zijde van de zaak betreft, minder bemoedigend.
De mededinging is tot dusverre uiterst gering.
2°^ De behoefte aan zuiver drinkwater. Eene
belangrijke schrede om daarin te voorzien werd
in de laatste jaren gedaan door den aanvoer van
duinwater.
3°. De openbare reinheidsverordeningen. De
algemeene politieverordening bevat een tal van
bepalingen ter bevordering van de openbare reinheid
en gezondheid en het aantal overtredingen bij het
kantongerecht in 1876 behandeld getuigt van het
daarop gehouden nauwlettend toezicht. Het houden
en mesten van varkens is ingekrompen tot een
gering aantal varkenshokken, die zoodanig zijn
ingericht dat daardoor hinder en nadeel voor de
gezondheid zooveel doenlijk worden voorkomen.
Op het verontreinigen der gemeentewateren en
het geregeld baggeren wordt streng toegezien en
het ophalen en bewaren der asch en vuilnis ge
schiedt met inachtneming van de van gemeente
wege vastgestelde voorwaarden van verpachting.
4°. De gezondhcidspolitie. De wetten tot voor
ziening tegen besmettelijke ziekten en tegen honds
dolheid worden streng gehandhaafdhet kosteloos
verrichten van de koepokinenting voor on- en
minvermogenden wordt zooveel mogelijk aange
moedigd en het verleenen van geneeskundige hulp
aan bedeelden van alle godsdienstige gezindten
geschiedt mede kosteloos vanwege de gemeente.
De wet op den arbeid der kinderen in fabrieken
wordt streng gehandhaafd. Hare bepalingen strekken
mede in het belang van de openbare gezondheid.
Gemengd Nieuws.
Op de gedempte Marendorpsche Ach
tergracht is hedenmorgen eene juffrouw van mid
delbaren leeftijd door eene beroerte getroffen en
eenige oogenblikken later in de woning waar men
haar binnenbracht overleden.
De algemeene vergadering van bin
nen- en buitenlandsche spoorwegambtenaren zal
den 20sten dezer besloten worden met een groot
gastmaal in het Oranje-hotel, waarna een vuur
werk aan 't badhuis te Scheveningen zal worden
afgestoken.
Uit Valkenburg wordt gemeld: Door
het warme weder staan de veldvruchten prachtig
en belooft alles een goeden oogst. De aardappelen
zullen dit jaar voor velen een ruim beschot op
leveren. Appelen en peren zullen echter niet zoo
ruim zijn als men eerst dacht, daar door den
harden wind vele bloesems zijn afgevallen.
Door de politie te Rotterdam is de
hand gelegd op twee zusters, oud 11 en 18 jaar,
die in de laatste weken er haar werk van maakten
kinderen van drie tot vijf jaar op den openbaren
weg van hare gouden sieraden (oorknopjes en hals
kettinkjes) te berooven. De jongste volvoerde het
feit, terwijl de oudste de aldus verkregen voor
werpen van de hand deed. Op die wijze hadden zij
reeds, voor zooverre bekend, een twaalftal kinde
ren beroofd.
Gisternacht sprong te Amsterdam
een man wegens huiselijke oneenigheden in de
Nieuwe Heerengracht. Hij werd op het droge ge
bracht, maar niettegenstaande de langdurige pogin
gen van geneeskundigen, mocht het niet gelukken
zijne levengeesten weder op te wekken. Hij laat
eene weduwe en drie kinderen na.
Gedurende den brand te Almkerk
wilde een landbouwer, die zijn brandkast niet
genoeg vertrouwde, de kast openen om het daarin
aanwezige ergens anders te bergen de kast echter
was reeds zeer heet, zoodat bij het openen eens
klaps de vlam er uitsloeg en /"20,000 aan waarde
in effecten verbrandde. Zijn buurman had de vol
doening na den brand, toen zijne kast goed koel
was en door hem geopend werd, zijne daarin ge
borgen waarde ongeschonden terug te vinden.
Meu schat de schade, in het algemeen door den
brand veroorzaakt, op ƒ300,000, terwijl voor nog
geen 100,000 verzekerd was. De gemeentetoren
was niet geassureerd.
De rechtbank te Zutfen deed Woens
dag uitspraak in de zaak van 7 jongens, deel
uitmakende van eene jeugdige dievenbende die
zich in den loop van den vorigen winter aan ver
schillende diefstallen onder verzwarende omstan
digheden hadden schuldig gemaakt. De rechtbank
beval, dat zij allen naar den Kruisberg zouden
worden overgebracht, om daar tot op hun 18de
levensjaar te verblijven. Onder de veroordeelden
bevinden zich jongens van 11 tot 16 jaar. De
12 overige zullen binnenkort terechtstaan.
