N°. 5690. Dinsdag A". 1878. 3 September. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. LEIDSCÏÏ DAGBLAD. PRTJS DEZER COURJLHTÏ tloor Leiden per 8 maanden.....».»»LXO. Franco per postLtó Afzonderlijke Nommen 0.05. PRIJS DEB ADVERTENTIES: F«n 1—8 npl>....<...ti108. Iedere regel meer....7..0.17J. Graatere letters naar ptaatisrmmte. LGIDEK, 2 September. Nadat Zaterdag-morgen de kwartiermakers alhier waren gekomen, arriveerde gistermorgen tegen ruim twaalf uren een escadron van het 1ste reg. huzaren in garnizoen te Haarlem, aan de Koepoorts gracht, om in Zoeterwoude te worden inge kwartierd op den doormarsch naar Monster, alwaar de troepen deel zullen nemen aan de manoeuvres. De sterkte was ongeveer 130 manschappen en paarden benevens 7 officieren, de meesten met 2 paarden. Wegens de uitgestrektheid van de ge meente werden de manschappen van haver, hooi en stroo voorzien en daarna naar hunne kwartieren gezonden, door welken maatregel het herhaald heen en weer trekken der manschappen werd voor komen, terwijl evenwel daar tegenover staat, dat op de wegen duidelijke sporen te vinden zijn van weggeworpen fourages. In hoeverre dit laatste te voorkomen zoude zijn in dergelijke gevallen, door b. v. aan de inwoners voor ieder paard een weinig meer geld te geven, waarvoor dezen de fourages verstrekken konden, zoude te bezien staan. Tegen ruim twee uren waren alle man schappen van fourages voorzien en op reis naar hunne kwartieren, waarbij nogal eenige vergeefsche tochten werden gemaakt, omdat de manschappen zich niet eerst duidelijk informeerden waar hunne kwartieren gelegen waren, en er vele bewoners zijn van denzelfden familienaam. Hedenmorgen vroeg is het escadron opgerukt naar het Westland, alwaar het in kleine sectiën verdeeld wordt. Ter waar neming van den wachtdienst tijdens het garnizoen aan de manoeuvres deelneemt, zijn gisteren en heden alhier per trein gearriveerd detachementen van het derde regiment infanterie uit Vlissingen. Dat der veld-artillerie uit Utrecht is grootendeels hij stalhouders hier ter stede ingekwartierd. Betreffende het huldeblijk, dat volgens ons bericht van Zaterdag door de kweekelingen der Leidsche zeevaartschool aan de gemalin van prins Hendrik zou worden aangeboden, wordt ons het vol gende medegedeeld: De keurige bouquet, welke door den heer Speet vervaardigd was, werd toevertrouwd aan een twaalftal jongens die onder geleide van den konstabel per trein naar Den Haag vertrokken. Aan den bouquet was een wit satijnen strik bevestigd, op welks einden men de woorden las„Hulde van de Kweekschool voor Zeevaart te Leiden aan HH. KK. HH. prins en prinses Hendrik." In Den Haag komende werden, overeenkomstig het uitdrukkelijk verlangen van Z. K. H. dat de aanbieding zoude plaats hebben bij de intrede van H. K. H. in Hoogstdeszelfs paleis, de schreden rechtstreeks daarheen gericht en het was geen ge ringe verrassing dat hun aldaar een plaats aange wezen werd in de vestibule van het vorstelijk paleis. Hoog en droog konden zij daar hun tijd afwachten en zich gereedmaken om zich straks op de meest gepaste wijze van hunne zoo buiten gewone en eervolle zending te kwijten. Het succes overtrof nog de hooggespannen ver wachting. Toeu de doorluchtige personen den drempel overschreden hadden, vestigde Z. K. H. de op merkzaamheid der prinses op de flinke groep die daar geschaard stond, met de woorden„Dit zijn nu mijne jongens van de Kweekschool". En nadat daarop de bloemruiker, met naïeve vrijmoedigheid aangeboden, op minzame wijze door de prinses aangenomen was, zeide de