KOLONIËN. BUITENLAND. Frankrij k. waren ontvreemd, zonder dat de trommel eenig spoor van braak droeg. De vernuftige dief had dus het geheim van het letterslot dadelijk gevonden. De vorige week geraakten teOsstwee bezoekers der markt aldaar bij het naar huis gaan in twist, die zoo hoog liep dat de een den ander een steek in den onderbuik toebracht. De ongelukkige is reeds aan de gevolgen overleden; de dader is naar het huis van burgerlijke verze kering te 's-Hertogenbosch overgebracht. Te Zwolle zijn een landbouwer en zijn zevenjarig dochtertje aan zoogenaamde worst-ver giftiging overleden. De begrafenis van het kind is op last der justitie gestaakt, om het lijkje te onderzoeken. De worst was van een gezond varken, doch schijnt niet goed toebereid te zijn geweest. Een werkman, gehuwd en vader van eenige jeugdige kinderen, nabij Schellingwoude op een stoombaggermolen werkzaam, is Donderdag bij zijn pogingen tot voorkoming van een aanva ring, tusschen twee schepen gevallen en verpletterd. De kapitein G. Kruizinga, van het Groninger schip „Aemilia Alberdina", is Donder dag in de veiligheidshaven te Bremen bij gele genheid van een brand in zijn vaartuig omgekomen. Ook de materieele schade, door den brand ver oorzaakt, is aanzienlijk. Vr ij dag-avond is in eene tap per ij aan de Tolbrug te Dordrecht twist ontslaan tus schen een man uit 's-Gravendeel en een militair, welke twist zoo hoog is geloopen, dat zij hand gemeen zijn geworden. Hierbij heeft de militair gebruik gemaakt van een bierglas, dat hij op het hoofd van den burger heeft stukgeslagen, ten ge volge waarvan deze nogal ernstige verwondingen aan het hoofd heeft gekregen, gepaard met vrij belangrijke bloedstorting. De militair, die zich uit de voeten had gemaakt, is door de politie op gespoord en zal ter beschikking van de militaire autoriteit worden gesteld. De verwonde is, na heelkundig te zijn behandeld, per vigilante huis waarts kunnen gaan. Volgens eene correspondentie uitSi- berië aan een der Russische bladen bestaat er in de nabijheid van Archangel eene Engelsche kolo nie, ontstaan uit de vestiging van eenige houtza gerijen, bij welke van tijd tot tijd landverhuizers zijn overgekomen, waarna zij zich langzamerhand zoodanig heeft uitgebreid dat zij reeds sinds ge- ruimen tijd eene stad vormt, die tot nog toe op de landkaarten, op het kadaster en op de belas- tingregisters ten eenenmale onbekend is. Een Ame- rikaansche kolonie, nagenoeg op dezelfde wijze ontstaan en uitgebreid, bestaat in Kamschatka. Beide bevolkingen zijn dus tot nog toe ten eenen male onafhankelijk. BATAVIA, 9 November. Het belangrijkste feit sedert het afzenden van de jongste mail is wel dat de regeering aan den gouverneur van Sumatra's Westkust per telegram heeft medegedeeld dat zij het weuschelijk achtte dat de reeds met zooveel succes bekroonde weten schappelijke expeditie naar Djambi van uit het gouvernement van Sumatra's Westkust voorshands niet doorging. Het is uit een lateren brief van den resident van Palembang gebleken dat de on verwachte tocht van den heer Schouw Santvoort, die ongelukkigerwijze het vaartuig gemist had, hem op verzoek van het bestuur door den sultan van Djambi tegemoet gezonden, vrees en wan trouwen had verwekt, welke door het rondzwerven van de overige leden der wetenschappelijke expe ditie aan de Djambische grenzen levendig werden gehouden. Ten einde die vrees en dat wantrouwen te doen ophouden, achtte die hoofdambtenaar het wenschelijk, dat de leden der expeditie, die zich nog in het gouvernement Sumatra's Westkust bevonden, naar Palembang overkwamen, ten einde van daar uit, door het bestuur voorgelicht en door den sultan van Djambi ondersteund, hunne verdere onderzoekingstochten voort te zetten. Van dat schrijven werd bij brief aan den gouverneur van Sumatra's Westkust mededeeling gedaan, ook ter kennisgeving, voor zooveel noodig, aan de leden der expeditie. Door den gonvernenr-generaal van Ned.-Indië zijn de volgende beschikkingen genomen: Civiel Departement, Verleend: Een tweej. verlof naar Ned. w. ziekte, aan den iDg. 2de kl. bij den waterstaat enz. A. Wal- land en aan den griflier bij den landraad te Demak C. M. Dam- wijk. Ontslagen: Eervol, nit 's lands dienst, met behoud van recht op pensioen, de cbef van het mineralogisch scheikundig laboratorium b\j het mijnwezen in Ned.