een rijtuig, staande in een afgesloteü schuur, een
man met afgesneden hals gevonden. Nadere bij
zonderheden ontbreken.
Uit Amsterdam wordt gemeld: Don
derdag-avond is in den Jodenhammerpolder om
streeks elf uren een zware brand uitgebarsten in
eenige keten van polderlieden, werkzaam aan de
indijking van genoemden polder. De brand, ont
staan door het omvallen van een petroleumlamp,
tastte niet alleen de rieten woningen aan, maar
ook de boog opgestapelde takkebossen en het
rijswerk waarbij de keten stonden. Uren ver
waren de vlammen zichtbaar. De drijvende stoom
spuit Jan Van der Heyden, met den commandant
en den onder-commandant van de brandweer, was
spoedig het IJ overgestoken. De plaats waar het
vuur woedde was echter door ondiepten en andere
belemmeringen in het water zoo gemakkelijk niet
te naderen. Niettemin slaagde men er in* doch
toen bleek het dat er enkel van hulp bieden sprake
kon zijn. Het opgestapelde rijswerk of de rieten
woningen te redden was onmogelijk. Na alle moge
lijke hulp te hebben aangebracht, keerde de drij
vende stoomspuit omstreeks twee uren terug, een
polderwerker overvoerende die bij den brand zijn
been gebroken had. De man had zijn kind willen
redden uit een brandende keet en een gesloten
deur zoo krachtig opengerukt, dat deze uit de heng
sels sprong en hem aldus verwondde. De manschap
pen van de brandweer vervoerden den verwonde
naar het binnen-gasthuis.
Omtrent het gebeurde in den
avond van den 8sten dezer op den Hollandschen
spoorweg tusschen Sloterdijk en Amsterdam wordt
nader het volgende gemeldDe grootste fout schuilt
bij den zoogenaamden „blokwachter", die den
trein had moeten doen stoppen, doch willekeurig
den arm van den seintoestel op „veilig" gesteld
had. Onder andere omstandigheden zou hem dat
niet mogelijk zijn geweest, daar de toestel ver
zegeld is, hetgeen hem belet, wit of rood licht
voor te brengen, of de blokwachter bij het oude
station moet het sein veranderen, en de laatste
is in zijn handelingen weder geheel afhankelijk
van den stationschef te Amsterdam. Ongelukkig
was nu juist sedert eenige dagen het zegel weg
genomen. Hij maakte dus wit licht, de sneltrein
reed door en naderde in goede vaart Sloterdijk.
De hier gestationeerde wachter, die wel wist dat
de volkstrein stilstond, doch niet dat hij zich op
zoo korten afstand bevond, daar hij gewoonlijk
op verderen afstand blijft staan, seinde met groen
licht, dat beteekent :acht geven, langzaam
doorrijden. Of nu dit teeken niet tijdig ge
noeg werd gegeven, dan wel, of de machinist ver
zuimd heeft er op te letten, zooveel is zeker, dat
de laatste veel te laat begon te stoppen, en van
daar het ongeval, dat gelukkig beter afliep, dan
men had kunnen verwachten. Intusschen zijn de
beide wachters geschorst, in afwachting van wat
het rechterlijk onderzoek aan het licht zal brengen.
Woensdag is door de politie te
Dordrecht ter beschikking van den olficier van
justitie naar het huis van bewaring overgebracht
een Duitsche schippersknecht, die zich had schul
dig gemaakt aan verschillende diefstallen van touw
en zeildoek uit het aakschip „Aeolus", waarop
hij werkzaam was. Deze diefstallen zijn met groote
brutaliteit gepleegd, in zooverre dat die op den
dag en ten aanschouwe van vele schippers, die in
dezelfde haven lagen, konden worden gezien, ter
wijl de hoeveelheden die verkocht zijn, aanmer
kelijk mogen worden genoemd. Bij ééne gelegen
heid werden niet minder dan 108 kilogram tegelijk
verkocht en die hoeveelheid in eene boot van de
aak geladen en vervoerd. Soortgelijke diefstallen
worden gemakkelijk gemaakt door een soort van
kooplieden, die langs de schepen scharrelen en
zich niet al te nauwgezet informeeren omtrent de
herkomst van hetgeen door hen wordt opgekocht.
De hier bedoelde diefstallen hadden plaats bij af
wezigheid van den schipper, die dikwijls voor za
ken buiten de stad was. Zooals gewoonlijk waren
de gestolen voorwerpen reeds in andere handen
overgegaanhet is echter mogen gelukken bij een
viertal tagerijns te Dordrecht een groot deel van
het gestolene in beslag te nemen. Door drie hun
ner was geene inschrijving van de door hen ge
dane inkoopen in het bij de wet voorgeschreven
register, ten dienste der politie te houden, gedaan,
ter zake waarvan procesverbaal zal worden opgemaakt.
