N°. 5351.
A0. 1877.
Donderdag
26 Juli.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
ST ADS-BERICHTES,
Gemengd Nieuws.
¥i ,b_
PEIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden..1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke NommersO.02.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Ill yJL t 1 f
Van 18 regels.Jïlli J.tlv'i... f 1-05.
Iedere regel meer.»nk 0.17t-
Groolere letters naar plaatsruimte.
w KOSTELOOZE VACCINATIE.
BURGEMEESTER ei» WETHOUDERS der gemeente Leiden,
herjnneren bij deze den ingezetenen, dat de gelegenheid tot kot-
tcloose Vaccinatie en Revaccinatie ,voor onvermogenden,
in het lokaal der Stads-waag, bij voortduring -wekelijks is open
gesteld, en wel op Donderdag 26 Juli, Vrijdag 3 Augustas, Za
terdag 11 Angustns, Maandag 20 Angustns, Dinsdag 28 Augus
tus, Woensdag 5 September. Donderdag 13 September, en zoo
vdrVdlgens, telkens met eene tusschenrnimte van acht of, als
die dag op een Zondag valt, van negen dagen, 's namiddags te
één nur voor de vaccinatie, en te twee uren voor de revaccinatie.
Burgemeester en Wethoaders voornoemd,
v. d. BRANDELER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 25 Juli 1877.
LEIDEN, 25 Juli.
Gisteren bad te 's-Gravenhage de vriendschap
pelijke bijeenkomst plaats van de leden der Ned.
Maatschappij voor tuinbouw en plantkunde. Na
dat. in den morgen de Rijnspoor en de Hol-
landsche spoor de leden van heinde en ver, en
ook de onlangs gevestigde afdeeling Leiden hadden
aangevoerd, vereenigde men zich in het gebouw
voor kunsten en wetenschappen. Van daar begaven
de leden zich, ten getale van ruim honderd, in
rijtuigen naar Wassenaar, ten einde een bezoek
te brengen aan de landgoederen van Prins Fre-
derik, tot welker bezichtiging Z. K. H. met inge
nomenheid vergunning had verleend. Aan het
Paleis, het Huis de Pauw, had de ontvangst plaats
door 's Prinsen Hofmaarschalk, M. graaf Van Lim
burg Stirum, en de tccht door de schoone bezitting
nam een aanvang.
Geheel in den geest van den koninklijken mees
ter, leidde de heer Van Stirum met de meeste
welwillendheid den langen stoet bezoekers langs
onberispelijk onderhouden paden en grintwegen
naar de meest indrukwekkende gezichtspunten,
waar men stilhield om hetzij de prachtige natuur,
hetzij den kunstigen aanleg van Petzold te bewon
deren, hetzij de heerlijke exemplaren van in- en
uitlandsch boom- en houtgewas te beschouwen.
Na den grooten vijver van het Huis de Pauw
te hebben omgewandeld, trad de vorstelijke eige
naar zelf zijne gasten tegemoet en heette hen
welkom. Met den voorzitter d6r hoofdcommissie,
den heer W. A. Viruly Verbrugge, ging de grijze
Prins nu zelf met opgewektheid en vasten tred
den stoet voor, en deed gaandeweg de merkwaar
digheden, hier een heestergroep, daar een merk-
waardigen rhododendron of een araucaria opmer
ken.! Eindelijk was men door den rozengaard aan
gekomen in de Pergola, ook Prinsessehtuin ge-
heeten, welker toegangen slechts zelden voor vreemde
bezoekers ontsloten worden. De bouwstijl en wand
versiering van Pompeji en de Eugelsche en Fran-
sche 'tuinbouwkunst uit vroeger en later tijd zijn
hier vereenigd om die plek, van alle zijden omsloten
door zwaar geboomte, tot een wonderschoon lust
oord te scheppen.
Terwijl men daar in bewondering over den aan
blik vertoefde, begaf de Prins zich onder zijne
gasten. Met allen die aan hem werden voorgesteld
wisselde hij een woord, en zijne opmerkingen ge
tuigden van de helderheid van geest van den
tachtigjarigen vorst. „Dat is een goede Bos-
koopsche naam", zeide hij o. a. bij het noemen
van den naam Ottolander. Na een handdruk voor
allen noodigde hij zijne gasten aan een déjeuner,
dat onder het wingerdloof van een der zijgalerijen
was aangericht. Hierop nam de Prins afscheid.
