L EID S C H IÉ® DAGBLAD. N°. 4827. A0. 1875. Zaterdag 6 November. OOK EEN LOTERIJ. PEIJS DEZER COURANT: (.foor Leiden per 8 maandenf 1. Franco per postB 1.40. Aüonderlijke Nommers0.02. Onder de ter inzage der leden van den ge meenteraad nedergelegde stukken komt voor een verzoekschrift van den heer J. W. Carlier, aan nemer der verbouwing van het schoollokaal op de Aalmarkt, waarbij adressant zich tot den raad wendt om kwijtschelding van de door hem beloo- pen boete ad 410 wegens te late oplevering van het werk. Zoowel B. en Ws. als de commissie van fabricage hebben op dat request gunstig ge adviseerd, in aanmerking nemende, dat zich tijdens de uitvoering van het werk buitengewone omstan digheden voordeden, die inderdaad een vertraging buiten de schuld van den aannemer ten gevolge hadden. De hoofdoorzaak van dit oponthoud toch was gelegen in gebrek aan bekwame werklieden, die bij de drukte voor de feesten en de buitensporig hooge arbeidsloonen voor de voltooiing van het feestlokaal op de Ruïne en van het sociëteitsge bouw op de Breeslraat schaars te vinden waren. Wie hiertegen mocht willen aanvoeren, dat de aannemer dan zeker niet al te hoog weekloon aan zijne werklieden toekende, zal spoedig van die meening terugkomen, als hjj verneemt, dat van twee man, die te zamen in een enkele week f 51,70 hadden verdiend, er den volgenden Maandag zon der kennisgeving een wegbleef. Hier mag dus zeker wel sprake zijn van een geval van overmacht, en daarom zullen onze lezers het ongetwijfeld met ons toejuichen, dat beide genoemde corporatiën gunstig adviseerden op het verzoekschrift. Intusschen vinden wij in deze geheele zaak opnieuw aanleiding om de meening uit te spreken, dat aanbestedingen een noodzakelijk kwaad zijn. Wie in beginsel alle loterij, in'de eerste plaats die, welke door den staat wordt gedreven, afkeurt, kan ook zijn zegel niet hechten aan het stelsel van aanbesteden, dat evenzeer van het lot afhan kelijk is, evenzeer als een wissel op de toekomst kan worden beschouwd. De laatste dagen leverden daarvan weder een sterk sprekend voorbeeld. Op een aanbesteed werk te Woensel, nabij Eindhoven, werd door het instorten van een toren een schade van ongeveer 30000 geleden, waarvan volgens geruchten het kerkbestuur zou hebben aangebo den dat de kerk f 9000 zou dragen, terwijl een gelfjke som voor rekening van den aannemer en ƒ42000 ten laste van den architect zou komen. Zeker een loterij, die voor elk der drie deelne mers al even weinig voordeel opleverde. Een noodzakelijk kwaad, zeiden wij, want dat stelsel levert voor de aanbesteders een te grooten waarborg tegen overvraging op, dan dat men het zou kunnen laten varen. Dit neemt niet weg dat het, au fond beschouwd, tegen de maat schappij getuigt, waarin het wordt toegepast, im mers indien de aannemers in het algemeen zich met een vaste, desnoods percentsgewijze te bere kenen winst tevreden stelden en daarbij tevens altijd goed werk trachtten te leveren, zou men tot het middel van aanbesteding niet de toevlucht behoeven te nemen. Wij leven echter nu eenmaal niet in een pla tonische maatschappij, en wie de zaken neemt zooals zij werkelijk zijn, zal niet aarzelen zijn in stemming te betuigen met het thans meer en meer gevolgde systeem van aanbesteding, al ware het alleen omdat het een heilzame mededinging in het leven roept. Maar juist het goede, dat er uit voortvloeit, moet hen, die het in toepassing brengen, dubbel Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. voorzichtig doen zijn waar het geldt de nadeelige gevolgen daarvan te vermijden. En met zulk een geval hebben wij hier inderdaad te doen. De aan nemer der verbouwing van meergemeld schoollo kaal had werkelijk te worstelen met tegenspoeden, die niet waren te voorzien en die ieder ander in zijne plaats evenzeer zouden hebben getroffen. Vooral de laatste overweging moet gewicht in de schaal leggen uit het oogpunt van billijkheid jegens de vroegere mededingeis hij de insclmjving. Be stond er toch waarschijnlijkheid of slechts eenige kans, dat een ander over dezelfde moeilijkheden zou hebben gezegevierd, men zou, door aan den werkelijken aannemer eenige faciliteit te verleenen, tegenover dien ander indirect onrecht plegen; immers men had hem de gelegenheid ontnomen op goeden grondslag het werk te verrichten, dat aan den aannemer was gegund, omdat deze, zooals dan later zou blijken, had ingeschreven voor een som, te laag dan dat hij er de bedongen taak naar behooren voor had kunnen volvoeren, met andere woorden men zou een premie uitlo ven óf voor de onbekwaamheid in het opmaken der begrooting van kosten, óf, wat nog erger zou zijn, voor de zucht om anderen te onderkruipen door, zooals men dat noemt, onder de markt te werken. Niels van dat alles valt hier den aannemer te verwijtenintegendeel, er bestaat alle grond om te onderstellen dat hij, ook zonder dat hem de boete voor te late oplevering van het werk wordt in rekening gebracht, geen gunstige financieele uitkomsten van de zaak zal hebben verkregen. Ongetwijfeld toch kon hij bij het opmaken zijner be grooting geen zoo hooge weekloonen uittrekken als hij werkeljjk