Gemengd Nieuws.
Duitschland.
jesjerpen versierd, te voorschijn en bestrooiden
het vorstelijk echtpaar met bloemen. Andermaal
brak de algemeene geestdrift los. Terwijl alsnu de
prins en de prinses de wachtkamer verlieten, deed
de muziek de tonen van het Nederl. volkslied hooren.
Bij het instappen van het spoorrijtuig weerklonk
het „Wilhelmus", en onder een krachtig aanhou
dend „hoezeel" der opgetogen menigte verdween
de trein uit het gezicht.
Te 7 uren 9 min. arriveerde de trein te Zutfen,
waar hun eene even feestelijke ontvangst ten deel
viel. Te halfacht had het vertrek van daar plaats.
Te Apeldoorn en op het Loo waren inmiddels
de toebereidselen voor de ontvangst, niettegen
staande het hoogst ongunstige weder des middags
ten einde gebracht. Yan het station te Apeldoorn
tot aan het paleis het Loo prijkte een onafgebro
ken reeks eerepoorten, meerendeels met de naam
cijfers van het vorstelijk echtpaar en met opschriften
die het een welkom toeriepen. Verder eene menigte
piramiden van frisch groen, tropeeën, vlaggestokken
en wimpels. De particuliere en openbare gebouwen
hielden daarmede gelijken tred. Allerwegen groen
en bloemen en de grootst mogelijke verscheiden
heid van decoratief. Op het perron bij het Loo
stond eene tent, prijkende met de koninklijke
banier en de Duitsche en Nederlandsche kleuren
en voorts omringd door een reeks levende planten
en bloemen, echter zoo dat twee openingen vrij
bleven als in- en uitgangen der tent.
Te acht uren verschenen Z. M. de koning,
de groothertog van Saksen-Weimar en een even
aanzienlijk als talrijk gevolg in vijf hofrijtuigen
op het perron. Bij de aankomst van den extra-
trein uit Zutfen werd er electrisch licht en ben-
gaalsch vuur ontstoken, terwijl de muziek van het
achtste regiment infanterie de volksliederen speelde.
De koning gaf herhaaldelijk het signaal tot een
algemeen en daverend „hoera I" Met buitengemeene
hartelijkheid werd het echtpaar bij het uitstappen
uit den trein door Z. M. begroet. Alle aanwezigen
juichten den Koning en HH. KK. IIH. uit volle
borst toe. De burgemeester van Apeldoorn en bet
Loo, inr. J. A. Van Hasselt, sprak den prins en
de prinses toe en zijne woorden werden met luide
toejuichingen begroet, waarna de muziek het „Wil
helmus" aanhief. Daarop hield de heer D. C. L.
Neelmeyer, directeur van de inrichting van lager
onderwijs te Apeldoorn, die den naam „school
van koning Willem III" draagt, omdat zij door
Z. M. wordt bekostigd, eene aanspraak.
Ook nu volgden luide toejuichingen, die zich
herhaalden toen de kinderen der school, welke op
het perron waren opgesteld, de prinses eene menigte
bloemen aanboden, hetgeen door het personeel van
het Loo, de zoogenaamde tuinbazen, met het aan
bieden van een groote gevlochten korf met prach
tige bloemen en gewassen, gevolgd werd. De heer
J. M. Kraayenbrink, bloemist van den Koning
op het Loo, voerde daarbij het woord. Ook thans
volgden toejuichingen, terwijl de muziek het Prui
sische volkslied aanhief.
Prins Hendrik betuigde namens zich zeiven en
zijne gemalin zijne erkentelijkheid voor de ontvangst
die hem was bereid. Daarop nam Z. M. de koning
het woord en verklaarde dat het thans niet de
broeder, maar de Koning der Nederlan
den was, die hem namens zich zeiven en namens
het geheele volk van Nederland het welkom op
den vaderlandschen bodem toeriep. Een storm van
bijvalsbetuigingen brak los. De muziek hief ander
maal de volksliederen aan. Electrisch en bengaalsch
vuur verlichtte den omtrek zoo helder, dat zeker
alle aanwezigen den hartelijken handdruk zullen
hebben opgemerkt, dien de koning en de prins toen
wisselden. Het hooge gezelschap stapte in de rij
tuigen en begaf zich naar het paleis. Op het
bordes werd nog even halt gehouden, ten einde
het schouwspel gade te slaan, dat de verlichte
omtrek aanbood. De kinderen en de bazen werden
ten paleize toegelaten, waar hunne bloemen in
een salon plaats vonden. Kort daarna nam het hooge
gezelschap aan een souper ten paleize deel.
Ongeveer 150 der aanzienlijkste dames in
de residentie zullen aan prinses Hendrik een ge
schenk aanbieden, bestaande uit een massief zil
veren jardiniere in den stijl van Lodewijk XVI.
