eenige zijner vereerders ten geschenke ontvangen.
Het eereblijk werd den directeur overhandigd door
de heeren W. Hartsen, Van den Broeke en C.
Den Tex. De voorstellingen in het circus aldaar
hebben thans een einde genomen.
Woensdag-avond bevond de burge
meester van Ilpendam zich in het dorp, toen hem
twee militairen ontmoetten, die gedeserteerd waren.
Zij bemerkten dat hun gangen werden nagegaan,
cn trachtten te ontvluchten. Een was spoedig achter
haald; de tweede ontkwam op een weiland, en
begunstigd door de invallende duisternis wist hij
aanvankelijk te ontkomen. Later vond men hem
verscholen op de Roomsch-Katholieke begraafplaats
hij was door een sloot gegaan om daar te komen.
Het bleek dat beide militairen, die beschonken
waren en geen geld meer bezaten, deserteerden uit
's-Graveuhage en behoorden tot het 3de regiment
huzaren. Zij zijn door de politie naar den plaat-
selijkeu commandant te Amsterdam gevoerd.
Gisternacht is het huis van den bak
ker Van der Meer, gelegen aan den straatweg van
Hellevoetsluis naar Brielle, grootendeels door brand
vernield. Door de krachtige werking der gemeen
tespuit van Nieuw-Helvoet en die van het wacht
schip en de brik „Zeehond" te Hellevoetsluis
was men den brand spoedig meester. Huis en in
boedel waren verzekerd.
Uit Zevenwolden wordt gemeld: Het
boezemwater heeft hier weer een ongewone hoogte
bereikt. Ten noorden en zuiden van de rivier de
Tjonger vertoonen de landerijen dén zee. Ook
ten oosten en westen van den spoorweg Wolvega
HeerenveenAkkrum ziet men niets dan water.
Aan een beteren afvoer van het boezemwater is
dringende behoefte. De toestand is treurig.
Onlangs vertoonden zich bij een
meisje, dat een groote inktvlek met de tong had
opgelikt (zooals kinderen vaak plegen te doen),
alle verschijnselen van rattenkruit-vergiftiging. Door
het toedienen van eenige doses ijzeroxyd-hydraat
werden de nadeelige gevolgen voorkomen. Bij
het onderzoek van den violetten inkt werd daarin
arsenik gevonden. Zeer waarschijnlijk was dat vergif
afkomstig van eene arsenikhoudende aniline-
kleurstof.
De oberkellner Loos in het hotel „De
gouden Arend" te Wittenberg is door een zijner
collega's, met wien hij twist had gehad, in de
borst geschoten; de wonde is doodelijk.
Yoor de rechtbank te Berlijn stond
Woensdag een arbeider terecht, die den hond van
een heer had opgepeuzeld. Hij had het dier tot
zich gelokt, mede naar de slaapstede genomen,
waar hij verblijf hield, en er daar door zijne hos
pita „hondepeper" van laten maken. Tot zijne
verdediging voerde de man aan, dat hij sedert
verscheiden weken zonder werk was en een ver-
schrikkelijken honger had.
Men herinnert zich hoe de generaal
Lecomte en Clément Thomas den 18den Maart
1871 te Parijs werden vermoord. De generaal
was op dien dag gevangengenomen door zekeren
Garciu, die tijdens het beleg van Parijs deel uit
maakte van het bataljon van Blanqui. Garcin had
aan die gruweldaad een werkdadig aandeel genomen.
De justitie trachtte tevergeefs hem op het spoor
te komen; eerst op het einde van 1877 werd
hij te Parijs in hechtenis genomen. Thans is hij
door den krijgsraad met algemeene stemmen ter
dood veroordeeld.
Op de Parijsche tentoonstelling zal
een portret van mevrouw Mac Mahon prijken,
door Cot geschilderd, maar geen van den maarschalk.
Dinsdag-ochtend is de Elephant-and-
Castle-Schouwburg te Londen in zeer korten tijd
afgebrand. Het gebouw kon 8000 personen bevat
ten. Een huis aan de achterzijde is uitgebrand,
twee. aangrenzende spoorwegstations leden aanmer
kelijke schade en ook andere huizen hebben ge
leden. De schouwburg was geheel verwoest voor
dat de spuiten water konden geven.
Veertien misdadigers vielen eenige
dagen geleden 's morgens een hoeve aan, nabij
Los-Roches, in de provincie Murcia, ten einde
aan den eigenaar 70,000 pecetas te ontstelen,
welke hij den dag te voren ontvangen had. De
eigenaar was echter gewaarschuwd en had in zijne
woning negeu gendarmen verborgen. Toen de dieven
aan de deur klopten, deden de gendarmen open;
de misdadigers, verrast, wilden zich verdedigen en
er ving een gevecht aan. Zes roovers werden gedood
en zeven zwaar gekwetst; slechts één heeft kunnen
ontsnappen.
