stadsreiniging te Amsterdam niet geschied. Deze benoeming is naar men verneemt aangehouden, deels omdat de raad nadere inlichtingen wenschle omtrent het voorgestelde tweetal, deels omdat een niet onaanzienlijk getal leden de stadsreiniging vereenigd wenscht te zien met de brandweer, een stelsel, dat te Berlijn goed werkt. Eenige leden van het dagelijksch bestuur zouden gaarne op laatst genoemde wijze de quaeslie zien opgelost. Bij den raad van state is gisteren inge komen 's konings beslissing in de zaak van den oud-minister van marine Brocx, verzoekende bo ven zijn ministers-pensioen een jaarlijkeche toe lage van 250, wegens verblijf in Indië als zee officier. Het kon. besluit, waarbij hem een burgerlijk pensioen van 4000 verleend werd, is gehand haafd en de adressant in zyne bezwaren onge grond verklaard. Aan K. Smit, te Krimpen aan de Lek, is tot wederopzegging vergunning verleend voor een stoomsleepdienst langs de rivieren in Noord- Brabant, Gelderland, Zuid-Holland en Zeeland. De miliciens der lichting van 1873, behoo- rende tot het 1ste en het 2de regiment veld- en tot het regiment rijdende artillerie, zullen morgen bij die corpsen in activiteit optreden en den 29slen der volgende maand weder in het genot van on bepaald verlof worden gesteld. De onlangs bij de verschillende wapens be noemde 2de luitenants zullen den 24sten dezer bij hunne corpsen worden geïnstalleerd en in func tie treden. Z. K. H. prins Frederik heeft zich heden ochtend in generaals-uniform naar Minden begeven, ten einde het feest bij te wonen dat er gevierd wordt ter gelegenheid dat vóór zestig jaren het aldaar liggend Pruisisch regiment naar hem ge noemd is. Z. M. heeft benoemd tot rechter-plaatsv. in de arr.-rechtbank te Amsterdam mr. D. Binger, thans plaatsv.-kantonrechter in het eerste kanton en adv. aldaar; met ingang van 1 Augustus e. k., J. Ph. Van der Keilen benoemd tot directeur van 's rijks prentenkabinet te Amsterdam en hem te vens eervol ontslag verleend als rijks-adviseur voor de monumenten van geschiedenis en kunst, en als tweede stempelsnijder bij 's rijks Munt te Utrecht mr. A. Heemskerk, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als attaché bij het Nederl. corps diplo matique. Gemengd Nieuws. Aangaande de veldgewassen wordt uit Rijnsburg gemeld, dat de toestand, met uitzondering van enkele vruchten, niet ongunstig te noemen is. De vroege aardappelen, een der belangrijkste producten welke er verbouwd worden, leveren wegens de hooge prijzen zeer gunstige resultaten opdag aan dag worden tal van schuiten naar Amsterdam ver zonden, terwijl voor de verzending naar het bui tenland nog weinig wordt opgekocht. Ook geven de late, zoo de ziekte niet invalt, alle hoop op een rijken oogst. De vroege bloemkool, die in den eersten tyd een goed aanzien had, wordt nu zoo erg door de rupsen afgegeten, dat men handen te kort heeft, om dit insect onschadelijk te maken. Ook de andere koolsoorten worden hierdoor ge teisterd. De groole hoeveelheid uien belooft over 't algemeen een middelmatig beschot. Het vlas staat over 't geheel gunstig. Er is met het pluk ken een begin gemaakt. Wat den aardbeziën-oogst betreft, deze is zoo goed als afgeloopendoor het droge weder der laatste dagen was de opbrengst niet zoo groot als men verwacht had. De overige veldvruchten en andere gewassen geven reden tot tevredenheid. Tegen eenige werklieden te Vlissin- gen is proces-verbaal opgemaakt wegens belee- digende uitdrukkingen, welke zij zich, bij gelegen heid der afstraffing van een jongen aan boord van de „Adder", tegen den commandant van dat vaartuig veroorloofden. In de vorige week werden te Maas tricht door eenige werklieden in dienst der ge meente bij nacht en zonder vorm van proces de uithangteekens bij eenige ingezetenen weggehaald en op het bureau van politie gedeponeerd. Daar voor schjjnt geen andere grond te hebben bestaan dan dat de eigenaars de vereischle vergunning om «en bord uit te hangen niet hadden aangevraagd of verkregen. Hoe dit zy, het gemeentebestuur