Zaterdag
23 Februari
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
,v Tan Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PEIJ8 DEZEB CO DRAST:
Voor Leiden per 8 maandenL10.
Franco per post.1,40.
Alaondeidijke Sommen0.02.
LEIDES, 23 Februari.
Hedenmorgen te tien uren had er eene bij
zondere plechtigheid plaats binnen de muren der
Kweekschool vóór de teraardebestelling van den
op den 19den Februari overleden opperschipper,
commandant der kanonneerboot, J. De Bruyn.
Reeds vroeg bevonden zich in den omtrek der
inrichting en op de plaats zelve een aantal be
langstellenden, die mede de laatste eer aan den
overledene wilden bewijzen. Vóór het verlaten der
inrichting werd nl. op de plaats bij het stoffelijk
overschot door den heer dr. A. R. Van der Loefl
een woord van oprechte innige waardeering ge
sproken en er op gewezen hoe door ijver en
plichtsbetrachting, de overledene gedurende den
korten tijd zijner aanwezigheid aan de Kweekschool,
de achting en toegenegenheid der Commissie en
van de onder zijne bevelen staande bemanning
zich had waardig gemaakt. Hij wees op hem als
een waardig voorbeeld en hoopte dat de jeugdige
schepelingen zich aan hem mochten spiegelen.
Daarna werd het stoffelijk overschot in de koets
geplaatst en de stoet geregeld. Vooraf ging een
peloton der infanterie, gevolgd door den tamboer
der kanonneerboot, door de stafmuziek der infan
terie, en daarna door den lijkwagen, waarbij vier
infanteristen, vier cavaleristen, vier artilleristen en
drie matrozen met een marinier als dragers dienst
deden en als slippendragers vier adjudant-onder
officieren van de drie wapens hier in garnizoen.
Daarop volgden twee volgkoetsen, waarachter de
bemanning der Kweekschool met de onderofficieren
en eindelijk de onderofficieren van het garnizoen.
Het geheel leverde een indrukwekkend ge
zicht op en groot was gedurende den geheelen
weg de deelneming der toegevloeide schare. Langs
het Noordeinde, Kort Rapenburg, den Ouden Singel,
de Mare en verder naar het Papegaai-kerkhof, ging
men voort en afwisselend liet zich de treurmuziek
en de omfloerste trom hooren.
Op de begraafplaats waren honderden belangstel
lenden vereenigd en door de saamgestroomde me
nigte moest zich de stoet een weg banen. Aan
de groeve sprak de commandant van het wacht
schip te Amsterdam, de kapitein-luitenant-ter-zee
W. J. Adams, voor deze gelegenheid naar hier
overgekomen, een woord van hulde en dank
bare herinnering aan den overledene, wees er op
hoe hij op zoo'n jeugdigen leeftijd tot den hoogsten
trap als onderofficier bij de marine was geklom
men, dat dit uitsluitend aan zijn ijver en stipte
plichtsbetrachting was te danken, en noemde het
verscheiden van Jan De Bruyn een verlies zoowel
voor de marine als voor den staat, die in hem
een trouw dienaar verloren had. Daarop sprak
de oudste onderofficier der kanonneerboot, de tweede
schrijver A. Bader, namens hare bemanning nog een
innig en hartelijk woord van dankbare herinnering,
waarop de heer W. J. Adams namens de familie alle
aanwezigen dank zeide voor hunne belangstelling.
Nadat door drie salvo's inmiddels de gebruikelijke
militaire eer was bewezen en de muziek nog een
koraal uit een marche funèbre had uitgevoerd, was
de plechtigheid afgeloopen, die bij de nagebleven
betrekkingen in dankbare herinnering zal blijven
en op allen ongetwijfeld een diepen indruk maakte.
In de Nuts vergadering trad gisteravond als
spreker op de heer Joh. Gram, van's-Gravenhage.
Vóór de pauze droeg hij een novelle voor, getiteld
„Haar tweede man", waarin door jaloerschheid
van den jonggehuwden man eene onaangename ver
houding tusschen het echtpaar ontstaat. Het
bezoek van den minnaar van Dora, de dochter
uit mevrouws eerste huwelijk, geeft aanleiding
PRIJS DEK ADVERTENTIES
V«n 16 regel»1.05.