•.Was het wonder, dat bij den aanblik van die
eenvoudige figuur, maar waarvan zooveel menschen-
waj»rde en zooveel vorstelijke waardigheid afstraalt,
bij menigen eenvoudigen bloemkweeker een traan
an 't oog getuigde van de aandoening van 1t hart
en bij de meesten de stem stokte toen den ver-
trekkenden vorst de heilgroet naklonklang léve
Prins Frederik! !l i' j-iU
Waar zoo onze vorsten, Prins Hendrik op
Soestdijk en Prins Erederik op zijn landgoederen
te Wassenaar, tot zelfs den eenvoudigen de hand
reiken, daar wordt niet alleen de band tusschen Volk
en Vorstenhuis hechter geknoopt, maar daar wordt
ook een groote les in broederzin en menschenliefde
gegeven. m :i u
De gedachte dat men bij een Yorst te gast was,
en het bewustzijn van het verlies dat het Yorsten
huis en het Yolk onlangs leed, onderdrukte met
moeite den jubelkreet, toen de voorzitter aan den
disch een disch, zóoals een vorst dien aanricht-
na een warme toespraak een heildronk aan den
hoogen gastheer bracht.
Na een uur toevens, gaf het bestuur deu weuk,
dat de tocht vervolgd zou worden. Nu per as,
dan te voet doorkruiste men de idyllische dreven
van het landgoed Raaphorst en Ter Horst. Het
jachtslot Ter Horst, in 16de-eeuwschen stijl
opnieuw opgetrokken en gemeubeld, was ter be
zichtiging opengesteld. In een der vertrekken met
gestoken eikenhouten lambrizeering en goudleer,
lag op een tafel het album „Ter Horst" waarin
de voorzitter het bezoek der vereeniging aan
's Prinsen landgoederen aanteekende, en uit die
handeling aanleiding nam om den leden voor te
stellen, nog op andere wijze dan door het zooeven
gesproken woord van dank, de erkentelijkheid van
de vergadering te betuigen voor de vorstelijke
wijze waarop Prins Erederik der Nederlanden de
Maatschappij voor tuinbouw en plantkunde ten
zijnent ontvangen heeft.
Verder werd de tocht voortgezet over Bakkers
hagen, waar men aan de modelhoeve stilhield. Een
fraaie Durhamstier (hoornloos ras) was buitenge-
bracht, en daarbinnen zag men de zuivelproduc
ten, 't spreekt van zelf van onberispelijk
fabricaat tentoongesteld.
Vervolgens begaf men zich naar de kweekerij,
waar evenals op Ter Horst de meloen, de druif,
de perzik en de ananas in de kassen en daarbui
ten het oog lokten. 7
Door de Hertenkamp heen, bereikte men nu
weldra weder den straatweg en nam afscheid van
de heerlijke landgoederen. In 's-Hage terugge
keerd, vereenigden zich velen aan den gemeen-
schappelijken maaltijd in het gebouw voor kun
sten en wetenschappen, waar ook 's Prinsen
Hofmaarschalk mede aanzat, waarbij nog menige
dronk op de leden van het vorstelijk Huis en op
de bestuuTsleden werd ingesteld, en men eindelijk
uiteenging onder den indruk dat deze schoone dag
geheel gestrekt had om het doel „vriendschappe
lijk samenzijn" in hooge mate te bevorderen,
en ook ruimschoots gelegenheid had gegeven tot
nuttige opmerkingen op het gebied van tuinbouw
en plantkunde.
Met ingang van 1 September a. s. zijn door
den minister van marine de volgende jongelingen,
in alphabetische orde gerangschikt, benoemd: tot
adelborst 3de kl. voor den zeedienst: E. Bot, C.
E. Dittlinger, T. E. W. Van Dompseler, J. E.
B. Van Dijk, A. Gelderman, A. W. graaf Van
Hogendorp, P. G. J. graaf Van Hogendorp, G.