Te Stedum, in Groningen, is men sinds
eenige weken bezig met het ontblooten der muren
in het koor der herv. kerk aldaar. Het gewelf
boven de bekende graftombe aldaar is bevonden
schoon beschilderd te zijn met ranken en bloemen.
De kleuren hebben zich onder de kalklaag zeer
goed gehouden.
Dinsdag-avond zijn in het gehucht
Makkum, nabij Beileu, vijf huizen door brand
vernield, terwijl van de inboedels slechts weinig
kon gered worden. Een der eigenaars van de
afgebrande huizen, zekere J. Boer, die nog iets
wilde redden, is in de vlammen omgekomen. Zijn
lijk heeft men verkoold teruggevonden.
Het zoontje van een boer, indenabij-
heid van Sneek, zat Woensdag boven op een wagen
met hooi, om daarmee naar de schuur te rijden,
toen de wagen brak. Het knaapje tuimelde naar
beneden, geraakte in eene sloot, werd door het
hooi geheel bedekt en weinig tijds later als een
lijk naar het huis zijner ouders gebracht.
Woensdag-morgen vond men een
paard van den heer D. Siccama, landbouwer op
de Oostergast, gemeente Zuidhorn, dood in het
land. Bij onderzoek is gebleken, dat het dier door
een steek in de borst met een mes of ander scherp
werktuig, is vermoord. Uit de bloedsporen kon men
nagaan, dat het nog een eind ver geloopen en toen
door bloedverlies is neergevallen.
De bekende dr. Strousberg is thans
uit de gevangenis voor schuldenaars ontslagen en
weder in hotel Dusseaux gebracht, waar hij huis
arrest heeft. Waarschijnlijk zal nu eerstdaags het
bevel tot verbanning worden uitgevoerd.
De advocaat van Tourville, de hejer
Markbreiter, van Weenen, heeft een winstderving
van 24.000 ten gevolge van de veroordeeling van
zijn cliënt. Tourville had nl. 4000 pond sterling
bij een bankier te Weenen gedeponeerd, waarvan
de helft aan Dr. Markbreiter zou komen, ingeval
van veroordeeling. Bij vrijspraak kon hij over de
geheele som beschikken.
Bij de rechtbank te Spandau is Dins
dag behandeld de zaak van de wed. Boger, be
schuldigd van baar man, terwijl hij te bed lag,
door middel van kokend water en gloeiend sfeen-
koolgruis zoodanig te hebben gebrand, dat hij ten
gevolge daarvan binnen een paar dagen is over
leden. Reeds scheen het bij den afloop van het
getuigenverhoor ontwijfelbaar dat zij ter dood zou
worden veroordeeld, toen de geestelijke van het
ziekenhuis, waarheen de man bij de ontdekking
der misdaad was overgebracht, zich liet aanmelden
en verklaarde, dat de man hem had gezegd, des
avonds toen hij reeds te bed lag, terwijl zijne
vrouw eenige huiselijke bezigheden verrichtte,
met haar twist te hebben gehad, waarbij zij, in
woede geraakt, hem zoodanig had toegetakeld. Na
deze verklaring werd zij vrijgesproken van moord
met voorbedachten rade, doch wegens zware ver
wonding met doodelijk gevolg en uit aanmerking
van het onmenschelijke harer handelwijze, tot tien
jaren tuchthuisstraf veroordeeld.
De te üalfsen gestationneerde rijks
veldwachter-jachtopziener ontdekte Woensdag-na
middag in een hakbosch een gedeserteerden militair
uit Harderwijk. Hem willende arresteeren, ont
moette hij zóóveel verzet, dat hij zich verplicht
achtte tot behoud van eigen leven den deserteur
met zijn revolver in de beenen te schieten en gaten
in het hoofd te slaau. De deserteur heeft hem
door schoppen en trappen verwondingen aan de
beenen toegebracht en getracht hem te wurgen.
Slechts met behulp van eenige boeren, die op
het geschreeuw van moord" kwamen opdagen,
kon de deserteur (een Eranschman) gearresteerd
worden. Hij is vervolgens geboeid op een boeren
wagen naar Zwolle vervoerd. De gevangene heet
Joachim; men had hem te Harderwijk Maandag
„nachtpermissie" gegeven.