prins nog: „Jongens, ik dank jelui wel," en verdween daarop met zijn schitterend gevolg uit het gezicht der verblufte knapen. Maar hoe groot was hunne verrassing toen de prinses later op het balkon verscheen om de toejuichingen der ontelbare volks menigte te beantwoorden en, zooals een der jon gens zich eigenaardig uitdrukte, hun eigen bouquet, kenbaar aan de linten, in hare eigene hand hield. Wij behoeven niet te zeggen dat de indruk van het gebeurde, uit den mond der knapen opge- teekend, voor hen zei ven onuitwischbaar zal zijn en dat de onderscheiding, hun te beurt gevallen, als nieuw blijk van sympathie, gevoegd bij zoovele andere bewijzen van grootmoedige welwillendheid welke de Kweekschool van haren koninklijken eere voorzitter ontvangen heeft, een welverdiende plaats zal innemen in hare gedenkschriften. Men schrijft ons uit Zoeterwoude: Men begint elkander alhier reeds af te vragen, of Lei den geen plannen maakt tot het houden van een feestelijke opening van de lijn LeidenWoerden. Al is het, dat het juiste tijdstip nog moeilijk is aan te geven, en het verstandigste zal zijn, zich maar niet te veel met allerlei meer of minder gun stige kansberekeningen in te laten, zouden er toch reeds plannen kunnen worden gemaakt, en zoo deze ter kennisse werden gebracht aan omliggende of aan de lijn gelegen gemeenten, zou men tot eendrachtige samenwerking kunnen geraken en zoodoende een waardige feestelijke opening voor bereiden. Het zou toch minder eigenaardig wezen, wanneer het plan hiertoe van andere gemeenten uitging en dan aan Leiden werd aangeboden. Bij den Zaterdag te Amsterdam gehouden wedstrijd der koninklijke Nederlandsche zeil- en roeivereeniging tusschen jachten, boeiers enz. is de prijs behaald door J. A. Yan Olden, van Leiden, en de prijs met tweeriemsgieken door de Leidsche studenten-roeivereeniging „Njord". Met de geïllu mineerde stoomboot „Volharding", die om zeven uren hier aankomt, zal de giek hedenavond tusschen halfacht en acht uren door de Oude Vest met de muziek der schutterij naar het gebouw der ver- eeniging worden gebracht. In 't jaar 1828 sloten ruim 130, later nog een twintigtal aan onze hoogeschool studeerende jongelieden (allen van de jaren 18251828) zich aaneen om den bestaanden vriendschapsband ook na het verlaten der academie door nu en dan plaats hebbende samenkomsten te onderhouden. Die bijeen komsten zijn daarna telkens om de vijfjaren, meest alle hier ter stede, gehouden en hebben geheel aan de zinspreuk der Vereeniging „Haec res et jungit, junctos et servat amicos" (Dit voegt de vrienden saam en houdt ze trouw verbonden) beantwoord. Vrijdag kwamen zoovelen van die oud-studenten als in de verloopen vijftig jaren nog in het leven waren gespaard en in de gelegenheid waren om zich herwaarts te begeven, voor de tiende maal bijeen, in de bekende uitspanningsplaats „Zomer- zorg". Merkwaardig was die samenkomst voor allen, die er aan mochten deelnemen. De, nu ruim eene halve eeuw geleden, hier doorgebrachte jaren, zoo rijk aan de verscheidenheid, die het studentenleven oplevert, werden met jeugdige opgewektheid en dankbare herinnering aan het vele goede, dat zij geschonken hadden, herdacht. Zeer veel mocht in den loop dier halve eeuw zoowel in de geliefde academiestad, die nog eens doorwandeld werd, als in geheel de maatschappij, veranderd zijn, dezelfde broederlijke geest, die vroeger hen ver bond, was onder de aanwezigen levendig, en bij het feestmaal in de „Lion d'or", waarmede de samenkomst besloten werd, scheidende, was aller wensch„tot weerzien op