Aan de voorzijde bevinden zich de wapenschilden
van prins Hendrik der Nederlanden en prinses
Maria van Pruisen en relief in een medaillon, om
geven van een classiek bewerkten bloemenkrans,
door de koninklijke kroon vereenigd en aan de
onderzijde afgesloten door een fraai gevormd lint,
waarop en relief de Nederlandsche wapenspreuk
„Je maintiendrai" is aangebracht. Aan de keerzijde
prijken de naamcijfers der vorstelijke personen,
mede en relief op een gelijk medaillon, waaronder
in verheven letters „hommage des dames de la
Haye." De medaillons worden gedragen door de
schildhouders van Neerlands wapen, vier artistiek
bewerkte leeuwen in rustende houding. Volle
korenaren, die de welvaart des lands uitdrukken,
hangen bij wijze van guirlandes over den breeden
rand, die rijk versierd met doorgebroken orna
mentiek op een fond van vermeil, plastisch bewerkt
door grainage en poli, afwisselend van kleur, op
zich zelf verrukkelijk schoon is. Het geheel is
overigens »en uitmuntend geslaagde proeve van
echt Hoilandsch zilverwerk. Het werd ontworpen en
vervaardigd in de Kon. Nederl. fabriek van gouden
en zilveren werken van de firma J. M. Van Kempen
en Zonen te Voorschoten.
Door de kinderen der „Louise-school" op
de Prinsengracht te Amsterdam zal aan prins en
prinses Hendrik een schilderij worden aangeboden.
Uit Stenschewo, in Pruisen, wordt gemeld
dat de bewoners en het personeel van het aldaar
gelegen landgoed, ter gelegenheid van het huwe
lijk van hun landheer prins Hendrik, een feest
hebben gevierd. Eerst zijn zij naar de katholieke
kerk gereden, alwaar eene feestelijke godsdienst
oefening plaats had, die ook door de gezamenlijke
ambtenaren en vele andere ingezetenen werd bijge
woond. Vervolgens reden zij naar eene boerderij,
alwaar zij werden onthaald. In de stad prijkten
het domeinbureau, de protestantsche school enz.
met Pruisische en Nederlandsche vlaggen.
De Duitsche keizer heeft prins Hendrik der
Nederlanden tot chef van het kon. Pruisische
5de infanterie-regiment n°. 65 benoemd. Op bij
zondere uitnoodiging van den koning der Neder
landen is heden eene deputatie van 7 officieren
van genoemd regiment naar Den Haag vertrokken,
om prins Hendrik de eerbiedige gelukwenschen
van het regiment over te brengen en tevens de
feesten van de inhaling der jonggehuwden bij
te wonen.
Door Z. M. den koning-groothertog zijn
benoemdtot officier der orde van de Eikekroon
mr. J. A. Van Hasselt, burgemeester van Apel
doorn, en ds. C. E. Grönemeyer, predikant bij de
Ned. Hervormde gemeente te Apeldoorn en het
Loo; tot ridder der orde van den gouden Leeuw
van Nassau ds. J. Jorissen, predikant bij de Herv.
gemeente te Apeldoorn.
De bovenbouw van het rijksmuseum, te
Amsterdam onlangs aanbesteed, is niet gegund
aan den laagsten inschrijver, als zijnde de som,
waarvoor door hem werd ingeschreven, te hoog
boven de begrooling. Eerlang zal eene herbeste
ding plaats hebben.
De gemeenteraad van Middelburg heeft
besloten aan mejuffrouw J. S. Pické, dochter van
het lid der Eerste Kamer, vanwege de gemeente
een souvenir aan te bieden, omdat zij drie jaren
lang geheel belangeloos behulpzaam is geweest bij
het onderwijs op de openbare school voor meer
nitgebreid lager onderwijs voor meisjes (hoofd
onderwijzeres mej. Gerth van Wijk).
Het stoomschip „Celebes", van Batavia naar
Nieuwediep, is 27 Augustus Gibraltar en 28 St.-
VinceDt gepasseerdde „Koning der Nederlanden",
van Batavia naar Nieuwediep, passeerde Aden
den 28sten; de „W. A. Scholten" is dien dag
van Nieuw-York vertrokken met de mail voor
Nederland en 92 passagiersde „Botterdam", van
Nieuw-York naar Rotterdam, passeerde bij de
Scilly's gistermorgen te 7 uren; de „Gelderland",
van Rotterdam naar Batavia, is gisternamiddag te
Southampton gearriveerd.
De provinciale staten van Overijsel hebben
heden tot lid der Eerste Kamer gekozen den heer
A. J. Blijdenstein te Enschedé met 27 stemmen.
Mr. J. H. Van Royen verkreeg er 15.