schijnt het wederrechtelijke der in zijn naam ge pleegde handeling te hebben ingezien althans het heeft die uithangteekens aan de eigenaars doen teruggeven, en zij prijken dan ook thans, evenals vroeger, in vollen luister aan de woningen hun ner wettige bezitters. Dinsdag heeft zich de justitie uit Maastricht naar Elsloo begeven, waar door een brand vier huizen zijn vernield. Het ingestelde onderzoek heeft tot de arrestatie geleid van twee slecht befaamde vrouwen, van welke echter ééne heeft welen te ontkomen. Gisternacht heeft te Zaandam een hevige brand gewoed. De vlammen waren op den Westerdoksdijk te Amsterdam duidelijk zichtbaar. De houtzaagmolen „de Rietvink" aan den Hoo- gendijk loebehoorende aan de firma de wed. De Vries Azn., met loodsen enz., is door de vlammen vernield. Te Wilp maakt sedert eenigen tijd een toovergeschiedenis in een der achterbuurten groote sensatie. Eene vrouw was geruimen tijd ziek en alle geneeskundige hulp baatte niets. Ein delijk kwam men op de gedachte, of de vrouw ook betooverd zou kunnen wezen, en men besloot een waarzegster te Deventer te raadplegen. Deze verklaarde dat een vrouw in de buuit de oorzaak was van de voortdurende ongesteldheid, terwijl zij eenige kenteekenen aanwees, waardoor men tot ontdekking van de schuldige kon geraken. Spoedig was de zaak klaar en de tooverheks herkend. Een daarop gevolgd onderzoek in loco bevestigde alle vermoedens. In het bed werden alle tooverkransen en alles wat daarbij verder in aanmerking kan komen gevonden. De vermeende heks heeft in- tusschen veel hinder van de buren te verduren. Uit Scharmer wordt aan de „Gron. Ct." gemeld: Eene treurige geschiedenis is thans het onderwerp van alle gesprekken. B. Hollander, vroeger een flink handwerksman, doet in den laat- sten tijd zulke wonderlijke dingen, dat men alge meen gelooft dat de man zijn verstand verloren heeft. Des daags begeeft hij zich veelal veldwaarls en onderzoekt landerijen, die hij meent gekocht te hebben of van plan is te koopen. Tegen den avond keert hij naar huis, en het is treurig hem te zien. Zonder schoeisel en bijna de geheele borst ontbloot en geheel afgemat en uilgeput vertoont hij zich, en men moet medelijden hebben als men hem ontmoet. Levensmiddelen zijn niet meer bij hem aanwezig. lederen avond slaat er volk voor zijn huis om weer wat nieuws van hem gewaar te worden, en dat het er daarop met hem niet verbetert, is licht te begrijpen. Velen nemen een kjjkje in zijn huis hij is geheel alleen; daar is het allerakeligst gesteld. Een klein zwijn en eene geit loopen er ongehinderd rond. Voor een paar weken heeft hij een half geslacht varken gekocht en het vet is door eene geit opgegeten. Om het weer te krijgen heeft hij het dier ge slacht en alles ligt nu reeds acht dagen onge zouten op de tafel. Een ondraaglijke slank is in huis en velen vreezen dat daaruit een besmette lijke ziekte zal voortkomen. Deze toestand kan zoo niet lang meer duren. Er zijn reeds pogingen aangewend om den man naar een krankzinnigen gesticht te krijgen, doch daartoe is een verklaring noodig, en de geneesheer meent ze niet te mogen afgeven. Te Zuidwolde is de korenmolen op „de Bloemberg", in eigendom toebehoorende aan den heer L. W. Steenbergen, Dinsdag-nacht in weinige oogenblikken totaal verbrand. Men heeft niets kunnen redden. De oorzaak is onbekend. Er zijn te Berlijn zooveel ingezetenen met den familienaam Schulze, dat daardoor da gelijks allerlei vergissingen plaats hebben. Totnog toe had geen hunner een adellijken titel. Thans echter is er één met zoodanigen titel begiftigd en dus, tot zijn groot genoegen en gerief, voortaan gemakkelijk van zijne naamgenooten te onder scheiden. De gewezen luitenant, thans „Rech- nungsrath", H. Schulze, aldaar, maakt namelijk in de „Vossische Zeitung" bekend, dat zijne Majesteit Orelius Antonius I, koning van Arauca- niê en Patagonië, hem bij besluit van 10 Mei II., wegens zijn verdienstelijk geschrift „Ordens-Chro- nik", benoemd heeft tot baron en zijne echtge- noote tot eere-presidente