N°. 5304. A°. 1877. Vrijdag I Juni. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Bericht aan de .AJbonné's. Morgen zal een aanvang worden gemaakt met het ontvangen der abonnementsgelden over het kwartaal MaartMei. Aangezien die inning met het oog op het aantal Abon- né's zeer tijdroovend en omslachtig is, zal het den Uitgever aangenaam zijn indien de quitanties op vertoon worden voldaan. Abonné's buiten de stad worden verzocht het bedrag per postwissel over te maken. 31 Mei 1877. A. W. SIJTHOFF. ST ADS-BERICHTEN. Gemengd Nieuws. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden..."V.";.. 1.10. Franco per postn 1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. PRIJS DER ADYERTENTIEN: Van 16 regels1-05. Iedere regel meer0.17^. Grootere letters naar plaatsruimte. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. 8 der Verordening van den 4den Mei 1872 (Gemeenteblad N°. 11); Brengen ter algemeene kennis, dat tot het laten in schrijven van nieuwe leerlingen voor de openbare scholen voor voorbereidend en voor meer uitgebreid lager onderwijs gelegenheid gegeven wordt: voor die voor voorbereidend onderwijs voor jongens en meisjes, in het schoolgebouw aan de Oude Vest-, voor die voor meer uitgebreid onderwijs: der 1ste klasse, voor jongens, in het schoolgebouw aan de Aalmarkt der 1ste klasse, voor meisjes, in het schoolgebouw aan de Boommarkt der 2de klasse, voor jongens, in het schoolgebouw aan de Pieterskerkstraat-, der 2de klasse, voor meisjes, in hel schoolgebouw aan de Br eestraat en wel op den 4, 5, 7, 8, 11, 12, 14 en 15 Juni aan staande, des voormiddags van halfnegen tot negen uren, en des namiddags van halftwee tot twee uren en op den 6, 9, 13 en 16 Juni aanstaande, des voormid dags van halfnegen tot negen uren. En geschiedt hiervan openbare afkondiging door plaat sing in de Leidsche Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRANDELER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 31 Mei 1877- LEIDEN, 31 Mei. Heden is aan de hoogeschool alhier bevorderd tot doctor in de rechten de heer P. J. Van der Peen, geb. te Middelburg, na verdediging van Stellingen. De „Asser Courant" verneemt dat de regee ring eene commissie heeft benoemd om rapport uit te brengen over den toestand van de hunne bedden in Drente. Die commissie bestaat uit den heer dr. Leemans, directeur van het rijks oudheid kundig museum alhier, en jhr. Hooft van Iddekinge, secretaris van de commissie van rijks adviseurs voor kunst. Dinsdag hebben genoemde heeren hunne tournée door de provincie aange vangen. In den tnin van het kon. zoölogisch bota nisch genootschap te 's-Gravenhage zullen in den loop van dit seizoen door de stafmuziek van het 4de reg. infanterie een drietal uitvoeringen worden gegeven. De toestand van H. M. de Koningin was, in weerwil van een onrustigen nacht, heden niet ongunstiger. In de eerste week van Juli zal de tentoon stelling van kunst toegepast op nijverheid worden opengesteld, en zal het Paleis voor Volksvlijt eene verzameling bevatten van wat nijverheid van bin nen- en buitenland smaakvol weet te maken. De tentoonstellingscommissie is voornemens het voor plein, evenals in 1869, te gebruiken als eene plaats voor feestelijkheden, waar niet alleen in het midden eene muziektent zal verrijzen, maar waar evenzeer gelegenheid zal zijn tot het bou wen van tenten voor bazars, salons voor verver- schingen, restauraties en dergelijke, zoodat het plein weer een even druk, aantrekkelijk schouw spel zal kunnen opleveren als in het jaar der in ternationale tentoonstelling. Zij die plaatsruimte wenschen te huren op het voorplein, hebben zich te vervoegen bij de directie van het Paleis voor Volksvlijt. Door de commissie voor de geneeskundige staatsexamens te Amsterdam zijn gisteren uitge reikt getuigschriften voor het eerste gedeelte van het examen aan de heeren J. Voogd en P. C. Korteweg, med. doctorandi. Naar men verneemt is in Den Haag bericht ontvangen dat de beroemde geschiedschrijver Motley overleden is. In de gisteren te Amsterdam gehouden ver gadering van de Amstelhotel-maatschappij is be sloten, het dividend over 1876 vast te stellen op Ü'/2 pCt. of ƒ17,50 van ieder aandeel. Daarop werd de heer H. P. R. Hubrecht herbenoemd tot directeur en bepaald, dat ter voorziening in de behoefte aan bedrijfkapitaal eene 5 pCt. obligatie- leening zou worden aangegaan van 100,000, waarvan voorloopig ƒ40,000 zou worden uitgegeven. Staande de vergadering werd voor laatstgenoemd bedrag van deze leening genomen. Naar aanleiding van eene aanvraag van een te St.-Petersburg opgericht llollandsch comité van het Roode Kruis om geldelijke ondersteuning enz. voor de inrichting van een lazareth in de nabijheid van het tooneel des oorlogs, heeft het hoofdcomité hier te lande besloten tot het verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden van de oorlogvoerende legers; in Rusland door voor loopig zooveel mogelijk aan de aanvrage van het Hollandsch comité te St.