Prijscourant der Effecten. ber, komt volgens een uit Madrid ontvangen telegram op het volgende neder: De regeering te Washington beklaagde er zich over bij Spanje, dat de burgers van de Vereenigde Staten op Cuba terechtgesteld werden voor krijgsraden zonder dat hun het privilege werd toegestaan viijelijk een raadgever te kiezen, zooals bepaald was bij het tractaal van 1795, en het doorschemeren dat zij, wanneer deze onrechtvaardigheid bleef bestaan, gedwongen zou worden de opstandelingen op Cuba als oorlogvoerenden te erkennen. De Spaansche regeering zegt dat de Amerikaansche onderdanen steeds het recht, hun door de wet verzekerd, hebben genoten en hun eigen raadgever gekozen. Het tractaat van 1795 had twee toen bestaande soorten van rechtbanken op het oog, nl. de ge wone burgerlijke rechtbanken en de krijgsraden. De laatste echter moesten niet beschouwd worden als permanente militaire rechtbanken. Amerikaan sche burgers, die beschuldigd werden van mede plichtigheid in den opstand, hebben steeds vrij heid gehad een advocaat te kiezen uit de officieren van het regiment waarbij hunne zaak werd be handeld. Indien inlusschen de regeering te Was hington de uitdrukking: „abogados defensores procuradores", interpreteert zoodanig dat daardoor aan Amerikaansche burgers het recht wordt ver leend in alle gevallen de hulp van burgerlijke raadgevers in te roepen, dan is de Madridsche regeering bereid aan dien eisch legemoet te komen. De Spaansche nota wijst er verder op dal, vol gens de wet van April 1821, de burgerlijke recht banken bevoegd zijn vonnissen te wijzen volgens de bestaande militaire wetten in alle zaken be treffende opstand en oorlog. Amerikanen en alle onderdanen en bevriende naties zouden in 't ver volg kunnen terechtstaan voor die rechtbanken, of anders voor de krijgsraden kunnen worden bijgestaan door burgerlijke rechtsgeleerden; doch in geen geval, besluit het antwoord, zouden de instellingen waarover zich de Vereenigde Staten beklagen, een motief kunnen opleveren den op standelingen op Cuba de rechten van oorlog voerenden toe te kennen. De „Gironde" heeft inlichtingen ontvangen betreffende den moord gepleegd op den heer Reygondaud op Cuba, waaruit zou blijken dat Reygondaud gefusilleerd werd met voorbedachten rade en krachtens een regelmatig gegeven order. Wanneer wij, zegt het blad, niets dan de feiten in aanmerking nemen, zijn er meer dan voldoende bewijzen. Zoo men de getuigenis van mevrouw Reygondaud, van den directeur en den machinist der suikerfabriek al niet voldoende mocht rekenen, die allen gezien hebben dat de heer Reygondaud onder een verzonnen voorwendsel door den offi cier UUoa en diens soldalen werd weggevoerd, dan zou er nog die zijn van drie andere personen: van den Engelschen consulairen agent den heer M. en van twee Franschen, de heeren C. en L., die bereid zijn de waarheid van het volgende verhaal te bevestigen „Dinsdag na het gebeurde be gaven zich de drie heeren per rijtuig naar „la Floride" om aan de familie van den overledene hunne diensten aan te bieden. Toen zij zich onderweg een oogenblik ophielden aan de suikerfabriek „San-Miguel", spraken zij den eigenaar, den heer B., die hen niet verzweeg, dat de comman dant Tizon den voorgaanden dag des ochtends bij hem was aangekomen en hem had medegedeeld dat hij uitgezonden was om Reygondaud te fusil- leeren. B. voegde er bij, dat Tizon, zonder twijfel om zich van die verantwoordelijkheid te onlslaan, het door kolonel Valera geschreven en geteekend bevel had laten zien. Deze getuigenis, die over stemt met de eerste, laat geen twijfel omtrent de omstandigheden van den moord en logenstraft de plompe fabel volgens welke Sabas Marin en na hem de Spaansche regeering beweeid hebben, dat Reygondaud door een kogel