der „Humaniteils-Ver- eeniging de la Constellation du Sud." Een baron Schulze en wel tot dien rang verheven door een koning van Araucanië en Patagonië, iedereen noemt het eene dubbel merkwaardige rariteit. Omtrent de aardbeving, welke Maan dag te halftwee te Weenen gevoeld werd, schrijft de „Neue freie Presse", dat de schokken de rich ting hadden van West naar Oost. Op den eersten zwaren schok volgden twee lichtere; alleen de eerste deed de meubelen in de huizen schudden en de vensterruiten rinkinkelen. De schok was zoo sterk, dal de personen op straat bijna zonder onderscheid verschrikt bleven staan. De hemel was bewolkt, de temperatuur warm, bij bijna volslagen windstilte. Op de Beurs vooral ontstond een groote paniek. Dit hulpgebouw is slechts van zeer licht metselwerk opgetrokken, dat door den schok hevig begon te kraken en te barsten, terwijl stofwolken van droge kalk uit alle spleten en naden opste gen. De aanwezigen verdrongen zich naar de uit gangen of sprongen uit de vensters. Aan een aardbeving dacht niemand, maar de schrik was daarom zoo groot, omdat men geloofde, dat een der stoomketels in de kelders gesprongen was, en men ernstiger gevolgen vreesde. De muren heb ben zoo geleden, dat de „Neue freie Presse" het noodzakelijk oordeelde, dat het gebouw door des kundigen onderzocht zou worden, voordat het weder in gebruik genomen werd. Rechtzaken. De vacanliekamer van den Hoogen Raad heeft verworpen de voorziening in cassatie van G. d. B. te Anna-Paulowna, die door het gerechtshof te Amsterdam tot 45 dagen celstraf is veroordeeld wegens het zonder opzet doen ontstaan van gevaar voor een spoortrein, hetgeen hij had kunnen en moeten voorzien. Ter terechtzitting van het gerechtshof in Den Haag werd gisteren o. a. behandeld het appèl van twee kooplieden te Gorcum, vader en zoon, die door de rechtbank te Rotterdam wegens mis handeling van den rijksveldwachter B. te Gorcum tot eene maand en 15 dagen celstraf veroordeeld zijn. Er had opnieuw een getuigenverhoor plaats, hetgeen een incident opleverde dat zich in den laatsten tyd bij dit college niet heeft voorgedaan. Een drietal getuigen a décharge gehoord waren geheel in strijd met de vier getuigen van de zijde van het O. M. gedagvaard. Adv.-gen. Mr. Gregory vond daarin aanleiding te beweren dat hier in strijd met de waarheid ten voordeele van de be klaagden verklaringen waren afgelegd, en requi- reerde de inhechtenisneming van de drie bedoelde getuigen, die, hoewel herhaaldelijk op het gewicht van den eed door den president gewezen, vol hielden, dat zij de waarheid hadden gesproken. Het hof, dat zich vervolgens in raadkamer begaf om over het requisitoir van het O. M. te beslissen, kon zich echter met het gevoelen van het O. M. niet vereenigen en verklaarde dat er geen termen aanwezig waren om het requisitoir van het O. M. toe te staan. Hierna werd met de behandeling der zaak zelf voortgegaan. BUITENLAND. FVankrij k. In den Senaat was Dinsdag de wet op de gra den aan de orde. De heer Challemel-Lacour (lin kerzijde) ondersteunde haar. De regeering zeide hij had wel gedaan zich niet aan den storm van petitiën te storen, daartegen ingebracht. De wet bracht noch de vrijheid van het onderwijs in gevaar, en evenmin zou het onderwijs aan de universiteiten zelf daaronder lijdenzij eischte slechts van den Staat datgene terug, wat deze niet uit de handen kon geven zonder eene dwaas~ heid te begaan of ieis gevaarlijks toe te geven. Hy bestreed de beschuldiging van materialisme, tegen de staatsuniversiteiten ingebracht. Spr. hoopte, dat ten slotte de liberale beginselen in Frankrijk zouden zegevieren. Hij keurde het stelsel der ge mengde jury's af als eene ontijdige en misvormde reproductie van het Belgische systeem, dat in dis- crediet was geraakt en het peil der studiën in België zeer had doen dalen. Daarna kwam Wallon aan het woord. Hij gaf toe, dat vrijheid van onderwijs en het recht om graden te verlesnen twee zeer verschillende zaken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 2