon terugzond
en zich gevangen liet nemen, is dezer dagen tot
eene gevangenisstraf van 1 jaar en 50 fr. boete
veroordeeld.
Te Lyon is eergisteren de bene-
denverdieping van een huis in den daaronder ge
legen kelder nedergestort, in haar val twee der
talrijke bewoners van het pand, vader en zoon,
benevens een buurman meesleepende. Juist op dat
oogenblik was het drietal aan het werk om voor
zorgsmaatregelen te nemen tegen het dreigende
onheil, dat zij echter niet meer konden voorko
men. Spoedig waren de drie mannen door de
toesnellende bewoners uit hun benarden toestand
verlost, de vader echter met ernstige verwondin
gen, daar hij onder het puin van den ingestorten
schoorsteen was geraakt.
Het bericht dat in Nieuw-Zeeland
vijf zendelingen door de inboorlingen vermoord
en opgegeten zouden zijn, wordt door de regee
ring van Nieuw-Zeeland in een telegram aan Julius
Vogel tegengesproken.
De ex-keizerin Eugénie kwam Vrij
dag met haar zoon te Dover met de boot van
Ostende. Terwijl zij heen en weer wandelde op
de „Admiralty Pier", viel zijprins Louis Napo
leon tilde haar van den grond en na eenige oogen-
blikken in bewusteloozen toestand te hebben ver
keerd kon ze naar het hotel terugwandelen. 's Avonds
werd de reis naar Chislehurst voortgezet. Met den
zelfden trein vertrokken mevrouw Thiers en mej.
Dosne van Dover naar Londen.
Het aantal loten van de Parijsche
tentoonstellingsloterij zal niet meer dan 8 millioen
bedragen. Het zesde millioen is bijna uitverkocht.
Tot de nieuwe prijzen behooren een orgel van
Cavaillé Coll ter waarde van 25,000 fr. en een
tent van gegoten ijzer, ter waarde van 10,000 fr.
De rijkste Javaan van Samarang, Tas-
simin genaamd en woonachtig in de kampong Koe-
litan, is voor eenige dagen overleden en met groote
staatsie op Bergotta begraven. Meer dan twaalf hon
derd personen vergezelden het lijk naar het kerkhof
en circa 500 hadji's zonden hun gebeden voor
het heil des overledenen ten hemel. Aan al deze
personen werd na de begrafenis 1 tot 2.50
uitbetaald, en bovendien een stuk wit katoen ten
geschenke gegeven. Buitendien werd langs den ge-
heelen weg, dien het lijk passeerde, een mengsel
van kwartjes, dubbeltjes en centen met gele rijst
en bloemen op den grond uitgestrooid, een gebrHik,
dat bij elke begrafenis van een aanzienlijk inlander
gevolgd wordt. De overledene wordt geschat een
kapitaal van circa f 150,000 na te laten, eene
som welke hij geheel door handeldrijven en een
ordelijke levenswijze had overgegaard.
Door 27 staten zijn de voorwerpen of een deel
daarvan, tot de afdeeling ethnographie en pedago
gie op de Parijsche tentoonstelling behoorende,
afgestaan ten behoeve van het te Parijs op te rich
ten museum van ethnographie en pedagogie. Die
staten zijnAndorra, Engeland, Zuid-Australië,
Oostenrijk, Canada, de Kaap, China, Egypte,
Spanje, Amerika, Finland, Griekenland, Guate
mala, Hongarije, Engelsch-Indië, Neerlandsch-
Indië, Jamaica, Japan, Lagos, Marokko, Nieuw-
Zuid-Wales, Noorwegen, Nederland, Portugal, Rus
land, Zwitserland en Victoria.
Te Parijs zijn dezer dagen een wijnkooper
en een schoenmaker, Finet en Guérin genaamd,
onverhoeds wegens medeplichtigheid aan de Com-