LEIDSCH DAGBLAD. N°. 5057. Dinsdag A0. 1876. 8 Augustus. PRIJS DEZER COURANT: ▼oor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIES Van 16 regels1.0&. Iedere regel meer0.171* Grootere letters naar plaatsruimU LEIDEN, 7 Augustus. Het deskundig onderzoek van den heer N. J. ~W. Sluyter in zake het scheuren van den lucht bol van den heer Landreau heeft er toe geleid, dat partijen tot de volgende overeenkomst zijn gekomen. Door op te stijgen met den gerepareerden „Europa" en met de vier andere werelddeelen in den staat waarin zij nu verkeeren, zal de heer Landreau moeten bewijzen, dat de mislukte op- slijging niet aan hem te wijten was; mocht hij niet slagen, dan zal hij den heer Sluyter de ge maakte onkosten moeten restitueeren. Bij den Zaterdag gehouden roei- en zeil wedstrijd te Rotterdam is een premie behaald door de Studenlenvereenigirig „Njord". Het ongun stige weder in den vroegen morgen had Z. M. den Koning doen besluiten van zijn voornemen, om den wedstrijd bij te wonen, af te zien. Bij de heden gehouden openbare verkoo- ping van cokes van partijen van 50,10 en 5 hecto liters waren de hoogste prijzen ƒ25.00, 5.20 en 2.55; de laagste 25.00, ƒ5.00 en 2.50. Uit Katwijk wordt ons gemeld: Ds. A. Pi- per heeft voor het beroep naar de Nea. herv. ge meente te De Vuursche bedankt. Door 14 schui ten werd in de afgeloopen week met onstuimig weer de kantvisscherij nog uitgeoefend; zij be- somden 55 a 115 in 4 dagen. De vischprijzen waren zeer hoog. Tot heden zijn er 36 schuilen op de haringvisscherij uitgegaan; de vangst gaat nog niet voordeelig. De vroege soort duinaard appelen zijn meest alle uitgerooid en voor hoogen prijs verkocht; de late soort staat ook goed, ter wijl bederf nog van weinig beleekenis is. Bij het departement van koloniën is per telegram van den gouverneur-generaal van Ned.- Indië het volgende bericht uit Atjeh dd. 23 Juli ontvangen: Nadat door de ageerende colonnes op 13 Juli de moeielijke overtocht over de diepe, 47 meter breede Koeroeng Raba en daarmede de om trekking van den vijand volbracht was, zijn zij over Leboe, waar de verblijfplaats van toekoe Tjihik werd verbrand, voortgerukt naar de Koeroeng-Ra- ba-baai en hebben zij zich gelegerd in de nabij gelegen kampong Moesan. Aldaar bleven 3 com pagnieën ter bescherming van en tot het helpen aan den bouw eener nieuwe versterking achter, terwijl de overige drie compagnieën den 14den Juli terugkeerden naar Boekit Seboen en den vol genden dag naar Kotta-Radja. Twee patrouilles eene uit Pango, de andere uit Boekit Daroe werden door den overirachligen vijand aangeval len; de eerste leed een verlies van 10 dooden en 6 gewonden, de tweede verloor 5 man. Overigens was de vijand rustig. De gezondheidstoestand was minder gunstig. Te Pedir werd, in tegenwoordigheid van den radja, het politiek gezag ter Noordkust door den adsistent-resident De Scheemaker van den stationscommandant overgenomen. Langs den Hollandschen IJzeren-Spoorweg (lijn AmsterdamRotterdamHelderZaandam) zijn gedurende de maand Juli 284,511 reizigers vervoerdopbrengst 247.349.21 en aan goederen ƒ61.442.041/a; diverse ontvangsten 920.49l/a; totaal 309,711.75. Het stoomschip „Koning der Nederlanden" is 22 Juli van Batavia naar Nederland vertrokken; hot stoomschip „Prins van Oranje" is dien dag te Batavia aangekomen. Men verneemt dat het bezoek, door Z. M. den Koning aan de hoofdstad in September a. s. te brengen, drie dagen zal duren. Alle feestelijk heden, door Amstels Mannenkoor te geven, zullen ■door Z. M. worden bijgewoond. Het gala-concert in den schouwburg zal op 11 September plaats hebben. Dr. L. De Geer, predikant te Groningen, heeft de beroeping naar de Ned. herv. gemeente le Rotterdam aangenomen. Naar men verneemt heeft de heer Bredius, schoolopziener te Bergen-op-Zoom, een aanklacht tegen den uitgever of redacteur van „De Tijd" ingediend. De heer B. P. Korleweg zegt in de „Prov. Gron. Ct,", dat het hem volkomen onveiklaarbaar is, hoe uil zijne verloving de conclusie gelrokken wordt dat het uitzicht, mejuffrouw Ehze Baart zich aan ons tooneel te zien wijden, voorgoed verloren is. „Te recht," voegt de lieer K. er bij, „wordt opgemerkt dat mej. Elize Baart zich op het gebied der kunst naam heeft gemaakt" en men zou hier kunnen bijvoegen, dat het Neder- landsch tooneel waarlijk wel behoefte heeft aan artisten van naam. De onderstelling dat onze ver loving een hinderpaal zou wezen om haar hare roeping le doen volgen, komt mij beleedigend voor, èn voor mij, én voor haar. De eenige verklaring daarvoor te vinden, zou gelegen zijn in zekere maatschappelijke vooroordeelen en de meening van mannen, waarlijk niet uitmuntende door kracht, dat de vrouw, als behoorende tot het zwakke geslacht, niets beters te doen heeft dan volgenOok hieromtrent echter ben ik de denkbeelden toege daan, wier verkondiging zij zich voor een deel tot maatschappelijke roeping gekozen heeft." Als een treurig staallje van den toestand, waarin onze weerbaarhei 1 verkeert, (zoo deelt men aan de „N. Rolt. Ct." mede) moge