Iedere regel meers 0.17$.
Groolere letter» naar plaatsruimte.
tot eene scène, die zich echter in een blijspel
oplost, zoodra mijnheer verneemt, dat bet bezoek
niet zijn vrouw, maar zijn dochter geldt.
Na de pauze voerde spreker twee jonggehuwden
ten tooneele, die elkaar teeder hadden bemind,
doch op een goeden dag elkaar ontmoetten ten
huize van een advocaat, waar beiden kwamen om
den rechtsgeleerde te raadplegen over eene echt
scheiding. Na vrijwat haspeleus werd het den
advocaat duidelijk, dat de politiek de reden der
oneenigheid was. Mevrouw namelijk ontbeet met
het Haagsche Dagblad en vereerde den heer
Heemskerk achter glas, terwijl mijnheer zijn ontbijt
gebruikte met de Nieuwe Rotterdammer en veel
op had met het nieuwe ministerie. Intusscben
werd het zoontje van het echtpaar, dat door mevrouw
in het rijtuig was gelaten en ongesteld was ge
worden, door de echtgenoote van den advocaat bin
nengebracht, waarna de vrede weldra wasgeteekend.
Ten slotte bracht spreker zijn talrijk gehoor
op de bruiloft van een zijner vrienden, met wien
hij in vroeger dagen had gedweept over liefde en
vriendschap. Nu, op vijfentwintigjarigen leeftijd,
trad deze in het huwelijk met de niet onbemid
delde dochter van een cargadoor, die behalve dat
ze het idóe van motregen opwekte, plus minus
vijf en dertig jaar was. Op de bruiloft zat zijn
vriend met een gelaat of hij het gouden kalf naar
binnen gehaald had. Er waren verschillende ver
makelijke personages, onder anderen een grutter,
die hoe langer hoe kleiner en gemeenzamer werd,
en een deftige dame, een tante van den minister,
met het wapen van Amsterdam op haar hoed, die
haar glacéhandschoenen gedurende de geheele
bruiloft niet uitdeed. Na dit huwelijk verkoelde
sprekers vroeger zoo vurige vriendschap aanmerkelijk.
Een en ander verschafte den leden met hunne
dames een aangenamen avond, waarvan de spreker
de ondubbelzinnigste blijken mocht ontvangen.
Het bestuur der Vereeniging Musis Sacrum
vraagt uitbreiding van het terrein, op het Plant
soen aan die Vereeniging in gebruik afgestaan,
eu wel door een gedeelte grond, ter grootte van
500 centiaren, daaraan grenzende. Dit gedeelte
betreft een boschje hakhout en een pad achter het
terrein, waarvan het verlies volgens de commissie
van fabricage voor de openbare wandeling geen
bezwaar heeft, mits het bestaande pad verbreed
en een nieuw pad in het opvolgend boschje aan
gelegd wordt, waardoor van het in gebruik gege
ven terrein een strook ter grootte van 40 centiaren
wordt afgeuomen en mitsdien slechts 460 cen
tiaren daaraan worden toegevoegd. Onttrekking
van dit gedeelte heeft daarom ook geen bezwaar,
omdat het betreft een voor de openbare wandeling
en voor den sierlijken aanleg minder noodzakelijk
en niet onmisbaar vak van het Plantsoen. Inte
gendeel zal het smalle pad langs de Binnenvest
gracht verbreed en eene betere richting verkregen
worden, zonder het ingesloten terrein te benadee-
len. De commissie van fabricage stelt derhalve
den gemeenteraad voor, die 460 centiaren aan den
openbaren dienst te onttrekken en aan de Ver
eeniging Musis Sacrum in gebruik te geven, op
dezelfde voorwaarden als bij vroegere raadsbeslui
ten, terwijl de rooiing geschiedt op aanwijzing der
commissie van fabricage en de kosten van het
verbreeden van het bestaande en het maken van
een nieuw pad komen voor rekening der Vereeniging.