Officieel blijkt datde„Eurydice" 328
man aan boord had. Er is een fonds geopend voor
de nagelaten betrekkingen van de overledenen.
Uit het verhoor van de twee geredden en van de
personen die het schip kort vóór het ongeval zagen
zeilen, is op te maken dat de „Eurydice" onder
vol zeil was, om nog vóór donker de reede van
Spithead te kunnen bereikendat de bui, uit
schietende vau achter de hooge rotspunt van
Dunnose, geheel onverwacht en met ongekende
hevigheid het schip overviel, zoodat er geen tijd
was om doek te minderen; en dat derhalve aan
den gezagvoerder, de officieren en de bemanning
van den bodem geen gebrek aan zorg of zeeman
schap te verwijten is. Tot deze laatste conclusie
is ook de jury gekomen. Wat deze ramp zoo bij
zonder treffend maakt, is dat bijna al de ver
ongelukten jonge mannen waren; en ook, dat zij
allen, nog op het oogenblik vóór de dood hen
verraste, zich zoo veilig en reeds zoo goed als
thuis moeten gewaand hebben.
BUITENLAND.
Dnitschlaiid.
De avondbladen van gisteren bevestigen dat de
heer Hobrecht tot minister van financiën en de
heer Maybach tot minister van koophandel is be
noemd. De voorgestelde overbrenging van het be
heer der domeinen en boschgronden naar het de
partement van landbouw is door het huis van
afgevaardigden verworpen, eveneens de post van
uitgaaf tot oprichting van een ministerie voor
spoorwegzaken. Het bedrag ter bezoldiging van
een vice-president bij het Pruisische ministerie
is aangenomen.
Italië.
De Paus verkondigt in zijn allocutie den lof
van zijn voorganger en klaagt over den toestand
van de katholieke kerk en den apostolischen stoel,
die gewelddadig beroofd van wereldlijk gezag, niet
ten volle zijn geestelijk gezag kan doen gelden.
De Paus zal al zijn zorgen besteden aan het be
houd van het katholiek geloof en de rechten
van de kerk en van den apostolischen stoel; hij
rekent daarbij op de hulp van het college van
kardinalen.
Kardinaal di Pietro is tot kamerling van den
Paus benoemd.
Het ministerie van koophandel en landbouw
zal opgeheven worden.
Groot-Bi*itannië.
De conservatieve „Globe" zegt dat, indien het
congres in het geheel niet of zonder Engeland
bijeenkomt, of de drie keizers zich het recht toe
kennen, om te zamen de Oostersche quaestie uit
te maken, Engeland eenvoudig zijne schepen moet
laten waar zij zijn, met de uitdrukkelijke verkla
ring, dat het zijne dikwerf omschreven belangen
denkt te verdedigen. Hieruit volgt niet noodzakelijk,
dat er oorlog komen zal, meent de „Globe"; maar
de Engelsche vloot in de Zee van Marmora zou
weinig minder noodlottig voor Rusland zijn, daar
het zijn leger op voet van oorlog zou moeten
houden. Buitendien is Rusland nu reeds aan den
rand van financieelen ondergang, en als het hiertoe
komt, is eene revolutie in dit rijk onvermijdelijk.
Dit weet prins Gortschakoff zeer wel, en als Enge
land blijft op het eenmaal ingenomen standpunt,
dan is het veilig; geeft het toe, dan wordt het
congres gehouden, maar zal Rusland tevens zoo
overmoedig worden, dat het vroeg of laat toch
tot een oorlog moet komen.
De „Kölnische Zeitung" verneemt uit Londen,
dat de toestand Woensdag eene gunstiger wending
genomen scheen te hebben; graaf Scbouwaloff, de
Russische ambassadeur te Londen, zou den vorigen
dag mededeeliugen aan lord Derby gedaan hebben,
die Ruslands neiging schenen te verraden om
zooveel toe te geven, dat Engeland aan het congres
zou kunnen deelnemen. Men meende ook te weten,
dat graaf Schouwalofl' het definitieve antwoord vau
Rusland, hoewel hij het reeds verscheidene dagen
in zijn bezit had, nog niet had overhandigd, omdat
hij de Engelsche regeering eerst gepolst en bevolen
had, dat de overhandiging zeer ernstige gevolgen
zou kunnen hebben.