heeft moeten betalen. Maar als het hier dan inderdaad een geval van overmacht geldt, rijst de vraagZou het niet billijk zijn den aannemer nagenoeg de geheele som der beloopen boete te restilueeren, te meer daar hij ondanks de ongunstige omstandigheden de belangen zjjner lastgevers zooveel mogelijk heeft behartigd door te zorgen dat het gebouw op den bepaalden tijd geschikt was om voor het beoogde doel te worden gebezigd, al was het dan ook niet geheel afgewerkt 1 Eén van beiden: de aannemer heeft het gebouw te laat opgeleverd óf door eigen schuld, of ten gevolge van overmachtin het laatste geval, door B. en Ws. en ook door de commissie van fabricage, en zeker terecht aangenomen, heeft hij naar onze meening wel geen recht maar toch ongetwijfeld aanspraak op algeheele restitutie der op hem toegepaste boete behoudens een kleine som, te korten om het gevaar te ontgaan dat men een praecedent zou stellen, waarop anderen zich allicht in minder billyke omstandigheden zouden kunnen beroepen. De overweging in het advies van B. en Ws. dat in casu door volledige toepassing der boete de gemeentekas op onbillijke wijze zou worden bevoordeeld, leidt naar onze meening als vanzelf tot deze conclusieDe vrees om de gemeentekas ook slechts door een kleinere som op onbillijke wijze te bevoordeelen moet de aanbesteders doen afzien van het toepassen van eenige boete als zoodanig, behoudens een kleine som ter wille van het praecedent, te meer daar de zaak buitendien voor den aannemer geen bijzonder gunstige resul taten schijnt te hebben opgeleverd en de gemeente geen werkelijke schade heeft geleden, daar het gebouw op den bepaalden tijd voor het beoogde doel kon worden in gebruik genomen. Door een dergelijk besluit zou ongetwijfeld de billijkheid in alle opzichten worden bevorderd. PEIJS DEE ADVERTEKTIEN: Van 1—6 regels1.06. Iedere regel meer0.17». Grootere letters naar plaatsruimte. LEIDEN, 5 November. Dé levering van fourrage ten behoeve der mil. troepen te Leiden is gegund aan de wed. Hoogendijk, te Breda. Met het oog op den zorgwekkenden toestand van H. M. de Koningin zijn Z. M. de Koning en Z. K. H. de Prins van Oranje per telegram daar van in kennis gesteld. Z. M. zou hedenavond te 6 uren van h^t Loo in Den Haag terugkomen, de Prins van Oranje wordt verwacht, terwijl de reis van Z. K. H. Prins Alexander naar Algiers voorloopig is uitgesteld. By de akte-examens voor het m. o. zijn gisteren geslaagd de heeren: M. A. Ter wen, van Amsterdam, voor aardrijkskunde; H. J. P. A. Kiersch, van Haarlem, voor geschiedenis; A. A. Wikman, van Enschede, voor staathuishoudkunde en staatsinrichting; G. De Vries Gzn. en J. De Bruyn Johzn., van Amsterdam, voor boekhouden. Een candidaat voor Nederl. taal was niet opge komen en een voor boekhouden werd afgewezen. Het stoomschip Celebes, van Nieuwediep naar Batavia, is gisteren het Suez-kanaal ingegaan. De heer L. H. Eberson, architect des IConings te Arnhem, is door Z. M. benoemd tot ridder der orde van den Gouden Leeuw van Nassau. De prov. staten van Noord-Brabant hebben den heer F. C. Bake, ingenieur der staatsspoor wegen te 's-Hertogenbosch, tot provinciaal hoofd ingenieur op eene jaarwedde van 4000 benoemd, en tot provinciaal ingenieur den heer H. J. Sche- vichaven, civiel-ingenieur aldaar, op ƒ2800. Door de prov. staten van Overijsel is tot lid der gedep. staten benoemd Mr. M. Sichterman, lid van de arrond.-rechtbank te Zwolle. Ten vervolge op de mededeelingen betref fende het verzet der berg-Alfoeren op het eiland Ceram, kan thans worden bericht, dat de resident van Amboina op 24 Augustus aan den gouv.- generaal telegrafeerde, dat de expeditie op Ceram als met gunstig gevolg afgeloopen kon beschouwd worden. Reeds in het laatst van Juli waren met uiterst gering verlies van onze zijde bijna alle oproerige negorijen getuchtigd en had een deel der in verzet zijnde stammen blijken van onderwerping gegeven. De geest der troepen en der bevriende bevolking was steeds uitmuntend gebleven, niet tegenstaande de moeielijkheden, die men, ten ge volge van het ongunstigste terrein en zware regens, ondervond. Ook de gezondheidstoestand der troepen was zeer voldoende. Den 46den dezer zullen te Nieuwediep embarqueeren aan boord van het schip „Hen- rietle" een detachement suppletietroepen van 51 man, bestemd naar Suriname, en een aan boord van het schip „Dieuwerke" van 79 man, bestemd naar Curasao. De brik „Mercurius", met 3.70 M. diep gang, is op 27 October jl., bij een waterstand van 0.35 M. beneden volzee, de haven te Har- lingen binnengekomen, gebruik makende van den nieuwen waterweg over de Pollen. Dezer dagen verscheen het rapport aan het hoofdbestuur der Maatsch. tot nut van 't algemeen van de commissie tot het instellen van een onder zoek naar de werking der postspaarbanken. Het rapport sluit zich in zeker opzicht aan bij dat van de commissie welke in 1873 en 1874 een onderzoek instelde omtrent spaarbanken, spaar kassen enz. Met bijna alle conclusiën, waartoe deze commissie kwam, kan ook de tegenwoordige zich vereenigen. Ook zij acht het mogelijk en gewenscht

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 1