de stand bedraagt thans 4.50 M. boven AP.
Verschillende moestuinen staan thans onder water.
De provinciale weg van daar op Vlijmen is weder
overstroomd, zoodat de gemeenschap met de
Langstraat en het land vau Heusden gedurende
dezen winter nu voor de vierde maal is afge
broken. Te Deventer heeft de IJsel weder een
buitengewone hoogte bereikt, zoodat de uiterwaar
den alle overstroomd zijn.
Den 2 4 s t e n Maart heeft eene vreese-
lijke uitbarsting van een der vulkanen, in de
nabijheid van den Hekla, op IJsland, plaats gehad.
Omtrent den moord op lord Leitrim
wordt nog gemeld, dat een zijner bedienden dié
te paard een poos later naar Milford reed, zijn
meester op den grond vond liggenhet paard was
dood, maar de koetsier leefde nog, hoewel hij
geen geluid meer kon geven. Het schijnt dat de
schoten werden gelost, juist toen lord Leitrim
een hut voorbijreed, waarvan hij de pachtster, een
weduwe, kort te voren had verjaagd. Lord Leitrim
leefde in onmin met zijn pachters en hij had aan
niet minder dan 89 de huur opgezegd. Hij ging
door voor vrij excentriek cn twistziek. Daardoor
schijnt de moord aan Iersche wraakzucht te moeten
worden toegeschreven en alzoo een geheel agrarisch
karakter te dragen. De koetsier en de klerk wer
den waarschijnlijk omgebracht opdat zij de daders,
die nog niet gevonden en in een boot ontvlucht
zijn, zoodat het niet gemakkelijk zal wezen hen
op te sporen, niet verraden zouden.
Omtrent den dubbelen moord onder
IJzendijke wordt nog het volgende medegedeeld
De twee verslagenen waren beiden menschen op
leeftijdde man was herbergier en de vrouw
zijne huishoudster, 's Avonds vóór den moord moe
ten drie personen zijn huis bezocht hebben, waar
van twee zich intijds hebben verwijderd, terwijl
de derde, een Belg, moet achtergebleven zijn en
de twee personen vermoord hebben. De man lag
in de gang der woning met zeven wonden aan
zijn hoofd, blijkbaar door slagen toegebrachtuit
vrees dat hij tot bewustzijn zou komen had de
moordenaar hem een zak met lijnzaad op de borst
gelegdde huishoudster lag geworgd in de kamer.
Natuurlijk is in de woning gestolen. De onverlaat
is naar zijn land gevlucht, maar gelukkig spoedig
te Gent gevat. Belgisch onderdaan zijnde, wordt
hij niet uitgeleverd, maar moet hij voor de rech
ters aldaar terechtstaan. De misdaad is aan het
licht gebracht door een bode, die in de herberg
een brief bezorgen moest.
BUITENLAND.
Dnitschland.
Den afloop dezer quaestie heeft men algemeen
met groote vreugde vernomen, zegt de „Weser
Zeitung" naar aanleiding van het bijleggen der
geschillen tusschen het Duitsche rijk en Nicaragua,
die reeds van 1876 dagteekenen. De ongegrond
heid van het voorwendsel, dat werd gebezigd om
aan te toonen, dat het hier gold een twist tusschen
particulieren en niet een schending van de waar
digheid van het Duitsche rijk in den persoon van
den heer Eisenstück, die het wettig vertegenwoor
digde, ligt als het ware voor de hand, want toen
de heer Leal ten tweeden male een aanval deed
op den heer Eisenstück, werd hij door een pa
trouille der openbare macht ondersteund. De re
geering eischt, dat de ambtenaar worde gestraft,
die bevel heeft gegeven of oogluikend toegelaten
dat een detachement militairen op 29 November
1876 is gebezigd tegen den heer Eisenstück en
niet tegen den persoon, die den aanslag op den
genoemden vertegenwoordiger van het Duitsche
rijk heeft gepleegd. Voorts moet een bedrag van
30,000 dollars worden gestort als schadevergoe
ding voor den genoemden consul, en zal de regee
ring vuu Nicaragua cie Öuitsche vlag plechtig
moeten salueeren. Er zal waarschijnlijk minstens
een oorlogsschip in de wateren van Nicaragua
blijven kruisen, totdat de geheele zaak haar beslag
heeft erlangd.
De Berlijnsche berichtgever vau de „Daily
News" meldt„Ik moet van eene nieuwe pogiug
gewagen, om Duitschlands houding in een ver
keerd daglicht te stellen. Een Londensch blad
meldt, dat prins Bismarck aan de Britsche regee
ring de verzekering heeft gegeven, dat het in geval
van een oorlog met Rusland onzijdig zou blijven.