gelijke wijze." (H. C.) De derde algemeene vergadering der ver- eeniging voor lijkverbranding zal worden gehouden te Arnhem, op Zaterdag den 28sten September e. k., in het Loge-gebouw (Rijnstraat). Prof. C. P. Tiele, door het hoofdbestuur uit zijn midden tot voorzitter der vergadering benoemd, zal de werkzaamheden leiden. O. a. zal het hoofdbestuur verslag geven over de antwoorden, die zijn inge komen op de ten vorige jare uitgeschreven prijs vraag over de lijkverbranding. (De commissie van beoordeeling bestaat uit de heeren prof. A. P. N. Eranchimont, dr. D. De Loos, prof. Th. H. Mac Gillavry en prof. C. P. Tiele.) Verder is aan de orde de verkiezing van leden van het hoofdbestuur, en wel: a. van twee leden, te kiezen nit de te 's-Gravenhage woonachtige leden der vereeniging, wegens de periodieke aftreding vau de heeren dr. M. F. A. G. Campbell en dr. L. J. Egeling, b. van vier leden, te kiezen uit alle leden der vereeniging, wegens de periodieke aftreding van de heeren J. Hooykaas Herderschee, dr. D. De Loos, dr. T. J. Stieltjes en prof. C. P. Tiele; c. van één lid, te kiezen uit alle leden der vereeniging, wegens het bedanken van den heer jhr. mr. J. J. F. De Jong van Beek en Donk. Als plaats voor de algemeene vergadering in 1879 heeft het hoofd bestuur voorgesteld Utrecht. Bij de heden gehouden openbare verkoo- ping van cokes van partijen van 100, 50, 10 en 5 hectoliters waren de hoogste prijzen 26.00, f 13.50, f 3.10 en f 1.35; de laagste f 26.00, f 13.50, f 2.70 en f 1.35. Prins en prinses Hendrik, benevens de groot hertog en de groothertogin van Saksen-Weimar woonden gisteren de voormiddag-godsdienstoefe ning in de Groote Kerk bij onder het gehoor van ds. Oort, die sprak naar aanleiding van Mattheus 22 vs. 21. De minister van waterstaat enz. heeft zich, onder voorbehoud van 's konings goedkeuring, ver- eenigd met het voorstel van den heer M. A. Perk, president der Nuts-commissie, om in plaats van 6 werklieden gedurende 14 dagen, 12 gedurende 10 dagen naar de wereldtentoonstelling te Parijs voor 's rijks kosten te zenden, en in dien geest zijn eerste besluit gewijzigd. Ook heeft Z. E. de toen door genoemden heer aangeboden voordracht van 12 personen uit de op de onlangs te Amster dam gehouden tentoonstelling met een der eerste prijzen bekroonden, bekrachtigd. Eenige zalen in het zoogenaamde Oude- Mannenhuis te Amsterdam zullen worden ingericht tot model-apotheek, ten dienste der studenten. Door den gemeenteraad van Reeuwijk is af wijzend beschikt op de drie adressen van ver schillende ingezetenen, om de kermis, thans in de maand Juli in de tweede week der Goudsche kermis gehouden wordende, ter beteugeling der ook aldaar voorkomende buitensporigheden weder als vroeger in October te doen plaats hebben en is, op voorstel van het raadslid den heer H. A. Vis, met 5 van de 6 stemmen besloten om in de maand October dezes jaars en vervolgens ieder jaar in die maand, volksfeesten in drie deelen der gemeente te houden en de kermis af te schaffen. De kolonel Steenberghe, commandant van het regiment rijdende artillerie, te Amersfoort in garnizoen, is tot Zr. Ms. adjudant in buitengewonen dienst benoemd. De machinist 2de kl. B. Paling, te Helle- voetsluis, heeft met uitmuntend gevolg examen afgelegd voor den graad van machinist 1ste klasse. Uit Middelburg wordt gemeld, dat de nog al moeielijke werkzaamheden van de definitieve afbakening der grenzen tusschen Nederland en België tot een einde zijn gebracht. Met die taak

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1878 | | pagina 1