De heer J. J. Le Boy, predikant te
Heerewaarden bij Zalt-Bommel, Dinsdag met
zijne vrouw en kinderen en met eene dame van
Zalt-Bommel rijdende, kantelde het rijtuig even
voorbij het fort St.-Andries om. De voerman had,
terwijl het stikdonker was, langs eene kade rij
dende, te veel naar die kade aangehouden. De
predikant kwam gedeeltelijk onder het paard te
recht eri brak een arm. Yan de overige vijf per
sonen bezeerde zich de dame vrij ernstig aan
de beenen, zoodat zij niet kon loopen. De ande
ren kregen geen letsel.
Den 8sten dezer is het laboratorium
van C. Berkholz, op een half uur afstand van
het centrum der stad Hamburg, in de lucht ge
vlogen, en bij deze ramp hebben acht menschen
het leven verloren, nl. Berkholz zelf, zijn drie
kinderen (een jongetje van bijna 3 jaar, twee
meisjes van 8 en 4 jaar) en vier werklieden.
A. C., te Hoedekenskerke, die on
langs gearresteerd werd als verdacht van poging
tot verdrinking van eene dienstmeid uit Nisse,
is dezer dagen op vrije voeten gesteld.
In de vorige week is 's avonds een
gesloten rijtuig, waarin de echtgenoote, zoon en
schoonzuster van een industrieel te Lubeck gezeten
waren, op den weg van die stad naar Travemunde
omgeslagen en in het water gekanteld. De zoon
behield bij het omvallen genoeg tegenwoordigheid
van geest om het portierraam te verbrijzelen en
er zich doorheen te wringen, met het gevolg dat
hij, zwaar aan hoofd en handen gekwetst, boven
water kwam. Ook de koetsier is gered. Daar er
geen hulp in de nabijheid was, mislukten alle po
gingen om de dames te redden. Eerst den volgenden
dag mocht het gelukken, het rijtuig met de beide
lijken op te halen.
Bechtzaken,
De arrondissements-rechtbank te Zwolle heeft
eene voor den wisselhandel gewichtige rechts
vraag beslist. Bij de verificatie der schuldvorderingen
van de Overijselsche Bank vroeg een wisselhouder
de verificatie eener wisselschuld voor het volle be
drag in den wissel uitgedrukt met interesten en
kosten, niettegenstaande hij van den acceptant, die
insgelijks failliet was, ten gevolge van gerechtelijk
accoord 34 pCt. had ontvangen. De wisselhouder
beriep zich op de eerste alinea van art. 198 en
art. 878 Wetb. van Kooph. De curators verzetten
zich tegen dien eisch op grond van de 2de alinea
van art. 198 en de beginselen van het B. W.
omtrent solidaire schuldvorderingen. Vandaar ren
vooi naar de rechtbauk. Deze heeft den wisselhouder
in het gelijk gesteld. Het vonnis komt na de
geschiedenis van de artikelen 198 en 878 W. v. K.
te hebben nagegaan, ook in het Eransche recht,
uit hetwelk blijkbaar ons art. 878 is overgeno
men, en na de gevolgen van het stelsel der curators
te hebben overwogen, volgens hetwelk de wissel-
aouder nimmer kon geraken tot de volle voldoe
ning zijner schuldvordering, in hoevele boedels hij
ook moge kunnen opkomen, tot het besluit
dat de houder van een wissel, waarvan alle wis
selschuldenaars in staat van faillissement verkeeren,
iet recht heeft in alle boedels voor het geheele
ledrag van den wissel op te komen, totdat hij
ten volle is betaald, en de bedoeling van de 2de
alinea van art. 198 W. v. K. slechts is, te voor-
romen, dat de wisselhouder niet meer ontvangt
dan het volle bedrag der vordering met interesten
en kosten. Voor den wisselhouder heeft gepleit
mr. H. H. Tels, advocaat te Rotterdam, voor de
curators mr. R. G. Philipson, te Zwolle.
BUITENLAND.
F*r ankrij k.
Het geding van den radicalen chocoladefabri
kant Menier tegen den minister De Fourtou, ter
zake van het bekende artikel in het „Bulletin
des Communes", is Woensdag weder voorgekomen.