J. Van der Hout, K. J. Karseboom, E. O. Kerk
hoven, jhr. H. M. De Koek, A. H. F. M. Latour,
N. B. Lijphart, J. T. T. Modderman, G. H.
Pfeiffer, P. W. Planten, H. Van Praag, L. A.
Royen, M. H. E. Sachse, H. A. Schoonhoven,
J. T. Van Slooten, jhr. W. F. Van Spengler,
C. L. Strodtmkü, Hl P. J. Tutein Nolthenius,
jhr. W. C.' JlJ Versluys, W. T.;V'an Vlotentdt
adelborst 3de kl. voor de marifiiersL. A. C.
Fttrnéë, J. C. Van Hóek, P. C. Van Trooyen.
Omtrent het medegedeelde aangaande het
Noördzeekahaal verneemt dé' „Haarl. Gt." nader,
dat hét niet verkrijgen der diepte van 7.50 M.
betrekking hééft 'op1 het gedeelte tusscheü de slüi-
zen enzee. 'Behalve een gedeelte vaii p. m. 2000
M., waar afschüiving hééft "plaats gehad, ié het
kanaal van Amsterdam tóf aan de sluizen reeds
op 7.50 M. gebaggerd, zoodat men' met grond
kan verwachten, dat op 1 Aug. av -s. de geheele
diepte tot aan de sluizen verkregen zal zijn.
Van 17 Juni tot 24 Juli zijn, blijkens
ingekomen ambtsberichten, door longziekte aan
getast: in Noord-Brabant 2, Zuid-Holland 46,
Noord-Holland 1, Utrecht 1, Friesland 2, totaal
52 runderen. In het vorige tijdperk van vier weken
waren 91 runderen aangetast.
Alle comptabele ambtenaren in Nederland
zijn bij ministerieele resolutie aangeschreven, alle
muntbiljetten, die onduidelijk zijn en niet alle
kenmerken van echtheid a prima vista hebben,
aan te houden tegen afgifte van een ontvangbewijs.
Die muntbiljetten worden dan door de bevoegde
autoriteit gekeurd en, wanneer zij deugdelijk wor
den bevonden, aan den eigenaar teruggegeven. In
het tegenovergestelde geval worden zij vernietigd.
Neemt men de vroeger vermelde kenteekenen van
valschheid waar, dan moeten de biljetten worden
gezonden aan den officier van justitie; is een biljet
slechts verdacht, dan moet het rechtstreeks aan
den minister van justitie worden gezonden.
De kermis. De verwachting dat
het den heeren Judels en Bouwmeester
met hunne reis door Berlijn in hun théatre des
variétés niet aan bezoekers zou ontbreken, is
geenszins teleurgesteld. Reeds voor de eerste voor
stelling was de zaal flink bezet. Het publiek amu
seerde zich buitengemeen. En geen wonder. Wan
neer zou mén dit niet als Judels er bij is!
Bovendien is het stuk alleruitstekendst voor de
kermis geschikt. Het geeft gelegenheid tot allerlei,
wel is waar een enkele maal meer ernstige, maar
over het algemeen toch tot allerkoddigste scènes,
die men moet zien om er zich een denkbeeld van
te maken. Indien alle acteurs er echter niet voor
zorgden alles zooveel mogelijk tot zijn recht te
laten komen, zou er natuurlijk veel van het
geheel verloren gaan. Dit is echter het geval niet.
Allen doen hun best en slagen in hun genre
uitmuntend. In de eerste plaats verdient daarbij
genoemd te worden de oude maar toch nog steeds
jonge en geestige Judels, die ook nu weder ge
toond heeft niet zonder reden nog steeds de
lieveling van het publiek te zijn. Meer dan eens
was hij onbetaalbaar, vooral in zijne voordracht:
„waar blijft toch ons geld". Mevrouw Frenkel
heeft eveneens op de dankbaarheid van alle aan
wezigen zoowel om haar spel als de voordracht
van „het lied zonder woorden" volkomen aan
spraak. De bezoekers liéten zich dan ook voor
den prettigen avond niet onbetuigd en hebben
zeker den aangenaamsten indruk er van mede
genomen.
Toen we voor eenigen tijd aankondigden dat
ook de heer E. Basch de kermis met zijne tent
zou bezoeken, zal het velen een genoegen zijn.