N\ 5506. Zaterdag A°. 1878. 26 Januari. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden..f 1.10. Franco per post.1.80. AtondirlijLe JVcumnersa 0.02. PRIJS DEB ADTERTENTIEN: Van 18 regels... Iedere regel meer Grootere letters naar plaatsruimte. 1.05. 0.17*. J LEIDEN, 25 Januari. Heden aanvaardde de heer dr. H. A. Lorentz het hoogleeraarsambt aan de universiteit alhier met het houden eener redevoering over het eigenlijke doel en den vooruitgang der natuurstndie en trad naar aanleiding daarvan in beschouwingen over de moleculaire theorieën in de natuurkunde, i De loting voor de nationale militie voor 1878 zal alhier geschieden den 12den, 13den en léden Februari a. s. De afdeeling voor wis- en natuurkundige wetenschappen der kon. acad. v. w. zal morgen eene gewone vergadering houden. De commissie belast met het examineeren van hen, die eene akte van bevoegdheid als arts of als tandmeester wenschen te verkrijgen, of hunne vroeger verkregene bevoegdheid wenschen verder uit te breiden, zal zitting houden op Woensdag 6 Febr. e. k. en volgende dagen te Utrecht. Volgens de „Bijdragen tot de algemeene statistiek van Nederland" bedroeg het aantal stoom gemalen in het belang van den waterstand voor het rijk 204, waarvan 55 in Noord-Holland, 88 in Zuid-Holland, 19 in Utrecht, 1 in Zeeland, 4 in Noord-Brabant, 18 in Gelderland, 3 in Overijsel, 6 in Drente, 7 in Groningen en 3 in Friesland. Stoomgemalen tot verversching van stadswater wor den alleen aangetroffen in Rotterdam en wel ten getale van 3. Van de stoomgemalen tot verwijde ring van faecaliën zijn er in werking: 4 te Am sterdam en 1 in elk der volgende plaatsenLeiden, Dordrecht, 's-Gravenhage, Groningen, Hoorn, Zalt- Bommel en Bloemendaal (Meer-en-berg). De ge- malen in de drie eerstgenoemde plaatsen werken volgens het stelsel van Liernur. In de zitting van den Rotterdamschen ge- meenteraad is gisteren een voorstel van Burge meesters en Wethouders ingekomen, tot het aan gaan van eene tijdelijke 4'/, pets.-leening van ten hoogste 3 millioen gulden, waarvan de uitgifte a pari naar gelang van de behoefte zal worden geregeld. De heer P. Hofstede de Groot, predikant te Kampen, heeft bericht dat hij de door de Synode op hem uitgebrachte benoeming tot hoogleeraar in de theologie aan de universiteit te Groningen aanneemt. Aan de universiteit te Groningen is bevor derd tot doctor in de beide rechten de heer J. Wichers Quintus. Men schrijft uit Meppel van 23 dezer: In den afgeloopen nacht is het water bij den uit het westen woedenden stormwind tot eene ontzaglijke hoogte gestegen. De aanwas bij gisteren bedraagt p. m. 30 cM.op de peilschaal stond hedenoch tend genoteerd 50 cM. beneden A. P. Het buiten water te Zwartsluis was geklommen tot ruim 10' \i voet, zoodat het schutten nog kon plaats hebben en het Amsterdamsche beurtschip hedenochtend binnenliep. Als de wind naar 't noorden keert, wordt de toestand opnieuw onrustbarend, daar alles onder water staat en uren ver niets dan luchten water te zien is. In de Friesche en Overijselsche veenderijen staat de nog aanwezige overjaarde turf eveneens geheel onder water en drijft voor het grootste gedeelte naar alle zijden weg. De Eerste Kamer heeft heden de aanhangige wetsontwerpen, waaronder dat tot onteigening voor een spoorweg van Winterswijk naar de Pruisische grenzen, aangenomen. Het ontwerp tot herziening der kiestabel werd na eenige discussie en na uit voerige verdediging door den minister