de samen stelling gelden van de twee batterijen veld-artil- lerie, die uit Arnhem en Den Haag naar Overijsel gezonden zullen worden om aan de militaire oefe ningen aldaar deel le nemen. De manschappen en paarden namelijk zijn uit verschillende garni zoenen bijeengeraapt; de veldbatterijen te Utrecht bijv. moeten 42 paarden leveren, en zijn door die tijdelijke detacheering zóó verzwakt, dat eene maand lang aldaar niet met de veldartillerie kan worden geëxerceerd. Met 1 October e. k. is er gelegenheid tot plaatsing van zeven leerlingen aan de rijkskweek school voor vroedvrouwen te Amsterdam. Die leerlingen genieten van het Rijk huisvesting, voe ding, verpleging en onderwijs gedurende twee jaren, ten ware zij zich door wangedrag of door geble ken ongeschiktheid voor de betrekking van vroed vrouw, een verder verblijf aan de school onwaardig toonen. Bovendien kunnen negen uitwonende leer lingen aan de lessen deel nemen. Belanghebbenden worden uilgenoodigd van haar verlangen om ge plaatst te worden, vóór 10 September e. k. kennis te geven aan den voorzitter van den geneeskun digen raad der provincie waarin zij hare woon plaats hebben, voor Zuid-Holland Dr. L. J. Ege- ling, te 's-Gravenhage. De Fransche Maatschappij tot bescherming der dieren heeft een prijs van 1500 fr. uitgeloofd voor de beste verhandeling tegen de vivisectie. De verhandelingen moeten in het Fransch geschre ven zijn en vóór 1 Maart 1877 ingezonden wor den. De gravin De Noailles heeft een prijs van 500 fr. ter beschikking van de Maatschappij ge steld, om aan de bekroonde verhandeling de meest mogelijke openbaarheid te geven. Het verbod in Pruisen op den in- en door voer van vee uit Nederland, Luxemburg en België is thans ook toepasselijk verklaard op onbestorven vleesch, op beenderen, darmen en longen van runderen of kalveren; voorts op huiden, met in begrip van horens en klauwen, die zich nog aan het geslachte vee bevinden, of wel daarvan afge scheiden, maar nog niet ten volle droog zijn. Deze nieuwe bepalingen zyn onmiddellijk bij de afkon diging in werking getreden. Naar men verneemt bestaat het voornemen om voor de hulponderwijzers in de vier noorde lijke provinciën een onderlingen bond op te richten. De minister van justitie heeft aan den on- bezoldigden rijksveldwachter J. Van der Linden te Zandvoort en aan H. Van Honschoten te Bloe- mendaal, zijne bijzondere tevredenheid le kennen gegeven over hunne wakkerheid en kloekmoedig heid, betoond bij de gevaarvolle aanhouding van een uit de gevangenis te Meaux (Frankrijk) ont vlucht en als hoogst gevaarlijk gesignaleerd mis dadiger, die zich ook hier te lande had schuldig gemaakt aan onderscheidene zware diefstallen. Z. M. heeft de benoemingen van mr. H. W. Waardenburg, burgem. van Hagestein en Ever- dingen, tot secretaris dier gem., goedgekeurd; aan P. Vroege, brugwachter te Gorcum, als blijk van goedk. en tevr. wegens de redding van een dren keling aldaar, op 5 Juli jl., toegekend de bronzen medaille, alsmede een loffelijk getuigschrift. Gemengd Nieuws. Zaterdag-nacht is een man, werkzaam op de fabriek van den heer Driessen, als verdacht van diefstal van goederen naar 't politie-bureel alhier gebracht. Hedenmiddag om twee uren is op de Langegracht een zesjarig knaapje spelende te wa ter geraakt. Een turfdrager, die op een turfschip bezig was, redde het zinkende kind en bracht het naar de ouderlijke woning. Op de Korte Langegracht viel een vijftienjarige jongen in 't water door op een plank te loopen. Men had hem weldra op het droge, maar een paar laarzen, die hij weg moest brengen, was in de diepte ver dwenen. Terwijl Vrijdag te Gouda door de mi- lilairen op het schietterrein werd schijfgeschoten, stond een ander gedeelte van het garnizoen, op het als veilig beschouwd terrein, onder commando van den lsten luitenant Ante te exerceeren. Een kogel, die vermoedelijk legen een hard voorwerp is gekomen en daardoor afgeweken schijnt te zijn, trof genoemden luitenant in het been, zoodat hij per vigilante huiswaarts moest worden gebracht; hij was eerst sedert een paar dagen aldaar in garnizoen. Zaterdag-nacht hebben zich één of meer personen, waarschijnlijk door de gang die langs het gebouw loopt, toegang verschaft tot de lokalen van „Het Nieuws van den Dag" te Am sterdam, met het blijkbaar doel om te stelen. De deur van de brandkast, die zich in het kantoor bevindt, toonde daarvan des ochtends de sporen. Een groot gat in de buitenste ijzerhuid was het bewijs, dat de dieven hun best hadden gedaan, maar tegenover de tweede en derde ijzerlaag gaven zij het op en ze verdwenen weder, waarschijnlijk op dezelfde wijze als ze gekomen waren, zonder iets mede te nemen. Een garnalenvisscher, Robbert Schroe- vers, die sedert jaren te Vlissingen garnalen aan brengt, is Vrijdag-ochtend, van de vischvangst terugkeerende, over boord geslagen en verdronken. Het lijk is door andere visschers opgevischt en met de hoogaars waarop hij behoorde naar Arne- muiden gebracht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 1