Blijkens een bericht van den Nederlandschen consul generaal te Alexandria, is in Egypte eene besmettelijke ziekte onder de paarden, buffels en koeien uitgebroken. Omtrent den juisten aard dier ziekte konden nog geene bijzonderheden opgege ven worden. Inmiddels was van 26 Augustus af de uitvoer van paarden en hoornvee verboden, en werd het bestaan der ziekte op de te verstrek ken gezondheidspassen vermeld. De 1ste luit. A. D. Petter van het 4de regiment infanterie is door den minister van oorlog benoemd tot adjudant bij het depot van dat corps. Den heer J. Kemps, stationschef van de Ned. Rijnspoormaatschappij in Den Haag, is het Oostenrijksche kruis van verdienste verleend. Nopens Atjeh en onderhoorigheden wordt in het koloniaal verslag betreffende Ned. Oost-Indië gezegd, dat in het door onze troepen bezette ge deelte van Groot-Atjeh van lieverlede een staat van zaken zich begon te ontwikkelen, overeenko mende met den toestand op andere plaatsen van den Indischen archipel waar het Nederlandsch gezag is gevestigd. Gemengd Nieuws. Zaterdag-avond omstreeks zeven uren passeerde eene vigilante de IJzergracht. Het paard werd schuw en ging op hol met twee voerlieden, die niet bij machte waren het dier staande te houden, dat eensklaps omkeerde en met het rijtuig tegen den muur van eene woning aankwam, zoodat er een stuk afvloog. Nu sprong een der voerlieden van den bok, spande het paard af en bracht het naar stal. Het hooge terras voor het badhuis te Scheveningen zal ever de geheele uitgestrekt heid van het badhuis tot het dorp afgegraven worden en dus het tweede terras tot het dorp uitgebreid. Aan het stedelijk badhuis zullen in 1877 twee stoombadkamers toegevoegd worden. De troepen van het garnizoen te A m- sterdam, dat belangrijk versterkt is geworden, is In de kazernen geconsigneerd. Aan de officieren der schutterij is aangezegd, dat zij de stad niet mogen verlaten. Het personeel der brandweer is er op voorbereid om zoo noodig als politiecorps dienst te doen en haar telegraaf zal mede eene rol in den politiedienst vervullen. Dit alles ge schiedt met het oog op mogelijke onlusten, wegens het niet houden der kermis. In den avond van 3 1 Augustus j 1. werd in het benedengedeelte van een pakhuis in de Haarlemmerhoudtuinen te Amsterdam, deel uit makende van eene broodfabriek en waarin een aantal grondstoffen voor broodbereiding en brandstoffen waren geborgen, een hevige brand ontdekt, die door de brandweer, na eenige uren arbeidens, werd beperkt tot de plaats, waar hij was ontstaan. Zaterdag-nacht kregen de drie bovenverdiepingen Tan hetzelfde pakhuis eene beurt. Omstreeks half- drie braken de vlammen met geweld het dak uit. Vier hand- en twee stoomspuiten, benevens de drijvende spuit, rukten aan en slaagden er in, den brand, die het dak geheel heeft vernield, tot het pakhuis te beperkén, dat aan de eene zijde door •eene houtloods, aan de andere zijde door eene turf- loods is begrensd en waar tegenover houten op stallen staan, die, met een weinig meer wind, stellig moeilijk te behouden waren geweest. Kort •na het uitbreken van den brand, weinig tijds nadat de manschap der brandweer op het terrein was gekomen, viel de brandwacht Heiier van het <lak van het brandende huis op straat; hij werd •gekwetst naar het gasthuis gebracht. In eene boerderij aan den Amstelveenschen weg, bij de Kalfjeslaan, gemeente Nieuweramstel, is Zaterdag de bliksem ingeslagen. Alles werd een prooi der •vlammen. De trein die te 2 uur 56 min. van Moerdijk te Rozendaal aankomt, ontmoette Zater dag bij het binnenkomen van het station een lo comotief, die op dezelfde rails in beweging was. Hoewel aan beide zijden geseind werd, kon de schok niet meer voorkomen worden. De bekte machines en de goederenwagens van den trein sgn vrij erg gehavend. De machinist van de vrije locomotief sloeg achterover en heeft zich inwendig "2waar bezeerd. Hij is per bancard naar het gast huis vervoerd. De reizigers kwamen allen met -«eenige stopten vrij. De .aankomende trein was op de juiste rails en het signa: il voor het binnenkomen was in orde. De wissel wachter aan hel station El burg-Epe trachtte Donderdag-avond zich van het leven te lerooven door op de rails te gaan liggen, terwijl een trein in aantocht