Een der twee obelisken, die door
koning Photmes III uit het 18de koningshuis te
Heliopolis aan de godheid gewijd en onder de
Ptolemaeussen naar Alexandrië overgebracht werden,
zal weldra eene vrij gevaarlijke reis ondernemen,
om een der pleinen van Engelands hoofdstad te
versieren. Bij de voorbereidende werkzaamheden
voor het vervoer zijn, op den 20sten der vorige
maand, twee merkwaardige opschriften aan den
dag gekomen, die omtrent de plaatsing van het
gedenkteeken vóór het Cesareum, of den tempel
van keizer Augustus I, in Alexandrië belangrijke
bijzonderheden, doen kennen. Zij zijn in twee talen,
het Grieksch en het Latijn, op de twee oppervlakten
van de linkerzijde van een der vier koperen voeten
ingegroefd, en wel dien aan den zuidoostelijken
hoek, den eenigen, die van het viertal bewaard
is gebleven. Daaruit blijkt, dat, in het achtste
regeeringsjaar van keizer Augustus, Barbaras, de
gouverneur van Egypte, door den architect Pontius
den obelisk deed oprichten. De obelisken werden
dus in 22 vóór onze jaartelling aan die nieuwe
bestemming dienstbaar gemaakt. De gouverneur
was P. Rubrius Barbarus, die ook uit een ander
opschrift op het eiland Philae aan de zuidelijke
grens van Egypte bekend is, en in het 17de jaar
van Augustus, dus het 13de vóór onze jaartelling,
nog dezelfde betrekking bekleedde.
De „Detroit Tribune" van den 8sten
Juni bevat het volgende: Grace Vernon Bussell
is de naam van het heldhaftigste meisje in Austra
lië. De stoomer „Georgette" verging aan de west
kust, nabij Perth. Eene kleine boot was omgeslagen
in de branding, en kinderen worstelden in het
water. Op den top eener steile rots vertoonde zich
de gedaante van eene jonge dame te paard. Aan
de matrozen van het gestrande vaartuig scheen
het onmogelijk, dat een paard en zijn berijder van
die steile helling zouden kunnen nederdalen. Doch
de jonge dame aarzelde geen oogenblik. Zij reed
in vollen galop naar beneden en, toen zij den
oever bereikt had, dreef zij haar paard in de ko
kende branding. Zij reed er door en bereikte de
boot, waaraan de verschrikte vrouwen en kinderen
zich vastklemden. Haar paard struikelde over een
scheepstouw, dat tusschen het wrak en de kleine
boot lag, doch zij klemde zich vast aan de boot
en bracht de vrouwen en kinderen aan land. Toen
was er nog een man overgebleven op de boot.
Zij begaf zich weder in de branding en bracht
hem aan land. Terwijl diegenen, welke zij gered
had, bezig waren met het redden der op het wrak
overgeblevenen, galoppeerde het heldhaftige meisje,
doornat van het zeewater en half bezweken van
vermoeidheid, twaalf mijlen ver naar huis, om
hulp te doen zenden aan de half verdronken en
bijna naakte schipbreukelingen, die zij op het
strand achtergelaten had. Haar zuster, mrs. Broek
man, begaf zich te paard en galoppeerde dien
nacht door de bosschen en bracht thee, melk,
suiker en meel naar de ongelukkigen. Den volgenden
dag werden de geredde naar Brockmans huis ge
bracht en verzogd. De angst en inspanning bleken
noodlottig te zijn vooor mrs. Broekman, die eene
zware verkoudheid vatte en eindelijk aan de ge
volgen van hersenkoorts overleed. Grace Vernon
Bussell leeft nog.
BUITENLAND.
Frankrij k.
De „ltép. fr." meldt, dat de inkomsten der
zes groote Eransche spoorwegmaatschappijen sedert
16 Mei, in vergelijking met hetzelfde tijdvak van
1876, aanzienlijk zijn verminderd. De vermindering
vau 16 Mei tot 17 Juni bedraagt 2,765,000 fr.
Daarentegen toonden de inkomsten van dit jaar
vóór 16 Mei, vergeleken met hetzelfde tijdvak van
1876, eene vermeerdering aan.
Hetzelfde blad, dat, gelijk de „Bien public",
vervolgd werd wegens het overnemen van het
telegram uit de „Daily News" omtrent de zending
van den aartsbisschop van Parijs naar Rome, is
door de rechtbank vrijgesproken, op grond 1®. dat
het de mededeeling eerst 36 uren na den „Bien
public" had overgenomen, zonder dat ze door eene
ofiffcieele of officieuse nota was weersproken, ei
2°. dat het blad zelf aan de mededeeling geen gelooi
had geslagen, blijkbaar uit de bijvoeging, dat het
die „onder alle voorbehoud" overneemt.
De Bonapartistische „Gaulois" zegt over
Mac Mahons dagorder tot de bezetting van Parijs
„De nieuwe Kamer zal conservatief zijn, of niet
bestaan. Eene erkende of vermomde zegepraal van
het radicalisme zal tot eene nieuwe ontbinding
leiden. De maarschalk heeft tegenover het leger,
zijne wapenbroeders, de plechtige verbintenis aan
gegaan zich nooit aan de heerschappij van eene