LEIDSCH
DAGBLAD.
N°. 5126.
Vrijdag
A0. 1876.
27 October.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco per posl1.40.
Afzonderlijke Nommers0.02.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PBIJS DEE ADVERTENTIES
Van 16 regels1.05.
Iedere regel meer0.17J.
Grootere letters naar plaatsruimte.
LEIDEN, 26 October.
Ter gelegenheid der voorstelling die Mile.
Agar gisteravond alhier gaf, was de Schouwburg
flink bezetalleen op de galerij liet dit te wenschen
over. Het voorstuk „Le Dépit Amoureux" van Mo
lière, waarin Agar evenwel niet optrad, werd vrijgoed
gespeeld en toonde dat de medewerkende leden
op zich zeiven niet geheel zonder verdienste zijn,
doch met de tragédienne optredende, door deze
in de schaduw worden gesteld. In de „Britan-
nicus" b. v. was hare omgeving op een enkele
uitzondering na middelmatig of zelfs nog, vooral
wat de mimiek betreft, beneden het middelmatige.
Evenwel, het publiek bevond zich voornamelijk in den
Schouwburg om „A g a r" te z i e n en zoo mogelijk te
gevoelen. Immers, om de klassieke treurspelen van
Racine goed te begrijpen, diende men een anderen
tijd geleefd te hebben. Wanneer men in evenwel voor
die werken eene vertolkster voor zich ziet als zij,
wordt veel wat totnogtoe duister was, helder.
En dan, welk een uitdrukking! Inderdaad, „men
zou van beitel of penseel de hulp moeten inroepen,
om haar beeld, hare gelaatsuitdrukking en gebaren
te schetsen als zij in deze werken optreedt". Im
mers, zij laten zich niet beschrijven. Men moet
ze zien, haar indrukwekkende houding, haar stan
den en oog en van hare zeggenskracht en teeder-
heid ook in het fragment van Racines „Le
Songe d' Athalie" getuige zijn, en men ge
voelt zich tot bewondering en vereering gedron
gen. Talrijk waren dan ook de toejuichingen aan
het slot van elke acte en niet het minst na
de vierde, waarbij als ware het een regen van
bouquetten der kunstenares ten deel viel. Bij her
haling werd zij genoodzaakt zich nogmaals voor
het haar waardeerende publiek te vertoonen.
Aan het slot van „Britannicus" werd haar onder
daverende toejuichingen namens het studenten
corps bovendien nog een groote bouquet met be
geleidend schrijven aangeboden, alsmede na afloop
der uitvoering een door hh. commissarissen van
den Schouwburg.
Aau de serenade, die haar na afloop der voor-
stelliug aan haar hotel gebracht werd, werd door
vele leden van het studentencorps deelgenomen.
Hedenmorgen werd zij bij haar vertrek naar Rot
terdam, waar zij hedenavond optreedt, door de
eerewacht, door welke zij gisteren werd opgewacht,
tot het station uitgeleide gedaan, waar zij het
corps complimenteerde, en gevoelig voor de ondub
belzinnige bewijzen van waardeering die zij hier
ondervond, de verzekering gaf dat Leiden en hare
studeerende jongelingschap bij haar in aangename
en dankbare herinnering zouden blijven.
Heeren directeuren der Teekenacademie „Ars
aemula naturae" alhier hebben besloten dezen
winter de kunstbeschouwingen te doen plaats hebben
niet meer door de teekeningen te doen rondgaan,
maar door ze ter bezichtiging neder te leggen
op lessenaars en met gasverlichting, zoodat er dan
een geheele avond aan kunstbeschouwing kan ge
geven worden. Door te teekenen op een der lijs
ten of zich schriftelijk aan te melden bij een der
heeren directeuren, wordt gelegenheid tot deel
name aan die kunstbeschouwingen verschaft.
De heer A. D. Bamberg is hier bij de
jeugd genoeg bekend, dan dat het haar geene
verrassing zou zijn, te vernemen dat hij a. s.