was, doch werd door den chef opgemerkt, die zoodoende zijn plan ver ijdelde. Zaterdag-morgen heeft hij zich door middel van een scherp werktuig den hals afgesneden. Omtrent de oorzaak tot dien zelfmoord is niets bekend. Een der kermisgangers te Zaandam, die verklaard had eens wat vroeger naar bed te willen gaan om uit te rusten van het feestvieren in de vorige dagen, had, om toch niet van de flesch te scheiden, deze naar zijn bed medegeno men. Den volgenden morgen werd de dokter geroepen, maar hij vond slechts een lijk, dat in den eenen arm nog de bijna geheel ledige flesch omklemd hield. De schade aan den toren te Hulst, welke door den bliksem getroflen werd, bedraagt 30,000, voor welke som het geheele vijfde district van bliksemafleiders had kunnen voorzien worden. De beide kerkgebouwen hebben voor ƒ10,000 schade geleden. Het verbrande was verzekerd. De orang-oetan, door mr. J. W. Van Lansberge, gouverneur-generaal van Ned.-Indiê, aan de Rotterdamsche diergaarde ten geschenke aangeboden, is Zaterdag in welstand in de dier gaarde aangebracht. De wouw-wouw, insgelijks door den gouverneur-generaal ten geschenke toe gezonden, is aan boord der stoomboot gestorven. Te Northfield in Minnesota (Ver. St.) had Donderdag eene allerbrutaalste poging tot diefstal plaats. In den namiddag reden acht zwaar gewapende mannen de stad binnen en gaven elk dien zij op straat ontmoetten bevel binnenshuis te gaan. Zij reden vervolgens naar de Northfield Bankdrie hunner gingen naar binnen, terwijl de overigen buiten de wacht bleven houden. Aan den kassier, die met twee bedienden binnen was, werd bevolen de kelders te ontsluiten. De kassier weigerde en werd daarop doodgestoken. Een der bedienden sprong uit een venster, doch kreeg nog een kogel in den schouder. Voordat de bandieten met den anderen bediende klaar waren, had zich buiten reeds een aantal lieden verzameld met ge weren en pistolen gewapend. Zij vielen de roovers die buiten gebleven waren aan, twee van dezen vielen, doch de overigen wisten te paard te ont vluchten. Binnen een half uur hadden zich 50 personen vereenigd om de schelmen, die gelukkig niets bemachtigd hadden, te vervolgen. R echtzaken. In de correctioneele terechtzitting deed Zaterdag het hof in Den Haag uitspraak op hel appèl van \V. S. B. te Rotterdam, beklaagd van het aanleg gen en onderhouden zonder vergunning eener on- derhandsche loterij. Het heeft geen aanleiding ge vonden het vonnis te vernietigen of te wijzigen, dan alleen voor zooveel de opgelegde boete van ƒ300 belreft. Te dien opzichte werd opnieuw recht gedaan en de bekl. in eene geldboete van ƒ100 of 14 dagen gevangenisstraf veroordeeld. Reeds Vrijdag werd ter terechtzitting van de arrondissements-rechtbank te Winschoten be handeld de zaak van den commies bij 's rijks be lastingen J. T. Jaski, beschuldigd van op den 20sten Augustus j. 1., ten huize van den logementhouder Vlaskamp te Nieuweschans, met een revolver schoten Ie hebben gelost, waardoor verwondingen zijn ontstaan, die geen beletsel om te werken gedurende langer dan twintig dagen hebben ver oorzaakt. Behalve de twee getroffenen, de stations klerk Reynders en de vrouw van den potschipper H., werden in deze zaak gehoord de logement houder Vlaskamp en diens echtgenoot, alsmede eene werkvrouw van dezen laatste en voorts, als getuige 4 décharge, de commies bij 's rijks belas tingen v. E. te Bellingwolde. De bekentenis door den beklaagde, zoo voor den burgemeester van Nieuweschans als voor den officier van justitie en den rechter-commissaris ter instructie van Strafzaken, afgele d, dat hg namelijk het doel had ge.had op R. te schieten, werd ter terechtzitting door bem herroepen; dat doel had niet bestaan, verklaarde J.; hij en de stationsbeambte waren daartoe te goede vrienden. Beiden erkenden in middels dien morgen extra te hebben gedronken. De verklaringen der onderscheidene getuigen brach ten in deze zaak niet die klaarheid, welke voor eene grondige beoordeeling onmisbaar moet worden geacht; uitgemaakt toch werd het niet waar de beklaagde stond, toen hij zijn vuurwapen aftrok; evenmin werd de juiste plek bekend, waar zich R. be vond, toen hij de wonde in de zijde ontving. Het O. M. bij monde van mr. T. G. H. Reitsma, achtte