-Indië dr. C. L. Vlaan deren. Benoemd: Bij den waterstaat enz. tot ing. 2de klasse, F. P. Schlosser; tot ing. 3de klasse, D. Dikkers. Ingetrok ken: De benoeming van S. Van Rijubach tot 3den hulponderw. aan de openb. lagere school te Ternate. Benoemd: Tot 2den Lulponderw. aan de openb. 2de lagere school te Samarang H. P. F. Witkamp; aan de openb. lagere school te Pekalongan S. Van Rijnbach. Departement van Oorlog. Verleend: Een tweejarig verlof naar Ned., wegens 12 jaren onafgebr. dienstin Ned.-Indië, aan den kapt. der inf. P. Van Rijk. Geplaatst: Bij de infanterie, het 5de bat., de 2de luit. R. J. Van Zwol. Departement van Marine. Benoemd: Tot eersten gezagvoerder bij den dienst der kustverlichting J. Hendriks; tot onderbaas- ketelmaker te Soerabaia W. Den Hondtot adspirant lichtop- zichter H. E. W. Van Soelen en hem geplaatst bij het haven licht-etablissement te Batavia. De „Temps" erkent, dat de ministers niet alleu in dezelfde mate de sympathie hebben der linkerzijde; maar hunne vereeniging heeft in de tegenwoordige omstandigheden eene zoodanige be- teekenis, dat men niets meer, niets beter kon hopen of verlangen. De heer Dufaure is eene persoonlijkheid, die niet vrij is van scherpe kanten, welke soms hinderlijk zijn voor de parlementaire prikkelbaarheid; maar ondanks dit kleine gebrek zal de heer Dufaure aan het nieuwe ministerie eene vastheid en zwaarte geven, die op dit oogenblik niet te minachten zijn. Ook de andere ministers verdienen het volste vertrouwen des lauds. Men heeft hen leeren kennen in gemeenschappelijk gevaar, in den gemeenschap- pelijken strijd. Wat den generaal Borel, den minister van oorlog, aangaat, hij heeft zich nooit gecompromitteerd door zich aan te sluiten bij een der partijen, die sedert zes jaren het op de om verwerping der bestaande orde hebben toegelegd. Allerwegen hoort men zeggen, dat Borel iemand is van veel bekwaamheden en dat hij er vooral bewijs van heeft gegeven bij 's lands verdediging in 1870/71. In de Kamer zeide de minister Say Zater dag, dat de algemeene raden den 21sten dezer zullen bijeenkomen. De minister vroeg goedkeuring van twee maandelijksche termijnen der begrooting en van de vier directe belastingen, die nadat de com missie voor de begrootiug zich verwijderd had om daarover te beraadslagen, werden goedgekeurd. De Bonapartisten en legitimisten verklaarden, dat zij voor zouden stemmen, maar dat hun votum geen vertrouwen in de regeering in zich sloot. De boodschap van Mac Mahon is Zaterdag op de muren van Parijs aangeplakt. Grroot-lSritaimië. Lord Derby heeft Vrijdag aan den ministerraad eene nota van Turkije medegedeeld, waarin de Porte verklaart, eene bemiddeling van Europa aan te nemen. Zij wijst er in deze nota op, dat eene constitutie ten uitvoer is gelegd, welke gelijke rechten aan alle onderdanen des sultans schenkt, en dat aan de militaire eer van beide landen is voldaan, zoodat geen motief voor de voortzetting des oorlogs bestaat. Turkije heeft zijne hulpbron nen nog geenszins uitgeput en is tot alle offers voor zijne onafhankelijkheid en integriteit bereid, maar liet weuscht een einde te maken aan het vreeselijke bloedbad. De Porte doet een beroep op het gevoel van rechtvaardigheid der mogend heden en protesteert tegen elk denkbeeld tot vorming van autonome staten. Turliïje. Osman Pacha zoo deelt de correspondent der „Daily News" mede had nog voor drie weken leeftocht, toen hij Plewna ontruimde, en hij nam voor 10 dagen rantsoenen voor zijn leger in den langen bagagetrein mede. De redenen waarom hij nu reeds zijne onneembare redoutes prijs gaf, was het uitbreken eener epidemie onder zijne troepen, waardoor hij de plaats moest opgeven om zijn leger te redden. Veertig a vijftig lijken liggen onbegraven in Plewna, niemand wilde ze begraven en de sterfte nam ontzaglijk toe. Acht honderd zieken en gewonden lagen in de hospitalen, meest onder verpleging van Grieksche artsen. De sterkte van Osman Pacha's leger doet vermoeden, dat hij eerder manschappen aan Chefket Pacha afstond, dan dat hij er van hem ontving. Een nieuw licht wordt op den geheelen 1 der