Woensdag eene voorstelling zal geven in de
Nutszaal. Zijne goocheltoeren zijn steeds interes
sant en thans is er bovendien iets te wachten,
dat de verbazing zal wekken, nl. wat een drietal
hoofden, op één romp geplaatst, alzoo kunnen
antwoorden en verrichten, in één woord iets heel
bijzonders. Er valt dan ook niet aan te twijfelen
dat de heer Bamberg zich in een talrijk bezoek
zal verheugen.
Men schrijft ons uit KatwijkIn de ver
gadering van den Raad op 25 dezer werd o. a.
door den Voorzitter de heer M. J. Burgersdijk
gelukgewenscht met dien dag, waarop het juist
25 jaren was geleden dat hij als lid van den
Raad werd geïnstalleerd, gedurende welk tijdperk
hij ook de betrekking van Wethouder heeft waar
genomen. In dezelfde vergadering werd de
gemeentebegrootiug voor het dienstjaar 1877 vast
gesteld, in ontvangst en uitgaaf ad f 143,726.01s.
Voor het middelbaar onderwijs zijn gisteren
toegelaten mej.A. H. Van Breda, van Gorcum,
voor Duitsche, A. A. Groos, van Rotterdam, voor
Fransche, A. C. Van der Valk, van Delft, voor
Engelsche taal- en letterkunde; en mej. A. W. B.
De Hoog, van Haarlem, voor schoonschrijven.
Voor het lager onderwijs werden in Den Haag
voor de akte in de Engelsche taal de 7 opgekomen
candidaten allen toegelaten, zijnde mej.: B. D. Clapp,
zich noemende Jerome, uit Den Haag; Ch. M. A.
Gabry, uit SchoonhovenA. M. E. Fastré, L. M.
H. Franck, C. M. Noman, M. C. Van Randwijk
en li. W. F. Weitzel, allen uit Den Haag.
Het stoomschip „Stad Amsterdam", van
Nieuwediep naar Batavia, heeft 24 dezer van Aden
de reis voortgezet; de „Drenthe", van Rotterdam
via Padang naar Java, is 20 dezer te Batavia
gearriveerd; de „Torrington", van Rotterdam naar
Batavia, is 23 dezer te Southampton aangekomen.
De minister van koloniën heeft naar aan
leiding van het eindverslag der Tweede Kamer
over de Indische begrooting eene nadere beant
woording noodzakelijk geacht. De minister verze
kert dat het volstrekt niet de bedoeling geweest
is tot de Staten-Generaal het verwijt te richten,
dat zij geweigerd zouden hebben eenige sedert
lang onvervuld gebleven Indische behoeften te be
vredigen. De minister merkt op dat van de ge
zindheid der wetgevende macht om dc voor Indië
gedane aanvragen toe te staan, ook waar die
buitengewone behoeften en openbare werken be
treffen, bij de behandeling van elke Indische be
grooting is gebleken. Wanneer zegt hij
de wetgevende macht voortgaat met het bevredigen
van onmiskenbare Indische behoeften en van ge
matigdheid blijk geeft in het gebruiken van de
vermoedelijke saldo's die in Indië vroeger of later
znllen noodig zijn, dan zal door die billijkheid
en gematigdheid in Indië een indruk worden
teweeggebracht, die op den duur zeer heilzaam
op het financieel beheer aldaar zal werken en de
noodzakelijkheid van overleg en spaarzaamheid
meer algemeen zal doen erkennen.
De Commissie van rapporteurs is van oor
deel dat de ontwerpen betreffende de regeling van
de inrichting en het rechtsgebied der arrond.-
rechtbanken en kantongerechten in openbare be
raadslaging kunnen worden gebracht. Hare voor
naamste bezwaren in het voorloopig verslag
aangevoerd zijn door het antwoord des ministers
niet weggenomen.
Dinsdag hebben commissiën uit de wis- en
natuurkundige faculteiten der drie rijkshoogescholen
te Amsterdam een bijeenkomst gehouden, ten einde
over de uitvoering der wet op het hooger onder
wijs te handelen.