van binnenl. zaken met 24 tegen 6 stemmen aangenomen. De Kamer is op reces gescheiden. Z. M. heeft bij den staf der artillerie be noemd tot magazijnmeester der stapelmagazijnen, den majoor A. G. Kempers; tot magazijnmeester der constructiemagaziinen, den lsten luitenant C. De Kort. Gemengd Nieuws. Uit nadere b ij zonderheden omtrent den brand te Nieuwveen blijkt dat hij is uitgebroken in den koestal van den landbouwer D. Yerwey in de kom van het dorp gelegen. De brand nam terstond in hevigheid toe, waarvan het gevolg was, dat 22 koeien, 2 paarden, en zoo men zegt, voor ongeveer f 1000 aan gedorscht graan verbranddehet vuur ontwikkelde zich dermate, dat het een schrik wekkend aanzien kreeg. Aangewakkerd door den sterken wind uit het zuidwesten, was het alleen aan het krachtig handelen der brandweer uit de naburige gemeente Aarlanderveen, die inmiddels was aangekomen, te danken, dat de brand zich bepaalde tot een hooiberg en een schelf onge- dorscht graan, twee bergen, alsmede het aan zienlijk woonhuis. Hoewel men dus hier het vuur aanvankelijk meester was, nam de brand eensklaps eene andere wending, en sloeg hij over op de dorp straat, waar hij weer een aanzienlijke bouwmans woning met de stallen aantastte, welke alle een prooi der vlammen werdenalleen een aantal beesten ontkwamen aan dit onheil. Voorts zijn inboedel, gereedschappen, alsmede drie bergen, waarvan twee met graan en een met hooi, benevens een belendend huis (winkelhuis) totaal, met het huis raad, de kleederen enz. uitgebrand. Maar ook hierbij bleef het niet. Bijna gelijk met het uit breken van den brand bij Verwey, vertoonde zich, vijf huizen verder, een dergelijke ramp; de vlam sloeg eensklaps uit de kap van het groote logement, tevens broodbakkerij, van den heer Sericius, gren zende ter rechterzijde aan de vleeschhal van den heer Van Klaveren en links aan een groot huis, dat door drie gezinnen bewoond wordt. De vlam sloeg over de Kerkstraat, en vernielde de brood bakkerij van den heer Broekhof; terwijl een aan zienlijk huis, bewoond door den onderwijzer der lagere school, voorts de zadelmakerij van den heer Van Zijl, alsmede de kruideniers- en manufactuur winkel van heer Janmaat alle hetzelfde lot moesten ondergaan. In de onmiddellijke nabijheid van de plaats des onheils staat een huis met rieten dak, waarnaast nog eenige flinke huizen, die alle in het grootste gevaar hebben verkeerd, doch door het ordelijk en beleidvol optreden der brandweer van Zevenhoven, die men bijzonder roemt, gelukkig zijn verschoond gebleven. De spuit van Nieuwkoop en de twee spuiten van Nieuwveen hebben mede grooten dienst bewezen. Nog valt mede te deelen, dat ook twee aanzienlijke boerderijen verbrand zijn. Verlies van menschenlevens valt gelukkig niet te betreuren, maar de schade, veroorzaakt door het ontruimen der woningen en het vervoer der goederen, is zeer aanzienlijk. De ontsteltenis, die allerwegen heerschte, was onbeschrijfelijk. Vooral de inboedel van den rijksveldwachter heeft veel geleden door het vervoer; het huis van den ge meente-veldwachter is geheel verbrand. De oorzaak van den brand, hoewel tot nog toe onbekend, wordt aan kwaadwilligheid toegeschreven. De politie doet nauwkeurig onderzoek, ten gevolge waarvan heden op last der Haagsche justitie een vrouw uit Nieuwveen naar Den Haag is overgebracht, op wie zware vermoedens van brandstichting of mede plichtigheid daaraan rusten. De koetsier van baron Van L te Vo