Het gold vooreerst de vraag, of het Hof te Ver
sailles al dan niet bevoegd was om van de zaak
kennis te nemen, hetgeen de tegenpartij, met den
officier van justitie, ontkende, en zulks op grond
dat het artikel, in een officieel orgaan geplaatst,
eene handeling van openbaar bestuur uitmaakte,
waarover alleen de raad van state uitspraak had te
doen. Hiertegen werd door den advocaat van
Menier ingebracht, dat hét officieele orgaan zij
privilege verloren had door uit zijne rol te vallei
en „de 363" ongeroepen als zoovele Communis
ten over den hekel te halen. Het Hof za
den 16den dezer over het incident eene beslis
sing nemen, i
De heer Henri Scherer, hoogleeraar
Montpellier en zoon van Edmond, is in 83jarigei
ouderdom overleden.
Duitschland.
Blijkens bericht uit Dresden zijn er Colorado
kevers gevonden op een aardappelveld bij Schildan
in het Pruisische district Torgau aan de Saksisch
grens. Het feit is officieel geconstateerd.
Een conflict tusschen Pruisen en het konink
rijk Saksen over den spoorweg BerlijnDresdei
is thans definitief beslist. Saksen heeft verklaard
af te zien van al zijne bezwaren en de exploitatii
der lijn op Saksisch grondgebied aan het Prui
sisch spoorweghestuur over te geven.
Woensdag zijn de Tubingen de feestelijk
heden geopend ter viering van het 400-jarig be
staan der Universiteit. Dien avond werden di
aangekomen genoodigden aan het spoorstation dooi
een comité uit de professoren ontvangen en dooi
verschillende corporatiën naar de platanen-allee
geleid. Aldaar werden zij namens het stedelijk
bestuur begroet en had eene algemeene feestelijke
bijeenkomst plaats. Tegelijkertijd werden het kas
teel en de Neckarwijken geïllumineerd. Den vol
genden voormiddag werden de koning en koningin
van Wurtemberg door eene eerewacht van studen
ten te paard bij de oude abdij Bebenhausen op
gewacht en naar de academische gehoorzaal bege
leid, alwaar de koning zelf het eigenlijke feest
opende met eene toespraak, waarin hij zijne voor
vaderen herdacht, die de Universiteit hebben ge
sticht, of ter harer ontwikkeling hebben bijgedra
gen, terwijl hij tevens hulde bracht aan de be
roemde mannen, als Kepler, Schelling, Hegel,
Uhland, enz., die er hebben gestudeerd of ge
doceerd. Nadat de rector magnificus hierop had
geantwoord, volgden de begroetingen namens de
buitenlandsche hoogescholen. Namens de Neder-
landsche geschiedde dit bij monde van den Leid-
schen hoogleeraar dr.P. Van Geer. Na afloop daarvan
werd, onder begunstiging van het schoonste weder,
een feestelijke optocht naar de Stichtskerk gehouden.
Groot- JE5ritannië.
In het lagerhuis werd Donderdag door den heer
Grant Duff de aandacht gevestigd op de wijziging
van politiek jegens de Staten van westelijk Indië.
Lord Hamilton verklaarde dat de regeering hare
politiek niet gewijzigd had in beginsel, doch slechts
in toepassing. Eene invasie van Indië was niet
waarschijnlijk. Doch de stammen in de westelijke
grens-districten waren door vreemde kuiperijen
zoo onrustig gemaakt, dat er reden zou kunnen
ontstaan tot groote bezorgdheid. Lord Harrington,
gevolgd door de heeren Whalley en Campbell
uitte hierop de hoop dat de regeering niet ge
neigd was tot interventie met het doel om de
plannen van Rusland in Centraal-Azië tegen te
werken. Sir S. Northcote antwoordde dat, naar
zijne meening, Engelands beste politiek hierin be
stond, dat het zich versterkte binnen eigen grenzen,
door zich genegenheid te winnen en verbetering
te brengen in het lot der Indische bevolking. Hij
duchtte geen feitelijken aanval op Indië, doch
meende dat gewaakt moest worden tegen alles wat
de loyauteit der Indische bevolking jegens Enge
land zou kunnen ondermijnen.
Rusland..
Tusschen Oltenitza en Turtukai steken voort
durend troepen den Donau op schuiten over ter
versterking van het Russische leger. Zware re
gens en harde wind hebben den Donau opnieuw
doen wassen, zoodat het moeielijk is eene nieuwe
brug over de rivier te slaan; bovendien schijnen
de Russen gebrek aan bruggenmaterieel te krijgen.
De twee bij Nicopolis veroverde monitors zijn
nu geheel door de Russen hersteld en gereed om
een aanval tegen den Turkschen monitor te on
dernemen, die nog bij Rustschuk ligt.
Turkije.
Naar men uit Konstantinopel aan de Köln.
Zeitung" meldt, heeft de Porte van de Oosten-
rijksche regeering de formeele verzekering ontvan
gen, dat Rusland omtrent Servië geenerlei verzoek