N\ 5221.
Dinsdag
A°. 1877.
20 Februari.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
STAD S-D E HI CHT E N.
LEIDSCH
DACtRLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommcrs0.02.
PRIJS DER ADTERTENTIEN'
Van 16 regels1.04.
Iedere regel meer0.17 j.
Groolere letters naar plaatsruimte.
Oproeping in irerkelijken dienst van
milicien-verlofgangers der lichting
van 1875.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der GEMEENTE
LEIDEN,
Gezien de Circulaire van den heer Commissaris des
Konings in de provincie Zuid-Holland, van den 31sten
Januari 11., A. N°. 321/2 (2de afd.), Provinciaal blad n°. 16;
Brengen ter kennis van de in deze gemeente gevestigde
milicien-verlofgangers der lichting van 1875, behoorende
tot de regimenten vesting-artillerie,
dat zij, krachtens de artt. 123 en 124 der Militieweten
de aanschrijving van het Departement van Oorlog, dd.
29 Januari 11., n°. 15 P., onder de wapenen worden ge
roepen en daartoe op Ponderdag den \sten Maart aanst., des
namiddags vóór vier uren, bij hunne corpsen tegenwoordig
moeten zijn, in uniform gekleed en voorzien van al de voor-
■toerpen van kleeding en uitrusting door hen bij hun vertrek
met groot verlof medegenomen, alsmede van verlofpas en
zakboekje, zullende de opgeroepen manschappen op den
Visten April daaraanvolgende in het genot van onbepaald
verlof worden hersteld;
dat bedoelde miliciens mitsdien worden uitgenoodigd, zich
op Vrijdag den 23sten Februari aanstaande, des
voormiddags tusschen 9 en 12 uren, aan !e melden ter plaatse
lijke Secretarie, tot het ontvangen van aanwijzing van de
plaats waarheen zij zich hebben te begeven en van het
hun eventueel toekomende daggeld of passage-biljet;
en dat, bijaldien ziekte of andere wettige redenen hen
mochten verhinderen aan deze oproeping te voldoen, zij
daarvan tijdig ter plaatselijke Secretarie behooren kennis te
geven, in het eersle geval onder overlegging eener ge
neeskundige vei klaring.
Ten einde niemand hieromtrent onwetendheid zoude
kunnen voorwenden, geschiedt hiervan openbare kennis
geving door aanplakking en door plaatsing in de Leidsche
Courant.
Burgemeester en Weihouders voornoemd,
v. d. BRANDELER, Burg.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 12 Februari 1877.
LEIDEN, 19 Februari.
's Konings 60ste verjaardag werd heden alhier
herdacht door het uitsteken van vlaggen van de
openbare en eenige particuliere gebouwen, terwijl
het carillon zich bij afwisseling liet hooren. De
aangekondigde parade werd om het regenachtige
weder afgecommandeerd.
Naar wij vernemen heeft Z. K. H. Prins
Alexander, voor de tentoonstelling van voorwer
pen door den werkman in diens vrijen tijd ver
vaardigd en door de Commissie voor de Volks
voorlezingen eerlang te houden, de groote zilveren
medaille toegezegd.
Moge dit vorstelijk voorbeeld door velen onzer
ingezetenen worden gevolgd, door op de thans
circuleerende lijsten van hunne ingenomenheid met
deze tentoonstelling te doen blijken.
Heden had ten raadhuize alhier de openbare
verpachting plaats van de opbrengst der tolgelden
aan het tolhek, verschuldigd voor het gebruik der
trekvaart en van het pad tusschen Leiden en
Haarlem geplaatst aan den Rijnsburgervliet, voor
den tijd van 5 jaren, waarvan als hoogste inschrijver
voor de soin van. f 712 75 's jaars pachter is ge
worden J. Juffermans, te Oegstgeest.
Bij de heden gehouden openbare verkoo-
ping van cokes van partijen van 10 en 5 hecto
liters waren de hoogste prijzen f 4.60, f 2.25;
de laagste ƒ4.50, f 2.25.