getroffen werd toen hy poogde aan zijne bewakers te ontsnappen." Omtrent de aanleiding tot deze onverantwoorde lijke daad, zegt het blad, uit de bekomen inlich tingen het volgende te moeten opmakenKolo nel Obregon, gouverneur van Guantanamo, had kort voor den dood van Reygondaud, iemand die zeer dichtbij „la Floride" woonde, zekeren Jacinto Suarez, bevelhebber van 150 man Indische militie, afgezonden naar de opstandelingen met eene zeer delicate missie. Suarez slaagde niet, en toen hij aan Obregon verslag de. d van zijne mislukte zen ding, voer deze allerhevigst tegen hem uit en vergat zich zelf zoover dat hij Suarez sloeg. Men kan licht begrijpen dal Suarez na deze behande- i ling besloot de zijde der Spanjaarden te verlaten en met zijne 150 inlanders overliep naar de' op standelingen. Hij bepaalde evenwel, uit dankbaar heid voor de weldaden die hij steeds van Rey gondaud genoten had, dat zijne nieuwe vrienden diens woning zouden sparen en toen de opstan delingen in Guantanamo een inval deden, geschiedde dit dan ook. Inlusschen had Obregon aan den gouverneur van Santiago gemeld, dat hij op't punt stond de onderwerping der rebellen en de bevre diging des lands te bewerkstelligen. Deze omstan digheid verdubbelde zijn spijt, toen de opstande lingen plotseling een inval deden en zijne woorden logenstraften. Toen werd hij door toorn verblind en gevoelde hij dat zijn eer er mede gemoeid was het publiek te doen gelooven, dat de afval van Suarez niet door het bovenvermelde heftige too- neel veroorzaakt was, maar dat die uitbarsting veroorzaakt was door de overtuiging, dat Suarez zijn verraad met zijn buren overlegd had. Het kostte slechts één stap Reygondaud te beschuldi gen. Obregon deed dien stap en, eenmaal besloten hem te laten fusilleeren, liet hij Valera bij zich komen om dezen tot de executie te doen beslui ten, doch Obregon droeg wel zorg zich niet door een geschreven bevel le compromitteeren. Wan neer men nagaat, dat Valera een soort ivoud- looper is, een eenvoudig man met een ruim ge weten, dien de krijgskans lot een kolonel heeft gemaakt, is het niet zoo moeilijk te begrijpen, dat Obregon er in geslaagd is de bedenkingen van Valera weg te doen vallen en hem de mede plichtigheid van Reygondaud op te dringen, te meer daar hij meer of minder authentieke stuk ken kon toonen om Reygondaud in 't verderf te storten. Telegrammen. 1 LONDEN, 6 December. Kolonel Storks, de gouverneur van de militaire academie te Wool wich, heeft order ontvangen zich dadelijk naar Egypte te begeven. Hij is belast met eene speciale zending. De „Times" behelst tijdingen uit Alexandrië, waarin gemeld wordt dat het bericht, dat de Porte vertoogen tot den khedive heeft gericht wegens den verkoop zijner aandeelen, verzonnen is. Voorts wordt bericht dat Egypte volstrekt niet gezind is Abyssinië of eene provincie van dat rijk 'in te lijven. Het wil den koning alleen noodzaken, zijne onderdanen te beletten op Egyptisch grondge bied te plunderen, gelijk deze reeds vijf jaren lang gedaan hebben. De Egyptische troepen hebben enkel bevel gekregen niet op Abyssinisch grond gebied te rukken, indien de koning vooraf de ge- wenschte verzekeringen geeft. De ondersecretaris van staat, de heer Read, heeft zijn ontslag verzocht, wegens een verschil van meening met zijn amblgenooten. KAIRO, 6 December. Ratile Pacha, opperbevel hebber van het Egyptische leger, is gisteren ver trokken om het commandement over het expedi tionaire corps in Abyssinië te aanvaarden. BERN, 6 December. De nationale raad is heden geopend. De heer Sutter, president van jaren,' gaf een schets van den staatkundigen toestand en toonde de noodzakelijkheid aan, om 's lands instel lingen vrijelijk te ontwikkelen. Hij wees voorts elke vreemde inmenging in de