Ik kan dit bericht op de stelligste wijze tegen
spreken. Dat Duitscbland onzijdig zal blijven is
duidelijk genoeg; maar het is niet uitgenoodigd
om eenige verzekering dienaangaande te geven, en
heeft dit ook niet gedaan. Het kan niets anders
dan een verkeerden indruk maken, wanneer men
Duitschland voorstelt als moedigde het Engeland
door zulke vrijwillige beloften aan."
De laatste dépêches, zegt de „Köln. Zei
tung", welke de kabinetten van Weenen en Lon
den naar St.-Petersburg gezonden hebben, zullen
daar volkomen hebben doen begrijpen, dat vele
beualingen van het vredesverdrag van S^n-Stefano
zullen moeten opgegeven worden. Rusland, dat
buiten staat is tegen Engeland en Oostenrijk
oorlog te voeren, zal ten slotte, zooals men hier
nog hoopt, toegeven, en het geldt alleen de vraag,
in welken vorm dit zal geschieden. Graaf Audrassy
houdt nog steeds een congres voor het beste.
Prins Gortschakoff daarentegen schijnt aan eene
verstandhouding met de kabinetten afzonderlijk
de voorkeur te geven. De dreigende toon der
Russische organen heeft alleen ten doel, Rusland
bij de onderhandelingen met de kabinetten in dien
zin te steunen, dat de Russische onderhandelaars
op de geagiteerde openbare meening in Rusland
zouden kunnen wijzen. Overigens is de verstand
houding met Oostenrijk en Engeland tot dusver
slechts weinig gevorderd, zoodat ook het geloof
aan een oorlog nog dikwerf veld wint.
Een smaldeel gepantserde oorlogsschepen
zal in het begin van Mei, men zegt den 6den,
naar het Oosten stevenen.
Grroot-IBritannië.
Het tweede nommer van het Rotterdamsche
Nieuwsblad brengt, met het oog op den spoedigen
ommekeer in den politieken toestand, de satire
van het humoristische tijdschrift „Punch" in her
innering: de Britsche Leeuw, die rustig bleef
liggen, niettegenstaande hij door poken (de pennen
der oorlogzuchtige dagbladen) tot opstaan werd
gepord. Thans, zegt het blad, is de Leeuw opge
staan niet uit eigen aandrift, maar opge
pord. Maar men bedriege zich niet! Het is niet
de houding van den Koning van het woud, gereed
een geduchten vijand te bekampen. Het is niet
de leeuw dien Beets in de „Camera obscura" be
schreef. Het is ook niet de leeuw door „Punch"
zoo meesterlijk geteekend, de leeuw die rustig
kon blijven liggen omdat hij zich zijn kracht
bewust was, de leeuw wiens vurig oog en
wiens gespierde poot op de tractaten geslagen,
een weerstreven van zijn wil onmogelijk maakte
de leeuw die ontzag en achting afdwingt. Neen,
het is een leeuw, die zich opricht en de spieren
spant na een gemelijk ontwaken Het Engelsche
volk heeft inderdaad Disraëli geen dank te wijten
voor de rol die het speelt. Er is waardigheid
noch kracht in dat weifelen en dralen en in de
thans ingenomen positie. Er is niets dan macht
en dan nog alleen de macht van het geld. Engeland
heeft geld en voelt het niet of het eenige mil-
lioenen uitgeeft, maar Rusland voelt het wel en
kan zich de uitgave, om tot de tanden gewapend
te blijven staan, niet getroosten. De moeite om
op te staan en de houding aan te nemen alsof
hij vechten zal is voor den leeuw gering! Hij is
opgestaan en schudt de manenhij is boos, omdat
hij een mal figuur heeft gemaakt; hij verwijt
zich te hebben geslapen, toen het zijn tijd was
geweest zich te vertoonen en zijne krachtige stem
te doen hoorenhij heeft zich de tractaten van
onder den klauw laten wegrukken neen erger
nog hij heeft al knorrende den wakenden
poot opgeheven, en zelf is hij ze niet getrouw ge
bleven nu is hij grimmig en ziet loerende
rond, nog onzeker wat hem te doen staat. Een
echte luipaard iu een leeuwenhuid!
Sir Stafford Northcote schat het tekort op
5,300,000 pd. st. Hij stelt een verhooging voor der
incometax met 2 d., der rechten op de tabak met
4 d. per pond en een verhooging van de belasting
op de honden. Daardoor acht hij 3,750,000 pd. st.
te zullen verkrijgen; de overschietende 1,550,000
pd. st. wil hij ten laste van het volgend dienstjaar
brengen.