Lord Northcote zeide gisteren in antwoord
aan Hartington, dat Rusland zich houdt aan zijne
vroegere verklaring en dat terwijl het den mo
gendheden volle vrijheid van apprecieeren en han
delen op het congres laat, het daarmee zeggen
wil, dat het elke mogendheid vrijstaat een vraag
welke ook op het congres te berde te brengen, maar
de vrijheid zich voorbehoudt, de beraadslaging
daarover al of niet aan te nemen.
In het Hoogerhuis deelde lord Derby mede dat hij
zijn omtslag niet gevraagd heeft wegens de quaestie
of het vredestractaat in zijn geheel aan het congres
moet worden overlegd. Beaconsfield verklaarde dat
Derby zijn ontslag heeft gevraagd wegens de op
roeping der reserve.
Volgens mededeeling van den minister
Hardy in het Lagerhuis, heeft het departement
van oorlog onlangs vier 100-tons-kanonnen aan
gekocht. Op het maken van een 200-tons-stuk
bestaat geen plan, wijl geen enkel schip van de
Britsche marine met zulk een kanon zou kunnen
gewapend worden.
O ostenr.-Hong. Nffoin. archie.
Bij de beraadslaging in het Heerenhuis waar
schuwde de minister van financiën gisteren geen
enkel oogenblik geloof te schenken aan hetgeen
men van een staatsbankroet had gezegd; daartoe
was volstrekt geen grond. Verscheidene hoofd
stukken der begrooting werden vervolgens aange
nomen.
Rusland.
In de laatste dagen hebben de koersen van pa
pier op Londen, Parijs enz., te Petersburg weder
eene belangrijke rijzing ondergaan. 3 maands Lon
den, dat 15 Maart nog 26 noteerde, steeg 19
Maart op 25 9/,6 en was gisteren 245/8 pence per
roebel waard. Voor 3 maands Parijs werd 15
Maart 2.73, 26 Maart 2.59 frank per roebel ge
maakt. Goud imperialen stegen in datzelfde tijd
vak 7.58 op 8 roebels, zijnde eene premie van
meer dan 55'/4 pet. Men schrijft deze rijzing hoofd
zakelijk toe aan de groote bedragen Russische
bankbiljetten die, uit vrees voor politieke verwik
kelingen, door de Parijsche en Berlijnsche markten,
waar gelijk men weet in bedoelde bankbiljetten
dagelijks belangrijke omzetten plaats vinden, naar
Petersburg teruggezonden werden en waartegen
dekking in papier op Londen, Parijs enz., ge
vraagd werd.
Het officieele blad van Dinsdag bevat den
brief van paus Leo XIII aan den keizer, houdende
kennisgeving van zijne verheffing tot den pause
lijken zetel. In dien brief word o. a. gezegd„Wij
betreuren dat de vroeger bestaande wederzijdsche
betrekkingen tusschen den H. Stoel en U. M. zijn
afgebroken en doen een beroep op uw edelmoedig
hart, om vrede en rust voor zekere katholieke
Russische onderdanen te verkrijgen. Laatstgenoemden
zullen niet nalaten in overeenstemming met de leer
van haar geloof, door oprechte onderwerping te
toonen, dat zij uwe getrouwe onderdanen zijn.
Volkomen vertrouwende op uw gevoel van recht,
bidden wij God, dat Hij u in de ruimste mate
de zegeningen des Hemels sehenke." Het antwoord
van den keizer luidt als volgt: „Wij deelen in
het verlangen, door U. H. te kennen gegeven,
tot herstel van de goede betrekkingen. Godsdien
stige verdraagzaamheid is in Rusland een beginsel,
dat door staatkundige overlevering en volksgewoonte
is geheiligd. Het hangt van ons op geenerlei wijze
af, om bestaande moeielijkheden uit den weg te
ruimen, zooals om de Roomsch-Katholieke kerk,
welke, evenals alle andere godsdienstige gezindten
in ons rijk, onder de bescherming der wet staat,
te helpen in de uitvoering van bare taak tot ver
lichting en veredeling van het volk; eene taak
welke volkomen vreemd is aan staatkundigen in
vloed. U. H. kan zich verzekerd houden, dat in
dit rijk alle bescherming, overeenkomstig met de
grondwet van den staat, welke wij geroepen zijn
te handhaven, zal worden verleend aan de kerk,
wier geestelijk hoofd gij zijt, en dat wij steeds
bereid zullen zijn om al onze pogingen aan te
wenden voor het geestelijk heil van onze R.-K.
onderdanen."
Kumenië.
De „Polit. Corr." deelt een uittreksel van een
nota mede, welke de Rumeensche regeering aan
hare agenten in het buitenland zond. Daarin wordt