Ter gelegenheid van hel vierde interna
tionale congres van Oriëntalisten, dat in Sep
tember 1878 te Florence zal plaats hebben, heeft
de minister van onderwijs in Italië een prijs van
5000 lire uitgeloofd voor het best gekeurde ant
woord op de volgende prijsvraag„De lotgevallen
der Arische maatschappij in Indië. Na een
liistorisch-critisch onderzoek omtrent de eigenlijke
samenstellende bestanddeelen der Arische maat
schappij, vóór de verhuizing der Ariërs naar den
Pendjab, in zoover deze kunnen opgespoord wor
den in de taal, in de mythe, in de godsdienstige j
meeningen en in de gewoonten, worde in het bijzon-
der de geschiedenis van die maatschappij in Indië j
beschreven, met vermelding van de wijzigingen die j
zij in de verschillende Indische gewesten onderging." j
De antwoorden kunnen geschreven worden in het
Latijn, Italiaansch, Pransch, Engelsch ofDuitsch,
en moeten vóór 31 December van dit loopende jaar
1877 franco ingezonden worden, hetzij bij prof.
Michele Amari, lid van den senaat en voorzitter
van het vierde congres, hetzij bij het Italiaansche
gezantschap. De beoordeeling zal aan eene com
missie van vijf geleerden worden opgedragen. Bij
de opening van het congres zal de uitslag door
den voorzitter medegedeeld worden. Het bekroonde
stuk blijft het volle eigendom van den schrijver.
De hoogleeraren M. J. De Goeje en H. Kern
zijn, naar men verneemt, bereid nadere inlich
tingen te geven.
De heer Yan Musschenbroek, laatstelijk
resident van Menado, thans hier te lande, wiens
verdiensten voor de kennis onzer Indische fauna
ook in het buitenland zoozeer gewaardeerd worden,
heeft dezer dagen het rijks-museum alhier met
een hoogst belangrijk geschenk verrijkt. Het betrof
een vijftal exemplaren, mannetje, wijfje, jong en
bijbehoorende skeletten van een op Celebes voor
komend zoogdier, nog geheel nieuw voor de we
tenschap en een afzonderlijk ondergeslacht vor
mende, waarvan het bestaan in onzen archipel aan
alle vorige reizigers onbekend is gebleven.
Er heeft zich hier te lande eene commissie
gevormd ter inzameling van giften voor de
vervolgde Israëlieten in Rumenië. Leden der
commissie zijn o. a. de burgemeester van Am
sterdam en Rotterdam, en de heeren C. P. Van
Eeghen, N. G. Pierson, P. W. H. Van Sonsbeeck,
A. M. Van Stipriaan Luïscius, T. M. baron Van
der Duyn, A. C. Wertheim, G. H. De Marez
Oyens. Het bestuur bestaat uit de heerenH. II.
Tels, advocaat te Rotterdam; J. E. Andries,
notaris te 's-GravenhageB. S. Berensteiu, op
perrabbijn te 's-Gravenhage; prof. J. E. Goud
smit, te Leiden, en J. A. Levy, advocaat te
Amsterdam. Ieder hunner is bereid bijdragen te
ontvangen voor de vervolgden.
Naar de „Stoompost" verneemt is door de
heeren P. J. De Sonnaville en L. E. Uytten-
hooven, beiden te 's-Gravenhage, aan de regeering
concessie aangevraagd voor den aanleg van een
spoorweg, uitgaande van de spoorwegbrug over
den Riju nabij Leiden, langs Wassenaar, Scheve-
ningen, Monster, Poeldijk, 's-Gravesande en Naald
wijk naar den Hoek van Holland, met een zijtak
van Den Haag naar het station Rijswijk.
Dr. Campbell is voor het tooneeljaar 1877/78
wederom benoemd tot directeur van den Eranschen
schouwburg in den Haag.
Men verneemt dat de mededeelingen over
het aantal militiens, die na Mei a. s. voor het
blijvend gedeelte onder de wapenen zullen worden
gehouden en over de oproeping onder de wapenen
van militien-verlofgangers van oudere lichtingen
gedurende de maanden Mei, Juni en Juli slechts
zes der acht gewone regimenten infanterie betref
fen. De laatste maatregel, waarmede het verzekeren
van den goeden gang van den dienst gedurende
genoemde maanden hij bedoelde corpsen wordt
beoogd, is een gevolg van het incompleet aan
vrijwilligers bij die corpsen, dat niet meer is te
dekken door het 1/7 van het geheele bedrag der
militie te land, hetwelk tot aanvulling als blijvend
gedeelte onder de wapenen mag worden gehouden.
Deze maatregel staat dus niet in verband met de
quaestie over het tijdstip, voor het houden der groote
manoeuvres te kiezen.