De rekening over het afgeloopen jaar der
Nederlandsche Juristenvereeniging, door eene com
missie onderzocht en in orde bevonden, werd in de
vergadering van heden goedgekeurd. Tot leden
van het bestuur werden in plaats van mrs. S. J.
Hingst, jhr. A. F. De Savornin Lobman en J. W.
Tydeman benoemd de heeren mrs. E. H. Karsten,
J. C. Reepmaker en H. J. Kist. Als plaats van
bijeenkomst voor het volgend jaar werd Amsterdam
gekozen.
Z. M. heeft benoemd tot Hd. adjudant in
buitengewonen dienst den kolonel Van Bel en
jhr. Klerck, de eerste commandant van en de
tweede luit.-kolonel bij het regiment grenadiers
en jagers.
Den 28sten en 29sten dezer zijn te
Katwijk 5 schuiten aangekomen, te zamen met
552 kantjes pekel- en 12,000 stuks steurharing.
Besteed werd voor de pekelharing f 16.50 a f 17.50
per ton, voor volle steurharing 32 per 1000,
Sedert vier weken is de vangst zeer ongunstig.
Dagelijks komen schuiten van Zandvoort aldaar
met versche visch aan, waarvoor zeer hooge prijzen
worden besteed.
Bij het hevige onweder van gister
middag sloeg de bliksem te 's-Hage in een boom
in het Voorhout, en deed er spaanders afspringen.
Twee personen, die zich in de onmiddellijke na
bijheid bevonden, kwamen met den schrik vrij.
Uit den boom stegen eenige rookwolken op.
Ten huize van den heer Vermeulen in de Choor-
straat te Delft werd de schoorsteen omvergewor
pen. In het daarnaast gelegen huis van den
heer Fesevuur sprongen eenige ruiten en is eeu
gedeelte gaspijp gesmolten.
Te Ede is een boer overleden, dieten
gevolge eener weddenschap ongeveer 100 pruimdti
achter elkaar opat met de pitten.
Te Beemster heeft in den nacht van
Zondag op Maandag jl. eene vreemdsoortige aan
randing plaats gehad. Toen de zoon van den land
bouwer J. B., die „uit vrijen" was geweest, te
huis kwam en zijn paard aan de overzijde van
den weg, waaraan zijne woning ligt, in de weide
had gebracht, zag hij van den tegenovergestelden
kant iemand aankomen, die een paard aan de hand
geleidde. Deze persoon volgde hem op het erf bij
de woning en zeide: „Heb jij gereden, komaan,
nu is het mijne beurt," en hield hem eene spons
met bedwelmend vocht onder den neus, waarop
de boerenzoon bewusteloos neerviel. Vervolgens
moet de aanrander de tuigen op het paard gelegd
en eene poging gedaan hebben om het voor de
kar te spannen. Die poging is evenwel mislukt,
want den volgenden morgen zag de eigenaar van
het paard het dier nog opgetuigd in zijne eigene
weide loopen. Twee uur lang heeft de zoon van
J. B. in bewusteloozen toestand op den grond
gelegen. De dader is nog niet opgespoord.
Te Birmingham heeft van Maandag
op Dinsdag-nacht een brand plaats gehad, waarbij
drie volwassenen en een kind zijn omgekomen. De
heer en mevrouw Dennison waren met hun kind
in een der bovenvertrekken en konden zich niet
dan door het venster redden. Ongelukkig kwam
de reddingtoestel maar niet opdagen en gewone
ladders reikten niet hoog genoeg. Toen de nood
aan den man kwam, waagde de heer Dennison
een wanhopigen sprong naar een der ladders en
kwam behouden beneden. De reddingtoestel ver
scheen eindelijk en een politie-agent klom naar
boven en nam het kleine kind uit mevrouw Den-
nisons handen aan, doch hij liet het bij het naar
beneden klimmen vallen. De toes'el zelf vatte nu
vuurmevrouw Dennison had den moed niet naar
beneden te springen en viel ten laatste, meer dan
zij sprong uit het venster; zij kwam daarbij om
het leven. Eene zuster en eene meid van haar
verbrandden in het gebouw.
Het is aan de duikers gelukt een der
ankers van het wrak der bij Folkstone gezonken
„Grosser Kurfürst" zoo ver van het wrak te klaren,
dat het aan de ponton bevestigd kan worden. De
duiker die daarmede bezig was en anderhalf unr
onder water bleef, bleek toen hij op zijn signaal
weder boven gehaald werd eene beroerte gekregeB
te hebben vergezeld van inwendige bloedstorting,
waaraan hij overleden is.
BUITENLAND.
Te Stuttgart is een leerstoel voor militaire
wetenschappen opgericht, en is majoor Scheibert,