nochtans bet ten laste gelegde wettig en over tuigend bewezen en noemde het een verzwarende omstandigheid, dat een beambte het wapen, hem vanwege het rijk lot zelfverdediging verstrekt, met uitdrukkelijke bepaling slechts in den uitersten nood daarvan gebruik te mogen maken, bezigde om daarmede buiten dienst anderen te kwetsen. Zijn requisitoir strekte tot veroordeeling van den beklaagde tot celstraf gedurende één jaar, acht gulden boete en in de kosten. De verde diger van den beklaagde, mr. H. A. Engelkens, beweerde, dat het bewijs voor het in de acte van dagvaarding ten laste gelegde niet was ge leverd dit te doen lag op den weg van het O. M. Afgaande op de verklaring van twee der getui gen zoo voerde spr. aan moet er tusschen den beklaagde en den getuige Reynders, toen de eerste het schot loste, een rnuur hebben gestaan, en dus de verwonding aan iemand anders zijn te wijlen. Ten slotte requireerde spr. tot vrijspraak van zijn cliënt. Vrijdag a. s. uitspraak. KOLONIËN. BATAVIA, 26 Juli. Eene rooverhende, bestaande uit ongeveer 15 personen, heeft 's avonds om 10 uren den loerah der dessa Moropatar (ongeveer drie uren gaans ten oosten van Samarang) in weinige oogenblikken van al zijne bezittingen beroofd. Het wachtvolk, dat in de nabijheid der woning van het dessahoofd bij eenige stapels padi waakte, zag de bende nade ren, maar was zoodanig door angst en schrik bevangen, dat geen er van gelu d durfde geven. Dit alles geschiedde met eene zoo merkwaardige stilte, dat builen het wachtvolk niemand in de dessa er iets van bemerkt had. Toen eenige oogenblikken later door den loerah de titir ge slagen werd, was er van de bende geen spoor meer te ontdekken. Door den wedono van het district Grogol zijn vijf personen in hechtenis ge nomen, die deel van de bende uitmaakten. Weldra wordt uitvoering gegeven aan de oprichting van eene landbouwschool te Buitenzorg. Een gebouw, slaande op den grond, die tot cul tuurtuin is of zal worden ingericht, wordt gekocht, zoodat men dadelijk beginnen kan. De directeur van 's lands plantentuin is chef van de school,, en de hortulanus, alsmede de adsistent-hortulanus, zijn docenten. Verder zal onderwijs worden ge geven door den gouvernements-landmeter en door drie in Europa geëngageerde onderwijzers, die dagelijks verwacht worden. De school is gesplitst in twee afdeelingen en neemt alleen externes aan. Omtrent het ontslag wegens ziekte aan den resident van Bagelen, den heer Van der Tuuk, verneemt men thans uit Samarang, dat het vorig gerucht, als zou eene nieuwe verordening aan ambtenaren met 12- a 15-jarigen dienst de voordeelen van het hoogere verlofslraktement bij ziekte verzekeren, onjuist is. De heer v. d. Tuuk schijnt, zoo bericht althans de „Locomotief", ge daan te hebben, wat dikwijls geschiedt, een attest van een geneesheer buiten de plaats zijner inwoning gekregen te hebben. Door d«n gouverneur-generaal van Ned.-Indie zijn de volgende beschikkingen genomen: Civiel Departement. Verleend: Een tweej. verlof naar Ned.,, wegens meer dan 15 jaren onafgebr. dienst in N.-Indië, aan den. cobtr. 1ste kl. bij het binnenl. bestaar op de bezitt. baiten Java en Madora, J. II. H. Dornseiff. Benoemd: Tot contr. 1st© kl. bij het binn. best. op de bezitt. baiten Java en Madora, H- J. Monod de Froideville en E. J. Jelleama; tot griff. bij den landr. te Pekalongan, E. O. Hinze; tot opz. late kl. by den waterat. enz., G. Bruins; tot landm. bij de etat. opname van Java, O L. M. Boretios; tot waterschout te Samarang A. F_ W. Kleist. Bij de in- en uitvoerr. enz.: tot commies der con trole, C. R. Swaabtot verific. 5de kl. J. C. N. H. Gabrie. Voor den tijd van drie jarentot dir. van de Javasche Bank, Mr. A. A. Bayakes. Tot daarw. bij den landraad te Muntok, W. P. Anthonijaz; tot bait, lid van den residantieraad teBeng- kalia J. C. Barkmeyer; tot subs.-fieeaal by den residentier. te Bengkalis, W. J. Larive; tot holpond. aan de op. lagere school te Modjokerto H. C. DeDgerink, tot 2den halpond. aan de op- lagere school te Probolinge L. R. Rijckers; aan de o. 1. school te Pasoeroean: tot 2den hnlpond. G. W. Van Ligten; tot Sden halpond., H. F. Weehaizen; tot leten klerk bij de directie vao

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 2