Bij de twee overige regimenten infanterie, het
3de en 6de, welke de 1ste divisie infanterie uit
maken, alsmede bij het regiment grenadiers en
jagers, de reserve-brigade uitmakende, zullen alle
militiens van de lichting van 1876, na afloop
van den eersten oefeningstijd, tot aanvulling van
het incompleet aan vrijwilligers onder de wapenen
worden gehouden tot 29 September dezes jaars.
Deze divisie, waartoe ook de reserve-brigade
wordt gerekend, zou dit jaar aan de beurt zijn
om te worden bestemd tot het houden der groote
manoeuvres. De tot deze drie regimenten behoorende
verlofgangers van oudere lichtingen zullen dus
allerwaarschijnlijkst in het najaar ter opkomst in
werkelijken dienst worden opgeroepen.
Door mevrouw de douairière barones Van
Rijckevorsel van Rijsenburg, geb. Dommer van
Poldersveldt, te Utrecht, is aan het rijk, ter be
waring in het kon. kabinet van schilderijen te
's-Gravenhage, in bruikleen afgestaan een schilderij
in olieverf op doek, toegeschreven aan Antonie
van Dijck, voorstellende de boetvaardige Magdalena.
Tweede Kamer. In de zitting van he
den is aangenomen de overeenkomst met Duitsch-
land betrekkelijk de kanaal verbindingen. Daarna
hield de heer Eabius zijne interpellatie over den
eervol ontslagen gouverneur van Cura9ao. De
ministers van koloniën en buitenlandsclie zaken
hebben uitvoerig betoogd dat het eervol ontslag
gerechtvaardigd is. Vrijdag zijn verschillende con-
clusiën aan de ordedaarna de rechterlijke wetten.
Z. M. heeft benoemd tot ridders der orde
van den Ned. Leeuw: Mr. J. J. Van Meerbeke,
Mr. E. B. Coninck Liefsting, beiden raadsheer
in den hoogen raad, Mr. M. S. Pols, adv.-fiscaal
voor 's konings zee- en landmacht; J. J. Van
Toorenenbergen, predikant bij de Nederl. herv.
gemeente te Rotterdam, en G. W. Van Someren,
kanunnik en pastoor te EindhovenI. G. Matthes,
directeur van het entrepotdok te Amsterdam, Mr. I.
J. Rahusen, secr. der comm. voor de Rijnvaart aldaar.
Z. M. heeft benoemdtot ridder 3de kl.
van den Gouden Leeuw van Nassau, den luit.-
kolonel C. H. F. graaf Dn Monceau; in de orde
van de Eikenkroon: tot grootkruis mr. W. H.
Dullerttot commandeur J. J. De Wetstein Pfister,
tot officier den luit.-kolonel R. Van Raalten, lsten
off.-van-gez. 1ste kl.den kapt. bij den staf der
art. C. L. W. Moorrees; den ritm. bij den staf
der caval. jhr. L. J. H. Teding van Berkhout en
J. R. A. Kuytenbrouwer, eervol ontsl. kapt. der
inf.tot ridder, den lsten luit. bij 't 5de reg. inf.
E. B. Erancke en W. A. T. De Meester bij hetz. reg.;
tot officiers den kapt.-luit.-ter-zee E. L. baron
Van Heeckeren van Walien, den kapt.-luit.-ter-zee
IT. D. Guyot, den luit.-ter-zee 1ste kl. G. Kruys
en den oft'.-van-gez. 1ste kl. C. II. Schroder; tot
ridder den lsten luit. der mariniers C. J. Visser
en den off.-van-gez. 2de kl. A. Pieters.
Z. M. heeft met 1 Maart e. k. benoemd
tot tijdelijk adsp.-ingenieur voor het stoomwezen,
den opz. 1ste kl. II. W. E. Struve; tot opz. lste
kl. voor het stoomw., den opz. 2de kl. J. G. De
Vries Robbé; tot opz. 2de kl. E. J. Smits, te
Kralingentot leden der permanente militaire
spoorwegcommissieP. C. Beeleukamp, hoofdin-
spect. der beweging bij de IIoll. IJzeren-spoor-
wegm.J. Verloop Cz., ingen. bij de Nederl
Rijnspoorwegen.J. W. H. Conrad, ingenieur
werktuigje., chef van den loopenden dienst bij di
Nederl. Centraal-spoorwegm., en mr. H. M. A
baron Van der Goes.