gelenzang ging Woensdag met het vijfjarig zoontje van deze per rijtuig zijn heer van de jacht halen en ontmoette een escadron huzaren, waardoor het paard schrikte en op bol ging naar den overrit van den spoorweg juist toen een trein in aantocht was. De wachtster, meenende dat het rijtuig nog kon passeeren, liet de passage vrij en werkelijk gingen paard en rijtuig intijds over. Het jongetje had echter het ongeluk op de rails te vallen. De wakkere wachtster wierp zich zonder dralen op den grond en mocht de voldoening smaken het kind, dat vrij ernstig, doch niet gevaarlijk ver wond werd, te redden. Gisternacht tegen vier uren is te Haarlem in het gebouw „Weten en Werken", aan de Ged. Oude-Gracht, bij het Sparen, een zware brand uitgebarsten, welke aan het perceel, vooral aan het bovengedeelte, groote schade heeft berokkend. De voorraad instrumenten, alsmede de boeken zijn grootendeels vernield. Aan verschillende personen waren een 600-tal boeken uitgeleend. De brand is ontstaan in een deel van het gebouw dat als pakhuis was verhuurd en waarin stroo, boekweit- en haverdoppen waren opgeslagen. Men had juist in den loop van den vorigen dag een 150-tal bossen stroo geborgen. De brandweer was weldra met een aantal spuiten tegenwoordig, doch mocht er slechts met alle krachtsinspanning in slagen den brand tegen zes uren meester te zijn. Men is begonnen met het stroo enz. zoodra mo gelijk uit te halen, doch het aanbrengen van water was tot in den voormiddag noodig. Alles was tegen brandschade verzekerd. Een knaapje van tieD jaar werd te Utrecht ongeveer drie weken geleden door eene groote rat in de hand gebeten, terwijl 't een knikker uit een gat in den grond haalde. De wond, die vrij ernstig was, werd terstond met water en azijn gewasschen en na verloop van eenigen tijd was de hand schijnbaar genezen. Eenige dagen ge leden kreeg het kind plotseling een hevigen aanval van razernij en viel bezwijmend neder, terwijl wit schuim zijn mond bedekte. Onmiddellijk ingeroe pen geneeskundige hulp mocht niet meer baten. Spoedig was het kind een lijk. Een bediende van een kassierskan toor te Rotterdam is verdwenen, een som van on geveer f 800 van zijne patroons medenemende. Men heeft nog geen spoor van het jongmensch ontdekt. Te Goënga (Friesland) is een kind met het hoofd op de punt van een schaar geval len; deze was hem eenige centimeters diep in de slapen gedrongen. De kleine is na het uitstaan van de vreeselijkste pijnen bezweken. Behalve Marie Collaert verlaat ook de heer De Porre, die eveneens in het proces tegen 't Kint de Rodenbeke als getuige moet worden gehoord, Brussel, om er niet meer terug te keeren. Langzamerhand zullen alle getuigen verdwijnen en 't Kind wegens gebrek aan bewijs in vrijheid kunnen worden gesteld. De heer H. Munzebrock, vroeger een, der directeuren van de in staat van faillissement verkeerende Nederlandsche Suikerraffinaderij, jg op zijn buitenverblijf„Soeka Brentie" onder Pieein. stede gearresteerd, per rijtuig naar Amsterdam gebracht en krachtens een in raadkan» i6r gegeveu bevelschrift van het aldaar gevestigd e gerechtshof in verzekerde bewaring gesteld. H'j wordt beschul digd dat hij zich even vóór d-e faillietverklaring der genoemde raffinaderij Vjeft doen uitbetalen eene schuldvordering, waarvoor hij in die failliete massa had moeten opkom'en en waarvoor hij zich als borg aansprakelijk bad gesteld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1878 | | pagina 1