gebeurtenissen bij Plewna geworpen door brie uit Konstantinopel aan de „Presse" en „Neue fr. Presse", welke in menig opzicht v elkaar afwijken, maar toch beide dit mededeel dat inderdaad kort geleden een brief van O- Pacha aan den sultan in de Turksche hoofd?! ontvangen werd, maar daarin niet stond Jj uitgestrooid werd, dat hij tot het voorjaar zit te Plewna kon staande houden, maar interend I harde beschuldigingen werden ingebracht tegend raadslieden van den sultan. Tegen het midden October had hij de regeering gevraagd, of hij? in elk geval op rekenen kon, dat de weg L' Orhanië opengehouden en dat een reserveleger t Sofia bijeengetrokken werd, daar hij anders toe wilde aftrekken en met zijn leger de Balkan-pas? verdedigen; het antwoord uit Konstantinopelwas een onvoorwaardelijk bevel om te Plewna te blij? Niettemin was noch de weg naar Orhanië open! gehouden, noch een voldoend reserve-lecrer „eo ganiseerd, en daarom wierp hij alle verantwoorde lijkheid voor hetgeen er gebeuren zou op de slechte en trouwelooze raadgevers van den sultan. Ter wille van zijne eer en die zijner dappere soldaten zou hij zich thans zoolang mogelijk binneu Plewna staande houden. Ware zijn raad gevolgd, dan zon zijn leger niet voor den sultan verloren geweest zijn In overeenstemming hiermede is hetgeen voor eenige weken een correspondent te Plewna aan de „Times" meldde, dat Osman Pacha in woede ge zegd had, dat hij Hakki Pacha, die zoo laf hartig den weg naar Orhanië prijsgaf, terstond zou hebben laten ophangen als hij binnen Plewna gevlucht ware, In de nota, welke de Porte gericht heeft tot de Europeesche mogendheden, die hettractaat van 1871 hebben onderteekend, verklaart zij zich bewust te zijn van alles, wat tot een oorlog kon voeren, te hebben vermeden. Tevergeefs heeft zij getracht de motieven op te sporen, welke Rusland tot den tegenwoordigen veldtocht hebben bewogen. Door de hervorming van het rechtswezen, door hervormingen, die zonder onderscheid te maken tusschen ras of belijdenis werden ingevoerd ii overeenstemming met de allerwegen guustig ont vangen constitutie, heeft de Turksche regeering duidelijk blijken gegeven van haar neiging tot nuttige verbeteringen. Zij houdt partieele hervor mingen ten eenenmale onvoldoende, verbeteringen in een deel van het rijk iugevoerd zouden andere deelen tot oproer uitlokken. Iedere twijfel betref fende de uitvoering der hervormingen behoort te verdwijnen, als men let op de plechtige verzeke ringen, die thans gegeven worden. Alleen de oor logstoestand vertraagt de hervormingenhij oefent evenzeer een ongunstigen invloed op den landbouw, de industrie en alle financieele operaties. Afge scheiden evenwel van de invoering der hervor mingen heeft de voortzetting van den oorlog geen enkel motief. Rusland heeft verklaard niet uit veroveringszucht te handelen. De militaire eer aan beide zijden is voldaan. Waartoe dan een strijd voort te zetten, die voor beide partijen even ver derfelijk is? De oorlogvoerende mogendheden kun nen thans zonder krenking van hun eer vrek maken en daartoe kan Europa thans hare goede diensten aanbieden. De Porte althans is geneigd tot het beëindigen van den oorlog. Al is het land nog niet uitgeput en al zijn allen nog steeds ge reed alles op te offeren voor de onafhankelijkheid en de integriteit van het vaderland, de Porte ver langt toch verdere bloedstorting te voorkomen. 2ij hoopt daarbij op het billijkheidsgevoel der groote mogendheden en dat dezen haren stap gunstig zul len opnemen. De „Nord" vreest, dat het verzoek van Turkije om bemiddeling niet oprecht gemeend is en dat daaronder verborgen ligt de hoop, dat tusschen de mogendheden oneenigheden kunnen worden uitgelokt. Het is onmogelijk, zegt het blad, een tractaat te sluiten op de grondslagen door de Porte aangegeven. De verwachtingen, welke bij de Turksche regeering oprijzen over oneenigheden tusschen de Europeesche mogendheden zullen spoe dig blijken ongegrond te zijn. De Serviërs zijn bij Pirot de grenzen over getrokken en opgerukt naar Rossowa. Mohemet-AJ is te Konstantinopel aangekomen. De Russen he - ben slechts 2000 gekwetsten naar Kars terugge zonden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1877 | | pagina 2