Aan het slot zijner rede zeide hij te hopen dat
het land iu staat zal zijn om buitengewone inspan
ning gemakkelijk te verdragen. Hij hoopt, ook als
zulk een inspanning niet behoeft te worden gevergd,'
bijval te vinden, en durft de verwachting koesteren,'
dat het aan medewerking niet zal ontbreken.
In het Lagerhuis verklaarde Bourke gisteren,
dat Nederland bericht had de suikerconventie niet
tot uitvoering te kunnen brengen wegens de oppo
sitie van de Kamer, en dat tusschen de verschil
lende betrokken regeeringen onderhandelingen
worden gevoerd.
Woensdag-avond had er een kort maar belangrijk
debat plaats over een onderdeel der Oostersche
quaestie. Onder de overgelegde diplomatieke stuk
ken bevond zich de mededeeling van den ambas
sadeur te Weenen, dat „een geloofwaardig persoon"
hem had verzekerd, dat prins Gortschakoff ten
stelligste verklaard had er niet in te zullen toe
stemmen, de teruggave van Bessarabië op het con
gres in discussie te brengen. Dinsdag had de onder
secretaris van buitenlandsche zaken beloofd naar
Weenen te zullen telegraphecren en te vragen, of
sir H. Elliot er bezwaar in zag den naam van
dien „geloofwaardigen persoon" te noemen. Woens
dag nu vroeg sir H. D. Wolff, of de ambassadeur
te Weenen reeds geantwoord had en of de heer
Bourke den naam van dien persoon aan het Huis
bekend kon maken. Hierop volgde eene korte
woordenwisseling tusschen de hoeren Bourke, Bright
en Gladstone, waarin de eerste zeide:
„Wij hebben een antwoord op het telegram ont
vangen en ik ben in de gelegenheid mede te deelen,
dat een geloofwaardig persoon aan sir H. Elliot
verzekerde, dat prins Gortschakoff' de bewuste
verklaring gedaan had aan den Rumeenschen agent
te St.-Petersburg. Hoe de ageut van deze ver
klaring kennis kreeg, kon hij niet zeggen, daar
er niets van in 't telegram stond. Mocht de heer
Gladstone echter verdere inlichtingen verlangen,
dan zou hij trachten hem die te verschaffen."
Daar er nog steeds personen zijn, die in het
gesehil tusschen Engeland en Rusland niets dan
een kleingeestig gekibbel over een vorm zien, is
't blijkbaar van 't grootste gewicht, dat officieel
bevestigd worde dat prins Gortschakoff inderdaad
de bewuste verklaring deed. Daaruit toch zou
duidelijk blijken, dat de Russische regeering de
bevoegdheid der onderteekenaars van het tractaat
van Parijs feitelijk ontkent, om over eene vervan
ging van dit tractaat gehoord te worden.
De Weener „Presse" vestigt er de aandacht
op, dat Engeland door de dépêche van lord Salis
bury op ondubbelzinnige wijze toont den engen
kring zijner egoïstische speciale belangen te ver
laten dat het een einde maakt aan de tot dusverre
zoo angstvallig vastgehouden richting zijner politiek
om slechts te waken voor hetgeen direct zijne
machtsfeer raakt, en dat het thans het initiatief
neemt tot eene waarlijk Europeesche politiek.
Rusland.
Volgens een berichtgever van de „Times" had
grootvorst Nikolaas hem verklaard, dat de grenzen
van Bulgarije wel veranderd konden worden, opdat
de belangen van andere mogendheden geen schade
zouden lijden, maar dat Rusland daarin geene
verandering brengen zou ter wille van eene ver
grooting van Griekenland. Rusland wil noch Kon-
stantinopel nemen, noch Turkije uit Europa ver
drijven of het status quo in den Bosporus en de
Dardanellen veranderen. De inscheping der Rus
sische troepen zou beginnen zoodra de Engelsche
vloot uit de Zee van Marmora vertrok, maar de
Russische transportschepen konden niet aan de
genade van de Britsche vloot worden overgelaten.
Rusland hoopte dat zijne neiging tot vrede en
het gezond verstand der Engelschen een oorlog
voorkomen zouden.
Volgens de Russische beurs-courant komt
de Turksche oorlog aan Rusland op ongeveer
850 millioen z. r. te staan, zoodat de Russische
nationale schuld van vroeger door dien oorlog p. m.
verdubbeld is.
Uit St.-Petersburg wordt gemeld, dat de
regeeriug de mobiliseering van nog drie militaire
districten heeft bevolen en de landweer tegen 13
April zal worden opgeroepen. De vestingwerken
te Helsingfors zijn gereed.
In Klein-Azië worden, volgens een telegram
uit Tiflis, zes nieuwe regimenten cavalerie uit
Muzelmannen gevormd.
Volgens berichten aan de „Polit. Corr."
uit Konstantiuopel zou een ommekeer ten gunste