aangelegenheden der republiek van de hand en deed een beroep op de verzoening der partijen om het begonnen werk te voltooien. De heer Droz is gekozen tot president van den raad der staten en de heer Sulzer tot vice-president. BRUSSEL, 7 December. De „Etoile beige" ver zekert, dat het Belgische kabinet van de Neder- landsche regeering eene nota heeft ontvangen, welke over het stoomschip „Phoenix" handelt en in vrij scherpe bewoordingen is vervat. Het blad beweert, dat die nota een contrast oplevert met de voorkomendheid, welke het Belgische kabinet onder alle omstandigheden tegenover Nederland heeft in acht genomen. MADRID, 6 December. Een prins van de En- gelscbe koninklijke familie heeft machtiging ge vraagd, om de operatiën van het regeeringsleger te mogen volgen, in het hoofdkwartier des konings. AMSTERDAM, 7 December. Vor. d»g. Laagste. Hoogs U Staatsfondsen. Nedkrl., Cert. Nat. W. S. 2$ pCt. 62^36 62% dito dito 3 - 74% dito dito 4 99% H Spanje', Oblig. Buitenland 17«e 17% dito Binnen]3 15% 16% He Portugal, Oblig. Buitenl. 1853/18693 52% 52% Rusland, Obl. Hope CO. 1798/18166 108 102* Obligatiën 1S64 ƒ1000. .5 102% 102* dito 1866 1000..5 102% dito 1872 gecons..5 99% dito 18602eLeen..4$ «3% Oblig. Leening 1867/69.4 88 82I& Oostenrijk, Obl. Pajiitr 61K, 61% He dito Obl. Pap.Febr./Aug.5 dito in Zilv. Jan. en Juli. 6 G4«6 64& dito dito April en Oct.. 5 04% 641^6 Turkije, Obl. Alg. Schuld 24% 23* 24*ae Egypte, Obl.Leen.1868.7 763% 76% 77 Noord-Amkrika, Oblig. Ver. Staten 1871.6 1003% 100* dito dito 1885.6 2»% 99H6 Brazilië,Ob.Lond.1865.5 25% Peru, Oblig. 18706 35% 84% 35 27% 27% 32% Industrieele en Finanti- eele ondernemingen. Ned., Aand. Ned. H.-Maat.Res- contre nieuwe5 pCt. 1093% Aand. Ned.-lnd. Handelsbank. 117% Oostenr-, Aand. Nat. B.3 pCt. 973 Spoorwegleeningen. Ned., Aand. Holl. IJx.-Spoorw. 112% Aand. Ned. Rijn-Sp. Volgef..f 319 Aand. M. tot Ezpl. St.-Spw 89 Aand. Ned. Centr.-Spoorw 27% Obl. Boxtel-WezelpCt. 21% Ru8L., Aand. Gr. Sp.-M.5 260 259 Oblig. Jelez-Griasi5 289 238% lito Poti-Tiflis 10005 101 100% dito Jelex-Orel ƒ1000..6 101 dito Kursk-Chark. 10005 dito Mosk.-Sm. f10005 Obl. Br.-Grajewo6 Obl. K.-Ch.-Axow6 Aand. Kiew-Brest5 160 143 142% 143 Polen, Aand. W.-Bromb.4 dito dito W.-Weenen 6 140 Hongarije, TheiBs.-Sp..5 204 204 Obl. Tbeiss.-Spoorweg. .5 73 72% 73 Oo6TENR.Ob.Fr.-Oo8tSp.3 153 Italië, Obl. Znid-It. Sp3 99* N.-Aherika, Cert, Amst. Illinois. 30% Certv. A. North-Westem.7 pCt. 47 14* Oblig. Centr.-Pacific. .6 pCt. 88 diloCalifornië-Oregon.6 75% ditoSt.-Joaqoin Valley. 6 dito Union Pac. Hoofdl.6 87% dito St.-Paal&Pac. 2e S.7 dito dito 1869.7 11% dito St.-Vinc. Brain7 5% dito Denver Pacific7 60 dito Atlant.Miss. Ohio. 7 n 29 dito Miss. Kans. Texa37 Premieleeningen. Nederl., Stad Amsterd. 8pCt. 93% 93 dito Stad Rotterd.3 B 95 OosTENB.,Stl._/f 250,1854.4 pCt. dito 500, 1860.6 593 598 594 dito 100, 1864 141 Hongarije, Leen. 1870 84 Spoor wetfleenlagen. S p. A.Oost.-Hong.Spw.45 3 p. Obl. Vict.-Eraanael p. Rumenen60* 61 Aand.Un.Pae.-Hooïdl. 7 p. Obl. Oregon-Calif. 7 p.St.-Louis-Sk-East 7 p. Obl. Kanaas-Pao. 7 pDenver RioGrandu 7 p. Obl. Chic. S.-West. PremleleenlDgoD. 3p.Turk.Spw.-Leen.84% Prolongatie 3% pCt. Koers van het geld bij de Ned. Bank. Wissel-disconto 3 pCt.; Promessen-disconto 3% pCt.; Belee* oing van Binnen!. Effecten 3 pCt.ld. van Buitenl. Effecto 3% pCt.; Id. van Goederen 8 pCt. Amsterdam, 6 Dec. Prijzen der Coupons: Metal liek fl. 21 22.10; ld. Zilver fl. 21 f 22.95 Diverse in sterl. r 11.85 Portngeeache f 11.85; Fransche f 47.50; Bel gische 47.60; Pruisische f 58.75; Russische te Hamborg/'82; ld. in tilv. roeb. f 31% Spaausche piasters f 1.25; Ameri- kaanncfce in dollars 2.43%: l i. in papier f 2.09.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 3