-Petersburg te voldoen, terwijl omtrent de wijze van hulp, te verleenen in Turkije, inlichtingen worden ingewonnen bij den Nederl. gezant te Konstantinopel. Volgens gisteren ingekomen berichten van Curasao heeft de nieuwe gouverneur H. B. Kip den 5den dezer plechtig zijne betrekking aanvaard. De kon. Ned. Stoombootmaatschappij heeft aan het gemeentebestuur te Amsterdam aanvrage gedaan om in huur te bekomen drie gedeelten steiger en kade, in aanleg langs de Nieuwe Vaart, ter gezamenlijke lengte van circa 160 meters, gedurende den tijd van dertig jaren. B. en Ws. hebben aan den gemeenteraad voorgesteld, het ver zoek in te willigen en het aangevraagde gedeelte van den steiger en kade aan die Maatschappij te verhuren tegen den prijs van 8000 'sjaars. In de gisteren gehouden algem. vergadering van de Amsterd. Bank is het dividend over 1876 vastgesteld op 4'/2 pet. De toestand van den handel en de ruimte van geld waren van invloed op de mindere winst, in dit boekjaar gemaakt. Gisteren is nabij de Woutenbrug, waar men met werkzaamheden voor den spoorweg bezig is, een man, die aan de stelling van het heiblok een touw houden moest, door dit touw meegesleurd, in den kuil met het hoofd op een paal neergekomen en zwaar gewond. Hij werd naar het acad. ziekenhuis overgebracht. Omtrent het bloedig drama te Noor- derhoogebrug deelt men nog het volgende mede: Den geheelen nacht was in de herberg van de wed. Oosterhuis volk geweest, toen te ongeveer vier uren Evenhuis zijn meisje, dat aan den Wold- dijk dient, naar huis bracht. Op dat oogenblik bevonden zich nog slechts twee gasten in de her berg, nl. Berend Bot en diens kameraad Harm Tijsman. Spoedig zag men Evenhuis van den Wold- dijk terugkomen en zich naar den molen begeven, waar hij als knecht werkzaam was. Den molen gesloten vindende en de bewoners nog slapende, begaf hij zich weder naar de herberg, bestelde nog een borrel en zeide tot Tijsman„Die kun jij betalen, die is voor jou rekening." Op het ont vangen van een weigerend antwoord pakte hij hem aan en wierp hem tegen den grond, waarop tus- schen de drie personen eene geduchte worsteling ontstond en men elkander over en weer vrij ernstige kwetsuren toebracht. Plotseling ging Evenhuis weg, maar kwam spoedig terug; toen men hem echter zag aankomen, sloot de wed. O. de deur. Dit was voor den persoon in quaeslie evenwel geen belet sel; hij nam een aanloop en sprong door een raam, alles verbrijzelende wat hem in den weg was. Zijne tegenstanders niet meer in de jachtweide ziende, liep hij naar de schuur, waar Bot en Tijsman zich bevonden om hunne bebloede kleederen schoon te maken. Niet zoodra kreeg de woestaard hen in het oog, of hij vloog op den eerstgenoemde aan en bracht hem, onder meer, met een mes zulk eene gevaarlijke wonde in den hals toe, dat hij waggelend de schuur verliet, zich buiten aan een daar staanden wagen vasthield en zijn hoofd liet rusten op een rad, iu welke houding hij zoo lang bleef, totdat hij door bloedverlies het bewust zijn verloor, omviel en onmiddellijk een lijk was. Intusschen was Evenhuis ook met Tijsman aan 't worstelen gegaan en verwondde ook hem, waarop deze de wijste partij koos en de vlucht nam. Nog scheen de woede van den onmensch niet gekoeld. Hij vloog althans naar zijn eerste slachtoffer terug en vroeg, onder vreeselijke verwenschingen„Ben je nog niet dood waarop hij het hoofd van den verslagene, wiens levensgeesten echter toen reeds waren geweken, herhaalde malen tegen de straat- steenen bonsde. Inmiddels begaven zich twee per sonen naar de stad om de politie te waarschuwen, terwijl Evenhuis naar den molen liep, daar van kleederen verwisselde en de bemorste en bebloede kleedingstukken in een zak deed. Vervolgens sloeg hij den weg naar de stad in. Bij de Ebbinge- brug gekomen, werd hij door een der personen, die naar de politie waren geloopen, herkend, en toen door den brigadier Waterman en den agent van politie C. Eellinga aangehouden en naar het politie-bureau gebracht, waar hij, bij zijn eerste verhoor voor den heer Ulrich, waarnemend com missaris van politie, zijne misdaad met zeer groote onverschilligheid en koelbloedigheid bekende. Onmiddellijk na het overlijden van het kind van J. H. Roelofs te Gramsbergen, verspreidde zich het gerucht dat men vermoedens koesterde dat de grove mishandelingen van Roelofs en diens vrouw jegens hun kind oorzaak van het overlijden waren. Dientengevolge werd proces-ver baal opgemaakt, doch voldoende bewijzen ontbra ken. Zaterdag werd zelfs door den officier van justitie, den rechter-commissaris, den griffier en twee doctoren, allen uit Zwolle, een onderzoek ingesteld en het lijkje ontgraven en onderzocht. Daarna werden getuigen gehoord, doch alle ge tuigenissen grondden zich op gissingen, daar niemand de mishandelingen, waarvan men den vader en de stiefmoeder betichtte, van nabij ge zien heeft. Alleen een meisje, dat nog tijdens het leven van het kind bij Roelofs in dienst was geweest, moet van het gebeurde meer weten, zoodat ook zij wellicht nog als getuige zal moeten worden gehoord. Te Boston heeft een kleermaker een patent aangevraagd voor een door hem uitgevonden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1877 | | pagina 1