-— Naar men verneemt hebben de heeren
Jonckbloet en Knight ontslag gevraagd als leden
der commissie van toezicht over de rijksacademie
van beeldende kunsten te Amsterdam, omdat naar
de tegenwoordige uitlegging der wet, de commissie
meer eene commissie van administratie dan van
toezicht is, en het daarom den leden buiten Am
sterdam wenschelijker toescheen, dat hunne plaats
werd ingenomen door ingezetenen van Amsterdam.
De uitvoering der Koninklijke Nationale Zang
school te 's-Hage, waarop zich ook onze stadgenoot
de heer De Goey heeft doen hooren, ten behoeve
van de nagelaten betrekkingen der slachtoffers van
de „Friesland" op 's Konings verjaardag gegeven,
heeft na aftrek der onvermijdelijkste uitgaven een
som van f 244.25 opgebracht.
De afdeeling voor wis- eu natuurkundige
wetenschappen der kon. acad. v. w. zal morgen
eene gewone vergadering houden.
Naar men verzekert is het onlangs ver
meide bericht, dat de minister van oorlog reeds
afwijzend zou hebben beslist op het verzoek der
gepensioneerde onderofficieren, om in de gunstige
bepalingen der pensioenwet van Mei 1877 te
deelen, onjuist. Er moet tot dusver bij de reques-
tranten nog geen antwoord ontvangen zijn.
Z. M. de Koning heeft het beschermheer
schap aanvaard over de tentoonstelling, welke te
Amsterdam zal gehouden worden van voorwerpen
door den werkman in vrijen tijd vervaardigd, en
van het 16de Nederlandsch taal- en letterkundig
congres, dat in de tweede helft van Augustus a. s. te
Kampen zal plaats hebben.
Tot lid der Nederlandsche hoofdcommissie
voor de internationale tentoonstelling te Parijs in
1878, is alsnog benoemd de heer Joh. J. H. Ver
hulst, te 's-Gravenhage.
Bij het dezer dagen plaats gehad hebbend
examen aan den hoofdcursus der artillerie te Delft,
zijn overgegaan van de 2de in de 1ste klasse 11,
van de 3de in de 2de klasse 8 adspiranten; van
de 2de klasse hebben 6 en van de 3de klasse 8
adspiranten niet aan het overgangs-examen voldaan
en zijn dus in hunne klasse gebleven.
De minister van marine brengt ter kennis
dat in dit jaar bij het koninklijk instituut voor
de marine te Willemsoord, na afgelegd examen,
kunnen geplaatst worden26 jongelieden als adel
borst voor den zeedienst. Tot dit examen worden
toegelaten jongelingen, Nederlanders zijnde, die
op den lsten Januari van het jaar waarin het
examen wordt aangevraagd, den ouderdom van
13 jaar reeds en op den lsten September van
dat jaar dien van 17 jaar nog niet hebben bereikt.
Mr. B. J. De Kok, omstreeks 40 jaren
kantonrechter te Bolsward, heeft tegen 1 Maart
a. s. zijn ontslag aangevraagd.
Behoudens onvoorzienen tegenspoed, wordt
de opening van den spoorweg WinterswijkZutfen
tegen Juni of Juli a. s. tegemoet gezien.
Het Schoolblad bevat thans eene uitvoerige
mededeeling van mej. J. Botke, de hulponder
wijzeres te Franeker, over wier bejegening door
den burgemeester, den heer Lycklama it Nijeholt,
geklaagd is. Zij noemt het verhaal, dat de bur
gemeester gegeven heeft, in vele opzichten onwaar
en bovendien zeer onvolledig, en geeft eene lezing
van het gebeurde, om in bijzonderheden te beves
tigen wat aanvankelijk daaromtrent meer in 't
algemeen is meegedeeld. Zij beklaagt zich ten
slotte, niet gehoord te zijn door de commissie.
Het stoomschip „Madura" is gisteren van
Kopenhagen te Nieuwediep aangekomen.
Mr. C. D. Asser, in het laatst des vorigen
jaars benoemd tot raadsheer in den Hoogen Raad,
zal aanstaanden Dinsdag in eene plechtige zitting
van dat rechtscollege worden geïnstalleerd.