Naar het „Handelsblad" verneemt is gis
teren in den raad van state verslag uitgebracht
over het wetsontwerp van den minister Heemskerk,
tot wijziging der wet op het lager onderwijs. Dat
verslag blijft nog 14 dagen bij den raad ter visie,
zoodat het ontwerp vóór half November weder den.
minister zal bereiken.
De „Staatscourant" behelst het tarief van het
kanaal- en havengeld op het Noordzeekanaal en de
zijkanalen, dat voorloopig voor den tijd van één
jaar is vastgesteld. Dit tarief zal nader worden
aangevuld met betrekking tot de heffing van
stoomschepen, in geregelden dienst varende. Het
tarief zal iu werking treden, zoodra het kanaal
voor de scheepvaart zal worden opengesteld.
Naar men verneemt bestaat het voornemen
het honderdjarig bestaan van de Ned. Maatschappij
tot bevordering van nijverheid in 1877 te Haarlem
op feestelijke wijze te vieren.
De adelborsten 1ste kl. G. E. Hummel en
F. C. E. L. Koster worden met den lsten Novem
ber a. s. overgeplaatst aan boord van Zr. Ms.
schroefstoomschip „Prinses Maria".
De Commissie van fin. verklaarde dat het stel
sel door B. en Ws. voorgedragen in zake de
rentegarantie der duinwaterleiding „wellicht noch
eenigermate verdedigbaar zou zijn ingeval kon
worden aangetoond dat de uitgaven geregeld en
binnen een vooraf te bepalen tijdsbestek zullen
afloopen." Deze omstandigheid achten B. en Ws.
van zeer groot gewicht voor de beslissing aangaande
het voorstel te nemen en leidt er hen toe, niet
om dat voorstel te wijzigen, maar om de daaraan
gestelde grenzen eenigermate te preciseeren, waar
door het mede aannemelijk kan worden voor die
leden, die aangaande de rentabiliteit van de zaak
der duinwaterleiding minder gunstig gestemd zijn
dan zulks bij B. en Ws. het geval is. Zij achten
het in geenen deele onbillijk dat elk jaar door
de belastingschuldigen wordt voorzien in de uit
gaven benoodigd voor die inrichtingen waarvan
zij zeiven het genot hebben en het is dan ook
zelfs in de verte hunne bedoeling niet geweest
om aan dat genot verhonden lasten aan een vol
gend geslacht over te laten. Maar wel onbillijk
is het, naar hunne overtuiging, wanneer thans
alleen moet worden opgebracht ter bekostiging
van eene inrichting, waarvan anderen later wel
genot hebben en wij zeiven, door wie de lasten
gedragen worden, althans tijdens den aanleg,
geenerlei voordeel genieten. Gedurende den aan
leg namelijk van de waterleiding zal de rentega
rantie moeten worden voldaan, zonder dat wij
daarvoor iets terug ontvangen, want eerst na den
aauleg eu nadat met de exploitatie eeu aanvang
is gemaakt, begint het genot en houden de uit
gaven voor rentegarantie op uitgaven te zijn, die
door geenerlei voordeel worden gecompenseerd,
terwijl bovendien tijdens den aanleg op de gewone
wijze moet worden voorzien in de kosten van
aanvoer en verstrekking van duinwater. Het
scheen B. en Ws. niet overbodig ook ter vereenvou
diging van de tc voeren discnssiën hun voorstel
eenigszins nader toe te lichten. Daaruit toch
blijkt dat zulks feitelijk niet verder strekt dan om
de sommen die gedurende den aanleg der water
leiding als rentegarantie worden uitbetaald, terug
te houden van de gelden, die voor aankoop van
kapitaal zouden moeten worden aangewezen. Het
tijdsbestek gedurende hetwelk de uitvoering van
de raadsbesluiten tot geldbelegging of aflossing
van schuld zal moeten worden geschorst, wordt
dan inderdaad vooraf bepaald, en loopt, bij zooda
nige beslissing, geregeld en in korten tijd af. Wordt
het voorstel van B. en Ws. in dezen zin opgevat,
dan zullen vermoedelijk vele daartegen ingebrachte